Klin 11 Deel 4

  • Uploaded by: De Oude Klin
  • 0
  • 0
  • December 2019
  • PDF

This document was uploaded by user and they confirmed that they have the permission to share it. If you are author or own the copyright of this book, please report to us by using this DMCA report form. Report DMCA


Overview

Download & View Klin 11 Deel 4 as PDF for free.

More details

  • Words: 11,282
  • Pages: 44
De KLIN nr. 11 - 1996

Cor Kooy en Cor Groen met hun brandstoffen ter hoogte van de woning van Cor Groen (nu parkeerterrein)

PIETER HART timmerman Bovenweg 49 De in 1851 geboren timmermansknecht PIETER HART trouwde op 26-jarige leeftijd in de Schermer met de timmermansdochter Krelisje Portegrijs, (de dochter van zijn baas?). Het jonge paar vestigde zich in de Schermer en in 1879 werd hen daar een zoon WILLEM geboren.

In 1894 woonden ze in de gemeente Koedijk huis nummer 136 en daar werd hun dochter ANNA geboren. Anna’s zoon Aart Kriek en haar nu nog in de Twuyverwegmolen wonende kleinzoon kregen zoveel timmermansbloed in hun aderen, dat ook zij het hout gingen bewerken. In 1895 kwam Pieter Hart in Sint Pancras wonen. Woninglijsten melden een P. Hart, die aan de Benedenweg woont. In onderstaand proces-verbaal, opgemaakt door burgemeester L .v .d. Vijzel, wordt hij genoemd als timmersmansknecht. 20 februari 1900 ‘s avonds half 7. Pieter Hart, 48 jaar oud, geboren Schermerhorn 8 Aug. 1851, timmermansknecht alhier, die verklaarde door zijn baas hedenmorgen te zijn gezonden naar het erf van de Weduwe Jb Rus om een waschlijn te spannen, waarbij hij de hulp inriep van Jb. Visser, dat daarbij kwam Adam Bakker en vrouw, de laatste scheldende met leelijke woorden en Visser in ‘t aangezicht grijpende, die haar wegduwde waarbij zij achterover viel; dat toen Bakker op Visser afstoof, zijn mes uit de schee halende, trachtende Visser te raken; dat hij niet gezien heeft dat Visser geraakt werd, maar hij toch wel vreesde

Historische Vereniging

- 125 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 dat er eene ernstige wonde kon toegebracht worden daar Bakker telkens op de zijde van Visser mikte; dat vrouw Bakker opgestaan, opnieuw op Visser aanviel, maar weer door Visser kon worden vastgehouden; dat zij eindelijk afdroopen, scheldende en razende. Een woninglijst van 1899 vermeldt: 33a Adam Bakker, 33b P. Visser, 34a weduwe Jb Rus. Dit was aan de Benedenweg, halverwege De Helling en de Vijzellaan.

In 1902 kocht Pieter Hart van de weduwe Geertje Snijder - Chatillon een huis aan de Bovenweg, bouwde er een schuur achter en begon als zelfstandig timmerman. Hij deed vooral reparaties en verbouwinkjes. (zie hierboven bij Bovenweg 70, gezien zijn deelname aan de firma die het aanvankelijk exploiteerde bouwde hij vermoedelijk de woning AURORA aan de Boeterslaan). Hieronder een rekening uit zijn naam

In 1915 verkocht hij huis, schuur en land aan zijn toen nog ongetrouwde zoon WILLEM HART, die bij hem inwoonde en eveneens timmerman van beroep was. Pieter woonde en werkte hier totdat hij in 1940 op 88-jarige leeftijd overleed. Zoon Willem, die op latere leeftijd trouwde met Anna Engel, stierf omstreeks 1950. Anna’s broer, JAN ENGEL, evenals alle van Noord-Scharwoude afkomstige Engels, mandenmaker van beroep, trok toen bij haar in. Op bestelling leverde hij allerlei soorten en maten manden, zowel voor gebruik in de huishouding als voor de land- en tuinbouw. Na het overlijden van de weduwe Hart vertrok Jan Engel weer naar zijn vorige woonplaats Koedijk en kwam het echtpaar Figie - Engel in dit huis wonen.

Historische Vereniging

- 126 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996

Het timmermansechtpaar Hart voor hun huis Bovenweg 49

KLAAS TIMMER Bovenweg 64 Timmer was hier bakker tot in de crisisjaren. Daarna ging hij met zijn vrouw ‘stil leven’ in het huis, dat naast de bakkerij stond en dat hij eerder voor zijn schoonmoeder had laten bouwen. Lang was hij A.R. raadslid van Sint Pancras. Vermoedelijk houdt het onderstaande berichtje uit de Langedijker Courant van 31 jan. 1933 daarmee verband: Sint Pancras. De heer K. Timmer heeft de aardige attentie gehad om de Raad van Sint Pancras een taart aan te bieden, als blijk van waardeering voor het tot stand komen van den geasphalteerde Bovenweg. De taart, waarvoor de oven gestookt was met takken, afkomstig van Bovenweg-boomen, ging vergezeld van een vers. Als bakker werd hij opgevolgd door de uit Drente afkomstige JAN DEEN. Deen was wel eens wat verstrooid. Het gebeurde dat de turven in zijn ouderwetse turfoven reeds volop in brand stonden, het deeg in de machine lag te rijzen en in feite klaar was om in de broodvormen te worden gelegd, dat zijn vrouw de bakkerij inkwam met de woorden: “Man, weet je wel dat het zondag is!” Toen hij eens een heel stuk van zijn ventwijk oversloeg en de klanten hun brood kochten bij de naast wonende bakker, werd hij door zijn vrouw minder vriendelijk ontvangen, hetgeen Deen deed zingen “O,

Historische Vereniging

- 127 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 was ik maar nooit getrouwd.” Uit gegevens van het kadaster valt op te maken dat de erfgenamen van Neeltje Paardebos in 1901 enige aan de Bovenweg gelegen percelen grond verkochten. Eén van deze perceeltjes werd het eigendom van de Pancrasser broodbakker ADRIAAN DE DOES en hij liet hierop een bakkerij bouwen. (Het naastliggende werd gekocht door de schilder Cornelis Hartland). In 1905 verkocht De Does het aan Abraham Abrahamsz. Schoon, landbouwer te Broek op Langedijk en deze verkocht de bakkerij aan DIRK ROOS, die hier toen bakker werd. Lang duurde zijn bakkerschap niet, want nadat de bakkerij in handen was van de Alkmaarse broodbakker JOHANNES VAN DER MOLEN werd in 1910 JACOB JANSZ. ZWART uit Sint Pancras hier bakker. Ook hij bleef maar kort, want in 1913 was broodbakker ADOLF HALIE de eigenaar. In 1922 verkocht Halie de bakkerij aan KLAAS TIMMMER en deze werd in het midden van de dertiger jaren opgevolgd door JAN DEEN. Omstreeks 1965 slaagde bakker Deen er niet in om het pand als bakkerij te verkopen en werd het als woonhuis verkocht.

MAARTEN RIEDEL SMEDERIJ, Bovenweg 62 Ook dit perceel werd in 1901 door de erven van Neeltje Peerdebos verkocht. Koper was de schilder Cornelis Hartland. Hij verkocht het door aan Pieter Volkers Ariszn., wagenmaker, toen wonend aan de Zeswielen (later aan Boeterslaan en Bovenweg). Pieter Volkers verkocht het op zijn beurt aan MAARTEN RIEDEL die er circa 1909 een smederij op begon. Ouderen herinneren zich hoe ze toekeken als Riedel een paard van een nieuw hoefijzer voorzag. Met de blaasbalg werd het vuur aangewakkerd om het ijzer roodgloeiend te maken, zodat hieraan op het aambeeld de juiste vorm kon worden gegeven. Soms werd er met de zware smidshamer zo hard op geslagen, dat de vonken in het rond spatten! En hoewel dit gloeiende ijzer gekoeld werd in een emmer water, rook je de schroeilucht van de hoef heel goed als het ijzer hier tegenaan kwam.

Historische Vereniging

- 128 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 Riedel was ook de zorg voor de torenklok toevertrouwd; deze moest de juiste tijd aangeven en luiden op het voorgeschreven uur en tevens bij speciale gebeurtenissen. Na hem had zijn schoonzoon M. GRIJS daar een winkel in galanterieën, genaamd: DE KLEINE BAZAR. Omstreeks 1950 vertrok Grijs naar Veenendaal. Na zijn vertrek werd het pand iets verbouwd voor de schoenhandel van PIET VROEGOP. TRIJNTJE SCHOON Bovenweg 58 (tot eind 1995 bewoond door mw. Pool - Toepoel) Het haperde nogal eens met het huwelijk van Jan Groen en Trijntje Schoon. Om zijn dochter de mogelijkheid te geven om eventueel zelfstandig in haar onderhoud te voorzien kocht Abraham Schoon uit Langedijk voor haar een winkelhuis aan de Bovenweg met het daarachter liggende bouwland. In 1921 en 1922 had TRIJNTJE SCHOON een winkeltje in bovengenoemd pand. In 1922 verkocht ze het aan de weduwe van JACOB TROMP, GEERTJE DUIF geheten. (In 1922 kocht Trijntje de bloemisterij naast de gereformeerde kerk.) Geertje Tromp - Duif voorzag tot 1932 in haar onderhoud door middel van dit kruidenierswinkeltje. Toen werd het gekocht door Jan Kloosterboer Pzn., die het verhuurde aan de groentehandelaar JACOB LEEGWATER. Nadat Leegwater emigreerde werd dit pand als woonhuis gebruikt.

Het echtpaar Groen – Schoon voor de winkel. Voor het hek hun drie kinderen: Jacob Ter Nolle geb. 1912 Jo(hannes) De Dahlia geb. 1915 Abram Bo.weg 206 geb. 1914

Historische Vereniging

- 129 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 INSTRUMENTMAKERIJ ARVO Bovenweg 41 In 1902 bouwde schilder CORNELIS HARTLAND hier een woning met schuur. Enkele jaren later verkocht hij woning en werkplaats aan schilder PIETER BAKKER. Deze bleef daar tot omstreeks 1950. Toen kocht de instrumentmaker ARIS VOLKERS Azn het en oefende er een beroep in uit, dat aan zijn grootvader deed denken. Aris gaf zijn zaak de naam “ARVO”, een samenstelling van de beginletters van zijn voor- en achternaam en hij werkte onder de slogan “ARVO REPAREERT HET!” ANTON van der HURK Stuimellaan, boter-kaas-eieren. Aan het begin van de Stuimellaan, achter schilder Bakker, woonde gedurende de laatste jaren van de vorige eeuw de slager ARIE TROMPETTER. Omstreeks 1890 werd in zijn gezin een dochter geboren. Als kind reeds moest ze haar vader missen. Haar moeder, de weduwe Trompetter, probeerde de kost te verdienen o.m. met in de Sinterklaastijd te venten met speculaas e.d., dat betrokken werd van bakker Beerse en met het rondbrengen van medicijnen voor de dokter. In 1914 kwam haar dochter, die inmiddels was getrouwd met PIET van der HURK, zoon van een Oudorper brandstoffenhandelaar met haar gezin in het ouderlijk huis aan de Stuimellaan wonen. Piet was toen in dienst bij kaashandelaar Henneman in Alkmaar. Zijn loon was niet overdadig, integendeel. Toen hij dit besprak met zijn zwager Klaas Trompetter, die zaadhandelaar was, (later K. Oud), adviseerde deze hem zelfstandig iets te beginnen. Zodra Piet dit zijn baas vertelde, bood deze direct aan zijn loon te verdubbelen als hij zou blijven, hetgeen Piet, na lang wikken en wegen, toch van de hand wees. Zo begon Piet in het eerste jaar van wereldoorlog I een kaas, boter en eierenhandel. Met een hondekar, getrokken door twee honden, ging hij er op uit om zijn waren aan de man te brengen. Een bericht uit de Alkmaarsche Courant 11 november 1926: NOORD-SCHARWOUDE. Woensdagavond werd de hondenwagen van de heer van der Hurk, boter- en kaashandelaar te Sint Pancras, ernstig aangereden door een luxe auto. De wagen werd ernstig beschadigd, doch de honden

Historische Vereniging

- 130 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 bekwamen, wonder boven wonder, geen letsel. De schade zal niet te verhalen zijn omdat de wagen aan den verkeerden kant van den weg stond. Zelf maakte hij de zgn. ‘MELANGE’, een mengsel van margarine met 15% boter. Door de keuringsdienst werd dit nauwlettend gecontroleerd op de juiste verhouding! (na de 2e wereldoorlog werden dergelijke mengsels verboden) Een andere bezigheid was ‘kalkeieren’. Omstreeks mei was er altijd een overvloed van eieren. Van der Hurk had in zijn schuur, half in de grond verzonken, een viertal bakken. In één bak was ruimte voor ongeveer 20.000 eieren. Eerst werd water in de bakken gedaan, dan een laag eieren, hierop een laag ongebluste kalk, daarop weer een laag eieren, dan een laag ongebluste kalk enz. Op die manier behandeld was het mogelijk de eieren ongeveer een jaar lang goed te houden. Deze eieren werden door bakkers veel gevraagd. Vooral in de beschuitbakkerij waren ze geliefd. Later werd de hondekar verwisseld voor een kettewagen, die bedekt werd door een wit kleed. Bezienswaardig was het mooi gelakte koetsje met de zwarte kap, waarmee vader Van der Hurk naar de R.K. kerk in Oudorp reed, onderweg passanten oppikkend.

De Stuimellaan in 1951: Kaasboetje vd Hurk en woning Jansen Booi.

Historische Vereniging

- 131 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 In 1953 overleed Piet van der Hurk en werd de zaak door zoon Antoon overgenomen. Eerst werkte ook hij nog met de kettewagen, in 1957 kwam er een V.W.- bestelauto. Zo langzamerhand werd steeds minder aan particulieren en steeds meer in het groot aan de tussenhandel verkocht. In 1975 werd het bedrijf beëindigd. Dit omdat enerzijds steeds meer kruideniers hun winkel sloten en ‘warme’ bakkers zich transformeerden in ‘koude’, en anderzijds zijn leveranciers de zuivelfabrieken gingen fuseren en steeds minder genegen waren tot leverantie aan de ‘kleine’ tussenhandel. TEUN KLIFFEN VISHANDEL, Bovenweg 54 In 1936 trouwden Teun Kliffen en Grietje Keizer. Ze gingen wonen in het meest zuidelijke huisje van Hes, ongeveer tegenover de gereformeerde kerk. Ook zij kregen met de crisis te maken: Teun kwam zonder werk te zitten. De Regeringssteun maakte dat hij iets kon verdienen door te werken bij een zogenaamd ‘crisisproject’: aanleg van een begraafplaats ter hoogte van de gereformeerde kerk. Het terrein werd opgehoogd met zand uit de naaste omgeving, dat er met kruiwagens naar toe werd gebracht. Het jonge echtpaar wilde graag iets ruimer ‘soppen’ en zon op middelen daartoe. Op een dag kwam Teun thuis met de boodschap: “Ik ga met vis venten!” De reactie van Grietje was: “Vis?? Hoe krijg je dat nu in je hoofd, ik lust helemaal geen vis!” Teuns antwoord: “Toch wordt het vis, het kwam zo maar in mijn kop op en ik blijf erbij”. En Teun ging de boer op: achterop de fiets een kistje, waarin zijn koopwaar lag. Vooral verse haringen betrokken uit IJmuiden. Op het kistje was een dwarsplankje gespijkerd en met behulp daarvan maakte hij de vis schoon. Nadat hij dit enkele jaren op deze manier had gedaan, kon een bakfiets worden aangeschaft, hetgeen meer mogelijkheden bood.

Historische Vereniging

- 132 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 April 1940 verhuisden ze naar Bovenweg 54, een winkelpand, waarin eerder kruidenier STEEMAN zijn waren aan de man probeerde te brengen. Steeman had omstreeks 1900 dit huis laten bouwen op een perceel grond, gekocht van de erven Peerdebos. Hij was tuinder en had een boetje aan het begin van het Daalmeerpad want… een tuinder moest zijn ‘bedrijfsgebouw’ aan het water hebben! In 1932 zag Steeman letterlijk geen brood meer in de bouwerij en mee omdat zijn gezondheid minder goed was begon hij een kruidenierswinkeltje, waartoe hij een winkel aan zijn huis liet bouwen. Dit werd in 1940 de viswinkel van Sint Pancras. De Kliffens hadden nog maar net de winkel wat ingericht, naast vis wilden ze proberen ook wat kruidenierswaren te slijten, toen de Duitsers ons land binnenvielen. Al heel gauw was er geen vis meer te begaan (zee en strand waren verboden terrein geworden). Toen hun broodwinning wegviel, moesten ze maar zien hoe ze hun kostje bij elkaar scharrelden en de oorlog doorkwamen. Ze verkochten onder andere door Jan Roos gemaakte suikerbietenstroop.

Teun had over klandiezie niet te klagen.

Historische Vereniging

- 133 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 Vlak na de oorlog was er af en toe weer wat vis: dan kwam er een telefoontje dat in Bergen een partij vis was gearriveerd, waarvan ook Kliffen iets kon halen voor zijn klanten. Zodra de visvoorziening weer normaal was, begon Teun met een bakfiets de kermissen in de omgeving af te reizen. Later werd dit gedaan met een door Oudejans gemaakte kraam. Per vrachtauto liet hij deze naar de bewuste standplaats brengen. In 1960 waren de Kliffens in staat zelf een auto aan te schaffen en konden ze hun bedrijf nog doeltreffender maken. De Sinterklaasaanbieding bestond vaak uit ‘gerookte paling’ en ook de ‘rolmops’ van Kliffen was een begrip. ‘s Winters – in de tijd dat de ijsbaan nog achter de boerderij van Gijs Klijn was (nu energiewoning van Sleebos) – stonden ze vaak op het ijs met een kraampje waarin chocolademelk en snoep werd verkocht. (kapper Kramer zorgde dat de melk warm bleef). In 1970 stopte Teun met zijn handel en maakte Reyne van de viswinkel een leesmappendistributiecentrum.

De vrijwillige brandweer van St. Pancras ca. 1970 waaraan vaak 'middenstanders' deel namen_ Van l.nr.r.: Jan v.Graft, Teun Ruys, Cor Hart, Anton Schram, Wim Honig, Jan Bruin, Cor de Rooy, Dirk de Koning

Historische Vereniging

- 134 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 ARIS VOLKERS en ZONEN, ‘VOL-ZON’ ‘INTRAVO’ Bovenweg 35 De door ARIS VOLKERS gemaakte tilbury verkreeg de volle instemming van de examencommissie en hij mocht zich omstreeks 1910, evenals zijn vader Piet, wagenmaker noemen. Bij de firma Met in Alkmaar kon men nog een vakman gebruiken en daar ging Aris aan het werk. Evenmin als zijn broer Simon brood zag in de tapijten, zag Aris dit in de wagenmakerij en volgde daarom Simons voorbeeld: hij trok als groenteventer met de hondekar door Alkmaar en wist daar spoedig een klantenkring op te bouwen. 30 april 1915 trouwden Aris en zijn broer Simon gelijktijdig. Ze gingen wonen in een oude boerderij aan de Benedenweg: Simon aan de wegkant, (zie ook S. Volkers, Bovenweg 78) en Aris in het achterstuk. Hier werd Aris een zoon Piet geboren. Zoals steeds in deze handel was het hard en langdurig werken! ‘s Morgens om zes uur werd de hondekar ingespannen en reed hij naar de Alkmaarse groentenveiling om inkopen te doen. Daarna werd de hele dag gevent. ‘s Zaterdags had vaak het middernachtelijk uur al geslagen, voordat de laatste klant van groenten was voorzien en hij op huis aanging. Rijdend op de kar viel hij dan vaak in slaap en werd pas wakker als de kar rammelend de overweg passeerde. Dan dommelde hij weer verder totdat de kar stilstond voor de “ouwe kluis” (= het huis aan de Benedenweg). Enkele jaren later verhuisden Aris en Dieuwertje naar “de hoek” in het Noordeinde. Hier werden Aris jr. en Maup geboren. Daarna gingen ze naar de Bovenweg 35, waar Siem het levenslicht zag. Inmiddels was Aris van kleinhandel overgegaan naar groothandel: grossier in aardappelen en groente. Van de tuinders en op de veiling kocht hij aanvankelijk zijn handel. Deze werd geladen in een schuit van schipper Keizer en naar Alkmaar vervoerd. Daar werd de vracht overgeladen in de tram naar Beverwijk. Van het station Beverwijk werd het met handkarren naar de marktplaats “de Meer” gereden om verkocht te worden aan de kleinhandel aldaar.

Historische Vereniging

- 135 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 Het vervoer te water werd langzamerhand vervangen door vervoer over de weg. In 1933 kocht Volkers zijn eerste vrachtauto, een 4-tons Ford. Hij voerde toen ook koopopdrachten uit voor andere handelaren en conservenfabrieken. Na de bezettingstijd konden deze fabrieken weer volop draaien. Vooral in de zomer, tijdens de sperziebonenoogst gaf dit veel drukte. Hoogstraten uit Alkmaar, Aardenburg uit Hoogeveen, gebr. Duyn uit Beverwijk en anderen gaven hun bestellingen op. In die tijd werden in deze regio veel sperziebonen verbouwd. In NoordScharwoude was er dikwijls een aanvoer van 20 – 30 ton per dag. De grotere gezinnen hadden veel handen beschikbaar voor de bonenpluk. Dagelijks reisden Volkers en zijn inmiddels in de zaak opgenomen zonen MAUP en SIMON de veilingen in de omgeving af voor de inkoop van deze groente. Langzamerhand veranderde dit, werden de aanvoeren op de veilingen te klein en gingen de fabrikanten over op contractteelt in grotere gebieden, waar machinaal kon worden geoogst. Rond 1950 had de firma Volkers 3 Bedfords met bemanning, die het vervoer verzorgden. Enkele jaren na de oorlog begon een aardappelhandelaar in NieuwAmsterdam als eerste ‘gewassen zandaardappelen’ op de markt te brengen.

Historische Vereniging

- 136 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 Volkers, toen volop in de aardappelhandel, – uit Friesland, Zeeland en de Zuidhollandse eilanden betrokken ze kleiaardappelen –, kocht ook de gewassen aardappels. Spoedig kwam men op de gedachte: Dat kunnen wij ook. Aris jr. (ARVO) construeerde een aardappelwasmachine. De voormalige wasserij van De Jager stond ongebruikt en voortaan kwamen in plaats van schone kleren, gewassen aardappels uit dit gebouw. Na enige tijd was de vraag naar ‘gewassen aardappels’ zo groot, dat uitbreiding noodzakelijk was. Achter de woning werd aan de Destréelaan een grote loods gebouwd en daarin werd de wasserij voortgezet. Vaak had de firma hier 12 à 14 mensen aan het werk! Aanvankelijk konden alleen zandaardappelen gewassen worden. Door een verbeterde constructie werd het mogelijk ook kleiaardappelen te wassen. De winkels veranderden, werden mooier, ook kruideniers gingen aardappelen verkopen, waardoor er veel vraag naar een voorverpakt product kwam. Volkers stelde daarom verpakkingsmachines op. Vaak kwam er wekelijks 600 a 700 ton veldgewas binnen. Dit werd eerst op maat gesorteerd en daarna in dezelfde voortgang gewassen en verpakt in 2½ kg zakjes. Het gewassen product mocht geen gebreken vertonen. Piepers, waaraan iets mankeerde werden uitgesorteerd. Dit ‘uitschot’ bracht Piet van Gragt naar diverse ‘aardappelschiladressen’ in het dorp en later haalde hij het geschilde product weer op. Daarna werd dit verpakt in met water gevulde plastic zakken en verhandeld. De verpakte consumptieaardappels werden veel voor export verkocht, o.m. naar West Duitsland en Berlijn. Het wagenpark was met het bedrijf meegegroeid en aangepast aan dit vervoer. Meestal brachten ‘eigen’ chauffeurs, als Kees Goezinne Hzn. en Piet Biersteker de producten weg. Piet de Vries was 25 jaar bij de firma werkzaam, voor hem zijn vader Jo bijna 20 jaar. Piet ‘was in alle kramen pas’: chauffeur en vooral techneut. Ab Hand werkte er 24 jaar en verbleef gedurende de zomermaanden veel in Zeeland voor aankoop van ‘verse’ aardappelen. Ook werkte hij jaren op de grossiersmarkt in Beverwijk.

Historische Vereniging

- 137 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996

Volkers laat zijn producten bekijken op een tentoonstelling in Hamburg.

Ook aan de Destréelaan dreigde de firma Volkers uit zijn jasje te groeien. In Sint Pancras waren voor hen geen uitbreidingsmogelijkheden en daarom werden er plannen gemaakt om naar de Flevopolder te verhuizen. De loods werd in 1976 aan de gemeente verkocht, die er brandweer en openbare werken in onderbracht. Enkele auto’s gingen de laan uit en het in Beverwijk gevestigde gedeelte van de zaak werd van de hand gedaan. Wel werd aanvankelijk in de Wieringermeer nog doorgegaan met de aardappelwasserij. Omdat de concurrentie op dit terrein steeds groter werd, besloot Volkers een andere koers te gaan varen: Maup ging nog enige jaren als bedrijfsleider bij Wokke aan de Omval werken en vervolgens in de V.U.T. Siem ging, al gauw geholpen door zoon Kees, zich toeleggen op de export van groente en aardappelen. Zijn zoon KEES legde zich toe op de afdeling Internationaal Transport. (INTRAVO).

Historische Vereniging

- 138 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 JAN VAN GRAFT schilder, Bovenweg 44 – 46 Dit huis werd omstreeks 1895 bewoond door ANDRIES OUDES, een bloemenkweker. Latere bewoners waren de koopman GOOTJES en in de crisisjaren een handelaar KEIZER. Na de oorlog had JAN van GRAFT er een schilders- en behangersbedrijf en verkocht verf en behang, terwijl hij ook enige tijd wrijfwas in zijn assortiment had. In het huis van Floor de Koning woonde in de dertiger jaren kleermaker RINKE TROOST. Zijn pakken vielen wel eens wat wijd uit, maar daar zat Rinke niks mee: Wel, dan stop je hier je portemonnaie en daar je portefeuille. Dat vult lekker op! ANTOON KRAMER Kapper, Bovenweg 27 SIMON ZEEGERS Aannemer, Bovenweg 29 In 1905 liet Corn. Gootjes Czn. een huis bouwen op een akker, die eerder eigendom was van Jan Gootjes. Hij was hier enige tijd melkboer en kruidenier, terwijl hij ook speelgoed en potten en pannen verkocht. Ouderen herinneren zich nog, hoe ze enkele dagen voor 5 december in de winkel een kijkje mochten nemen. Winkel en magazijn waren in de noordelijke helft van de woning, de woning in het zuidelijke gedeelte. In dit pand had JOANNES PLOEGER een schoenwinkel. De in de smederij aan het Kerkplein geboren SIMON ZEEGERS Czn. kocht deze woning in 1918. Hij deelde het huis doormidden, ging zelf aan de zuidkant wonen en bouwde een timmermanswerkplaats en schuur op het perceel. Hij deed veel nieuwbouw, vooral in Sint Pancras en Langedijk. (o.a. Repos Ailleurs in de Vijzellaan en Huize Toeren aan de Benedenweg), maar hield zich ook bezig met reperatie- en herstelwerk. In de oorlog verzoolde hij zelfs klompen: houten zolen werden onder bijna versleten klompen gelijmd. Omdat een timmerman ook moet eten leverde hij in die tijd een kloet voor een bepaalde hoeveelheid tarwe.

Historische Vereniging

- 139 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996

Toen stond dit huis er nog niet zo lang

Direct na de oorlog, toen hier de materialen nog schaars waren, trokken zijn zonen naar het veel eerder bevrijde Limburg en bouwden daar meerdere huizen.

Familie Zeegers.

Historische Vereniging

- 140 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 In het noordelijk gedeelte van het huis oefenden eerst kapper PIET WIJT en JONGEJAN hun beroep uit. In 1939 werd deze kapperszaak gekocht door ANTOON CAREL KRAMER, die naast de kapsalon een winkel voor rookartikelen had. Voor de oorlog, toen het aantal zelfscheerders nog betrekkelijk gering was, lieten veel mannen, nadat ze ‘s zaterdags de gehele of het grootste deel van de dag hadden gewerkt, zich voor de zondag nog even van een glad geschoren gezicht voorzien. En dan werd het bij Kramer wel eens laat. De klanten kortten de tijd met het uitwisselen van nieuwtjes of vertellen van sterke verhalen. Verschillenden plachten, als ze van baard waren ontdaan, weer bij de stamtafel aan te schuiven omdat het zo gezellig was. Anderen zoals bakker Willem Verkuil, de man was ‘s morgens heel vroeg opgestaan en had de gehele dag gewerkt, vaak in weer en wind gevent, konden het wel eens, in de behaaglijke warmte tot rust was gekomen, niet meer voor elkaar houden en zij hoorden dan alles knikkebollend aan.... Op hun beurt bedienden de klanten Kramer op zijn wenken, toen hij er over klaagde dat het zo vreselijk heet in de salon was: Piet Schuit en Jaap D. Kloosterboer pakten de hete kachel en zetten die buiten op straat. “Man, je loopt met het geld van de kapper in je zak”. Aangespoord door deze opmerking kwam hij bij Kramer binnen. Nadat Anton zich enigszins had uitgeleefd op het hoofd van zijn slachtoffer, zag deze niet in de spiegel maar op de grond het overgrote deel van zijn weelderige haardos liggen. Hierop wijzend zei hij: “Kapper, als ik de hoeveelheid zie, die ik U kom brengen, mag U mij wel betalen.” Kramer deed net of had hij niets gehoord en knipte rustig verder. Toen de operatie naar wens was verlopen, hielp hij de patiënt uit de stoel en veegde vervolgens diens hoofdhaar op een hoop. Voordat de klant erop verdacht was, greep hij alles bij elkaar en stopte dat in ‘s mans jaszak, zeggend: “Nu moet je me wel betalen!” Omstreeks 1980 beëindigde Kramer zijn bedrijf en kwam hier de patates-frites eettent van KOOS ALBERTS, toen nog KOOS KROMMENHOEK, die ‘s avonds zijn jeugdig snackbarpubliek niet

Historische Vereniging

- 141 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 alleen van een vette hap voorzag, maar tevens liet genieten van zijn liefde voor oefeningen op zanggebied. Na hem had JAN LOGGER deze snackbar. JAN ROOS Bovenweg 38 De, uit Wieringerwaard afkomstig kaasmaker klein “JANJE” Roos begon hier, op het eerdere bouwland van Jan Gootjes, omstreeks 1900 als melkslijter. Spoedig daarna probeerde hij zijn zaak uit te breiden met een soort melksalon waarin een biljart kwam. (anderen vertelden dat hij daar een cafeetje had met een biljart. De raadsnotulen van 1904 vertellen dat Jan Roos voor zijn pand ‘melkverlof’ aanvroeg) In ieder geval de toenmalige jeugd kortte er de tijd met een potje biljarten. Gespeeld werd om een ‘pan’lat. (een stuk koek, zoiets als Deventer koek). Na afloop van het spel bestelde de verliezer bij ouwe Jan een ‘pan’lat en deze werd vervolgens geconsumeerd en daarna werd gebiljart om een volgende ‘pan’lat. Maar het gebeurde wel dat de jeugd na afloop van het spel zonder iets te betalen voor biljart en ‘panlatten’ de zaak verliet.

Jan Jonker en echtgenote – “Ouwe Roossie” en echtgenote

Deze wetenschap maakt het volgende begrijpelijk: Ene Siem Kriek, het zal ongeveer tachtig jaar geleden zijn, wilde op

Historische Vereniging

- 142 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 een zondagmiddag, toen hij als dienstplichtig huzaar met verlof uit de militaire dienst thuis was, in gezelschap van enige vrienden de salon een bezoek brengen, vermoedelijk om te biljarten. Roos, hierop niet gesteld, hield de deur dicht en zette dit kracht bij door met zijn rug tegen de deur te gaan staan. Onze soldaat nam toen zijn sabel ter hand, stak deze door de deur en prikte met de punt in het zitvlak van Ouwe Jan. In de notulen van de gemeenteraad wordt vermeld dat de vroede vaderen het in 1911 wenselijk achtten om de waterplaats (vermoedelijk een openbare urinoir - met de nadruk op open) te verplaatsen naar de hoek Bovenweg en Laan van Tol. Bij nader inzien vonden de heren deze plek minder geschikt in verband met de melkbeweging van Roos. Vlak voor de oorlog was hier zelfs een melkfabriekje. Jan Roos jr. had daarvoor zijn winkelhuis aan de achterkant uitgebreid. In die tijd had Jan 3 paarden en haalde hij melk op bij de boeren in de omgeving. Ook gebruikte hij voor zijn werkzaamheden wel een vrachtautootje en dit werd hem eens bijna noodlottig bij de spoorwegovergang van het zgn. Spoorlaantje. In het dorp zei men toen: “Roossie heb met z’n auto onder ‘t spoor zeten.” ‘s Zomers werd zijn knecht Dirk Bijlstra er op uit gestuurd om met roomijs (RAKET) te venten. In de oorlog verkocht Roos heet water. Veel huisvrouwen betrokken dit bij hem voor de was. Wasmachines waren er praktisch nog niet, brandstof was erg schaars, vandaar dat Roos een ‘gat in de markt’ had ontdekt. Hij stookte de ketel met brokken rubber van oude autobanden o.i.d. In ieder geval het rookte en walmde vreselijk. Vandaar de klacht van moeder de vrouw, als ze de schone was aan de lijn had hangen: “Eerst verkoopt hij heet water voor de was en dan bevuilt hij met zijn roet dezelfde was.” Omstreeks 1951 had de derde Jan Roos weinig zin om het bedrijf voort te zetten en emigreerde naar Australië. Winkel en ventwijk werden overgenomen door LUCAS SCHOENMAKER.

Historische Vereniging

- 143 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996

Links de winkel van de hr. en mevr. Volkers-Blom, rechts de woning van Termaat, boven de deur is een klein gedeelte van de siertegels zichtbaar (1951).

VERENIGDE SPAARBANK Bovenweg 25 Vroeger woonde hier KLAAS TERMAAT. Hij was metselaar, timmerman en aannemer van kleine werken. Boven de voordeur had hij enkele siertegels gemetseld, waarop “bouwvakkers gereedschap” werd afgebeeld met het onderschrift “anno 1918”. Jammer dat deze tegels later zo onder de weersinvloeden hadden te lijden, dat er weinig van is overgebleven. Nadat Termaat stopte met zijn bedrijf werd het huis aanvankelijk alleen voor woondoeleinden gebruikt. Daarna kwam er de DOE-HET-ZELF ZAAK van Bram den Hartigh. Bram, aanvankelijk huisschilder (zie Bovenweg 74) begon met het verkopen van verf, verfkwasten e.d. Later verbouwde en vergrootte hij zijn winkel en was toen in staat om de ‘doe-het-zelver’ op alle terreinen te kunnen voorzien. In het begin van de tachtiger jaren vestigde de V.S.B.-bank zich in een deel van het winkelwoonhuis. Naast deze bank is er in dit pand nog een kapperszaak en een slijterij.

Historische Vereniging

- 144 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996

Het postkantoor met de heer en mevr. Van Kampen en twee postbodes, waaronder de heer Boskamp.

JAN VAN KAMPEN POSTKANTOOR, Bovenweg 23 In 1917 deed postkantoorhouder JAN VAN KAMPEN aan de gemeenteraad het voorstel: ‘Als jullie mijn salaris van f 400,- verhogen tot f 500,- per jaar, bouw ik een nieuw postkantoor.’ Kennelijk had de raad hier wel oren naar, want op 1 juli 1918 werd het nieuwe postkantoor in gebruik genomen en verhuisde Van Kampen van Bovenweg 20 naar bovenstaand adres. Van Kampen had lange tijd zitting in de gemeenteraad. Als wethouder had hij de leiding over de turfwinning in de Beverkoog-veenderij. Daarnaast oefende hij het beroep van makelaar uit. In de bezettingstijd verkocht Van Kampen zijn huis aan Piet Volkers Azn. Na de oorlog had het echtpaar VOLKERS - BLOM een winkel waarin radio’s, elektrische-, en juweliersartikelen werden verkocht.

BLOM POSTKANTOOR Bovenweg 36 Het postkantoor was toen naar de overkant van de weg verhuisd en resp. waren vader en zoon BLOM kantoorhouders. Na het overlijden van Blom jr. kwamen er enkele kantoorhouders van buiten en in 1994 werd het postkantoor verplaatst naar boekhandel Middelburg.

Historische Vereniging

- 145 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 SIJTZE BUWALDA MELKBOER-KRUIDENIER, Bovenweg 32 De Pancrasser groentenhandelaar Cornelis Ploeger liet in 1907 op zijn bouwland aan de Bovenweg een huis bouwen. In 1908 verkocht hij de woning met bijbehorende akker aan Jan Bruin, timmerman en schuitenmaker, Deze bleef tot 1916 de eigenaar van het 15,35 are grote perceel en verkocht het toen aan de tuinknecht Teake van der Wal. Teake deed het over aan de weduwe Chattillon en deze verkocht het door aan Jacob Jansz. Bakker. In 1920 kwam alles in bezit van de horlogemaker Sietze van der Velde. Die ging de woning grondig vernieuwen.

Buwalda voor zijn winkel (1951)

In 1929 verkocht hij huis, erf en schuur aan de melkslijter JAN KOEDIJK en zijn vrouw Marie de Niet. Eerder woonden zij in een later gesloopte woning ongeveer Bovenweg 136, waarin ze hetzelfde beroep uitoefenden. (Na hen woonde de familie Haveman nog in dat huis) Jan bouwde aan het woonhuis een winkel. Dagelijks, ook op zondag, ventte hij met melk. Jans moeder Froutje, die weduwe was, woonde bij hen in. In 1935 kocht de uit Middelie afkomstige kaasmaker SIJTZE BUWALDA de melkslijterij en ging er tevens kruideniersartikelen verkopen. Omstreeks 1965 beëindigde hij het bedrijf vanwege zijn leeftijd. Hij kon geen opvolger vinden, omdat dit soort bedrijfjes toen als te kleinschalig en te arbeidsintensief werd ervaren.

Historische Vereniging

- 146 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 FRANS SPAAN HUIZE ‘VRONE’ Bovenweg 19 In 1935 werd de heer F.N. Spaan kassier van de Boerenleenbank. Hij gebruikte voor dit werk een gedeelte van de woning Bovenweg 19 als kantoor. Gedurende ongeveer twintig jaar werden hier de zaken van de Boerenleenbank afgehandeld. In die periode namen de werkzaamheden dermate toe dat omstreeks 1955 werd besloten tot het stichten van een zelfstandig bankgebouw. RABOBANK Bovenweg 30 Omstreeks 1955 werd door het bestuur van de Boerenleenbank het huis, laatstelijk bewoond door Jan Wever, aangekocht. Wever maakte zich tijdens zijn leven verdienstelijk in de veenderij. Voor Wever woonde er de makelaar en veilingmeester GERT BOOY. Dit huis werd gesloopt. Op dezelfde plaats kwam een gebouw, waarin beneden de BANK een plaats kreeg en waarvan de verdieping dienst deed als woonhuis. Omdat steeds meer particulieren gebruik gingen maken van de bank, was omstreeks 1973 ook dit gebouw te klein geworden en werden de activiteiten verplaatst naar Bovenweg 180. Het voormalige bankgebouw met de daarboven gelegen woning werd toen bestemd tot secretarie van de gemeente Sint Pancras en bleef dit tot 1 januari 1990. Op die datum werden Sint Pancras en Langedijk samengevoegd tot één nieuwe gemeente. In het gebouw werd toen het boekhoudbureau van de heer N.F. Spaan gevestigd. PIET BOOY Bovenweg 11 Timmerman Piet Booy woonde op de plaats waar nu een doorgang vanaf de Bovenweg naar de Moerverweg is. Voor zijn beroep was hij meestal op karwei, maar soms werkte hij bij huis, zo bouwde hij achter zijn woning onder andere een zeewaardig jacht. Achter zijn huis heeft Jan Lelieveld schoenen gerepareerd. Deze was doofstom en zei in plaats van schoenen “oene”. Later had Jan een werkplaats in de Vijzellaan (de schuur van Andries Wognum). De woning van Booy stond 30 tot 40 meter verwijderd van de

Historische Vereniging

- 147 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 Bovenweg en eerder stond tevens op dit perceel, iets dichter bij de Bovenweg, een klein winkelhuisje. Hierin verkocht JANNETJE BOOY kousen, handdoeken en dergelijke textielwaren. Omstreeks 1928 wilde Jannetje wel een punt achter deze bezigheden zetten. Enkele jaren eerder waren Suzanne Kloosterboer en haar man JACOB MULDER aan de Benedenweg komen wonen. Zij waren getrouwd in Schermerhorn, waar Jacob een tuindersbedrijf had. Suzanne wilde graag terug naar Sint Pancras en toen Jacob terecht kon bij Gijs Schot, die toen heel wat terreinen afzandde, waren ze met hun kinderen Jannie en Jan in moeder Suzannes geboorteplaats gaan wonen. Rijk hadden ze het bij lange na niet. Soms was de baas aan het eind van de week niet bij machte om zijn werkvolk uit te betalen. Enige bijverdienste was heel welkom. Suzanna had altijd al zin in een winkeltje gehad en toen Jannetje Booy te kennen gaf te willen stoppen, waren ze er als de kippen bij om het winkelhuisje van de eigenaar Gert Booy te huren. De eerste jaren bleef Jacob bij de firma Gijs Schot werken, want hij had het daar goed naar zijn zin. Op aandrang van zijn vrouw liet Jaap, die het stoelenmatten al onder de knie had, zich inschrijven op de ambachtsschool te Alkmaar voor een cursus stofferen. Veel mensen lieten in die tijd van hun met veren of kapok gevulde schudbed, een driedelig bed maken. Zodra hij de cursus voltooid had kon men voor zo’n karwei bij Jaap Mulder terecht. Hij maakte zelf ook de tijken en verkocht “Prima JAVA-kapok “. Ze woonden slechts enkele jaren in dit huurhuis. Daarna kocht Jaap het huis van zijn buren Piet Koedijk en Trijntje Kooy. Vervolgens woonde PIET VROEGOP enige tijd op Bovenweg 11. Later, vlak voor en in de oorlogsjaren woonden COR HOPMAN en Annie de Vries er. Zij hadden een groentehandel en verkochten ook pinda’s (sausies). Ook heeft Hopman in die jaren bomen voor bakker Verkuil gerooid. Tijdens de hongerwinter woonde BRAM DEKKER, de palingboer in dit huis.

Historische Vereniging

- 148 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996

De Bovenweg ter hoogte van Mulders winkel. Rechts die van de dames Bakker – melkboer Jan Roos.

Jaap Mulder bouwde aan zijn ‘nieuwe’ huis een winkel en zette daarin zijn manufacturenzaak voort. Op maandagmorgen ging hij bij zijn klanten rond met een zegelspaarsysteem. Je kon vooraf sparen, maar ook was er een mogelijkheid om voor gekochte goederen achteraf te sparen, in feite was het dus een spaar- en afbetaalsysteem. Wijst het bovenstaande op de crisistijd, ook het volgende doet dit: Jaap had heel wat klanten in het Zuideinde. Omdat haar man was overleden, was de weduwe Hes genoodzaakt in haar eigen onderhoud te voorzien en begon zij een manufacturenwinkeltje. De pastoor wekte haar geloofsgenoten op de weduwe Hes niet in de steek te laten vandaar dat veel klanten Jaap de volgende keer vertelden dat ‘t hen erg speet voor hem, maar dat zij zich nu genoodzaakt voelden hun klandizie aan de weduwe Hes te gunnen. Dochter Jannie de Boer - Mulder vertelde ook het volgende: Tegenwoordig krijg je in de Sinterklaastijd bij aankoop van een bepaald bedrag een kaartje, dat je kunt invullen met je naam en adres en als de tijd daar is, worden de winnaars er uitgeloot en dat is dat! Maar toen bedacht elke winkelier zelf een attractie om klanten te trekken. Ik herinner me nog wel hoe mijn vader en moeder overlegden wat ze dit jaar weer eens zouden gaan doen. Zo er kwam altijd wel wat

Historische Vereniging

- 149 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 leuks uit de bus. Ze bedachten een slagzin en die borduurde m’n moeder met oranje wol op een ecru-ondergrond in kruissteek: “Door goed en goedkoop, heeft Mulder de loop.” Dat kwam mooi strak gespannen in de etalage te staan en de mensen maar kruisjes tellen. Een mooi gezicht bij ons vanuit de huiskamer vandaan. Op Sinterklaasavond, na sluitingstijd, werd de winnaar bekend gemaakt en daar was veel belangstelling voor, want een mooie wollen deken als eerste prijs was in die tijd een begerenswaardig artikel. Een andere keer hadden ze een mooie grote babypop gekocht. Die werd door m’n moeder aangekleed, kreeg een lange kralen ketting om de hals en werd vervolgens in de etalage gelegd op een langzaam draaiend plateautje. En nu was ‘t de kunst om het aantal kralen te tellen en dat viel niet mee want door dat gedraai raakte je steeds in de war. ‘t Was een gezellige tijd en je kreeg veel aanloop, wat natuurlijk de bedoeling was. In het begin van de vijftiger jaren (zijn vrouw was toen al overleden) emigreerde Jaap met zijn zoon Jan naar Australië. ARNOLD ROHDE nam het bedrijf over en zette dit enige tijd voort. Later beëindigde hij dit en verbouwde de winkel tot slaapkamer.

VAN DER BIJL Bovenweg 22. Van der Bijl werkte bij een smid in Alkmaar, eerst bij IJspeerd, later bij Plomp. Hij was vooral siersmid en veel hekken en windwijzers zijn door hem gesmeed. Hij was ook erg muzikaal. ARIE RUSTENBURG Bovenweg 20. In 1905 vergrootte de bewoner van dit huis PIET PEEREBOOM het met een hulppostkantoor. Vermoedelijk had dit verband met het onderstaande: Eind 1901 verzochten enkele ingezetenen de gemeenteraad van Sint Pancras om over te gaan tot invoering van de telefoon. Lang en breed besprak de raad het verzoek. Tegenstanders waarschuwden voor de hoge kosten: “En we moeten toch vooral rekening houden met datgene, wat ons nog meer te wachten staat, we moeten wat aan het

Historische Vereniging

- 150 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 politiewezen doen en dat is veel noodzakelijker” Voorstanders wuifden de bezwaren weg: “De aanlegkosten vergoedt het Rijk. Piet Peereboom kan het werk, dat eraan vastzit wel doen, het bedienen van de schakelkast stelt niet zoveel voor en kost praktisch niets.” Aanvankelijk staakten de stemmen met 3 tegen 3. De volgende raadsvergadering was voltallig en werd het voorstel aanvaard met 4 tegen 3.

Hier had weduwe Peereboom haar winkeltje.

In 1903 was hier reeds telefoon, vermoedelijk nog in beperkte mate, want eind 1904 ligt er een van de Directeur-generaal van de Posterijen en Telegrafie afkomstige brief op de raadstafel met de vragen: “Wenst U aansluiting op het interlokaal telefoonnet en is er in jullie postkantoor gelegenheid tot het maken van een openbare telefooncel?” In 1905 spraken B. en W. met P. Peereboom over de telefooncel en welke kosten dit voor de gemeente zou meebrengen. (Kortelings werd dit huis door een nieuwe bewoner verbouwd en gaf enkelen van ons gelegenheid om de resten van een telefooncel te fotograferen)

Dat er gebruik werd gemaakt van het nieuwe medium bleek in 1910. Toen vroeg Jb. Kroonenburg aan de raad of de telefoon niet open kon tot ‘s avonds 9 uur. (als de brievengaarder niet aanwezig was, werd op het postkantoor de doorschakeling tussen aanvrager en opgeroepene niet tot stand gebracht). Ook van hogerhand werd aangedrongen op

Historische Vereniging

- 151 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 langere openstelling van de telefoon, zodat ook het overseinen van telegrammen langer plaats kon vinden. In de tijd, dat nog slechts weinig mensen telefonisch bereikbaar waren, werd nogal gebruik gemaakt van ‘het telegram’. De kantoorhouder ontving deze en zette de inhoud op papier en moest vervolgens zorg dragen dat het telegram besteld werd. Hiervoor kreeg hij een vaste vergoeding. (toen f 0,15 per telegram) In 1914 overleed Peereboom. Opvolger JAN van KAMPEN werkte hier tot 1917 en verhuisde toen naar Bovenweg 23. Later woonde op Bovenweg 20 de familie ARIE RUSTENBURG. Arie Sr. en eveneens zijn zonen Klaas en Arie jr. waren groente- en fruithandelaren. WEDUWE PEEREBOOM Bovenweg 18 (later J. Bouwstra) De weduwe van brievengaarder Pieter Peereboom begon, na het overlijden van haar man, naast het vroegere postkantoor een winkel, waarin zij delicatessen, drogisterijartikelen maar ook zwart-op-wit e.d. verkocht. In 1959 werd dit pand door Jan Bouwstra gekocht en vervolgens deed het dienst als woonhuis. VERBURG Bovenweg 16 was muziekleraar. ANTHONIE SCHRAM Timmerman, Bovenweg 14 Landbouwer en koopman Dirk Kloosterboer Jansz. verkocht in 1914 een aan de Bovenweg liggend stuk bouwland, groot 46,90 are, aan JACOBUS NICOLAAS KROONENBURG, timmerman te Sint Pancras. Kroonenburg bouwde daarop een huis met een werkplaats, waarin hij zijn ambacht kon uitoefenen. In 1915 verkocht hij 12,55 are van zijn perceel aan dokter Melchior. Er werd een woning op gebouwd en grond en huis kwamen in het bezit van Hendrik Muurling. Kroonenburg verkocht ook nog ll,52 are aan de metselaar Jan Smit Gerriszoon, die daarop een huis met schuur bezat. Zijn weduwe Antje SmitKuiper verkocht huis en land aan zendeling Andries Kok. Tenslotte verkocht Kroonenburg nog 25 ca.

In 1923 verkocht Kroonenburg zijn bedrijf, bestaande uit woonhuis, werkplaats en bouwland, tezamen 22,58 are groot aan ANTHONIE SCHRAM.

Historische Vereniging

- 152 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 Anton, die in 1897 te Groot-Schermer werd geboren, wist al spoedig dat hij timmerman wilde worden. Zijn ouders stonden niet te juichen toen hij hen dit voornemen meedeelde, zij zagen in hem een opvolger voor hun boerenbedrijf. Nadat hij eerst in twee dienstbetrekkingen grondig met de praktijk had kennisgemaakt, begon Anton hier als timmerman - aannemer. (een jaar daarvoor was hij getrouwd met Trien Hos). Bijna 30 jaar had hij hier zijn bedrijf. In die tijd bouwde hij circa 40 huizen. Het eerste was een huis voor de gebroeders Jan en Ab de Groot, Benedenweg 216 - 218, enkele andere staan aan het Kerkplein (nummers 3, 5, 6 en 11) en de openbare kleuterschool zette hij ook. Verder een stel kassen en warenhuizen, o.m. die van Van Twisk en verder deed hij renovaties, verbouwingen en allerlei burgerwerk. Een van zijn trouwste helpers was Jan Stet. Een zeer goed vakman, hij behoefde slechts één blik op een tekening te werpen, of hij wist precies hoe het gemaakt moest worden en hij voerde dit steeds punctueel uit. Omdat hij altijd in de werkplaats was, werd hij de vertrouwensman en

Anthonie Schram

vraagbaak van de klanten. Eerder was hij bijna 13 jaar in dienst van Nico Kroonenburg en toen de zaak naar Schram overging, besloot hij te blijven en werkte hij nog circa 27 jaar bij hem. Jammer dat Stet, die in Heerhugowaard woonde, tragisch aan zijn einde kwam. De krant beschreef dit als volgt:

Historische Vereniging

- 153 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 Zoals gewoonlijk begaf de heer Jan Stet uit Heerhugowaard zich gistermorgen op weg naar de werkplaats van de timmerman - aannemer Schram in Sint Pancras, waar hij sinds 27 jaren werkzaam is. Ondanks zijn 67 jaren had hij zich vorige week een rijwiel met hulpmotor aangeschaft, omdat het fietsen al te bezwaarlijk voor hem werd. Blijkbaar had hij de nadelen van een hulpmotor bij herfstweer over het hoofd gezien. Op de Twuyverweg werd hij plotseling onwel en viel van zijn rijwiel in de grasberm, waarna hij geleidelijk aan in de sloot schoof. Twee passerende wielrijders zagen het ongeval en wisten Stet bijtijds nog te grijpen, doch terwijl zij hem op het droge haalden, stierf hij. De fa. Schram verliest in hem een goed vakman, die ondanks zijn leeftijd nog niet van ophouden wist. Reeds 40 jaar was hij bij de zaak werkzaam, voorheen in dienst van de fa. Kroonenburg. De overledene was gehuwd en vader van 13 kinderen.

Metselaar Piet Nierop en timmerman Tinus Kooy werkten ook gedurende langere tijd bij Schram. In die tijd werden de knechten nog niet via de bank betaald. Als ze op zaterdagmorgen naar hun werk gingen, leverden ze bij de baas hun werkboekje in, waarin ze hadden aangetekend waar ze die week hadden gewerkt en hoelang dat had geduurd. Aan de hand hiervan kon de baas bekijken, hoeveel hij een klant in rekening moest brengen en berekenen hoeveel iedere knecht had verdiend. ‘s Middags om 12 uur, wanneer de werkweek eindigde, ontvingen ze hun loon en hun werkboekje. Ook bij Schram ging de oorlog niet ongemerkt voorbij. De houthandelaars konden geen materialen meer leveren en de schuren werden steeds leger en holler. Vandaar dat de achterste schuur kon worden omgebouwd tot noodwoning zodat de Helderse evacué Rotgans aan onderdak werd geholpen. Ook was het een mooie gelegenheid om ter gelegenheid van het buurtbevrijdingsfeest in 1945 de schuur om te toveren tot een soort toneelzaal, waarin de buurtartiesten blijk van hun kunnen gaven. In 1957 beëindigde Schram zijn bedrijf. Hij ging wonen in de Van der Vijzellaan en was nog ruim tien jaar als bouwkundig opzichter in dienst van de gemeente Sint Pancras.

Historische Vereniging

- 154 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 Omdat Schram er niet in slaagde een geschikte gegadigde te vinden om zijn bedrijf voort te zetten, werden gebouwen met grond werden verkocht aan de N.V. MANTELFABRIEK STIBBE. Werkplaats en schuur werden verbouwd tot een atelier waarin dameskleding werd vervaardigd. Begin 1967 trok dit bedrijf 23 Joegoslavische meisjes aan. Dezen werden in het atelier tewerk gesteld en woonden in de fabriek en het woonhuis. In 1968 volgden nog enkele anderen, sommigen van de eersten waren toen wegens heimwee reeds teruggekeerd naar hun vaderland. Omstreeks 1970 stopte de mantelfabriek en kwam de koekfabriek van de VAN DER POL & TALSMA ervoor in de plaats. Deze werd circa 15 jaar later opgevolgd door de Aviateur.

WILLEM DE GROOT kruidenier, Bovenweg 12. Onder Bovenweg 14 staat onder andere dat ANDRIES KOK, zendeling te Sint Pancras zijn huis met land, groot 11.52 are, kocht. In 1922 begon Kok-mijnheer, die in de Oost was geweest, hier een boek- en tijdschriftenhandel. Tuinbouwer PIETER BAKKER Dirksz. nam 6 jaar later deze winkel over en begon ook met de verkoop van kruidenierswaren, speelgoed, klompen en allerlei huishoudelijke artikelen. Na zijn overlijden zette zijn weduwe de zaak voort, geholpen door haar zuster Trien. De zaak van de dames Bakker stond goed aangeschreven en had een fikse omzet. Per bakfiets bezorgde Trien de bestellingen bij de klanten. Na hen kwam WILLEM DE GROOT Jzn uit Harlingen in deze winkel. Hij was kruidenier van 1945 – 1966.

Historische Vereniging

- 155 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996

Dirk Duif en ‘oude Wopke Veenstra’ passeren ca. 1975 de in woonhuis veranderde winkel.

DE HERBERGEN op het KERKPLEIN (Greeuw en Ruys) In veel Noordhollandse dorpen stonden vroeger kerk, school, gemeentehuis en herberg in elkaars onmiddellijke nabijheid. Sint Pancras maakte daarop geen uitzondering. Op door Bulthuis in 1794 gemaakte tekeningen van de Nederlands Hervormde kerk en omgeving is op de ene (“Oud Sint Pancras” gaf in 1990 een reproductie uit) de bij de herberg behorende koepel met adelaar en uithangbord en de Nederlands Hervormde kerk goed te zien. De andere geeft dezelfde koepel met uithangbord (de adelaar is onzichtbaar door de ervoor staande bomen) en de rest van de herberg, een soort boerenhuis. De kadastrale atlas van 1832 leert dat kastelein JACOB SMIT eigenaar is van de percelen : A 696 huis en erf 8,20 are groot en A 697 weiland 16,10 are groot. Het hierop volgende perceel is A 698 kerk en kerkhof 21,80 are. Omstreeks 1860 bezit kastelein JAN BIER en later zijn weduwe, de kasteleinse ANTJE BIER - DEKKER: Sint Pancras nr.59 huis en erf 8,20 are (huis en herberg) stal en erf 15,60 are Sint Pancras nr.60 huis en erf 0,50 are

Historische Vereniging

- 156 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 Beide laatste zijn samen 16,10 are, dus is er op het weiland een huis en stal met erven gekomen. De herberg stond ongeveer op de plaats, waar nu de familie Stam woont, het huis nummer 60 is later herbouwd en hierin wonen nu Klaas en Fietje Bakker, de stal moest plaats maken voor het drukker wordende verkeer en daar is nu de straat of het parkeerterrein ten noorden van de kerk.

De weduwe Bier verkocht in 1881 herberg, stal en huis met bijbehorende grond aan CHRISTIAAN KAMPER en hij bediende daarna de klanten van ‘‘s LANDS WELVAREN’. Kamper verkocht de herberg aan vrachtrijder S. Lek en deze in 1895 aan PIETER GREEUW. Pieter Greeuw werd toen eigenaar van “s Lands Welvaren”, de stal en het grootste gedeelte van de bijbehorende erven. Huis en erf van nummer 60 werden in 1882 gekocht door landbouwer TEUNIS RUYS, die van zijn buren er nog wat grond bij wist te kopen. Zijn zoon JAN RUYS had er een koffiehuis. In de volksmond heette het herberg, hetgeen in feite onjuist was want Ruys mocht wel bier verkopen, maar geen sterke drank. (Voor bepaalde klanten tapte Ruys wel een borreltje.) Toen de zaak van Greeuw te koop was, bedacht Ruys zich niet lang en kocht die erbij. Niet alleen om de bijbehorende vergunning, maar ook om de bij dit café behorende toneelzaal. Koedijker tuinders plachten ‘s Lands Welvaren te bezoeken, wanneer zij, op weg naar de veiling in Broek, het eerste deel van de reis varend hadden afgelegd, in Sint Pancras voor de wal gingen om het laatste deel fietsend af te leggen. Zo’n wissel was een mooie gelegenheid om ‘even op te steken’. Omdat de cafébezoekers ook wel eens een sigaartje op wilden steken, had Ruys deze steeds in voorraad. Meestal betrok hij ze van Jan Spaan. Op het achter de herberg gelegen weiland De Krocht vonden dorpsevenementen plaats zoals Koninginnefeesten en tijdens de kermis het katknuppelen en eventuele andere bij de kermis behorende activiteiten. Op zulke dagen nam het café een centrale plaats in.

Historische Vereniging

- 157 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 Toen de Broeker spoorlijn werd aangelegd zochten polderjongens, vooral op vrijdagavond, hun vertier in de herberg. In 1918 werd ‘s Lands Welvaren’ voor afbraak verkocht.

Toen Ruys de herberg van Greeuw kocht, liet hij het achter zijn huis staande zaaltje afbreken. Op deze foto het huis van Ruys en de noordelijke ingang van de witte kerk, die nog met kachels werd verwarmd.

Historische Vereniging

- 158 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996

Van l.nr.r: herberg Greeuw, de oude bakkerij, huis Noordeinde, de smederij, waarvoor de kastanjeboom.

Eveneens het Kerkplein, nu gezien vanaf de smederij met rechts van de kastanjeboom de herberg van Greeuw en links de stal.

Historische Vereniging

- 159 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 Enkele ‘uit het leven gegrepen’ voorvallen in en rond ‘s Lands Welvaren: In de Alkmaarsche Courant van 9 februari 1895 werd verteld dat het Ursemmer fanfarekorps “DE EENDRACHT” de vorige avond een uitvoering gaf in de zaal van Greeuw, maar dat slechts weinig mensen aanwezig waren geweest. Op dezelfde dag stond er een advertentie in deze krant van een OPENBARE VERKOPING in de zaal van P. Greeuw, die gehouden zou worden op maandag 18 februari 1895 ‘s morgens om 10 uur. Onder leiding van notaris De Lange uit Alkmaar zou worden verkocht: Een HUISMANSWONING met BOET en ERF en verder UITMUNTEND BOUWLAND onder Sint Pancras en Koedijk, en dat de verkoopster was de weduwe Jb. Oudes - Balder. Proces-Verbaal, In den jare 1863, den 20e dag der maand Mei, des avonds ten zeven ure, verscheen voor ons Klaas Duif, Burgemeester in de gemeente Sint Pancras, ten Raadhuyse der gemeente: 1. Simon Kriek, oud 41 jaren, van beroep arbeider, wonende in deze gemeente, die verklaarde: dat hij bij de herberg van de Weduwe Jan Bier met een stalletje met noten stond, toen de Veldwachter Veen met den persoon Van Berg uit den herberg kwam en dien eruit wilde houden, toen de persoon van Jacob Kramer buiten kwam en den Veldwachter hevige beleedigingen deed en dat hij vermeende dat Kramer die beleedigingen met vol verstand uitbraakte daar hij den Veldwachter toevoegde: ik ben Kramer van den Waarddijk en dien bij Bram Borst en je kunt mij roepen waar je wilt, zelfs voor Amsterdam, dan krijg ik nog f 7,- kermisgeld. 2. Simon Nol, oud 30 jaren, van beroep arbeider en wonende in deze gemeente, die verklaarde: dat hij bij den herberg met koek en noten naast Kriek geplaatst was en hetzelfde hoorde en zag als deze comparant.....

Bovenstaande geeft weer wat er bij festiviteiten rond het café viel te zien. Het volgende leert dat in de grote zaal ook uitvoeringen door de plaatselijke fanfare werden gegeven: 22 Juli ‘s voorm. 10 uur Aaltje Hartog, 18 jaar, werkster te Koedijk: Na de uitvoering van de fanfare bij de herberg van Greeuw, na eenige woordenwisselingen tusschen haar, haar broer Jan en Willem Groen, heeft zij zich met trompet

Historische Vereniging

- 160 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 en lessenaar van Jan naar buiten begeven, al spoedig gevolgd door Willem Groen, die haar dadelijk een slag op het hoofd toebracht,...

En bij Jan Ruys gebeurde ook wel eens iets: 9 Augutus,1898 E. Uittenbosch, Rijksveldwachter te Alkmaar en Pieter Groen, Gemeenteveldwachter alhier, constateeren dat zij zich tijdens de 2e kermisdag bevonden in het voor het publiek toegankelijke bierhuis van Jan Ruys, dat Corn. Keizer, arbeider, geb. 31 maart 1876, wonende te Sint Pancras verkeerende in staat van dronkenschap, in het Openbaar de orde verstoorde, tegen N. Zeegers ruzie zocht en met dezen wilde vechten, waardoor er groote wanorde onder de aanwezigen ontstond.

Op 30 december 1908 werd in de herberg van Jan Ruys de ijsclub van Sint Pancras opgericht. Enkele dagen later vergaderde de jonge vereniging opnieuw, toen in de herberg van Greeuw. Het lijkt er op, of de ijsclub geregeld in een herberg wilde vergaderen, want er viel het besluit: ‘om iedereen gelegenheid te geven bestuurslid te worden, krijgt een lid van het bestuur voor iedere vergadering 15 cent voor zijn verteringen.’

Fie Bakker had deze foto, genomen Kerkelaan/Benedenweg en herkent: slager Schroder met hondekar, (zie Bovenweg 266) Jongens met hoepel: Piet Tromp en Cor Hoogland, Gerrit Balder. achter: mw. Kloosterboer-Hart, Janny en Wil Biersteker, Trien Kloosterboer, verder jongens Burger, Piet Balder (licht matrozenpak) en Jo Burger (tegen paal), Bets Balder (staande). (ca.1925)

Historische Vereniging

- 161 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996

Tekening gemaakt door J. Bulthuis in 1794, (bewaard in het regionaal archief te Alkmaar), waarop de koepel van de herberg zichtbaar is.

DE ONBEWOONDE BOVENWEG Hoe oud is de Bovenweg? Hoewel dit niet met zekerheid valt te zeggen is het aannemelijk dat er, nadat zich mensen vestigden in deze streken, een pad ontstond op het hoogste deel van de strandwal en daaruit de Bovenweg is voortgekomen. Meer zekerheid bieden gegevens uit later tijden: - In 1713 bezocht de Alkmaarse geschiedkundige Simon Eikelenberg Sint Pancras en bracht het in kaart. Zoals hij toen de Bovenweg tekende, loopt deze nu nog, zij het dat die toen Breedeweg werd genoemd. - Op een oudere, in 1532 door landmeter Pieter van Tabor gemaakte kaart (bewaard in het Rijksarchief te Den Haag onder de collectie Hingman) komt de weg eveneens voor als de Bree wech. - De rond 1300 verwoeste kerk van Vroone, waarvan enkele jaren geleden een gedeelte van het kerkhof werd blootgelegd, lag eveneens aan deze weg. Vroeger werd de Bovenweg ook wel Heer(en)weg en Voorweg genoemd.

Historische Vereniging

- 162 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996

Het kaartje van Eikelenberg vertelt ook dat er in 1715 aan de Bovenweg geen huizen stonden. Wel aan Benedenweg – Noordeinde en Twuyverweg. In “De historie van Koedijk en Huiswaard” schrijft Geus dat men langs de Benedenweg grond voor woningbouw in erfpacht kon verkrijgen van de graaf, die na de val van Vroone al de bezittingen van de burgerij in beslag had genomen. Vermoedelijk vonden de vroegere Pancrassers het daar goed wonen, want: Ze waren dicht bij hun voornaamste arbeidsterrein: de meren om te vissen en de daar tussen liggende weilanden voor de veeteelt. Verder waren ze daar vrij veilig voor overstromingen door de Heerhugowaard. Vroegere wegen. Rond 1820 waren veel wegen in ons land nog onverhard. Enkele kleine stukjes hoofdweg waren bestraat; onder andere de weg tussen Amsterdam en Utrecht. Maar de meeste hoofdwegen en alle andere wegen waren rulle zandbanen of aangestampte kleiwegen. Eerder maakte men een weg door twee evenwijdige sloten te graven en de vrijgekomen grond op de middenbaan te werpen, te slechten en de weg was gebruiksklaar. (Vermoedelijk is zo de Twuyverweg gemaakt) Als in de herfst een weg onbegaanbaar werd door de regens en er diepe karresporen ontstonden werd de weg eenvoudig afgesloten door enkele in de grond geslagen palen.(hieraan hebben we het woord hinderpalen te danken) Toen er tijdens koning - koopman Willem I meer handel en industrie kwam, ontstond de roep om betere wegen. Lang niet iedere dorpeling was op deze vooruitgang gebrand!

Hoewel er een goede verbinding te water met Alkmaar was, begon men hier omstreeks 1845 toch de behoefte te gevoelen aan een betere wegverbinding. In de gemeentelijke jaarverslagen (opgezonden naar G.S.) werd vermeld:

Historische Vereniging

- 163 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996

Kaartje van St. Pancras, gemaakt door S. Eikelenberg waarop de Bovenweg nog onbebouwd is.

Historische Vereniging

- 164 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 De Geest- of Bovenweg loopt van Sint Pancras tot aan den Hoornschen weg, zijnde een zandweg, is gemiddeld 4 Nederlandsche ellen breed en is het grootste deel van het jaar zwaar en slecht te berijden. Een wagen met kool moet soms door 3 of 4 paarden worden voortgetrokken. Er is hier veel passaat van den Langendijk naar de Alkmaarsche markten en eveneens vanuit veel andere plaatsen van noordelijk Noord-Holland. De weg is vooral in den herfst moeilijk te berijden. Het is beter dat deze weg, net als alle andere wegen in Noord-Holland, ook in een beteren toestand zoude worden gebracht. Dit zou hier vrij gemakkelijk kunnen gebeuren. Het zand kan gemakkelijk worden aangevoerd, want dat is hier volop voorradig en dit zou dus hier met veel minder kosten gepaard gaan dan elders. De commissaris antwoordde burgemeester Klaas Duif: “In eerste instantie moeten jullie zelf proberen jullie wegen in orde te krijgen en wanneer zo’n weg in meerdere gemeenten ligt, moeten jullie het samen met de buren doen.” Daarop liet Sint Pancras een kostenraming voor een harde weg door de Nollen maken en vroeg Oudorp en Koedijk of zij bereid waren dit project mee te bekostigen. Beide gemeenten gaven niet thuis en in arren moede besloot Sint Pancras de Bovenweg dan maar in dezelfde staat te laten en zo goed mogelijk te onderhouden. In de praktijk betekende dit dat iedere aanliggende eigenaar zorg moest dragen voor het weggedeelte langs zijn perceel. Bij het ploegen en eggen van de aanliggende akkers mochten deze werkzaamheden niet tot op de weg worden voortgezet. Het gemeentebestuur schouwde de weg en liet er politietoezicht op uitoefenen. Dat de burger deze zorg niet altijd even goed behartigde, blijkt uit opgemaakte proces-verbalen (Klin nr.9 bladzijde 66) en uit een brief van de Pancrasser burgemeester aan zijn Koedijker collega, waarin deze schreef dat bij hem steeds werd geklaagd over de slechte staat van de weg in het Zuideinde. Ook maakte men daar de Klinnen van de erfafscheiding op de weg, zodat de rijstrook steeds smaller werd en twee wagens elkaar niet konden passeren.(1858)

In 1859 deed Alkmaar het aanbod: “Wij laten op onze kosten de weg door de Nollen bestraten tot een breedte van 2.80 ellen of met de kantlapen 3.10 ellen. Dit zal ons f 2400,- kosten.

Historische Vereniging

- 165 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 We doen dit om een betere communicatie tussen de diverse gemeenten te verkrijgen. Voordat Alkmaar hiertoe overgaat wil het eerst de toezegging van Oudorp, Koedijk en Sint Pancras dat zij daarna het onderhoud op zich nemen. Tevens verwacht Alkmaar dat de Langedijker gemeenten hun straatwegen in een goede en rijdbare staat zullen brengen. Indien zij deze toezegging doen, is Alkmaar tevens bereid zich in te zetten voor een goede communicatie tussen Oudkarspel en Nierop en gaat Alkmaar tevens de weg tussen de Halvemaansbrug en de Friesche poort in een goede staat brengen. In Sint Pancras werd dit aanbod met gejuich ontvangen en het verklaarde meteen borg te staan voor een goed onderhoud van de nieuwe straatweg. Erg teleurgesteld was men toen Oudorp en Koedijk niet bereid waren om dezelfde belofte te doen. Dus..., de Bovenweg bleef slecht. En Sint Pancras maar kankeren: In de zomer kom je niet door het mulle zand, in de winter blijf je steken in de plassen en de blubber..... Toen de Middenweg van de Heerhugowaard wel werd bestraat en de Ringweg eveneens goed begaanbaar was, verdween Alkmaars interesse in de Bovenweg. Het had zijn aanbod in 1859 gedaan met de bedoeling een goede wegverbinding Alkmaar - Niedorper Verlaat tot stand te brengen. Dit doel was na de verharding van de Middenweg bereikt! Toen in 1868 burgemeester Nobel Alkmaar berichtte dat de inzichten van Koedijk en Oudorp wat betreft het onderhoud van een straatweg door de Nollen waren veranderd en Alkmaar vroeg om nu deze weg op zijn kosten te laten aanleggen, (zie Klin 5 bladzijde 43) antwoordde Alkmaar dat er sedert 1859 een en ander was veranderd: de komst van de spoorweg en het bestraten van de Middenweg, waardoor Alkmaar veel minder belang had bij een straatweg door de Nollen en er geen geld voor beschikbaar wilde stellen. In 1870 wilde Oudorp de Munnikenweg verbeteren en diende hiervoor een subsidieaanvraag bij de Provincie in, de nabuurgemeenten vragend deze aanvraag te willen ondersteunen.

Historische Vereniging

- 166 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 Pancras’ burgemeester P. Nobel reageerde met: “Op zich is de verbetering van de Munnikenweg een goede zaak, maar zonder de verharding van de weg door de Nollen is het onzin en daarom steunt Sint Pancras deze subsidieaanvraag niet, integendeel, het adviseert Gedeputeerde Staten om het in deze vorm niet toe te staan.” GEDEPUTEERDE STATEN zegde evenwel een subsidie toe. Vervolgens vroeg Oudorp subsidie aan voor verharding van dat deel van de weg door de Nollen dat binnen Oudorps grenzen lag. (van de Halvemaansbrug tot even voor de overweg) en adviseerde Sint Pancras en Koedijk hetzelfde te doen voor hun gedeelte Bovenweg.

Naast de fraaie kapwagen aan het begin van de Twuyverweg is, waar het houten hek eindigt, de inrit naar de boerderij van Nobel zichtbaar en ook valt te onderscheiden, dat daar de bestrating eindigt en overgaat in een ander wegdek. (in het midden paardepad, verder grind) Waar de weg oploopt, is de Mirakelenbrug.

Historische Vereniging

- 167 -

Oud Sint Pancras

De KLIN nr. 11 - 1996 Het is niet onmogelijk dat Oudorp een ‘geheime’ suggestie van Gedeputeerde Staten bereikte om te beginnen met de verharding van de Bovenweg en de beide andere gemeenten daarvoor ook op te warmen. Door Oudorp hiertoe aangezet, werd een kostenbegroting voor de verharding van de Bovenweg van Witte Kerk tot ‘het laantje van Metselaar’ gemaakt en vervolgens werden de subsidie aanvragen verstuurd. De Provincie beloofde onmiddellijk 20% van de kosten te betalen en deed zelfs de gedachte aan de hand van een nog vlottere verbinding met Alkmaar via de Hoornse weg. (Deze (nu weer afgesloten) weg was in die tijd erg slecht en gevaarlijk. Op Alkmaar rustte de onderhoudsplicht, maar ondanks herhaalde pogingen van Gedeputeerde Staten weigerde Alkmaar de weg te verbeteren). 3 januari 1871 werd verharding van de gehele weg door de Nollen, vanaf de gemeentegrens van Oudorp tot even voorbij de inrijdam van burgemeester P. Nobel, in de herberg van S. Lek aanbesteed. (lengte 2090 meter) De weg moest over een breedte van circa 3 meter worden bestraat. Naast dit harde weggedeelte bleef er nog een onverhard gedeelte over en langs de weg moest aan weerszijden een flinke afwateringsgreppel komen, tenzij er een inrit was. Waar nodig, moesten klinnen geheel of gedeeltelijk worden opgeruimd. Pieter Ootes uit Wognum ging het maken voor f 9580,De uitvoering van de werkzaamheden liet niet lang op zich wachten en spoedig kon de verbeterde weg in gebruik worden genomen. Al gauw na de wegverbetering kwamen er meer huizen aan de Bovenweg. De ‘heidegrond’, hooggelegen zandgrond, weinig geschikt voor agrarisch gebruik, (het afzanden had men nog niet uitgevonden), wel gebruikt als bosgrond (wat hout voor eigen gebruik) en waarop men ook een kippen- en konijnenbedrijven had, was heel geschikt voor woningbouw en deze kwam dan ook al gauw na de wegverharding op gang. In 1915 werd de weg 2 meter breder gemaakt en midden dertiger jaren werd de Bovenweg geasfalteerd.

Historische Vereniging

- 168 -

Oud Sint Pancras

Related Documents

Klin 11 Deel 4
December 2019 11
Klin 11 Deel 2
December 2019 20
Klin 11 Deel 1
December 2019 13
Klin 11 Deel 3
December 2019 7
Klin 10 Deel 4
December 2019 16
Klin 10 Deel 3
December 2019 14

More Documents from "De Oude Klin"

Klin 11 Deel 4
December 2019 11
Klin 10 Deel 3
December 2019 14
Klin 04
December 2019 9
Klin 10 Deel 5
December 2019 13
Klin 10 Deel 4
December 2019 16
Klin 09 Deel 2
December 2019 14