Het pensioenpakket Het totale pensioenpakket van rustgepensioneerde werknemers en koppels Prof. Dr. Jos Berghman
Pensioencolloquium 13 oktober 2009
Onderzoeksopzet Evaluatie van de toereikendheid van de pensioeninkomens in België Zowel op individueel als op koppelniveau Samenstelling en hoogte van het totale pensioenpakket: • rol eerste en tweede pijler, verschillen naar leefsituatie, verschillen in bijdrage tussen beide partners,…
Data Administratieve data uit Datawarehouse Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming (2006) Koppeling van: • Pensioenkadaster (pensioengegevens) • Rijksregister (gezinssamenstelling)
Populatie: • Alle Belgische gepensioneerden < rustgepensioneerden < rustgepensioneerde werknemers • Alleenstaanden en gepensioneerden in koppelverband
Overzicht resultaten I.
Samenstelling van het totale pensioenpakket 1. Het wettelijk pensioeninkomen 2. Het aanvullend pensioeninkomen 3. Relatieve belang in het totaal pensioeninkomen
II.
Hoogte van het totale pensioeninkomen Evaluatie naar leefsituatie
I. Samenstelling van het totale pensioenpakket
1. Het wettelijk pensioeninkomen Verdeling naar soort rustpensioen
Inkomensgarantie voor Ouderen 4% Rustpensioen + overlevingspensioen 14% Overlevingspensioen 9%
Rustpensioen 73%
RP Gemengd; 27 % RP Ambtenaren; 18 % RP Zelfstandigen; 7% RP Werknemer; 48 %
Verdeling van de gepensioneerden naar leefsituatie, geslacht en soort pensioen, percentages, 2006
Alleenstaand
In koppelverband
Mannen Vrouwen Mannen
Totaal
Vrouwen
Alle gepensioneerden
9
26
41
23
100
Alle rustgepensioneerden
11
7
55
27
100
Rustgepensioneerde werknemers
11
6
51
32
100
Totaal Alleenstaand Koppelv erband
RP
RP AMBT
RP ZST
RP WN
RP Gemengd
RP AMBT
RP ZST
RP WN
189
1.295
1.355
1.379
1.165
776
536
438
610
964
1.137
907
1.345
2.375
1.881
2.419
2.153
2.167
1.952
1.500
RP Gemengd
677
2.000
RP AMBT
213
0 RP ZST
604
500 1.252
1.000
RP WN
Euro
Hoogte van het wettelijk pensioeninkomen, naar geslacht en pensioenstelsel, voor rustgepensioneerden, 2006
3.000
2.500
Inkomensverdeling voor alleenstaande rustgepensioneerde werknemers, naar geslacht, wettelijk pensioeninkomen 35
30
30 25
23
20
%
20
15
13
10
13
9 0 1
0 1
0 1
0 1
0 1
0-100
100-200
200-300
300-400
400-500
5
0
11
10 7
6
5
1 4
10
9 6
5 1400-1500
1300-1400
1200-1300
1100-1200
1000-1100
900-1000
800-900
700-800
600-700
500-600
0
6
Inkomensverdeling voor rustgepensioneerde werknemers die in koppelverband leven, naar geslacht, wettelijk pensioeninkomen 35
30
25
24
%
20
15
16
17 15
15 12
12
10
0
0
0
0
6
0 4
0 4
13
7
6
600-700
0
7
6
500-600
7
5
13
4 1400-1500
1300-1400
1200-1300
1100-1200
1000-1100
900-1000
800-900
700-800
400-500
300-400
200-300
100-200
0-100
0
2. Het aanvullend pensioeninkomen Toegang tot de tweede pijler: Mattheüseffect
Geslacht
Alleenstaand
In koppelverband
Totaal
%
%
N
%
Man
42
51
161.147
49
Vrouw
32
16
37.234
19
Totaal
39
37
198.381
38
Toegang tot de tweede pijler naar hoogte van het eerstepijlerpensioen, rustgepensioneerde (RP) werknemers 100 90 80 70
68 57
50 40
45
30
33
38
Inkomensklassen eerstepijlerpensioen (Euro)
1400-1500
1300-1400
1200-1300
1100-1200
400-500
15 1000-1100
300-400
16
900-1000
6
16
800-900
5
15 600-700
5
12 500-600
4
200-300
0
10
100-200
10
700-800
20
0-100
%
60
7
3. Het relatieve belang van de pijlers: Lucas-effect Aandeel van het eerste en tweede pijlerpensioen, alleenstaande RP werknemers 4.500 4.000 3.500 3.000
2.000 1.500 1.000
Armoedelijn € 878
500
Inkomensklassen totaal pensioen (Euro)
2.800-2.900
2.600-2.700
2.400-2.500
2.200-2.300
2.000-2.100
1.800-1.900
1.600-1.700
1.400-1.500
1.200-1.300
1.000-1.100
800-900
600-700
400-500
200-300
0 0-100
Euro
2.500
Aandeel van het eerste en tweede pijlerpensioen, RP werknemers die in koppelverband leven 4500 4000 3500
2500 2000 1500 1000
Armoedelijn € 878
500
Inkomensklassen totaal pensioen
2800-2900
2600-2700
2400-2500
2200-2300
2000-2100
1800-1900
1600-1700
1400-1500
1200-1300
1000-1100
800-900
600-700
400-500
200-300
0 0-100
Euro
3000
Samenstelling van het totale pensioen Koppels met min. één RP WN: aandeel per pijler en per partner 6.000
5.000
3.000
2.000
Arm oed elijn € 1 .3 1 7
1.000
Ink om ensk lassen totaal pensioen op huishoudniveau (Euro)
3.800-3.900
3.600-3.700
3.400-3.500
3.200-3.300
3.000-3.100
2.800-2.900
2.600-2.700
2.400-2.500
2.200-2.300
2.000-2.100
1.800-1.900
1.600-1.700
1.400-1.500
1.200-1.300
1.000-1.100
800-900
600-700
400-500
200-300
0 0-100
Euro
4.000
II. Hoogte van het totale pensioenpakket Marcuseffect
Hoogte van het totale pensioeninkomen Alleenstaande rustgepensioneerde werknemers 30
Armoedelijn € 878
25
15
10
5
Inkomensklassen totaal pensioen (Euro)
2.800-2.900
2.600-2.700
2.400-2.500
2.200-2.300
2.000-2.100
1.800-1.900
1.600-1.700
1.400-1.500
1.200-1.300
1.000-1.100
800-900
600-700
400-500
200-300
0
0-100
%
20
Inkomensklassen totaal pensioen op huishoudniveau (Euro) 3.800-3.900
3.600-3.700
3.400-3.500
3.200-3.300
3.000-3.100
2.800-2.900
2.600-2.700
2.400-2.500
2.200-2.300
2.000-2.100
1.800-1.900
1.600-1.700
1.400-1.500
1.200-1.300
14
1.000-1.100
16
800-900
600-700
400-500
200-300
0-100
%
Hoogte van het totale pensioeninkomen Koppels met minstens één rustpensioen voor werknemers Armoedelijn € 1.317
12
10
8
6
4
2
0
Hoogte van het totale pensioeninkomen Vergelijking tussen alleenstaanden en koppels Leefsituatie
N
Pensioen op koppelniveau
Equivalent pensioeninkomen Zonder schaalvoordelen
Met schaalvoordelen
Alleenstaanden
87.660
1.250
1.250
1.250
Mannen
55.727
1.348
1.348
1.348
Vrouwen
31.933
1.080
1.080
1.080
Koppelniveau
195.783
1.968
984
1.312
Gezinspensioen
81.070
1.933
967
1.289
Alleenstaandenpensioen+ Alleenstaandenpensioen
57.725
2.190
1.095
1.460
Alleenstaandenpensioen
56.988
1.803
902
1.202
Hoogte van het totale pensioeninkomen Cumulatieve verdeling naar leefsituatie, met schaalvoordelen 100
A rmo edelijn
90
€ 878
80 70
50 40 30 20 10
2.800-2.900
2.600-2.700
2.400-2.500
2.200-2.300
2.000-2.100
1.800-1.900
1.600-1.700
1.400-1.500
1.200-1.300
1.000-1.100
800-900
600-700
400-500
200-300
0 0-100
%
60
Inkomensklassen totaal pensioen (Euro)
Alleenstaanden - Mannen
Alleenstaanden - Vrouw en
Koppel - Gezinspensioen
Conclusie Onze pensioenen zijn loopbaangekoppeld. Dit geeft nog steeds grote verschillen tussen mannen en vrouwen. Er zijn veel kleine pensioenen maar beeld verbetert in koppelcontext Toch nog veel kleine pensioenpaketten, vooral bij: • Alleenstaande vrouwen • Koppels met slechts 1 pensioen
(1 alleenstaandenpensioen/1 gezinspensioen)
Inzetten op 2 pensioenhuishoudens – 2 pensioenen alleenstaanden
Conclusie 1e pijlerstelsels verschillen sterk m.b.t. 2e pijler • 2e pijler: › zichtbaar bij werknemers › niet terzake bij statutaire ambtenaren (en onbestaand bij contractuelen) › Niet gekend bij zelfstandigen 2e pijler
– dekt slechts deel (Mattheüs) - vaak erg laag (Lucas)
Conclusie Waar zitten de kwetsbare groepen? • IGO-trekkers De onderkant van de pensioenbescherming
• Vrouwen De pensioenbescherming van vrouwen: diversiteit troef