Over spelfouten en taalontwikkeling Paul de Maat 09 09 09 Taal ontwikkelt zich, dat is bekend. Als je in de middeleeuwen niet naar school wilde, zei je zoiets als: ‘Ik en wil niet naar school.’ Om een ontkenning aan te geven gebruikte de middeleeuwer de constructie ‘en ... niet’, maar geen Nederlander die dat nu nog zo zegt. De eerste laat-middeleeuwse leerling die ‘en’ wegliet, kreeg waarschijnlijk stokslagen, maar de evolutie was niet tegen te houden. Taalverandering gebeurt gewoon Taalfouten zijn dus niet altijd fouten, maar kunnen er ook wel eens op wijzen dat iets in de taal aan het veranderen is. Op school leerde ik nog dat het meervoud van brandweerman ‘brandweerlieden’ is, maar tegenwoordig is ‘brandweermannen’ net zo goed toegestaan. Dat is misschien maar goed ook, want hoe minder uitzonderingen in de taal, hoe makkelijker. Je zou zeggen: hoe vaker een ‘taalfout’ gemaakt wordt, hoe meer er sprake is van een veranderend en uiteindelijk een algemeen geaccepteerd taalverschijnsel. Ik zou er niet van staan te kijken als over tien jaar ‘Hun hebben’ normaal is. Of dat niemand er nog moeite mee heeft als een brief ondertekend wordt met xxx. Nu vinden veel Nederlanders dat nog ongepast, maar het is maar wat je gewend bent. De Fransen schrijven immers ook ‘Je t’embrace’. Nu zijn er twee dingen die vaak, maar niet terecht, op een hoop gegooid worden: taal en spelling. Taal en spelling zijn twee heel verschillende zaken. Taal ontwikkelt zich elke dag, en taalontwikkeling valt niet echt (bij) te sturen. Maar spelling berust op afspraken. Spelling is afspraak en afspraken zijn handig Ooit schreef iedereen zoals hij zelf dacht dat het duidelijk was. Er waren ook maar weinig lezers, er was geen boekdrukkunst, dus het maakte niet zoveel uit. Maar naarmate er meer mensen gingen lezen en schrijven werd het toch wel lastig. Het kon je gebeuren dat je een brief kreeg van iemand die woorden op een heel andere manier schreef dan jij gewend was. Dat was verwarrend, onhandig en slecht voor de vriendschap. Dus werden er afspraken gemaakt. Wel zo handig. Of ontwikkelt spelling zich ook? Kan er ook hier sprake zijn van
evolutie? In een heel enkel geval wel. Vroeger schreef men ‘Ik houd van jou’, maar er zijn er maar weinigen die dat zo uitspreken, dus het werd ‘Ik hou van jou’. Helaas voor de creatieve spellers, maar aan de meeste spelfouten is echt geen evolutionair aspect te ontdekken. Denk aan dt-fouten, misschien wel de meest voorkomende. We kennen allemaal de volgende fenomenen: • Ik wordt • Hij word • Het betekend Als hier sprake was van evolutie, dan zou er in deze spelfouten toch een of andere logica in te ontdekken moeten zijn. Logisch, evolutionair te begrijpen is het bijvoorbeeld om alles met een t te gaan schrijven. Maar dat is hier niet aan de orde. Spelfouten kunnen zelfs regelrecht voor betekenisverschillen zorgen. Een lange afstandsloper is iets anders dan een langeafstandsloper. Een digitaal bordspel is iets anders dan een digitaalbordspel. Ook over het schrijven van samengestelde woorden zijn afspraken gemaakt, met het doel om onbegrijpelijk Nederlands tegen te gaan. Dus Dus, taal ontwikkelt zich. Je kunt daar niet tegen zijn. Spelling is een afsprakensysteem dat vooral goed werkt als iedereen zich eraan houdt. De meeste spelfouten hebben helemaal niets met taalevolutie te maken.
De Creative Commons Naamsvermelding-Niet-commercieel-Gelijk delen 3.0 Nederland Licentie is van toepassing op dit werk. Ga naar http://creativecommons.org/licenses/by-nc-sa/3.0/nl/ of stuur een brief naar Creative Commons, 171 Second Street, Suite 300, San Francisco, California, 94105, VS om deze licentie te bekijken.