Testen ivm ADHD Meestal worden er observaties toegepast door professionele hulpverleners (bv. Logopedisten) op kantoor zelf of op school en andere. Men gaat nagaan of er sporen zijn van hyperactiviteit door te kijken of het kind moeilijk is en bv. Vanalles wil vastpakken op kantoor enz… . Observaties is dus het klassieke manier om onderzoek te doen, en wordt ook meestal gedaan in klassieke ruimtes. Men gaat het kind dan ook zo vaak mogelijk onderzoeken in een zo normaal mogelijk milieu dus ook soms zonder medicatie (Ritalin). De deskundigen stellen ook meestal vragen aan de ouders die ook cruciaal zijn om de ernst van ADHD te weten te komen. Deze vragen kunnen variëren van: ‘’Hoe zal het eten?’’ tot ‘’Hoe slaapt het kind?’’. De vragen worden gesteld om meestal details te weten te komen. Kinderen met ADHD kunnen door te veel beweging in hun slaap van hun bed vallen, anderzijds kunnen kinderen die overdag te actief is zijn slapen als een roos. Omdat ADHD een stoornis is in de hersenen kunnen er ook stoornissen vaak worden waargenomen, zoals lang bedwateren kan een symptoom zijn van onrijpheid in de hersenen. Men wilt ook vaak te weten komen hoe het kind reageert in een natuurlijke omgeving met zijn ouders (bv. In een supermarkt). Een kind met ADHD zal meestal zijn ouders kunnen verliezen in zo een omgeving omdat er te veel aandacht wordt getrokken door ander dingen. Meestal zijn zulke details belangrijk voor deskundigen op vlak van ADHD. Er bestaan dan ook verschillende testen die officiële kenmerken van ADHD kunnen bewijzen, maar deze worden meestal gebruikt als een officieel bewijs. Anderzijds zijn deze testen wel geen doorslaggevend bewijs, want zelfs een normaal kind zonder ADHD kan zich gedragen als een kind met ADHD en omgekeerd kan ook. Omdat deze testen niet zo betrouwbaar zijn, wordt er meestal beroep gedaan op observaties. Niettemin zijn deze testen en/of vragenlijsten een ondersteuning van hoe ADHD vastgesteld wordt. (=> Zie volgende testen en vragenlijsten).
Werkhoudingsproblemen bij ADHD. Er bestaat een efficiënte manier om werkhoudingproblemen bij kinderen met ADHD te begeleiden= de zelfinstructiemethode van Meichenbaum (‘’ de methode van de 4 beertjes’’). Deze methode helpt het kind al volwassene stap voor stap het denkproces te leren ontwikkelen. Het kind leert bewust zijn handelingen uit te voeren.
Meichenbaum stelt een aantal principes centraal:
Probleemoplossing in 4 fasen –De fase waarin het probleem geanalyseerd wordt; -Oplossingsstrategie fase -Fase waar het werkplan wordt uitgevoerd -Evaluatiefase
Verbaliseren. Om het denkproces bewust te kunnen sturen wordt’’taal’’ gebruikt ter ondersteuning van deze 4 fasen: - ‘’Wat moet ik doen ?” - ‘’ Hoe ga ik dat doen ?’’ - “Ik doe mijn werk ?” - “Ik kijk na ”
Visualiseren. Behalve door taal wordt elke fase ondersteund door tekeningen, waarvan de meest bekende ‘’De 4 beertjes zijn”. Ze dienen vooral om aandacht te trekken.
Model staan. Meichenbaum geeft een belangrijke rol aan de begeleider door te stellen dat hij zelf eerst moet verwoorden en voordoen en wat hij nadien van het kind verwacht. =>(Zie schematische voorstelling van zelfinstructiemethode van Meichenbaum: een synthese.)
Zelfinstructiemethode van Meichenbaum: een synthese