1
NIEUWSMAGAZINE Nr. 52 april 2009
INHOUD Pag. 2 Voorwoord Pag. 3 Programma HCC Beleggen Symposium Pag. 8 Agenda Algemene Ledenvergadering edenvergadering 4 april 2009 Pag. 8 Notulen Algemene Ledenvergadering edenvergadering 26 april 2008 Pag. 10 Jaarverslag 2008 Pag. 11 Staat van inkomsten en uitgaven 2008 Pag. 12 Financieel jaarverslag 2008 Pag. 12 Balans per ultimo 2008 Pag. 13 Staat van inkomsten en uitgaven 2008 Pag. 14 Jaarbegroting 2009 Pag. 15 Scientific Options Trading: handelen in opties op basis van engineering principes (1) Pag. 20 Cursus beleggen via de Open Universiteit Pag. 20 De ultieme oplossing voor het energieprobleem Pag. 21 Hoge Dividend aandelen interessant? Pag. 22 Intermarket analyse in een handelssysteem; een model voor lange termijn beleggers o.b.v. 57 jaar historie Pag. 29 Aandelen de beste asset sset voor de lange termijn? Ja, maar> Pag. 30 Subjectieve en objectieve eve prijzen, verleden en toekomst Pag. 31 Update economische vooruitzichten Pag. 33 Nieuwe boeken uitgegeven door Keyword Pag. 33 Put indexopties schrijven Pag. 34 Bodemvissen of investeren? Pag. 35 Weer een beurswijsheid naar de prullenbak? p Pag. 37 HCC Beleggen
Dit Nieuwsmagazine is een publicatie van de HCC Gebruikersgroep Beleggen. Raadpleeg onze internetsite http://www.beleggersonline.nl/ voor adressen en informatie rmatie over het lidmaatschap
2
Voorwoord – Frans Schreiber Het is ontluisterend om te horen dat er op dit moment veel pensioenfondsen onder water staan. Dat houdt in dat ze op dit moment eigenlijk niet meer aan hun verplichtingen kunnen voldoen. En dat heeft niet alleen tot gevolg dat de pensioenen niet meer worden geïndexeerd, maar het blijkt dat er een aanzienlijke kans bestaat dat ze toekomstige uitgaven niet kunnen financieren en daarmee de rechten op pensioenen worden afgestempeld. Dit toont des te meer het bestaansrecht van onze HCC groep beleggen aan. Want de Angelsaksische wereld lijkt steeds verder op te rukken en dat heeft tot consequentie dat mensen meer verantwoordelijkheid moeten nemen om hun eigen financiën en eventuele pensioenen te regelen. En dat is geen overbodige luxe, gezien het bovenstaande. Maar niet alleen biedt de onze groep beleggen nieuwe leerstof waarbij beslissingen beter kunnen worden gemotiveerd, ook zijn onze ontmoetingsdagen in Culemborg altijd weer een feest voor de geest. Oude bekenden ontmoeten elkaar weer en vaak wordt voor het eerst persoonlijk contact gemaakt als men elkaar al kent van het internet. Het internet neemt steeds meer (een deel van) de rol van verenigingen over: het kost minder tijd om informatie te zoeken, het is snel, het bevat véél informatie en kan op elk moment worden geraadpleegd. Hierdoor voelen veel mensen minder de noodzaak om een bijeenkomst van een vereniging te bezoeken. Toch merk je dat wanneer je met bezoekers in Culemborg praat, ze vaak zeer
tevreden zijn dat ze zijn gekomen, kennis hebben opgestoken van de lezingen en nieuwe contacten hebben opgedaan. Toch zal dat de grootste uitdaging vormen waarvoor wij (en vele andere hobbyverenigingen) voor staan: het actief betrekken van de leden bij de activiteiten van de club. Het bestuur heeft dit jaar meerdere pogingen gedaan om nog meer leden nog meer te betrekken bij haar organisatie en gelukkig hebben we een aantal zeer goede krachten om de club op gang te houden. Toch hebben we nog plekken onbezet en vragen een ieder die nog wat tijd over heeft om ons te helpen om deze ontmoetingsdagen ook in de toekomst te kunnen continueren. Voor de beleggers van onze club én (speciaal) voor de pensioenfondsen heb ik een artikel geschreven over intermarket analyse, een model dat niet te lijden heeft gehad van de kredietcrisis en waarmee de lezers in de toekomst hun voordeel mee kunnen doen.
Met vriendelijke groet,
Frans Schreiber Voorzitter HCC groep Beleggen
3
Programma 52ste HCC Beleggen Symposium " ieuwe ronde, nieuwe kansen" Het zijn lastige tijden voor beleggers. We moeten hard werken om de waarde van onze aandelenportefeuilles op peil te houden en vervolgens wordt het dividend geminimaliseerd. Het ene na het andere bedrijf ziet zich door de economische crisis namelijk gedwongen deze winstuitkering te schrappen. Daardoor kunnen we niet lekker achterover leunen tijdens het 'dividendseizoen',
tijd
aula
maar moeten we actief blijven. We moeten de markt op de voet volgen, want dan houden we zicht op de nieuwe beleggingskansen. In deze onzekere tijden is het wel prettig dat we de hierna genoemde gerenommeerde sprekers bereid hebben gevonden om ons op 4 april deelgenoot te maken van hun visie op de markt.
zaal 1.04
zaal 0.02
ALV 10.00 tot 10.50 uur Algemene
Ledenvergadering van de HCC Beleggen 10.50 tot 11.05 uur pauze
Roelof Foppen Peter Verhaar 11.05 tot 11.55 uur
De toekomst van de beleggers
11.55 tot 12.10 uur pauze
Bram Hogenes
Handelen op de AEX index rond de klok Daytraders opgelet: NinjaTrader! 24/24u met gegarandeerde stops pauze
P. J. Datema Jeroen van Glabbeek 12.10 tot 13.00 uur
Tjakko Wielinga
De voordelen van (juist nu) beleggen in Commodities, Equities en FX? - Maak kennis met Saxo Bank. Serieus Beleggen, Wereldwijd-
Scientific Options Trading: handelen in opties op basis van engineering principes.
pauze
pauze
Guy Boscart
Willem Okkerse
Han Veeken
Wat na 25 jaar een BULL MARKET?
De AEX-portfolio op basis van de OK-score!
Beleggen volgens de Rule #1 methode
Hoe gebruik je de kansen van deze tijd?
13.00 tot 13.30 uur pauze
13.30 tot 14.20 uur
pauze
14.20 tot 14.35 uur pauze
pauze
Harry Premselaar
Gerard Jager
De regels van het spel
Hoe beleg ik een miljoen?
14.35 tot 15.25 uur
4
Een van de sprekers is Guy Boscart die inmiddels wel een beleggingsgoeroe genoemd mag worden. Guy is directeur en oprichter van de uitgeverij BB Intermediaire waaronder www.usmarkets.nl valt. Na veel kennis te hebben opgedaan in de VS over het handelen op de korte termijn startte Guy in 1997 met een nieuwsbrief. Die nieuwsbrief werd later gevolgd door een website. Guy verzorgt dagelijks enkele roundups en schrijft columns en marktanalyses. Over de huidige marktomstandigheden zegt Guy het volgende: Wat er al lang aan zat te komen zien we nu gebeuren, de beurscorrectie is enorm en het is nog maar de vraag hoe we hier uitkomen. a slechte tijden zal het wel weer beteren maar hoe anders zal het voor ons als beleggers worden? Guy kijkt in zijn presentatie terug op 25 jaar een BULL gevolgd door de grootste BEAR ooit. Ook probeert hij te kijken naar de toekomst. Hoe kan die eruit komen te zien? Waar staan we dan als belegger? En vooral, wat moeten we wel en niet doen? Peter Verhaar medeoprichter van Alex geeft een presentatie over de toekomst van de beleggers. Na een aantal jaren te hebben gewerkt bij de Amro Bank op de afdeling Beleggingen groeide Peter Verhaar’s passie voor beleggen, maar daarmee ook zijn onvrede over de gevestigde banken; ze waren té elitair, té duur en té traag. Dat wilde hij beslist anders, dus kwam hij op het idee om een tegenhanger op te richten. In 1995 begon Peter samen met Rene Frijters voor de VEB (Vereniging van Effecten Bezitters) met de VEB Bottomline. Het doel was om de prijs van het handelen van aandelen met 90% te verlagen tot grote irritatie van de grote banken. In 1999 is Alex gestart waarbij Peter als medeoprichter tot 1 januari 2008 directeur business development was. Alex is in die tijd uitgegroeid tot een volwaardige bank voor beleggers waarbij de klant de keuze heeft om zelf te handelen maar ook het vermogen kan uitbesteden aan Alex Vermogensbeheer. Per 1 januari 2008 is Alex verkocht aan concurrent Binck. Peter is ervan overtuigd dat particulier aandelenbezit nog altijd een toekomst heeft. In zijn optiek zal er wel nog veel moeten verbeteren aan de informatievoorziening voor particuliere beleggers met name op gebied van risicobeheer.
Daarnaast denkt hij dat beleggers veel meer gebruik moeten gaan maken van elkaars kennis. Roelof Foppen van WH Selfinvest geeft een presentatie genaamd Handelen op de AEX index rond de klok 24/24u met gegarandeerde stops. Uit aandelen, in CFD´s! Voor de lange termijn belegger met zijn traditionele buy-and-hold strategie zijn het zwarte tijden. De korte termijn swingtrader echter kan zijn voordelen doen in de huidige zeer volatiele markt. Belangrijk is om zowel long als short te gaan en te profiteren van zowel korte stijgingen ´bear market rallies`, als short voor de snelle dalingen. CFD´s, Contracts for Difference, geven ongekende mogelijkheden om op aandelen, indices, grondstoffen en valuta met een lage inleg en minimaal risico te kunnen handelen. Uniek is de mogelijkheid om op indices als de AEX 24/24u handelen. Nooit meer opening gaps. U kunt handelen tot de sluiting in New York om 22.00 u en ga door tot de opening in Amsterdam om 9.00 u. Gegarandeerde stops. CFD´s zijn een succesvol alternatief voor Turbo´s, Speeders en Sprinters! Tijdens de presentatie zal de handels- en trading platform ProStation breed aanbod komen. Het kiezen van het juiste instapmoment, bepalen van indicatoren. Opzetten van strategieën voor automatisch handelen en backtesten. Samen met de WHS Techscan heeft u een waardevol instrument om snel interessante fondsen te vinden voor succesvolle trades. Jeroen van Glabbeek, CEO van mobiele technologieprovider CM (www.cm.nl), geeft een presentatie met als thema: Hoe gebruik je de kansen van deze tijd? Op 17-jarige leeftijd richtte Jeroen van Glabbeek zijn eerste bedrijf Technomedia op. Tijdens zijn studie Technische Bedrijfskunde aan de Technische Universiteit Eindhoven werkte hij in de avonduren aan de ontwikkeling van nieuwe SMS toepassingen. In 1999 richtte hij samen met Gilbert Gooijers ClubMessage op, een mobiele technologieprovider die zakelijke diensten en producten levert op het gebied van SMS, MMS en interactieve video. In 2005 richtten Jeroen van Glabbeek en Gilbert Gooijers een ander bedrijf op, CM Technology. CM Technology is een werkmaatschappij van ClubMessage en biedt dienstverlening, consultancy en maatwerk-
5
oplossingen op het gebied van SMS, MMS en streaming video, gericht op de internationale markt. In 2006 werd CM Telecom opgericht, een werkmaatschappij die zich richt op de markt voor bulk en premium SMS/MMS gerelateerde diensten. Inmiddels is ClubMessage gegroeid tot marktleider op het gebied van mobiele technologie. Het bedrijf behoort sinds 2006 tot de Deloitte Technology Fast 50, een ranglijst van de vijftig snelstgroeiende technologiebedrijven in Nederland. Kortom, Jeroen is een succesvolle ondernemer. Tijdens zijn presentatie zal Jeroen ingaan op het zien en benutten van de kansen in de huidige tijd. Han Veeken geeft een presentatie over beleggen volgens de Rule #1 methode. Han is een particulier belegger die circa zeven jaar geleden is begonnen met kleinschalige beleggingen in opties en aandelen en heeft daarmee wisselend succes behaald. Han is, zoals veel beleggers, begonnen met korte timeframes en heeft gaandeweg steeds zijn timeframe verlengd totdat hij nu voor aandelen op EOD zit. Op zoek naar de "Holy Grail", is Han onder andere op Warren Buffett gestuit. Warren heeft nimmer het achterste van zijn tong laten zien en is het dus niet zo makkelijk om zijn beleggingsmethode te kopiëren, buiten het feit dat de tijden wel enigszins zijn veranderd sinds hij is begonnen. Nu zijn er meer die deze methode aanhangen en zo hun eigen vergelijkbare criteria hebben. Een daarvan is Phil Town, inmiddels een goede vriend van Mr. Buffett. Ook Phil Town probeert middels het analyseren van de fundamentele gegevens van een bedrijf de werkelijke waarde van een onderneming in te schatten en daar dan zijn voordeel mee te doen als mr. Market zich weer eens vergist in de koers van een onderneming. Rule #1 gaat over de procedure om tot onderbouwde selecties te komen, maar eigenlijk betekent Rule #1, "Don't lose money". In zijn presentatie zal Han aangeven hoe je tot selecties komt en welke criteria je daarvoor kunt gebruiken. Han geeft aan hoe je bedrijven kunt beoordelen om tot een gefundeerd besluit te kunnen komen. Als je deze rules-of-the-game toepast dan was je ook nooit, net als Mr. Buffett, in de technologie gestapt hoe mooi de winsten en vooruitzichten er misschien ook uitzagen.
Gerard Jager geeft een presentatie met als thema "Hoe beleg ik een miljoen?". Voor veel bezoekers van de Culemborgdagen is Gerard Jager als spreker een oude bekende. Voor degenen die hem nog niet kennen volgt onderstaande introductie. Jager zit inmiddels zo'n 40 jaar in het beleggersvak. De eerste 15 jaar bij de ING als vermogensbeheerder, daarna 20 jaar als hoofd beleggingsvoorlichting bij Fortis Bank NL. Sinds 1-1-2003 maakt hij gebruik van een pré vut regeling en is hij gestart met Advance Beleggingsadviezen (www.amail.nl). Hij is beursgoeroe van De Telegraaf en columnist van de Nederlandstalige krant Hallo in Spanje. De huidige beurscrisis biedt naar zijn mening ook enorme kansen bij een toekomstig marktherstel. Historie laat zien dat marktherstel komt op een moment dat beleggers nog in shock zijn. Wel is het zaak om dan de juiste beleggingsvormen te selecteren en de juiste aandelen. Deze aspecten lopen als een rode draad door zijn te geven lezing heen. Scientific Options Trading: handelen in opties op basis van engineering principes. Tjakko Wielinga is al zo’n 30 jaar werkzaam in de hightech industrie als product- en procesontwikkelaar. Hierbij worden experimentele methoden gebruikt onder de noemer “Design of Experiments” om ontwerpen van producten en processen te optimaliseren. Hij heeft deze methoden toegepast voor de optimalisatie van een maandelijks op te zetten Condor optieconstructie. Deze bestaat uit een verticale call- en een putspread die zijn gepositioneerd respectievelijk boven en onder een beursindex zoals de AEX, DAX of DJ Eurostoxx 50. De parameters die zijn gebruikt voor optimalisatie zijn: 1. de looptijd of dagen tot de volgende maandexpiratie, 2. de range of de afstanden van de short call en put ten opzichte van de index en 3. de stoploss. Deze parameters zijn geoptimaliseerd op basis van historische koersdata (index en implied volatility) van een aantal maanden die vooraf gaan aan de maand waarvoor men een nieuwe Condor wil opzetten. Deze optimalisatie vindt afzonderlijk plaats voor de verticale call- en put-spreads. Deze nieuwe constructie is daarom gedoopt tot een “Balanced Condor”. Voor de call- en put-spreads worden afzonderlijke waarden berekend voor de
6
datum, short en long opties. Het ontwikkelde programma Scientific Options Trader (www.option-trading.nl) kan door middel van Forward Testing de profit/loss curve berekenen vanaf 2003. De winstgevendheid is bijzonder goed. Verder is er een Risk Indicator ontwikkeld die effectief is in het vermijden van spreads die minder goed scoren bij het optimalisatieproces. Hiermee wordt de winstgevendheid nog verder vergroot. De Premselaar methode. Tijdens het komende symposium zal Harry Premselaar u wegwijs maken in het beleggen volgens zijn methodiek. De Premselaar Methode behelst het gebruik van de effectenbeurs als middelaar tussen enerzijds kosten, provisie en rente, én anderzijds inkomsten, ontvangen dividenden en call-premies, Dit betekent dat de portefeuille wordt gebruikt als een indirect middel tot rijkdomvermeerdering. Uitgangspunt voor de methode is dat er niets kan worden verdiend aan koersstijgingen en -dalingen. Bovendien ligt het koersverloop niet in onze handen, terwijl de effectenbeurs als middel tot (over)leven wel degelijk hanteerbaar is. Premselaar richt zich vooral op de Kleine Belegger, die niet alleen de waarde van het kapitaal wenst te behouden, maar ook ervan wil leven. Behoud van kapitaal, rendement van kapitaal én het leven van kapitaal, gaan bij hem hand in hand. Willem Okkerse is doorgewinterd in strategische en financiële bedrijfsvoering. Na het succesvolle optreden in december 2006 waarin Willem Okkerse in een fascinerend overzicht inging op de risico's van het beleggen in aandelen zal hij op 4 april 2009 ingaan op de samenstelling van zijn AEX portfolio. Aan de orde komen de wijzigingen in de portfolio, het moment van indekken en de redenen waarom. Aangezien deze portfolio door het aanzienlijk kleinere verlies dan de AEX in 2008 over de laatste zes jaar een rendement maakte van 78%, hetgeen 90% (sic!) beter is dan de AEX, 64% beter dan de Eurostoxx 50, 64% beter dan de S&P500 ja zelfs 50% beter dan Warren Buffett valt hier voor velen interessante informatie te halen. Deelnemers krijgen daarbij gratis het jaarverslag over 2008. Meer informatie:
www.beleggersonline.nl/index.php?option=com_c ontent&task=view&id=104&Itemid=93. P.J. Datema geeft een presentatie met de titel “De voordelen van (juist nu) beleggen in Commodities, Equities en FX?” - Maak kennis met Saxo Bank. Serieus Beleggen, Wereldwijd Elke Nederlandse belegger heeft tegenwoordig toegang tot aandelen, turbo’s en opties. Veel privé beleggers weten niet dat beleggen in Commodities, Equities en FX een lager risico voor hun portefeuille kan betekenen. Tel daar de mogelijkheden om (veel) hogere rendementen te behalen in stijgende en dalende markten bij op en het resultaat is een zeer aantrekkelijk product. Ook u kunt profiteren van de vele mogelijkheden die Commodities, Equities en FX u bieden! PJ Datema is sinds de jaren ’90 werkzaam in de financiële markten. Hij heeft een verleden als Director FX/FX derivaten bij o.a Westdeutsche Landesbank en Credit Suisse. Daytraders opgelet; injaTrader! In november jl. heeft Bram Hogenes op de website van HCC Beleggen beschreven hoe het programma NinjaTrader, free version,
(www.beleggersonline.nl/index.php?option=com_ content&task=view&id=344&Itemid=1) is te downloaden en van koersen kan worden voorzien door IB of IB-simulated-version. Het geeft een haarscherp beeld van de 1 minuut koersen en er zijn legio indicatoren beschikbaar. Maar dailypivots, priordayHLC en CurrentdayOHLC zijn zelf al heel mooie hulpmiddelen om (met geduld) een paar punten uit de DAX of S&P500 te vissen. Met 3 MA’s en 3 Stochastics erbij moet het verder klaar zijn. Gebruik van meer indicatoren werkt in de praktijk niet. Drievoudige divergentie van de Stochastic is een goede basis voor een trade, helemaal in combinatie met de eerder genoemde niveaus. Tijdens dit symposium zal Bram het programma NinjaTrader demonstreren. NT heeft namelijk de mogelijkheid een handelsdag in de herhaling te zetten, eventueel versneld tot ongeveer 60x. Als u van tevoren vragen hebt, dan stelt Bram het op prijs als u die per mail aan hem stuurt:
[email protected]
7
8
Agenda Algemene Ledenvergadering HCC Beleggen 4 april 2009 1. 2. 3. 4.
5. 6.
7.
8. 9.
Opening en vaststellen agenda Mededelingen en ingekomen stukken Notulen Algemene Leden Vergadering 26 april 2008 (zie onder) Jaarverslagen over 2008 Jaarverslag 2008 Financieel verslag over 2008 Verslag Kascommissie over 2008 Verkiezing bestuursleden Max Vreedenburg en Hans van Kleef zijn in 2008 afgetreden als bestuurslid. Er wordt dus naarstig naar capabele bestuursleden gezocht. Aanmelden als bestuurslid kan bij Frans Schreiber (e-mail adres bestuur:
[email protected]) Plannen voor 2009 Professionelere uitstraling en het betrekken van studenten en young professionals Begroting 2009 Rondvraag Sluiting
otulen Algemene Ledenvergadering 26 april 2008 Locatie: Culemborg Aanvang: 10:00 uur Aanwezige bestuursleden: W. van Heemskerck Düker (voorzitter), F. Huijsser (penningmeester) en H. van Kleef (secretaris). Verslag: F.J. Boonstra (notulist) 1. Opening en vaststellen agenda Hans van Kleef opent de vergadering en heet iedereen welkom. De voorgestelde agenda wordt vastgesteld. 2. Mededelingen en ingekomen stukken Medegedeeld wordt dat op twee na, alle bestuursleden in januari 2008 zijn opgestapt. Er zijn geen ingekomen stukken. 3. otulen Algemenen Leden Vergadering 21 april 2007 Het verslag van de vergadering d.d. 21 april 2007 wordt zonder opmerkingen goedgekeurd. 4. Jaarverslag over 2007 Jaarverslag 2007 Financieel verslag 2007 De penningmeester meldt dat het roerige tijden zijn (geweest) bij de HCC en de Gebruikersgroep Beleggen. Vanwege financiële problemen bij de HCC is gekeken naar het vermogen van de Gebruikersgroepen die juridisch onderdeel zijn van de HCC. Het geld/vermogen van de Gebruikersgroepen is dus van de HCC. De
Gebruikersgroepen kregen van de HCC de opdracht om hun begroting budgetneutraal te maken. De Gebruikersgroep Beleggen heeft haar vermogen minus €9.000 die werden behouden voor activiteiten en investeringen overgemaakt naar de HCC. Vanwege deze inhouding van €9.000 betaalde de HCC niets meer aan de Gebruikersgroep Beleggen. Daarom waren de werkelijke inkomsten lager dan begroot. Op de begroting voor 2007 stonden vier betalingen aan de HCC. De begrote inkomsten vanuit de HCC ad circa €11.000 kwamen zoals gezegd niet binnen. Er is echter ook minder uitgegeven dan volgens de budgetneutrale begroting was begroot. Dit kwam onder andere doordat: er minder is geïnvesteerd mede door het opstappen van diverse bestuursleden; ook de Gebruikersgroep Beleggen dreigde om te vallen. Het bestuur van de Gebruikersgroep Beleggen onderzocht het eventueel zelfstandig doorgaan, los van de HCC. Er is ook gekeken naar een samenwerking met de Nederlandse Centrale Vereniging van Beleggingsstudieclubs (NCVB). Dit traject met de NCVB ligt op dit moment stil in goed overleg met de NCVB. Per saldo resteert een nadelig saldo van €2.568. De heer Van de Schelde vraagt of de centrale administratie/HCC is aan te spreken op tekorten. De penningmeester antwoordt dat er sprake is van “activiteiten gebonden financiering”. Dit systeem
9
is gekozen omdat er grote Gebruikersgroepen met weinig activiteiten waren maar die door hun grote ledental wel zeer veel geld hadden terwijl anderzijds kleine Gebruikersgroepen met veel activiteiten maar weinig inkomsten hadden om hun activiteiten te financieren door hun geringe ledental. Door de Activiteitenfinanciering worden ook kleine Gebruikersgroepen in staat gesteld activiteiten te ontplooien. De penningmeester geeft aan dat in de huidige situatie de Gebruikersgroep niets mag doen totdat hiervoor budget is toegekend door de HCC. Hierdoor kan er dus in principe ook geen tekort zijn. De heer G. Bloot vraagt wie een eventueel tekort betaalt. De heer H. Hoof reageert vanuit de zaal dat volgens hem de HCC de tekorten betaalt. Vanuit het bestuur informeert de heer Van Kleef dat tekorten in zijn algemeenheid door de HCC betaald worden, maar eventueel op de Gebruikersgroep verhaald kunnen worden. De heer W. van de Krol vraagt waar het geld van de standhouders naar toe gaat. De heer H. van Kleef geeft aan dat als een Gebruikersgroep inkomsten verwerft bij het uitvoeren van activiteiten, de Gebruikersgroep die inkomsten mag houden om daarmee nieuwe activiteiten uit te voeren. Zonder die constructie zou je een straf zetten op het uitvoeren van activiteiten. Het genereren van inkomsten is dus een goede zaak. De heer J. Meester stelt vast dat er dus inkomsten moeten zijn uit in het verleden verrichte activiteiten. De heer H. van Kleef meldt dat er inderdaad een “potje” was met die inkomsten, maar dat geld is uitgegeven aan nieuwe activiteiten. De heer J. Meester vraagt of de Gebruikersgroep Beleggen één van de grote Gebruikersgroepen is. De heer H. van Kleef antwoordt dat deze Gebruikersgroep in de middengroep zit. Na het voorgaande zijn er geen vragen meer over het Jaarverslag 2007 en het Financieel verslag 2007 welke verslagen daarmee worden vastgesteld. 5. Verslag Kascommissie over 2007 Ten aanzien van het Financieel verslag wordt vastgesteld dat de heren H. Calf en G. Louter van de Kascommissie aanwezig zijn. De heer H. Calf geeft een pluim voor het werk dat door de penningmeester is verricht. Ondanks alle hektiek binnen de HCC en de veranderingen op financieel gebied is alles prima in orde gebleken. De vergadering verleent het bestuur overeenkomstig
de aanbeveling van de Kascommissie decharge voor het gevoerde (financiële) beleid. 6. Verkiezing bestuursleden kascommissie leden Als toelichting is bij dit agendapunt vermeld dat vier bestuursleden in januari 2008 zijn afgetreden, waarna het bestuur nog maar uit twee leden bestond. Vervolgens is de heer H. van Kleef bereid gevonden toe te treden tot het bestuur. Er wordt dank uitgesproken aan de nog zittende bestuursleden voor het door hen verrichte werk. De heer W. van Heemskerck Düker neemt afscheid als bestuurslid maar blijft gelukkig wel actief. De heer F. Huijsser was al een jaar ad interim penningmeester en neemt eveneens afscheid als bestuurslid. De heer H. van Kleef bedankt de penningmeester en reikt enkele attenties uit, waaronder een voor het thuisfront. De heer Huijsser vertelt het werk met veel plezier gedaan te hebben. Er waren ook wel eens dips maar dat was ook wel de uitdaging in het werk want anders ben je ook alleen maar boekhouder zo geeft de heer F. Huijsser aan. De heer Van Kleef bedankt vervolgens de heer Van Heemskerck Düker voor zijn werk als bestuurslid. De heer Van Kleef spreekt zijn grote respect en waardering uit voor het feit dat de heer Van Heemskerck Düker er steeds weer voor zorgde dat de touwtjes altijd weer aan elkaar werden geknoopt. De heer Van Heemskerck Düker bedankt voor de mooie woorden en memoreert dat hij in de tijd dat hij bestuurslid was veel mensen heeft zien komen en gaan. Zelf ambieerde hij nooit een bestuursfunctie maar om plekken op te vullen heeft hij het toch maar steeds gedaan. Maar eigenlijk zou hij alleen technische zaken doen. Er zijn dus veel vacatures. Gelukkig is een aantal mensen bereid toe te treden tot het bestuur: de heren F. Schreiber, M. Vreedenburg, M. Hupkens en H. van Kleef. De heer Huijsser benadrukt dat het werk voor de penningmeester door de invoering van de Activiteiten-financiering een stuk minder is geworden. Alle gegevens zitten in een Excel bestand en de HCC verwerkt dit verder. De heer Van Kleef benadrukt dat een penningmeester desondanks wel onmisbaar is. Niemand meldt zich echter voor deze vacature. Bij acclamatie worden de vier nieuwe bestuursleden gekozen. Mevrouw L. van Spanje geeft de vergadering mee dat er ook voldoende ad hoc functies en taken zijn te verrichten. Zij roept een ieder die iets wil doen voor de Gebruikersgroep Beleggen dan ook op
10
zich te melden. De heer H. van Kleef onderschrijft deze oproep en geeft aan dat het bij veel zaken gaat om kleine taken, die met elkaar zorgen voor het grote geheel. Ten aanzien van de Kascommissie is het de vraag of deze commissie in stand moet blijven nu alles centraal in Haarlem gebeurt. Sommigen pleiten er voor om de Kascommissie in stand te houden vanwege de binding die dit meebrengt. De heer H. Calf is er ook voor om de commissie in stand te houden want ook al is er maar een klein potje dan is een Kascommissie volgens hem van belang. De vergadering kiest voor het handhaven van een Kascommissie. De vergadering gaat ermee akkoord, dat de drie huidige leden lid blijven van de Kascommissie. 7. Plannen voor 2008 Omdat er vandaag een geheel nieuw bestuur zou aantreden heeft het zojuist afgetreden bestuur geen Jaarplan gemaakt. De in november 2007 ingediende begroting voor 2008 werd door de HCC afgekeurd. Vervolgens is de begroting voor 2008 aangepast. Deze door de HCC goedgekeurde begroting wordt door de vergadering geaccordeerd.
8. Rondvraag De heer E. Kooi vraagt of de lopende kosten ook onder de Activiteiten-financiering vallen. Geantwoord wordt dat die veronderstelling juist is. Gevraagd wordt om een tipje van de sluier op te lichten omtrent het aftreden van de vier bestuursleden in januari 2008. De penningmeester antwoordt dat de begroting erg hoog was mede door de geplande aankoop van een beamer en een laptop en door het organiseren van een groots en duur symposium. Over de begroting vond een gesprek plaats met de HCC. In een brief van een aantal kernleden werd het ongenoegen geuit over de handelwijze van het bestuur van de Gebruikersgroep. Dit voelde als een dolksteek in de rug. Het verwijt van de HCC was dat sprake was van steeds minder activiteiten. Het een en ander vormde voor de betreffende leden aanleiding om hun functies neer te leggen. 9. Sluiting Niets meer aan de orde zijnde, sluit de voorzitter de vergadering.
Jaarverslag 2008 Vorig jaar in april schreef Jeroen Geerts, manager verenigingszaken van de HCC, het volgende: “Beste leden van de HCC Beleggen Gebruikersgroep, In de afgelopen maanden zijn er heel wat veranderingen geweest in de bestuurssamenstelling van HCC Beleggen. Gelukkig zijn er enkele mensen geweest die zich als interimbestuurder hebben aangemeld om de voortgang van een aantal projecten niet in gevaar te laten komen. De projecten voor 2008 staan dus nu op de rails, de begroting is bijgesteld en het ziet er naar uit dat alle geplande zaken doorgang kunnen vinden. Op de algemene ledenvergadering van HCC Beleggen kan een nieuw bestuur gekozen worden waardoor de HCC Beleggen in rustiger vaarwater de toekomst in kan gaan.” Ondanks de goedbedoelde wens van Jeroen Geerts is het jaar 2008 een turbulent jaar geworden voor de HCC Beleggen. Turbulent in de zin van continuïteit in het bestuur. Willem van Heemskerck Düker trad in april 2008 af en Frank
Huijsser had een jaar daarvoor al kenbaar gemaakt af te willen treden. Frank vervulde de taak van penningmeester op interim basis totdat er zich een opvolger zou aandienen. Hans van Kleef die eind 2007 op interim basis was toegetreden tot het bestuur, stelde zich wel herkiesbaar. Mede door de inzet van Hans van Kleef waren er kandidaten om een volwaardig bestuur te vormen. Max Vreedenburg, Frans Schreiber, Hans van Kleef en Michel Hupkens vormden vanaf 26 april 2008 het nieuwe bestuur. Max Vreedenburg liet spoedig na zijn aantreden weten dat het hem te veel werd en is in het laatste kwartaal van 2008 afgetreden als bestuurslid. Hetzelfde geldt voor Hans van Kleef die heeft aangegeven om persoonlijke redenen te willen stoppen met de bestuurswerkzaamheden voor HCC Beleggen. Het is altijd lastig als een bestuurslid zijn taken neerlegt maar in het geval van Hans van Kleef is dat wel extra zuur want
11
Hans is al lange tijd verbonden aan HCC Beleggen en kent onze groep zeer goed. Vrij spoedig na het aftreden van Hans hebben wij een goede vervanger voor hem gevonden in de persoon van Ernest Denis. Ernest Denis heeft echter inmiddels kenbaar gemaakt dat hij de functie van secretaris niet kan combineren met zijn andere bezigheden. Los van het feit dat we Willem van Heemskerck Düker, Frank Huijsser, Max Vreedenburg, Hans van Kleef en Ernest Denis veel dank verschuldigd zijn, is de bestuurssamenstelling wel heel erg krap is geworden. Het woord vrijwilliger is de rode draad in alle jaarverslagen van HCC Beleggen. Zo schreef Frank Huijsser vorig jaar in het jaarverslag “hcc! Beleggen gg dankt zijn bestaan aan de inzet van vrijwilligers”. Dat is een gegeven. Maar als je meer activiteiten wilt organiseren dan heb je meer vrijwilligers nodig. Er hebben zich in 2008 zeker vrijwilligers aangemeld die onder andere behulpzaam zijn bij de organisatie van het Culemborg Symposium maar er stranden ook activiteiten door een gebrek aan vrijwilligers. Zo ontvingen wij een aanbod van Ruud Snoeker om het door hem ontwikkelde programma WAS bij te houden en te gaan gebruiken. Wij wilden dat vorm geven door oprichten van een interessegroep “Fundamentele Analyse”. Er is door het bestuur het afgelopen jaar veel tijd en energie gestoken om dit van de grond te krijgen. Want wanneer dit zou lukken zouden we als HCC groep beleggen een unieke database in bezit krijgen en kunnen aanbieden aan onze leden. Bovendien zou we hiermee (gratis) publiciteit kunnen verkrijgen. In eerste instantie meldden zich voldoende vrijwilligers aan naar aanleiding van onze oproep om een bijdrage te leveren aan dit project maar na de eerste bijeenkomst bleek dat niemand de groep
wilde trekken. Zonder coördinator is een dergelijk project gedoemd te mislukken en dat is de reden waarom we deze interessegroep niet van de grond hebben gekregen. Dat is jammer want wij zijn van mening dat het programma WAS een waardevolle aanvulling kan zijn voor onze leden. Gelukkig houdt Eppo Kooi een soortgelijke database bij (wat minder breed en minder uitgebreid), en we hebben de overgebleven vrijwilligers verwezen naar hem omdat ook hij zit te springen om hulp. Op deze manier hopen we dat de interessegroep een vervolg krijgt. De in april en november gehouden HCC Beleggen Symposia zijn zeer succesvol verlopen. In april werden er maar liefst 15 presentaties gegeven. Het symposium werd door circa 230 mensen bezocht. In november werden er 13 presentaties gegeven en kwamen er circa 260 bezoekers. De lijn van het bezoekersaantal is stijgende en dat is in deze tijd te danken aan een prima prestatie van de organisatoren van de symposia! In het afgelopen jaar is er zowel met de NCVB als met de VEB gesproken over mogelijke samenwerking. De NCVB en de VEB waren toen al in de eindfase ten aanzien van de fusie. De gesprekken met de NCVB en de VEB zijn daardoor niet verder gekomen dan oriënterende gesprekken. Al met al kunnen we stellen dat het organiseren van de symposia goed gaat, maar het lastig is om meer activiteiten te organiseren. Lastig maar niet onmogelijk want de Computerbeleggersgroep Zuid Holland en de Vestics groep Noord zijn nog steeds erg actief. Het zou mooi zijn als er meer actieve groepen in land van start gaan. Namens het bestuur, Michel Hupkens, penningmeester
12
Financieel jaarverslag 2008 Na een turbulent HCC-jaar lijkt de rust te zijn weergekeerd. In 2007 moesten alle zeilen worden bijgezet om de HCC van de ondergang te redden. De reserves van alle groeperingen moesten worden overgemaakt naar de HCC om de liquiditeit te verbeteren. Dat is gelukt, maar mede door die actie is HCC Beleggen dat jaar in de rode cijfers beland. De periode eind 2007, begin 2008 was voor HCC Beleggen turbulent in de zin van de continuïteit van het bestuur. Door de bestuursperikelen is er onvoldoende aandacht besteed aan het indienen van de activiteitenbegrotingen. De totale begroting was wel ingediend evenals de begroting voor de bestuurskosten, maar de activiteitenbegrotingen niet. Na goedkeuring van de activiteitenbegrotingen keert de HCC de budgetten uit. Het indienen van de totale begroting geeft de HCC een indicatie voor de activiteitenbegrotingen die nog kunnen worden ingediend, maar ze kennen geen budget toe op basis van de totale begroting.
In eerste instantie is er budget toegekend voor de bestuursbegroting, maar daarvan konden wij geen activiteiten bekostigen. Eind september hebben wij de activiteitenbegrotingen ingediend en zijn de budgetten voor de Culemborg Symposia alsnog toegekend. In het totaal is er €7.385 aan budgetten verkregen. Daarnaast is er €2.419 aan extra inkomsten gegenereerd. Aan de uitgavenkant staat een bedrag van €9.186 waardoor er een positief saldo van €807 overblijft. In 2008 is de HCC overgegaan naar een andere huisbankier. Van de Postbank naar ABNAMRO. Het voordeel van het bankieren bij ABNAMRO is dat de financiële afdeling van de HCC de boekingen elektronisch over kan zetten naar het boekhoudsysteem Exact. Door de overgang naar ABNAMRO is er een opmerkelijke balanspost ontstaan in de cijfers. Dat is de post “nog te betalen facturen”. Die post is het gevolg van het dubbel overboeken van ons tegoed. De HCC heeft namelijk tweemaal ons tegoed van Postbank naar ABNAMRO heeft overgemaakt. Inmiddels is het te veel ontvangen bedrag ter grootte van €13.181 teruggestort.
Balans per ultimo 2008
13
Staat van inkomsten en uitgaven 2008
14
Jaarbegroting 2009 Versie : 11 november 2008
Jaarbegroting activiteiten Activiteit volgnummer 1
Omschrijving
Investeringen
HCC Beleggen Symposium in april en oktober Opmaak nieuwsmagazine die we versturen per email Vernieuwen website www.beleggersonline.nl
Te verwachten totale kosten (excl. BTW)
Te verwachten totale opbrengsten (excl BTW)
€
-
€
6,900.00
€
800.00
€
-
€
800.00
€
100.00
€
-
€
1,000.00
€
-
€
-
€
2,985.00
€
-
€
-
€
1,000.00
€
-
€
-
€
2,500.00
€
-
€
-
€
5,000.00
€
-
€
-
€
2,200.00
€
-
9
€
-
€
-
10
€
-
€
€
-
Totalen €
-
€
€
900.00
2 3 4 5 6 7 8
Interesse en regiogroepsbijeenkomsten HCC dagen of een vervangende activiteit Aanwezigheid met een stand op beurzen Het via het web beschikbaar stellen van een fundamenteel analyse programma (WAS) Mailing en/of het versturen van een CD-rom
22,385.00
Is dit formulier niet toereikend voor al activiteiten van uw groepering, vul doen nog een formulier in.
Vraag
Bent u reeds verplichtingen aangegaan voor 2009? Zo ja, geef dan hieronder aan voor welke activiteit (volgnummer) en welk bedrag
Jaarbegroting Bestuurskosten Kostenplaatsen
Omschrijving
Begroting 2009 Kosten (excl. BTW)
Begroting 2008 Kosten (excl BTW)
44010
Tel,fax en internet
€
360.00
€
500.00
44011
Kantoor artikelen
€
30.00
€
200.00
44012
Hulpmateriaal
€
-
€
-
44015
Drukwerk
€
-
€
50.00
44016
Porti- verzendkosten
€
10.00
€
10.00
44017
ADSL vergoeding
€
-
€
-
44020
Auto-, reis-, verblijfkosten
€
44021
Representatie
44031
Consumpties
€
44032
Zaalhuur
44060 44090
1,600.00
€
1,600.00
€
-
50.00
€
750.00
€
25.00
€
425.00
Bankkosten
€
-
€
-
Overige kosten
€
50.00
€
200.00
Onvoorzien
€
106.25
€
186.75
Totaal bestuurskosten €
2,231.25
€
3,921.75
15
Scientific Options Trading: handelen in opties op basis van engineering principes (1) - Tjakko Wielinga 1. Het Scientific Options Trading systeem Bij het ontwerpen van een tradingsysteem moet men zich niet alleen afvragen voor welk type belegger men een systeem ontwerpt maar ook met welke visie men de beurs benadert. Het Scientific Options Trading (SOT) systeem is gebaseerd op de volgende uitgangspunten: • Het ‘lazy man’ principe: hoogstens 1 à 2 keer per maand wordt een positie ingenomen. Daarbij moet het risico worden afgedekt door middel van een stoploss die tegelijk met het innemen van de posities wordt ingelegd. • De richting van de beurs is onbepaald. • De Condor is gekozen als basis optieconstructie. Hierbij worden verticale puten call spreads respectievelijk onder en boven een beursindex geschreven.
•
•
De Condor wordt geconstrueerd met behulp van maandopties op een beursindex (op dit moment AEX, DAX of DJ Eurostoxx 50) die de derde vrijdag van de maand expireren. De parameters van de constructie worden geoptimaliseerd met behulp van technieken die al jaren worden toegepast in product- en procesontwikkeling onder de noemer Design of Experiments (DoE). Het winst/verlies resultaat van de optieconstructie op de expiratiedatum wordt beschouwd als het resultaat van een proces waarbij een beperkt aantal parameters een rol speelt.
2. De Balanced Condor constructie Het SOT systeem heeft de Condor als basis optieconstructie. Bijgaande figuur laat de parameters zien die zijn meegenomen in de berekeningen.
BALANCED CONDOR CONSTRUCTIE 3000 Stoploss Call Spread
2800
Long Call
RANGES
2600
Short Call
2400
call spread
INDEX
Index
2200 2000
Short Put
1800
put spread
Long Put
1600
Stoploss Put Spread
1400
Looptijd Call Spread Looptijd Put Spread
1200
n 2Fe b 4Fe b 6Fe b 8Fe b 10 -F eb 12 -F eb 14 -F eb 16 -F eb 18 -F eb 20 -F eb
-J a
n 31
-J a 29
-J a
n
n 27
-J a
n 25
n
-J a 23
-J a 21
19
-J a
n
1000
De parameters van de call- en put spreads afzonderlijk worden geoptimaliseerd: • De basisconstructie bestaat uit verticale callen put spreads die elk weer zijn opgebouwd uit een combinatie van een short en een long optie. Effectief ontvangt men dus premie bij het openen van de posities. Het systeem heeft als doel de shorts zodanig te positioneren t.o.v. de index dat bij expiratie het volledige bedrag aan ontvangen premies behouden kan worden. Dit zijn de ranges in de figuur die voor de call-
•
en put spread afzonderlijk worden berekend. De range wordt opgebouwd als een veelvoud van het verschil waarmee de optieseries van de index worden opgebouwd (AEX:5, DAX:50 en DJ Eurostoxx 50 ook 50) De looptijden of entry dates van de spreads worden ook afzonderlijk geoptimaliseerd voor de call- en put spreads. De looptijden worden beperkt tot 7, 14 en 21 dagen dus 1, 2 of 3 weken voor de expiratiedatum.
16
• •
•
De stoplosses zijn in de praktijk gelijkgesteld aan de expiratiewaarde van de shorts. Het blijkt dat het nivo van de stoploss veel minder invloed heeft op het resultaat dan de looptijd en de range. De spreads (afstand short-long opties) zijn instelbare constanten.
3. Forecasting De aanname is dat het verleden een betrouwbare basis is voor de forecast van de komende expiratiemaand. Het proces is opgebouwd uit de volgende stappen: • Optimalisatie: voor de afgelopen periode (deze periode is niet kritisch. 3 maanden is een redelijke termijn) wordt het maximale profitloss resultaat berekend met de looptijden, ranges en stoplosses als variabelen. • Forecasting: de gevonden optimale waarden voor de looptijd, range en stoploss worden gebruikt voor de forecast van de komende expiratiemaand. • Risk Indicator: de gevonden optimale waarden voor de looptijd, range en stoploss worden ook gebruikt om de individuele resultaten te berekenen van de 3 voorgaande Input
- O,L,H,C dagkoersen - IV dagkoersen - B&S optiemodel
Optimalisatieproces
Bepaal de waarden van looptijden, ranges en stoplosses waarvoor het Profit-Loss resultaat van de afgelopen 3 expiratiemaanden maximaal is.
4. Design of Experiments Bij het ontwerpen van producten of processen heeft men meestal te maken met een groot aantal factoren die de performance van het product of proces bepalen. Daarvoor zijn vele tools ontwikkeld die de ontwerper helpen te selecteren welke factoren het meest significant zijn en hoe groot hun invloed is op de performance. Bij de ontwikkeling van SOT is met name gebruik gemaakt van de techniek van Full Factorial. Het is de kunst te bepalen welke factoren men moet meenemen van alle factoren die zijn genoemd in bovenstaande paragraaf. Verder moet men oppassen voor curvefitting: met backtesting de performance naar 100% toerekenen. Daarom is
expiratiemaanden. Deze resultaten worden gebruikt voor de bepaling van de Risk Indicator. Deze indicator geeft een afzonderlijk advies over het risiconivo van de call- en put spreads. De kwantitative basis voor de berekeningen bestaat uit: • Historische dagkoersen: de open, high, low en close waarden worden gebruikt. Voor de stoploss betekent dit dat deze kan worden geraakt ten gevolge van een openingsgap, maar ook gedurende de beursdag als de high groter is dan de stoploss voor de call spread respectievelijk de low lager dan de stoploss voor de put spread. • Implied volatility IV: er wordt gebruik gemaakt van IV waarden geleverd door Ivolatility.com. Deze waarden van IV zijn door hen berekend met behulp van het Black & Scholes model van opties met een looptijd van 30 dagen. • Met name ook om deze reden wordt het Black & Scholes optiemodel gebruikt in het optimalisatieproces. Output
Backtesting
Optimale waarden voor looptijden, ranges en stoplos
Berekening Profit-Loss resultaten van de afgelopen 4 expiratiemaanden
Forecast
Risk Indicator
veel aandacht geschonken aan Forward Testing (paragraaf 4). Onderstaande resultaten zijn dan ook gebaseerd op uitkomsten die zijn verkregen met Forward Testing en niet met Back Testing. Hier zijn de volgende factoren gebruikt voor een 23 Full Factorial: de looptijd (days in de grafieken), range en stoploss. Bij het experiment zijn minimale en maximale limieten ingevoerd voor het optimalisatieproces om de relatieve bijdrage van deze factoren te bepalen. De winst (Green Y in DoE termen) is het resultaat waarop wordt geoptimaliseerd. Een gedetailleerde uitleg van de Full Factorial tool kan men bijvoorbeeld vinden in Wikipedia. Hier worden alleen de resultaten getoond en besproken.
17
Onderstaande grafieken tonen de resultaten voor de DAX index. De levels van range en stoploss
zijn veelvouden van de stapgrootte van de optieseries.
Result
DoE effect en interactie plots DAX index augustus 2003 - december 2008 4500 4000 3500 3000 2500 2000 1500 1000 500 0 -500 -1000 -1500 -1
1
-1
A=days
Factor
1
-1
B=range
1
-1
1
-1
A*B
C=stoploss
1
-1
A*C
1 B*C
Name Low level High Level Proportion A days 7 21 90% B range 2 5 7% C stoploss 0 5 0% A*B days*range 0% A*C days*stoploss 1% B*C range*stoploss 1%
De conclusies die men kan trekken uit de resultaten: • de looptijd is verreweg de belangrijkste factor (90%) • de range is de tweede factor (7%) • de invloed van de stoploss is verwaarloosbaar • er zijn geen significante interacties tussen deze 3 factoren
De looptijd blijkt een dominante factor te zijn. Daarom is voor deze factor een single factor run uitgevoerd. Het resultaat laat zien dat als de maximale limiet voor optimalisatie van de looptijd de 21 dagen overschrijdt het winst resultaat afneemt. Een verklaring hiervoor ontbreekt nog.
AEX
DAX
Euro
8000
Result (Euro/contract)
7000 6000 5000 4000 3000 2000 1000 0 7
14
21
28
35
Maximum looptijd
Een andere factor die is onderzocht is het aantal maanden dat wordt gebruikt in het Forward Testing proces om de optimale parameters te bepalen voor de maand van Forecasting. Deze
blijkt niet kritisch te zijn. Mede om de rekentijd te beperken is gekozen voor een periode van 3 maanden voor het optimalisatieproces.
18 DAX
AEX
Eurostoxx50
Linear (DAX)
Linear (AEX)
Linear (Eurostoxx50)
8000 7000 6000
result
5000 4000 3000 2000 1000 0 0
2
4
6
8
10
12
testperiode
geel en rood op de horizontale as corresponderen met de kleuren indicatie van RI die het SOT programma laat zien. Groen is een positief advies, geel neutraal en rood negatief. De rode en groene bars op de verticale as geven de correlatie weer met de resultaten van de Forward Test. De zwarte lijnen geven het ideale geval weer. De Correlatie is redelijk te noemen. Het verschil tussen Forward Testing met of zonder RI is ook aanzienlijk, zie de tabel.
5. De Risk Indicator De resultaten van de backtest over de testperiode worden gebruikt om de betrouwbaarheid te bepalen van de forecast. Naar mate het resultaat van de backtest positiever is (succesvolle trades) stijgt de waarde van de Risk Indicator RI naar maximaal 100%. Over de periode van augustus 2003 t/m december 2008 is de correlatie bepaald tussen RI en het berekende resultaat met Forward Testing van de AEX. De onderstaande grafiek moet als volgt worden gelezen: de kleuren groen,
Performance
Risk Indicator AEX 2003-08 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
5
4
12
17 9 Ideale performance
12
13
21
20 4
5
Green
Yellow
Red
Green
Call
AEX DAX Euro
with RI 6101 4697 7585
Result no RI 6458 4207 6797
6
Yellow
Red
Put
% 94% 112% 112%
with RI 15 17 12
Calmar no RI 10 6 11
% 150% 283% 109%
19
6. Forward Testing Het Scientific Options Trading systeem kan niet alleen backtesten maar kan ook de resultaten over een bepaalde periode berekenen op basis van de historische gegevens. Dit proces gaat als volgt: • voor een bepaalde maand of periode van meerdere maanden in het verleden wil men het daadwerkelijk behaalde resultaat berekenen. • Eerst worden dan de optimale waarden bepaald voor de gebruikte parameters op basis van de periode (3-4 maanden) die direct voorafgaat aan iedere maand in de gekozen periode.
•
7. Conclusies • Als we uitgaan van een marginverplichting van €2.000 (deze is vooral afhankelijk van de gekozen spread, in dit geval 200) bedraagt het gemiddelde rendement ca. €1.000 = 50% per jaar (met gebruik van de Risk Indicator RI).
•
•
•
•
Met deze waarden wordt vervolgens het resultaat berekend voor iedere volgende maand in de gekozen periode. Brokerkosten en spread tussen bied en laat zijn niet meegenomen in de berekening van het resultaat Bijgaande grafieken laten een voorbeeld zien van Forward Testen van de DAX index met gebruik van de Risk Indicator over de periode augustus 2003 t/m december 2008. De testperiode bedraagt dus ruim 5 jaar. De eerste grafiek is het resultaat met de Balanced Condor en de tweede met de gewone long Condor.
Het gebruik van de RI geeft een aanzienlijke verbetering van het profit-loss resultaat en de Calmar ratio. Call- en Put spreads laten een afwisselend verloop zien van de individuele resultaten. De eerste jaren doet de Put spread het beter en de laatste jaren de Call spread. Het netto resultaat is dat de som van de twee spreads voor een
20
•
gemiddeld stijgend rendement zorgt over de afgelopen periode van 5 jaar. Het principe van de Balanced Condor zorgt voor een sterk verbeterd rendement. Wanneer
een gewone Long Condor wordt toegepast, wordt het rendement tot de helft gereduceerd.
Cursus Beleggen via de Open Universiteit U vindt op de website van de Open Universiteit (www.opener.ou.nl) compacte cursussen uit diverse vakgebieden. Afhankelijk van uw interesse kunt u (gratis) dit zelfstudiemateriaal bekijken, doorlezen of systematisch bestuderen. Het zelfstandig bestuderen van een cursus neemt circa 25 uur in beslag. Een van de cursussen is Beleggen; Een kwestie van economie en psychologie, zie www.opener.ou.nl/managementwetenschappen/be leggen.
Deze cursus over de theorie en praktijk van beleggen gaat niet alleen over de economische overwegingen die een rol spelen bij beleggen. De laatste jaren is namelijk het inzicht gegroeid dat beleggers hun beslissingen niet uitsluitend baseren op koel rekenwerk; zij worden ook geleid door emoties. Daarom schenkt deze compacte cursus ook aandacht aan de psychologische aspecten van beleggen.
De ultieme oplossing voor het energieprobleem – Hendrik Oude ijhuis MSc. De ultieme oplossing voor het energieprobleem? Die komt elke ochtend op en gaat elke avond onder.... Velen hebben het nog niet door. En vele anderen menen dat het iets is voor de verre toekomst. Toch is het zo dat zonne-energie, daar hebben we het hier over, reeds verder ontwikkeld is dan menigeen zich realiseert... Waar het gebruik van fossiele brandstoffen klimaatverandering, gezondheidsklachten,energietekorten en afhankelijkheden met zich meebrengt - geldt dat bij het gebruik van zonne-energie deze aspecten nauwelijks een rol spelen. Afgelopen najaar zond het VPRO programma Tegenlicht een interessante documentaire uit over de opkomst van zonneenergie. Om een goed beeld te krijgen van deze belangrijke trend – en de enorme implicaties ervan – raad ik u aan deze uitzending via www.vpro.nl/programma/tegenlicht/afleveringen/ 40025880/media/40177219/ te bekijken. De uitzending duurt circa 50 minuten] zelf eens op uw gemak te bekijken. Economisch principe Een veelgehoord tegenargument is dat zonneenergie niet kosteneffectief valt te winnen en vergeleken met fossiele brandstoffen nog altijd fors aan de prijs is. Bij die opvatting kunnen vanuit de economische theorie echter de nodige vraagtekens gezet worden. De zon is immers
anders dan bijvoorbeeld olie 'van iedereen'. Van kosten om van de zon gebruik te maken is dan ook geen sprake. En anders dan bij olie is van transportkosten eveneens amper sprake. Kortom, de enige kostenfactor betreft feitelijk de benodigde technologie. Technologische vernieuwing verhoogt efficiëntie en massaproductie leidt tot schaalvoordelen met lagere vaste kosten per geproduceerde eenheid tot gevolg. Beide zaken gecombineerd hebben er voor gezorgd dat de kosten voor een megawatt energie uit zonne-energie de laatste decennia reeds met 90% gedaald zijn. En beide factoren tezamen (technologische vernieuwing en massaproductie) maakt dat wij geen enkele reden zien waarom deze daling zich niet verder zou kunnen doorzetten. Niet uit te sluiten valt dat zonneenergie met haar schier oneindige potentieel met een aantal jaren – geen decennia – al qua prijs kan concurreren met energie uit fossiele brandstoffen. Een scenario waar de Russen en de oliesjeiks niet bepaald op zullen zitten te wachten. Wat te doen als belegger? Voor de consument is de opkomst van zonneenergie letterlijk een geschenk uit de hemel. De macht van de OPEC zal hierdoor afbrokkelen en
21
andere nadelen als klimaatbeïnvloeding, milieuaantasting, uitstoot van giftige roetdeeltjes, energietekorten en -afhankelijkheden zullen afnemen. Aannemelijk lijkt dat wanneer zonneenergie qua prijs kan concurreren met energie uit fossiele brandstoffen dit zal leiden tot structurele druk op energieprijzen. Een scenario gunstig voor de consument en eveneens een scenario dat vrijwel haaks staat op alle theorieën die we de afgelopen jaren van allerlei experts hebben gehoord. De vraag wat als belegger te doen is lastiger te beantwoorden. Dat een sector groeit wil niet zeggen dat u er ook in beleggen moet. Wanneer we bijvoorbeeld alle winsten en verliezen van de luchtvaartsector sinds de allereerste pioniersvlucht bij elkaar optellen
resteert onderaan de streep een negatief bedrag. En voor de in de afgelopen eeuw tevens sterk gegroeide automobielsector is de situatie niet veel beter. Beleggers dienen niet zozeer oog te hebben voor het feit of een industrie al dan niet groeit, maar dienen te bepalen welke bedrijven in een bepaalde sector beschikken over duurzame competitieve voordelen. Niet uit te sluiten valt dat geen enkel bedrijf in een sterk groeiende sector over een goede competitieve positie beschikt. Voor u als consument maakt dit alles weinig uit. Als belegger zou u in een dergelijke situatie, ondanks de sterke groei, juist enige terughoudendheid moeten tonen ten aanzien van beleggingen in dergelijke bedrijven.
Meer artikelen van de hand van Hendrik Oude Nijhuis: zie www.warrenbuffet.nl
Hoog Dividend aandelen interessant? – Gerard Jager (Advance) Beleg in Hoog Dividend aandelen in tijden van algemene beursmalaise. Dat is een van de vele strategieën bij beleggen in aandelen. Waarom? Vanwege het aantrekkelijk hoge dividend zullen beleggers van dit soort fondsen minder snel afscheid nemen in tijden van beursdalingen dan t.a.v. de overige fondsen op de beurs. Zo kon b.v. eind 2002 het Postbank Hoog Dividend Aandelenfonds melden dat zij ondanks een lagere beurs een positief rendement had behaald. Dat deze regel niet altijd op gaat bewijst de huidige crisis rondom de banken verzekeringsaandelen. Jarenlang vormden deze sector een van de hoekstenen van een aandelenportefeuille. Mede vanwege de relatief hoge en stabiele dividenduitkeringen. Vandaag weten wij beter. Weg dividendrendement met dank aan de bankencrisis. KasBank (en misschien Van Lanschot Bankiers) keren nog dividend uit. Toch zijn er veel andere sectoren en fondsen waar de gang van zaken minder dramatisch verloopt en zijn deze bedrijven in staat winst te maken en dus dividend uit te keren. Zodra de aandelenmarkt weer aantrekt zijn het veelal de vroegcyclische aandelen (veelal fors in koers gedaald) die bovenmatig presteren. Daar kunnen enige Hoog Dividend aandelen tussen zitten.
Op dit moment staan aandelenkoersen relatief laag tot zeer laag en lijkt er in 2009 een positief omslagpunt te komen. Misschien geen moment om al te veel accent te leggen op Hoog Dividend aandelen, met uitzondering van fondsen die forse koersdreunen hebben opgelopen als gevolg van geforceerde verkopen door banken en hedgefunds. Misschien vindt u de risico’s van een aandelenbelegging op dit moment nog net even te groot. Dan zou een belang in Hoog Dividend aandelen een goede tussenoplossing kunnen zijn. Aantrekkelijk aspect hierbij is dat de meeste fondsen in de komende weken ex dividend gaan noteren. Dan kan er dus zomaar 5 tot 9% van de koers af gaan. Gebruikelijk is dat in de dagen daarna bij een niet al te negatief beursklimaat het dividend weer ingelopen wordt door middel van koersstijging van het aandeel. Dat betekent dus extra winst. Wellicht nuttig om eens een analyse te maken van fondsen die voor aankoop in aanmerking komen. Daarbij rekening houdend met de vele dividendveranderingen. Allereerst een opsomming van beursfondsen die tot nader order geen dividend meer zullen uitkeren. In Nederland: Aegon, ING, Randstad (vanwege overname Vedior), ASMI, Draka, Ordina, SNS, Unit4, Neways en hoogstwaarschijnlijk Heijmans. In België: Fortis, Dexia en KBC.
22
Dividendverlagingen hebben doorgevoerd: Mittal Steel, ASML, BAM, Ballast Nedam, Heineken, Nutreco, Wessanen, Reed Elsevier, TNT, Aalberts, Logica CMG, Océ, OPG, USG People, Beter Bed, Macintosh, Exact, Kasbank, Telegraaf en ICT Automatisering. Onveranderd dividend: Boskalis, Akzo Nobel, Philips, Binck, C Smit Int., Eriks, Kardan, Sligro, HES Beheer en TKH Holding. In België: Colruyt, Nat. Portef., Ackermans, Umicore, UCB, Belgacom en Solvay. Een flink aantal fondsen heeft het dividend over 2008 verhoogd: Ahold, DSM, Fugro, KPN, Royal Dutch Shell, SBM Offshore, Unilever, Wolters Kluwer, Arcadis, Imtech, Ten Cate, Vopak, Accell, Brunell, Grontmij en InnoConcepts. In België: AB Inbev, Delhaize, Bekaert, GDF Suez en Omega Pharma. De hoogte van het dividendrendement loopt sterk uiteen. Beursondernemingen die een hoog dividend uitkeren en naar mijn oordeel de huidige crisis zullen overleven, zijn: DSM (dividendrendement 6,2%), Fugro (6,7%), KPN (6%), Royal Dutch (7,3%), Unilever (5,4%), Imtech (5,8%), Ten Cate (6,9%), BAM (9,3%),
Nutreco (5,7%), Boskalis (8,1%), Akzo-Nobel (6,4%), Smit Int. (8,3%), Eriks (10,7%), TKH (8,9%). In België: Solvay 6,9%, en GDF Suez (5,7%). Sommige hebben al een deel van het dividend uitgekeerd in 2008, zoals DSM, KPN, Royal Dutch Shell, Unilever, Nutreco, Akzo Nobel en GDF Suez. Let op. DSM gaat reeds op 27 maart a.s. ex slot dividend. Philips op 30/3. Blijven over: Fugro, Imtech, Ten Cate, BAM, Boskalis, Smit Int (tevens overnamekandidaat), Eriks, TKH Holding en Solvay. Bent u een voorzichtige aandelenbelegger en wenst u in de beurs te stappen dan geef ik u in overweging een keuze te maken uit laatstgenoemde selectie. Gerard Jager is eigenaar van Advance (www.amail.nl) en werkzaam als vermogensbeheerder bij Onafhankelijk Vermogensbeheer ’s-Gravenhage B.V. (www.ovgbeheer.nl) Hij schrijft zijn columns op persoonlijke titel. Jager mag privé niet handelen in aandelen waarover hij schrijft. OVG belegt effectenvermogens van haar cliënten. Posities kunnen op elk moment veranderen. De informatie in deze column is niet bedoeld als persoonlijk beleggingsadvies of als aanbeveling aan de lezer tot het doen van bepaalde beleggingen. Voor disclaimer zie www.amail.nl
Intermarket analyse in een handelssysteem; een model voor lange termijn beleggers o.b.v. 57 jaar historie Frans Schreiber In dit artikel ontwikkelt de auteur een systeem voor de S&P500 op weekbasis. Daarbij wordt behalve de S&P500 zelf ook het niveau van de lange termijn rente meegenomen. Deze techniek wordt intermarket technical analysis genoemd en op zoek naar een objectieve entry en exit voor zijn systeem zodat niet op basis van subjectieve Inleiding Met een AEX die vandaag meer dan 40% onder zijn hoogtepunt staat en een S&P500 (vergelijkbaar met onze AEX) ruim 40% onder lager zoals we bij enkele Nederlandse “blue chips” hebben gezien. ING, Aegon of Aalberts zijn verder gedaald dan menig belegger in zijn ergste nachtmerrie had gevreesd. De strategie die we zullen bespreken is het best geschikt voor lange termijn beleggers die een voorkeur hebben voor een buy-and-hold strategie.
is gepopulariseerd door John Murphy. Echter waar Murphy vooral de aandacht legt op visuele divergentie en bevestiging van de toppen en dalen van de S&P500 en de rente, gaat de auteur een stapje verder. Hij gaat in dit artikel intepretatie signalen achteraf nog anders kunnen worden uitgelegd. zijn top, vragen beleggers zich af of het nu nog verstandig is om iets te verkopen of dat ze misschien alvast moeten gaan kopen. De koersen lijken laag maar het kan altijd nog veel Want hoewel op de (zeer) lange termijn aandelen de beste investering zijn, zijn er tijdens de lange rit omhoog talrijke momenten waar het beter is om de portefeuille te “parkeren” en het geld op een renterekening te plaatsen. Dit parkeren kan door de portefeuille helemaal te verkopen (relatief hoge transactiekosten) en het
23
geld op een depositorekening te zetten of door de portefeuille te hedgen met futures (relatieve lage transactiekosten). In beide gevallen ontvangen we dan de risico-vrije rente hetzij in de vorm van rente op het deposito hetzij in de vorm van de rentecomponent die verborgen zit in de futurepremie. De S&P 500 Wij zouden een handelssysteem kunnen maken op basis van de AEX maar daar we een lange historie willen hebben geven we de voorkeur aan de S&P500. Hiervan is de geschiedenis veel langer en bovendien veel nauwkeuriger vastgelegd. Uit talloze backtesten is gebleken dat een dergelijk futures op de S&P500 als een tijdelijke hedge om de portefeuille te neutraliseren. Daar we handelen op aandelen van de S&P500 of op de S&P500 een kwart procent stellen. Dit is voor kleinere beleggers (en zelfs grotere met een vermogen tot 100 miljoen U.S. dollar) gemakkelijk te realiseren. Buy-and-hold portefeuille
In figuur 1 zien we het verloop van de S&P500 van 1950 tot 1983. Er is een enorme bullmarkt in de jaren vijftig en grootste deel van de jaren zestig - vergelijkbaar met de jaren ’80 en ’90 - die gevolgd wordt door een enorme lange trading range. Vanaf 1969 zien we de koersen per saldo niet veel meer veranderen terwijl de buy-and-hold
systeem dan zonder problemen ook op andere (o.a. de AEX) gebruikt kan worden. Omdat het systeem speciaal bedoeld is voor lange termijn beleggers zullen we ons baseren op 57 jaar weekkoersen van de S&P 500. Op die manier hoeft men niet elke dag naar de koersen kijken en men hoeft al helemaal niet intraday de Reuters berichten te volgen over een winstwaarschuwing van ING. Nee, eenmaal per week wordt de portefeuille ter hand genomen en de mutaties aangebracht. Ons startpunt voor de test is 1 januari 1952 en we stoppen in januari 2009: 57 jaar koershistorie. In plaats van de aandelen (ETF’s, Trackers) steeds te kopen en te verkopen kunnen we ook gebruiken maken van index zelf (beide zeer grote liquiditeit) kunnen we onze transactiekosten en spread + slippage op ongeveer Laten we eerst eens kijken hoe een gewone buyand-hold belegger gevaren zou zijn als deze op 1 januari 1952 aandelen zou hebben gekocht en vandaag zijn portefeuille weer van de hand zou doen.
belegger tegelijkertijd flinke drawdowns voor zijn kiezen krijgt! In 1970 een drawdown van ruim 33% en in 1974 een drawdown van 48%! Durf dan nog maar eens naar je aandelenportefeuille te kijken. (Momenteel is de daling van de S&P500 “slechts” 40%, dus het kan nog erger).
24
In figuur 2 is het verloop vanaf 1982 tot nu op logaritmische schaal te zien. Weer zien we meerdere drawdowns waarbij het opvalt dat de
krach van 1987 maar een kleintje was! “Slechts” 33% daalde de index, terwijl we nu onlangs al een daling hebben gehad van 50%.
In figuur 3 is het overzicht gegeven van deze portefeuille. De maximale drawdown was 48.80%. Het aantal trades is natuurlijk slechts 1 omdat we de buy-and-hold strategie hebben toegepast. Het samengestelde rendement is 6.5% exclusief dividendinkomsten. Stellen we deze op 2% dan heeft de belegger op lange termijn een rendement
genoten van 8.5%. Dit is aan de bovenkant van de rendementsverwachting van aandelen op de lange termijn (plusminus 8%). Dit klopt ook wel omdat in de periode 1952 tot 2002 twee grote bullmarkten zitten en slechts één periode van een trading range. We zijn nu weer met de volgende trading range bezig en zullen dus weer keurig op
25
het verwachtte rendement uitkomen. Als we de gemiddelde risicovrije rente over die 57 jaar op 5% stellen dan heeft de belegger een risicopremie ontvangen van 8.5% minus 5% is 3.6%. Door deze te delen door de maximale drawdown (48.8%) krijgen we de Rendements Risico Ratio (RRR) die uitkomt op 0.072. Voortschrijdend Gemiddelde Achteraf deed de buy-and-hold belegger het niet slecht, maar we willen toch proberen de grootste
drawdowns te vermijden zelfs als dat iets ten koste zou gaan van het rendement. De simpelste manier om dat te doen is op basis van een 200-daags Voortschrijdend Gemiddelde (V.G.), of in ons geval omdat we met weekkoersen werken een 40weeks V.G. Daarbij gaan we alleen long (nooit short) en alleen op momenten dat de koers boven de 40-weeks V.G. staat. Duikt de koers onder het V.G. dan verkopen we onze positie en zetten ons geld op deposito tegen rente of we gaan short met futures om onze positie in aandelen te hedgen.
In figuur 4 zien we het effect van deze toepassing. We zijn keurig uit de markt in 1970 wanneer de drawdown van 1970 zich aankondigt. Ook van de crash van 1974 hebben we geen centje pijn want
in november 1973 geeft onze V.G. het signaal om uit de markt te stappen: we verkopen onze aandelen en plaatsen ons geld op een spaarrekening.
26
Figuur 5 laat zien wat het effect op het rendement is van de toevoeging van een V.G. Het zou natuurlijk sneu zijn als we met het weghalen van de grootste drawdown ook een groot deel van het rendement sterk hadden verspeeld. Dat blijkt reuze mee te vallen! Ons rendement gaat zelfs omhoog. Dit komt omdat we als de index daalt niet in de markt zijn, dus geen negatief rendement scoren, en bovendien rente over ons kapitaal verdienen. De maximale drawdown wordt verlaagd van bijna 48% naar ruim 25% en het samengestelde rendement wordt 7.5% exclusief dividend. Omdat we 67% van de tijd in de markt zitten zullen we ook ca. 67% van het dividend ontvangen, dat is 1,4% zodat ons rendement inclusief dividend uitkomt op 8.8%. Dit is iets meer dan de buy-andhold belegger, maar belangrijker is dat onze drawdown een kwart minder is geworden. Het aantal trades van ons systeem is 89 waarvan ruim de helft verliezende trades zijn. Gelukkig is het gemiddelde verlies slechts –2.0%, terwijl de gemiddelde winnaar 14.6% verdient. Dit verhoogt onze RRR van 0.072 naar 0.149, tweemaal zoveel als van een buy-and-hold belegger. Intermarket analysis In het algemeen is een stijgende rente negatief voor aandelen, terwijl een dalende rente positief is
voor aandelen. Dit heeft verschillende oorzaken. De belangrijkste is dat wanneer de rente daalt het bedrijfsleven en ook de consument veel meer geld kan lenen (en dus uitgeven) en de bedrijven kunnen dan meer winst gaan maken. Bovendien zullen grote beleggers uitkijken naar andere beleggingen dan deposito’s of obligaties wanneer de rente blijft dalen. Als het rendement op een deposito erg laag wordt kan er misschien meer verdiend worden met aandelen. Dus aandelen worden aantrekkelijker. Dus dalende rente kan een stijgende aandelenmarkt impliceren. Renteveranderingen als signaal Uit onderzoek blijkt dat een omdraai van rentebewegingen vaak vooraf gaat aan een omdraai in de aandelenmarkt. Wanneer we op de lange termijn de top van de aandelenmarkt naderen blijkt vaak dat de rente al eerder een top heeft gemaakt en bezig is met de weg omhoog. En we weten: een stijgende rente is slecht voor onze aandelenkoersen. En andersom geldt ook: wanneer aandelenmarkten bezig zijn om de bodem voor de lange termijn te zoeken, blijkt de rente meestal enige tijd eerder een bodem te hebben gemaakt. En een dalende rente is bullish voor aandelen.
27
In figuur 6 zien we een mooi voorbeeld van de eerste situatie, namelijk de rente maakt eerst een lange termijn top en pas later gaat de aandelenmarkt uittoppen. In de grafiek zien we dat rente (dikke lijn, rente% rechter schaal van grafiek) begin 1987 al begint te stijgen (omdraai) en te toppen terwijl de aandelen markt (dunne lijn) eerst nog niet reageert. Pas nadat de rente al langer dan een half jaar aan het stijgen is, topt de aandelenmarkt in oktober 1987, gevolgd door een enorme crash. Laat nu niemand meer zeggen dat de crash van 1987 plotseling opdook. Diegenen die hun huiswerk hadden gedaan zaten al aan de knoppen om bij de eerste twijfel van de grote bullmarkt van 1987 hun aandelen direct te dumpen en hun kapitaal veilig te stellen op een deposito rekening. Dit wil niet zeggen dat wij al aandelen willen kopen op het moment dat de rente weer gaat dalen. Want ten eerste is het niet zo dat de renteommezwaai altijd eerder is dan de aandelendraai en ten tweede kan een rentedraai al plaats hebben gevonden, maar duurt het bijvoorbeeld nog een jaar voordat de aandelenmarkt zijn weg weer omhoog vindt. Dan
zouden we dus een jaar lang ons geld in aandelen steken zonder dat er iets gebeurt. Het zou zelfs zo kunnen zijn dat gedurende dat jaar de markt nog een groot stuk daalt. Wat wij zoeken is een grotere kans dat als wij in de markt springen, de markt ook werkelijk omhoog gaat en dus ons rendement hoger en ons risico kleiner wordt, kortom dat de RRR stijgt. Hoe implementeren we dit nu in ons model? De implementatie van de renteomdraai We willen in de markt als de S&P 500 stijgt én de rente uitgetopt is. Alleen een stijgende markt is voor ons onvoldoende (zie 1987) en op alleen een dalende rente durven wij ons geld niet te zetten. We nemen ons handelssysteem weer ter hand en voegen er een voorwaarde aan toe: we gaan long (kopen aandelen) als de S&P500 boven zijn 40weeks V.G. staat én als de rente onder haar 40weeks V.G. staat. Zodra de S&P500 weer onder zijn 40-weeks V.G. duikt of als de rente boven haar 40-weeks V.G. stijgt, dan stappen we direct uit. Liever wat minder rendement bij heel veel minder risico, dan iets meer rendement bij veel risico.
28
We zien in figuur 7 wat dat voor bijvoorbeeld 1987 betekende. In het bovenste deel van de grafiek is de S&P500 getekend met zijn V.G. en in het onderste deel is de lange rente uitgezet samen met haar V.G. De vierkantjes in de grafiek geven aan wanneer ons handelssysteem long in de markt is. Op 20 maart 1987 krijgen we een signaal om uit de aandelen te gaan en ons geld op een
spaarrekening te zetten. Veel te vroeg zult u zeggen want je had nog 10% extra rendement kunnen verdien. Helaas zal een handelssysteem zelden de absolute top pakken, maar dat is ook niet belangrijk, het gaat er om dat gemiddeld genomen of het rendement hoger is dan of het risico lager is dan in de buy-and-hold situatie.
29
En dat dit zo is blijkt uit figuur 8. Het samengestelde rendement zonder dividend wordt 8.1% en inclusief dividend 9.2%. Echter de maximale drawdown vermindert van 48.8% in de buy-and-hold situatie naar 21.1% in ons intermarket handelssysteem: meer dan een halvering!! Dit zorgt er voor dat de RRR stijgt naar 0.199, bijna driemaal zo hoog als bij de buyand-hold belegger. Conclusie Door middels intermarket analyse behalve naar de aandelenmarkt ook naar de geldmarkt te kijken
hebben we op een vrij eenvoudige manier een handelssysteem gebouwd waarmee de lange termijn belegger een RRR haalt die driemaal zo hoog is. Dat betekent dat het risico driemaal zo laag is bij hetzelfde rendement of dat de risicopremie (het rendement boven op de risicovrije rente) driemaal zo hoog is bij hetzelfde risico. Dus in plaats van 57 jaar door buy-and-hold een 8.5% rendement te maken, had de belegger in deze tijd 9.25% kunnen maken bij de helft van het risico.
Aandelen de beste asset voor de lange termijn? Ja, maar… – Jan van der Meulen Op 9 maart jl. was de maandelijkse bijeenkomst van de Computerbeleggersgroep ZH voornamelijk gewijd aan een discussie over de stelling Aandelen zijn op de lange termijn de asset met het hoogste rendement. Omdat je deze uitspraak regelmatig leest ook na de recente, sterke koersdalingen op de effectenbeurzen, leek het nuttig hieraan eens aandacht te besteden en te onderzoeken op welke wijze we als beleggers hiermee ons voordeel kunnen doen. Allereerst werden cijfers gepresenteerd die we recent in artikelen tegenkwamen. Ik vermeld hieruit de volgende: • Het jaarrendement van aandelen over de afgelopen 109 jaar is 7,8%, terwijl dat voor obligaties 4,6% en Kas 3,8% bedraagt (bron IRIS); • Het rendement van aandelen wordt vaak ten onrechte beoordeeld door alleen naar koersindices te kijken. Dat gaat voorbij aan het extra rendement dat dividend incl. herbeleggen genereert: na de depressie van 1929 bereikten de koersen pas hetzelfde niveau in 1952. Toch was het rendement van de S&P500 over die periode 6%/jaar dankzij het dividend (bron TKA maart 2009). Daarna werd in subgroepen een aantal vragen besproken en verslag gedaan in de plenaire vergadering. Na een boeiende en zeker levendige discussie bleek dat men het op hoofdlijnen eens was over de betekenis van de stelling en vooral hoe hiermee als belegger om te gaan. Ik vat deze bevindingen hieronder samen. • Zorg dat je zelf veel verstand hebt van beleggen en zo niet, begin er niet aan!
We hebben geen positief oordeel over de prestaties van vermogensbeheerders en financiële instellingen als alternatief voor “Zelf Beleggen”. Zelf geen kennis, inzicht of tijd hebben is geen argument om je vermogensbeheer dan maar uit handen te geven; • Goed beleggen vereist allereerst het hanteren van een methode voor Asset Allocatie die aangeeft welke assets als cash, aandelen, obligaties, vastgoed en commodities gegeven de marktomstandigheden de voorkeur moeten krijgen. Daarnaast kunnen handelssystemen hierop een waardevolle aanvulling zijn; • Aandelen kunnen op de lange termijn een rendement bieden dat superieur is aan dat van andere assets, mits je gebruikt maakt van een strategie/systeem voor timing en selectie van aandelen; • Het toepassen van een eenvoudig hulpmiddel als het 200-daags Voortschrijdend Gemiddelde met de regel dat een aandeel alleen aangehouden wordt als de koers zich boven dit gemiddelde bevindt, heeft bijvoorbeeld al een duidelijk positief effect op het rendement. Het zorgt er voor dat je tijdens bearmarkets uit aandelen blijft en het grootste deel van uptrends meeneemt. Kortom, een nuttige bijeenkomst die een aantal onderwerpen heeft opgeleverd om nader uit te werken. Bijvoorbeeld de methodiek voor Asset Allocatie die tijdens het vorige seizoen centraal stond. •
Jan van der Meulen, voorzitter
30
Subjectieve en objectieve prijzen, verleden en toekomst – Harry Premselaar De meeste beleggers, eigenlijk allemaal, laten zich bij het handelen, koop en verkoop, leiden door de hun bekende koersen: is de koers gestegen in relatie tot een dag of moment eerder dan is men duurder uit bij de koop. Is de koers lager dan eerder, uur, dag, maand of jaar, en wordt er minder betaald dan zou men ook beter af zijn. Het handelen op grond van bekende prijzen noemen wij handelen met ‘relatieve’ of 'subjectieve' prijzen. Het winst- of verliesnemen stoelt op deze subjectiviteit die altijd een referentie heeft tot het (bekende) verleden. Winstnemen betekent verkoop na een eerder lage koop en het nemen van verlies houdt het tegenovergestelde in en is derhalve ook subjectief. Het (subjectief) limiteren van handelingen, lager bij de koop en hoger voor de verkoop, de winstmaximalisatie, baseert zich op deze merkwaardige anomalie. Winst en verlies op grond van het handelen - winst als gevolg van laag kopen en hoog verkopen én verlies op grond van hoog kopen en laag verkopen - kunnen nooit uitgangspunt zijn voor het ter beurze handelen daar de begrippen, winst en verlies, niet kunnen worden veralgemeniseerd. Deze begrippen en (ogenschijnlijke) mogelijkheden zijn per definitie subjectief en onbetrouwbaar. Zij gelden louter voor een toevallig individueel moment en persoon. Voor iedereen zijn winst en verlies namelijk anders daar ze niet voor ieder op dezelfde wijze van toepassing zijn: de percentuele mate, de absolute grootte en de tijdsduur waar in de winst of het verlies worden gerealiseerd zijn subjectief en toevallig. En het belangrijkste, winst en verlies geven nimmer antwoord op de vraag naar de toekomst, hoe nou verder? Wíj laten ons niet leiden door het toevallig koersniveau maar is de bestedingsruimte motief en mogelijkheid tot en van het handelen. De bestedingsruimte wordt bepaald door de dekkingswaarde verminderd met het vreemd vermogen. De bestedingsruimte is het raakvalk en
het grensgebied van het eigen en het vreemd vermogen. In tegenstelling tot het subjectieve handelen, handelen wij mét bestedingsruimte precies andersom dan de subjectieve belegger: wij kopen ‘hoog’ en verkopen ‘laag’. Het subjectief handelen, zoals boven uiteengezet, refereert aan een deel van de portefeuille, dit of dat fonds, terwijl het handelen op grond van de bestedingsruimte door het geheel van de portefeuille wordt bepaald. Is het dat het subjectief handelen aan het bekende verleden refereert, het handelen op grond van de bestedingsruimte daarentegen, bepaald door de gehele waarde van de portefeuille, geeft ruimte aan én schept de toekomst. Kenmerk van de bestedingsruimte is dat deze wordt bepaald door de waarde van de hele portefeuille min de totale debetstand. Het handelen middels de bestedingsruimte betekent dat aan koersen geen toevallige subjectieve waarde wordt toegekend, maar is deze objectief van aard. Derhalve spreken wij van objectieve of absolute koersen. Bij het handelen op grond van objectieve koersen is de bestens-order op zijn plaats daar deze toekomstgericht is i.t.t. de gelimiteerde order die het verleden als referentie heeft. Met de bestens-orders, kopen en verkopen tegen elke prijs, komen de toekomstige koersen tot stand. Dat onze systematiek vrijwel altijd de AEX overtreft kan te maken hebben met het feit dat de (onbekende) toekomst die wordt bewerkstelligt door het handelen op grond van de objectieve bestedingsruimte meer en groter in omvang en betekenis zijn dan het subjectieve handelen dat zich op het bekende verleden baseert. Anders gesteld bij het subjectieve handelen weet je wat je hebt of niet hebt; met het objectieve handelen daarentegen weet je niet wat je kan krijgen. Het is onze ervaring dat je meer kan krijgen dan je al hebt.
31
Update economische vooruitzichten – KBC Asset Management Er is bijna een kwartaal voorbij van het nieuwe jaar met een nieuwe reeks reddingsplannen terwijl de globale recessie onverminderd doordendert. Met de publicatie van de bbp-rapporten voor het vierde kwartaal van 2008 werd de ernst van de huidige crisis ook in de officiële statistieken duidelijk. In de VS kreeg de economische activiteit een dreun van 3,8% op jaarbasis, het slechtste cijfer sinds 1982. Die wanprestatie werd vlotjes overtroffen in de EMU en het VK (beide 5,9%), Duitsland (-8,2%), Japan (-12,7%) en Korea (-20,8%). De laatste maanden van 2008 waren dramatisch voor de wereldeconomie: de wereldhandel klapte in elkaar met desastreuze gevolgen voor de industriële sectoren, vooral in de exportafhankelijke economieën in Europa en Azië. Verrassend genoeg bracht januari wat positieve cijfers: verschillende belangrijke voorlopende indicatoren gingen licht hoger. Dat is allicht eerder een teken dat de economische vrije val van de laatste maanden van 2008 enigszins afgeremd is dan het startschot van de volgende herstelfase. De huidige niveaus van alle voorlopende indicatoren blijven in elk geval consistent met een verdere terugval van de economische activiteit in de eerste helft van dit jaar. De komende maanden zit er dan ook nog een stroom slecht tot desastreus economisch nieuws aan te komen. Grote delen van de wereldeconomie lijken op weg naar een langdurige, pijnlijke deflatieperiode, maar massale overheidsinterventies moeten zo’n doemscenario vermijden. De overheidsmaatregelen moeten erin slagen de wereldeconomie in de laatste maanden van 2009 uit de recessie te tillen. Niettemin zal het daaropvolgende herstel allicht geruime tijd erg bescheiden blijven. Alle hens aan dek De kern van de huidige crisis ligt in de decennialange schuldopbouw, het duidelijkst geïllustreerd in de VS. De onvermijdelijke ommekeer in die schulddynamiek resulteert in een zware deflatoire druk. Als de huidige crisis uitgroeit tot een echte schadelijke deflatiespiraal zal het jaren duren voor de economie terugkeert naar een normaal groeipad. Deflatie holt immers de terugbetaalcapaciteit van de kredietnemers uit waardoor de relatieve schuldenlast opgeblazen wordt. De voorbeelden van de Amerikaanse economie in de jaren 30 en de Japanse economie in de jaren 90 illustreren tot welke extreme doemscenario’s deflatie kan leiden. Overheden
moeten dan ook kost wat kost vermijden dat zo’n deflatiespiraal op gang komt. Zowel de Amerikaanse overheid in de jaren 30 als de Japanse in de jaren 90 zagen dat even anders met de bekende desastreuze gevolgen. In de huidige cyclus lijken overheden zich toch meer bewust van de ernst van de situatie. De voorbije maanden werden dan ook al heel wat reddingsplannen en stimuluspakketten uitgewerkt. Het meest opvallende nieuws op dat vlak kwam de voorbije weken weer uit de VS. Obama zag eindelijk zijn stimuluspakket goedgekeurd door het Congres, goed voor een kleine 800 miljard dollar (of zo’n 6% van het bbp) aan belastingverlagingen en overheidsuitgaven in de komende twee jaar. Daarnaast pakte de nieuwe baas van de Schatkist, Tim Geithner, uit met een nieuw, groot reddingsinitiatief voor de financiële sector. Beide plannen omvatten duidelijke stappen in de goede richting en zullen zeker positief bijdragen. Maar meer dan de schade beperken zit er allicht niet in. De huidige plannen houden meer dan waarschijnlijk niet de ultieme oplossing in. Bijkomende initiatieven zullen nodig zijn om het tij definitief te keren. De slechte economische cijfers die er de komende maanden zitten aan te komen, zullen de politieke ruimte creëren voor die nieuwe stappen. De meer dan 3 miljoen banen die dit jaar in de VS geschrapt zullen worden, kunnen op dat vlak de doorslag geven. Ook in de rest van de wereld volgen de reddingsinitiatieven elkaar snel op, maar ook daar ligt het definitieve plan nog niet op tafel. Ondanks alle supranationale instellingen is er ontgoochelend weinig coördinatie tussen de plannen van de verschillende landen. Daardoor boeten de overheidsinterventies zeker aan efficiëntie in, maar een verregaande coördinatie bleek niet mogelijk binnen een redelijke termijn. Het ontbreken van enige internationale beleidscoördinatie houdt wel het belangrijke gevaar in dat de initiatieven zouden afglijden naar protectionisme. Voorlopig blijft het op dat vlak veeleer bij wat populistisch gewauwel, terwijl echte protectionistische maatregelen achterwege blijven. Lessen uit het verleden suggereren dat een terugkeer naar protectionisme een moeilijke situatie alleen maar verergert. Niettemin blijft het een belangrijk risico omdat het politiek een verleidelijke uitweg blijft om de schuld van de
32
economische problemen in het buitenland te gaan zoeken. Laten we hopen dat de lessen uit het verleden geleerd zijn en dat de overheden niet opnieuw in de protectionistische valstrik lopen. Mager herstel met belangrijke risico’s Het belangrijkste risico voor de wereldeconomie is vandaag het op gang komen van een schadelijke deflatiespiraal. Massale overheidsinterventies moeten dat doemscenario vermijden. Als dat lukt kan de Amerikaanse vastgoedmarkt en de globale industrie in de loop van 2009 een bodem vinden. Daarnaast zou ook de situatie in de financiële sector geleidelijk verder moeten opklaren, hoewel een terugkeer naar de ‘good old days’ van voor de
huidige crisis er niet meteen inzit. Tegen die achtergrond zou de economie in de VS, en allicht ook in de rest van de wereld, mede onder impuls van de budgettaire stimuli tegen het najaar uit de recessie moeten klauteren. Daarmee zijn evenwel lang niet alle problemen van de baan. Het opruimen van de schuldenproblematiek in landen als de VS en het VK zal jarenlang duren. De (gedeeltelijke) verschuiving van de schuldenlast van de private sector naar de overheid verandert immers niets aan de noodzaak van zo’n opruimactie. Zelfs als op relatief korte termijn de recessie afgewend wordt zullen de structurele problemen die aan de basis lagen van de huidige crisis nog geruime tijd de groei temperen.
Het risico op inflatie is voor het komende jaar nihil. De vrees dat de massale budgettaire en vooral monetaire stimuli voor extra inflatie zullen zorgen, gaat voorbij aan het feit dat alle middelen die de overheid vandaag in de economie pompt weinig meer zijn dan een gedeeltelijke compensatie voor de middelen die uit de economie
gehaald worden door de private sector. De economische malaise zal het komende jaar een zware neerwaartse druk uitoefenen op de inflatie. Pas als de economie opnieuw op een normaal tempo draait kunnen de stimuli voor inflatie zorgen. Maar dat is vandaag duidelijk geen enkel risico.
33
ieuwe boeken uitgegeven door Keyword: bestellen via www.keyword.nl
auteur: Bert van Arkel Bert van Arkel is naast investmentcoach ook projectontwikkelaar en investeerder. Na zijn universitaire studie heeft hij 9 jaar voor de Verenigde Naties gewerkt. Daarna heeft hij verschillende topfuncties in het bedrijfsleven vervuld en was hij 5 jaar hoogleraar. Inmiddels is hij een door de wol geverfde en zeer succesvolle belegger. Bert leert in dit vlot geschreven en overtuigende boek beleggers beter om te gaan met de kansen die beleggen biedt. Van mooie winsten tot het nemen van verlies als dat niet anders kan. Zijn grote ervaring kan ook u tot een betere en meer succesvolle belegger maken. Ook in tijden van crisis! Of u nu een belegger bent met ruime ervaring of net begonnen bent met beleggen, dit boek is een waardevolle investering. Bert van Arkel legt aan de hand van concrete voorbeelden en in heldere taal uit hoe de door hem ontwikkelde methode werkt.
IEUW: Succesvol beleggen is een keuze
194 pagina’s, €39,95 ISBN 978-90-77553-08-4 NUR 794
Put indexopties schrijven – Tom Lassing Nu eens niet over de perikelen rond de AFM die nog altijd het short gaan in financials niet vrij durft te geven uit angst dat de markt de banken zal waarderen voor wat ze waard zijn, namelijk vrijwel niets. Deze keer gaat het over Warren Buffett die Wallstreet te kakken zet met zijn mededeling dat de Black & Scholes waarderingsgrondslag in zijn ogen feitelijk onjuist is. Wat Buffett zegt en in zijn ogen aantoont, is het feit dat je, als je die waarderingsgrondslag tot in het extreme doorzet je uitkomt in een situatie waarbij je feitelijk geen risico meer loopt, terwijl
je onderweg wel je hele bezit boekhoudkundig moet afschrijven. Waar gaat het om? Black & Scholes is een theoretische waarderingsmethode voor de waarde van opties. Op basis van die waarderingsgrondslag worden optiepremies berekend en handelen beleggers die in opties bezig zijn. Wat Buffett heeft gedaan is deze waarderingsgrondslag gebruiken voor 251 op maat gemaakte geschreven put index opties die 15 en 20 jaar lopen. Tot zijn verrassing waren partijen in de markt bereid hem een premie op grond van die waarderingsopslag te geven. Zijn verbazing was er
34
omdat hij voor een risico van 35 miljard, even uit mijn hoofd, ruim acht miljard premie verkreeg. Met die acht miljard denkt Buffett in die 20 jaar een bepaald rendement te halen waarbij hij dus zoveel winst gaat maken dat de index naar nul moet voor hij verlies op die geschreven opties maakt. De meeste optiebeleggers kijken alleen naar de verkregen premie. Buffett kijkt naar wat hij met die verkregen 8 miljard kan gaan doen. De markt is nu afhankelijk van hem om straks zijn verplichtingen na te komen. Buffett heeft geen afhankelijkheid van derden, want hij heeft geld van anderen ontvangen... Hij wordt pas over 15 tot 20 jaar aan zijn verplichting gehouden. Hij spreekt er in zijn brief aan de aandeelhouders zijn verbazing over uit dat partijen bereid waren hem zoveel geld te geven voor de rechten die in de opties verwerkt zitten. In de ogen van Warren waren de opties zwaar ondergewaardeerd en daarom leek het hem een goed idee ze te schrijven. Het nadeel voor Buffett is nu echter dat de markt tegen hem in is gelopen en dat de waardering die Black & Scholes aan de opties geeft hem nu op 5 miljard verlies gezet hebben. Hij moet nu op jaarbasis zijn geschreven opties waarderen met behulp van de in zijn ogen
onjuiste Black & Scholes methode. Warren Buffett heeft nu dus over 2008 5 miljard verlies moeten boeken die hij zelf niet als verlies ziet. Zijn bedrijf is in feite in zijn ogen dus meer waard dan dat de markt hem nu waard acht. Volgens Warren is de kans namelijk klein dat EN de markt tegen hem in blijft lopen EN hij niet in staat is om met de verkregen 8 miljard een bepaald gemiddeld rendement per jaar te halen. Kortom, in zijn ogen heeft hij een risicoloze positie ingenomen die hem voor tenminste 15 jaar in totaal 8 miljard speelgeld in handen heeft gegeven. Ik moet hem nageven, er was in Wall Street tot op heden vrijwel niemand die op deze manier tegen geschreven opties aan heeft gekeken. Door in feite de zwakte van de Black & Scholes methode te gebruiken tegen Wallstreet hoopt Warren een hoop geld te winnen. Op dit moment heeft Wallstreet nog gelijk. De opties kunnen niet voortijdig afgerond worden. Over op zijn vroegst 15 jaar zullen we weten wie er uiteindelijk gelijk had. Ondertussen boekt hij nu wel boekhoudkundig verliezen (gunstig voor de belastingen) en wordt zijn beleggingsprestatie ongunstig beïnvloed (minder gunstig voor de beurskoers).
Bodemvissen of investeren? – Tom Lassing De vraag roept zich nu bij steeds meer beleggers op of ze nu moeten gaan bodemvissen of dat ze kiezen voor investeren. Er is een duidelijk verschil tussen die twee. De bodemvissers zoeken het laagste punt en kijken vooraf dus vooral naar indicaties dat de bodem bereikt is. Ze nemen op een gegeven moment de keuze te investeren en zijn weer uit de markt als deze toch weer aan een volgende dalingsronde begint. Investeerders kijken anders naar de markt. Die zoeken interessante bedrijven, analyseren per bedrijf en bepalen op een gegeven moment dat de waardering zodanig is dat een investering kansrijk lijkt om op termijn er een goede winst op te maken. Wie heeft er gelijk? Op dit moment hebben de bodemvissers gelijk. Ze proberen wat, en als het niet lukt, dan nemen ze snel hun verlies en staan weer naast de markt. De enorme verliezen gaan hen (hopelijk) vervolgens dan voorbij.
Op termijn hebben altijd de investeerders gewonnen. De reden? Heel simpel, de waarderingen kwamen uiteindelijk altijd weer richting overdrijving omhoog. Dat terwijl we nu in heel wat bedrijven een overdrijving omlaag zien. Als een bodemvisser de bodem gemist heeft dan is het over voor hem of haar. Deze belegger gaat dan op zoek naar zwakkere aandelen die nog wel een bodem vormen (kwaliteit gaat altijd eerst) en zal in die zwakkere aandelen minder winst maken. De bodemvisser neemt ook vaak te snel de winst en ziet dus de verdere stijging aan hem of haar voorbij gaan. Het is slechts een kwestie van tijd voor de overdrijvingen weer aan de bovenkant zitten. Dat lijkt nu nog heel raar, maar in 2002 hadden we ook te maken met overdrijvingen. Ook toen stonden we 218 in de AEX. 'Ergens' ging het knopje om en werd er toen weer snel heel veel gekocht en in 2007 kreeg ik verschillende abonnees die boos op mij waren omdat ik te weinig koopkandidaten in BeursAccent
35
voorstelde. Op dat moment herkenden velen het feit dat aandelen overgewaardeerd raakten. In 2007 waren de koopjes in topkwaliteit aandelen daarom in mijn ogen op een gegeven moment op. Het werd een prachtig jaar met een fantastisch resultaat maar ook met weinig nieuwe koopkandidaten. Dat terwijl er nu enorm veel koopkandidaten zijn maar het nu schort aan beleggers die deze koopjes durven te kopen. Het lijkt niet het moment om te zeggen dat je buyand-hold aanhanger bent maar ondanks alles ben
ik dat wel. Ik investeer in bedrijven en ik werk vooral met aandelen en soms met (geschreven) opties. Ik krijg vanzelf mijn gelijk doordat de koersen van de aandelen die ik bezit weer fors gaan aantrekken. Het is een kwestie van tijd. Ondertussen ben ik ook nu nog koper van aandelen. Dat is puur investering. Hiermee haal ik de gemiddelde koopprijs ook omlaag, waarmee bij een herstel mijn portefeuille ook sneller weer op winst zal staan.
Meer artikelen van de hand van Tom Lassing: zie http://www.beursbox.nl/
Weer een beurswijsheid naar de prullenbak? – Mike Blijlevens Op 9 maart jl. publiceerde Harry Geels een column met de titel “Bankenzeepbel (volledig?) uiteengespat”. In die column meldde Harry dat de marktkapitalisatie van de Amerikaanse banken in korte tijd van $3 biljoen (Amerikaans: triljoen) daalde tot onder de $1000 miljard (Amerikaans: biljoen). Veel gerenommeerde banken als Citygroup zijn ‘penny stocks’ geworden, aldus de column (en de werkelijkheid).
Op 6 maart waren er veel financials te koop voor een paar $ of €. Alleen in Amerika is al snel een lijstje van 150 financiële instellingen samen te stellen die onder de paar $ noteren. De grotere Amerikaanse instellingen heb ik in de bijgevoegde tabel opgenomen. Daarnaast heb ik een paar Europese ‘goedkope’ financials aan de tabel toegevoegd.
Een aantal opmerkelijke feiten Op 6 maart jl. waren de koersen erg laag. Hoewel sommige financials in de buurt komen van de laagste koers in 52 weken is 6 maart niet gekozen omdat het prima uitkomt voor mijn statistiek. Op 6 maart heb ik me voorgenomen dit artikel te schrijven zodat ik het op 20 maart aan kon bieden aan de redactie van dit blad.
In ieder geval is er na 6 maart herstel opgetreden. Voor de Dow is het herstel 15%, de S&P 500 is 12% gestegen en de AEX 7%. Deze percentages zijn over de periode van 6 maart tot en met 20 maart en zijn mooie herstelbewegingen te noemen. [kolom F] Het herstel bij de financials is echter beduidend beter te noemen. Op BPI na zijn alle financials
36
meer gestegen dan de genoemde indices. AIG is de absolute uitblinker met een stijging van 260%. Als u - zoals vele beleggers - in de afgelopen 52 weken wat ongelukkig was in de timing en u zou op de hoogste koers hebben gekocht of u heeft u laten leiden door de adviezen van analisten die destijds voor alle in de tabel genoemde financials een koopadvies hadden afgegeven dan zou uw belegging in Fanny Mae zijn gereduceerd tot net geen 2% van uw geïnvesteerde vermogen. Een verlies van ruim 98%. Indien u alleen ongelukkig bent in uw timing maar niet in uw keuze dan kan het verlies meevallen. Bij een belegging in BPI bent u maar 59% kwijt. Dat verlies is bijna gelijk aan de duikeling die de AEX heeft gemaakt vanaf het hoogste punt in 52 weken. [kolom G] De financials hebben alle hun hoogste koers ooit (ATH) bereikt buiten het tijdsvak van een jaar. Tussen de hoogste koers ooit en de hoogste koers in 52 weken zit gemiddeld nog eens 52%. E TRADE Financial Corporation is de negatieve uitschieter. Dat fonds is 92% kwijtgeraakt vanaf all-time-high tot de hoogste koers in 52 weken. [kolom I]. Indien de belegger wel erg ongelukkig is qua timing door op het hoogste punt in te stappen en ook nog eens de veelgeprezen buy-and-hold strategie hanteert dan is zijn vermogen geheel verdampt. Van een belegging in Fanny Mae en Freddy Mac is net geen 1% over. Iets minder pijnlijk is de investering in ons ‘eigen’ Fortis. Het instappen op all-time-high heeft maar 96% van je vermogen opgeslokt. [kolom J]
Dan is beleggen in de index toch een betere optie. Van een investering in de AEX is immers nog 30% over en bij de Dow is dat maar liefst 53%! Conclusie Nu hoor ik u denken “wat moet ik met deze getallen”? Wat ik bijna lachwekkend vind is dat bijna iedereen roept dat je moet beleggen voor de lange termijn. Als je dat doet dan maak je een gemiddeld rendement van 8% per jaar. Is dit een beurswijsheid of een beursfabel? Als je de weg die de koers van AIG bewandelde in ogenschouw neemt dan is beleggen voor de langere termijn een fabel. AIG bereikte zijn hoogste koers op 8 december 2000 en is sindsdien met bijna 99% is gedaald. Sterker nog het gemiddelde van de fondsen opgenomen in de tabel is een verlies van 95%, dus vanaf ATH tot het moment van schrijven van dit artikel (20 maart 2009). En negen jaar, zoals in het voorbeeld van AIG, is misschien geen hele lange termijn, maar echt kort is het ook niet te noemen. Maar als ik op 6 maart jl. was ingestapt in AIG dan zou ik vandaag een rendement van 260% hebben gemaakt. De gemiddelde stijging van de tabelfondsen is 97%. Dat is geen slecht rendement in een termijn van twee weken. Zou het karakter van de beurs misschien veranderen en is beleggen voor de lange termijn juist een probaat middel om van uw geld af te komen? Mike is te bereiken via
[email protected].
37
HCC Beleggen Uitgangspunt voor de HCC Beleggen is dat haar leden ‘betere’ beleggers willen worden. Beleggen kan een lucratieve en fascinerende hobby zijn. Maar er zijn ook risico's aan verbonden. Kennis en vaardigheid zijn noodzakelijke voorwaarden voor duurzaam succes. De HCC Beleggen (voluit: Hobby Computer Club Gebruikersgroep Beleggen) wil haar leden behulpzaam zijn bij het verwerven van die kennis en vaardigheid. Als onderdeel van de HCC (met ruim 182.000 leden de grootste computerclub in West Europa) is de HCC Beleggen een vereniging ‘van, voor en door’ leden. Er is een democratisch gekozen bestuur, een kascommissie, kernleden en leden die veelal bereid zijn om hulp te bieden bij het verwezenlijken van onze doelstellingen. Doelstellingen van de HCC Beleggen Uitgangspunt voor de Gebruikersgroepen is dat haar leden ‘betere’ beleggers willen worden. Dit uitgangspunt leidt tot de volgende meer specifieke doelstellingen: - Het vergroten van de kennis en vaardigheid van onze leden op het gebied van beleggen met de computer; - Het bevorderen van onderlinge contactmogelijkheden voor de uitbouw van persoonlijke ‘netwerken’; - Het werven van nieuwe, actief bijdragende leden. De kennis en vaardigheid betreft een breed terrein: van efficiënt computergebruik tot verwerving van koersinformatie, van beleggingsfondsen tot optieconstructies en van beleggingsstijlen tot toetsingsmethodieken. Bovendien is het streven erop gericht zowel beginners als gevorderden te ondersteunen. Daartoe worden lezingen, cursussen en workshops georganiseerd; veelal door en voor leden. Ook ‘beroepsmatig’ bij beleggen betrokken sprekers worden dikwijls uitgenodigd. Heeft u een idee
voor een ‘bijdrage’ aan onze doelstellingen? Het bestuur hoort dit graag van u. Daarnaast hebben veel beleggers behoefte aan het gezamenlijk met anderen uitwerken van praktische beleggingsideeën. Maar waar vind je beleggers met min of meer dezelfde ideeën die jij hebt? De HCC Beleggen wil de mogelijkheden creëren voor haar leden om die contacten te leggen Bestuur van de Gebruikersgroep Beleggen
[email protected] Frans Schreiber (voorzitter) 036-5309739 vacature (secretaris) Michel Hupkens (penningmeester) 0320-707127 Voor berichtgeving en verstrekking van allerlei informatie op beleggingsgebied wordt een website in stand gehouden. Op onze website wordt ook het programma van het komende HCC Beleggen Symposium toegelicht. Leden die een bijdrage aan onze website willen leveren zijn meer dan welkom. Webmaster www.beleggersonline.nl
[email protected] Leo Rasch 030-2625739 na 20:00 uur Regelmatig wordt een Symposium georganiseerd op een centrale plaats in Nederland. Voorafgaand aan het HCC Beleggen Symposium wordt aan alle leden een digitaal Nieuwsmagazine toegezonden. Daarin staan originele artikelen op beleggingsgebied veelal van de sprekers van die dag. Bijdragen van leden worden zeer op prijs gesteld. Neem daartoe contact op met de redactie: Redactie Website en het ieuwsmagazine
[email protected] Michel Hupkens 0320-707127 Hans Verschoor Adri van der Graaff (Agenda) 076 5720825 Leo Rasch 030-2625739 na 20:00 uur Bart Lenselink (eindredactie Nieuwsmagazine) 015-3698858 na 20:00 uur
Dit Nieuwsmagazine is een publicatie van de HCC Gebruikersgroep Beleggen. Raadpleeg onze internetsite http://www.beleggersonline.nl/ voor adressen en informatie over het lidmaatschap