Curs Us Van 300408 Tot 040608

  • November 2019
  • PDF

This document was uploaded by user and they confirmed that they have the permission to share it. If you are author or own the copyright of this book, please report to us by using this DMCA report form. Report DMCA


Overview

Download & View Curs Us Van 300408 Tot 040608 as PDF for free.

More details

  • Words: 4,676
  • Pages: 22
Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008 Iemand niet kunnen uitstaan

Ne pas supporter qq un

Studeren voor een examen

Opgeven

Renoncer, abandonner

Kijk naar de soapaflevering van deel 4. Kruis telkens de juiste uitspraak aan.

Uit het hoofd

Par cœur

1. a. Vera wil haar studie opgeven.

Van buiten(Leren) kennen

Par cœur

b. Vera ziet het eerst niet zitten om de theorie van Bloomfield uit het hoofd te leren.

Hoeven

Etre nécessaire

c. In de vijfentwintigste eeuw hoefde Vera nooit iets uit het hoofd te leren.

Ze ziet eerst niet zitten

Elle ne sait plus quoi faire

Schoppen

Donner un coup de pied, shooter

b. Vera valt over een aantal boeken.

Schop (de)

Le coup de pied, la pelle

c. Vera wil tegen de tafel schoppen.

Spade (de)

La bêche

Omspitten

Bêcher

b. Vera heeft een boek met opgaven en een boek met oplossingen. Dat vindt ze handig.

Opgave (de)

Tâche

c. Vera vindt het vervelend dat opgaven en oplossingen in aparte boeken staan.

Oplossing (de)

Solution

Handig, Prachtig

Habile, pratique

Vervelend

Ennuyeux

2. a. Vera schopt tegen een aantal boeken.

3. a. Vera heeft een handig boek waarin opgaven en oplossingen apart staan.

4. a. Vera kan professor Vanonder niet uitstaan omdat hij een belachelijke naam heeft. b. Vera heeft een hekel aan professor Vanonder. Toch vindt ze hem intelligent. c. Vera vindt professor Vanonder een domme en arrogante vent. 5. a. Xavier vindt de boeken van Claus en Mulisch goed.

Vent (de)

Type, bonhomme

Iem. Niet kunnen uitstaan

Ne pas pouvoir supporter qqun

b. Vera vindt de boeken van Claus en Mulisch slecht geschreven, rommel dus.

Een hekel aan iem/iets hebben

Détester qqun qqchose

c. Xavier leest slechte boeken van Claus en Mulisch.

Belachelijk

Amusant

Slecht >< Goed

Mauvais >< Bon

b. Anton vindt het niet belangrijk of Vera slaagt voor het mondelinge examen of niet.

Slechts = alleen maar

Seulement

c. Anton wil dat Vera zakt voor het mondelinge examen.

Rommel

Bazar

Nuttig

Utile

Verdriet (het)

Chagrin

Slagen voor

Réussir

Mondeling

Oral

Zaken voor

Echouer

Afleggen (voor een student)

Passer un examen

Afnemen (voor een leraar)

Passer un examen

6. a. Anton vindt het niet nuttig dat Vera het mondelinge examen aflegt.

7. a. Vera gaat professor Vanonder uitleg vragen over het post-Bloomfieldiaanse structuralisme. b. Professor Vanonder weet niet wat het post-Bloomfieldiaanse structuralisme is en dus vraagt hij het aan Vera. c. Vera krijgt op het examen van professor Vanonder een vraag over het post-Bloomfieldiaanse structuralisme. 8. a. Professor Vanonder wil geen beperkte uitleg, hij wil dat Vera de kenmerken van het postBloomfieldiaanse structuralisme uitvoerig analyseert. b. Professor Vanonder wil dat Vera wat dieper ingaat op het post-Bloomfieldiaanse structuralisme. Ze mag zich niet beperken tot enkele kenmerken. c. Professor Vanonder wil dat Vera haar antwoord beperkt tot de kern van de zaak: een beschrijving van het post-Bloomfieldiaanse structuralisme.

Page 1

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008 Beperken Uitleg Uitvoering Kenmerkt (de) Kern (de) Ingaan Bloemperk Verzamelen Aflijden Hij doet als of Als of te doen Zich beperken tot Stom Rustig Gelijk Het lijkt dat Pit (s) (de) Vent (de) Dom

Limiter Explication Développé, étendu Caractéristique Noyau Aller plus dans Parterre Rassembler, se rassembler, collectionner Déduire Il fait semblant Faire semblant Se limiter à qqchose Bête Tranquille Raison Il semble que Pépin Bonhomme, type Bête

geen hoop of moed meer hebben Wat nu? Ik geef het op Ik weet (echt) niet meer wat ik moet doen. Ik zie het niet meer zitten. Oh God! Woordenlijst deel 4 les 1 het kenmerk analyseren beperken (r) de beschrijving ingaan op *o de opgave opgeven *o de rommel schoppen de theorie zakken voor de vent

pijn uitdrukken Au! Dat doet pijn! Je doet me pijn!

apart beperkt mondeling nuttig uitvoerig

de kern van de zaak een examen afleggen een hekel hebben aan iemand/iets iemand / iets niet kunnen uitstaan uit het hoofd

Wat kun je zeggen in de volgende situaties? Er zijn soms meerdere oplossingen mogelijk. 1. Je hebt geen zin meer in studeren en zou veel liever gaan werken. Wat denk je? a. Dat doet pijn. b. Ik geef het op. c. Ik zie het niet meer zitten. 2. Je moet naar een examen, maar je neer niet in welk gebouw je moet zijn. a. Wat nu? b. Au!

Vast en zeker

Sur et certain

c. Vast en zeker. 3. Een vriend van je wil je nooit meer zien. a. Dat doet pijn. b. In geen geval. c. Wat nu?

Page 2

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008

Page 3

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008 Wat past bij elkaar tegen een bal een examen een probleem iets uit het hoofd aan iets of iemand een hekel iemand niet kunnen

Kerel (de), Vent (de) Trommel Broodtrommel Afspraak Iets afspreken

Schoppen Afleggen Analyseren Leren Hebben Uitstaan

a. uitstaan b. analyseren c. hebben d. leren e. schoppen f. afleggen

Bonhomme, type Tambour Boîte à pain

Welke woord past niet in het rietje? Doorstreep het. 1. opgeven - slagen - zakken – verliezen 2. de vent - de kerel - het meisje - de man - de jongen 3. de beschrijving - het kenmerk - de rommel - de definitie - het detail 4. de oplossing - de opgave - de taak - het huiswerk - de oefening 5. de kern - de pijn - het centrum - het hart - de essentie

Parle de qq chose (un accord)

Welk woord is het meest logisch? 1. Vera en Anton slapen elk in een aparte kamer. Dat wilde Vera zo. a. b. c.

beperkte aparte uitvoerige

2. De president wil de taalmissie mondeling bespreken: alles moet goed geregeld zijn en er mag absoluut niets fout gaan. a. b. c.

apart mondeling uitvoerig

3. We hebben met die firma alleen nog maar een mondelinge afspraak over onze samenwerking. Het contract wordt volgende week waarschijnlijk pas getekend. a. b. c.

mondelinge aantrekkelijke nuttige

Page 4

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008 Zenuwachtig Afleggen Voorbereiden Taalwetenschap (de)

Nerveux Passer Préparer à Linguistique

4. Sommige mensen zijn heel zenuwachtig als ze een examen moeten afleggen. a. b. c.

slagen afleggen zakken

5. Als je bij het rijexamen niet gezakt bent voor de theorie, dan mag je je voorbereiden op de praktische test. a. b. c.

theorie opgave beschrijving

6. Als je wilt spreken over taalwetenschap, dan mag je je niet beperken tot Bloomfield. Er zijn nog vele andere wetenschappers die ook interessante theorieën hebben ontwikkeld. Chomsky bijvoorbeeld. a. b. c.

Vul in de twee contexten hetzelfde woord in. Let op: de vorm kan verschillen.

Kop op Wel eens Durven Ik wil het ver schoppen Weet je of het ver geschopt heeft Mij broer heeft het heel ver geschopt Ophouden

analyseren ingaan beperken

1. — Roken doe ik niet meer hoor. Dat heb ik eindelijk opgegeven. Encore bien Oser Je veux arriver loin Sais tu s’il est arrivé loin Arrêter

— Weer niet geslaagd voor je rijexamen? Kop op! Je mag het niet opgeven. 2. — Voetballers durven elkaar wel eens tegen de benen te schoppen. — Als iemand carrière gemaakt heeft en in een belangrijke positie zit, zeggen ze dat hij het ver geschopt heeft. 3. — Waarom buil je, kleine meid? Heb je je pijn gedaan. — Au! Hou daarmee op! Dat doet pijn. 4. — Ongeveer 45% van de studenten is geslaagd, de anderen zijn gezakt. — Vera wil niet zaken voor haar mondeling examen.

Voor je het kunt oplossen

Avant de pouvoir le solutionner

5. — Journalisten moeten de feiten waar ze over schrijven kritisch analyseren. — Je moet een probleem altijd eerst analyseren voor je het kunt oplossen.

Voor je naar bed gaat

Avant d’aller dormir

Page 5

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008

Page 6

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008 Aantal (het) Nombre Uiteraard, nattuurlijk

6. — Het aantal studenten per klas is beperkt tot 20. — Een uitvoerige analyse is niet nodig, juffrouw, beperk u zich maar tot een algemene uitleg. 7. — We zullen volgende week dieper ingaan op de economische situatie in Azië. — Op vragen over uw privéleven hoeft u uiteraard niet in te gaan. 8. — Ik wil niet meer studeren. Het is allemaal zo moeilijk. Ik zie het niet meer zitten.

Zaak (de)

Affaire

— Gaat u even zitten, dan praten we over enkele ogenblikken verder. 9. — Professor Arends praat en praat maar, en toch komt hij nooit tot de kern van de zaak.

Dorps

Campagnard, comme à la campagne

Vera heeft een hekel aan Tip (s) (de) Werk (het)

Vera déteste Pointe, tuyau(pas pour l’eau) Travail

— In kleine dorpen vind je nog een dorps kern. Meestal staat daar de kerk. 10.— Sporten doe ik absoluut niet graag. Ik heb er een hekel aan. — Vera heeft een hekel aan professor Vanonder. Ze kan hem echt niet uitstaan. 11. — Ga je naar Canada op vakantie? Ik kan je wel wat nuttige tips geven want ik ben daar vorig jaar ook geweest. — Doe toch eens wat nuttig werk. Je zit de hele tijd dingen te doen die absoluut niet belangrijk zijn.

Opgeven

Renoncer à

Vul in de onderstaande dialoog de ontbrekende woorden in. Luister ter controle naar de cd. Vera:

Ik begrijp niets van die theorie die we uit het hoofd moeten leren. Ik geef het op. Ik zie het niet meer zitten.

Anton:

Denk je dat je niet zult slagen voor het examen?

Vera:

Dat niet, maar een hoog cijfer zal ik maar vergeten. En dan die vervelende professor Vanonder. Ik kan hem niet uitstaan! Zijn

Het lijkt me of je een hekel aan hem hebt

lessen zijn rommel, zijn opgaves zijn zo onduidelijk dat niemand ze begrijpt en zijn uitleg is nooit beperkt genoeg. Altijd veel te uitvoerig. Ik zon hem tegen zijn benen kunnen schoppen! Anton:

Het lijkt wel of je een hekel aan hem hebt.

Vera:

Dat heb ik ook!

7

Page 7

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008 Welk woord of welke vaste verbinding bedoelen we?

Eigenschap (de) Allerlei

Caractéristique toute sorte

1. de taak die je van de leraar krijgt

de opgave

2. man, kerel (informeel)

de vent

3. vanbuiten, zonder een tekst op papier te gebruiken uit het hoofd leren 4. allerlei dingen die op een chaotische manier door elkaar liggen

Opsomming Haten

détester

de rommel

5. een opsomming van eigenschappen de beschrijving van of gedetailleerde gegevens over iets of iemand 6. karakteristiek, iets typisch

het kenmerk

7. iemand niet graag hebben, iemand haten

iemand niet kunnen uitstaan een hekel hebben aan iem

8. de regels die de basis vormen van een wetenschap, de theorie kunst of techniek

Tegenovergestelde (het) Onderstreepte (het)

Wat is het tegenovergestelde van het onderstreepte?

Een beperkte besprek

1. gemeenschappelijke slaapkamers voor jongens en meisjes

aparte

2. een beperkte discussie

uitvoerige

3. schriftelijk communiceren

mondeling

4. een uitgebreide keuze

beperkte

5. een examen afnemen dat doet een docent en een examen ... , dat doet een student

afleggen

Docent (de) Schuin

Professeur Incliné

Ik neem liever deel aan een beperkte discussie dan aan een uitvoerige discussie

Page 8

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008 Maak de zinnen af. Gebruik het werkwoord tussen haakjes.

Te studeren

D’étudier

Op hun leeftijd

A leur âge

Studeren

Vanavond moet Vera veel studeren

Vera zit de hele avond te studeren

Bellen Maken Studeren Doen

Anton wil naar zijn nieuwe baas

Op hetzelfde moment ligt Anton

bellen

in de sofa te bellen

Van Xavier mag Anton nu geen

Xavier staat in de tuin met Tina

Lawaai maken

een praatje te maken

Vera kan namelijk niet studeren

Op hun leeftijd hoeven ze niet

als er lawaai in huis is.

Meer te studeren

Anton zal iets anders moeten doen

Kijk! Wat loopt Anton daar nu Weer te doen

Proberen

essayer

Vervelen

Hij blijft zich maar vervelen

Anton belooft Xavier hem niet Meer te vervelen

Fietsen Praten

Zuchten

Soupirer

“Ik ga wat fietsen in de stad”,

Hij begint rustig in de richting

denkt Anton.

van het centrum te fietsen

Hij voelt de mensen over hem

Xavier probeert vanavond

praten

gezellig met de buurvrouw te praten

Hun mond laten houden

Faire tenir sa langue

Zijn

“Waarom laten ze me toch niet

Hij vergeet stil te zijn en lacht

genwoon zijn wie ik ben?”,

luid om haar grappen.

denkt hij. Houden

“Tja, arrogante mensen hun mond

Vera komt uit het raam hangen

Laten houden, is moeilijk”, zucht

en vraagt Xavier nu eens

Anton.

eindelijk zijn mond te houden Wat is het verschil tussen het gebruik

van de werkwoorden in de linker- en de rechterkolom?

Page 9

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008 Inschrijven

Inscrire

Overeenkomst (de)

Similitude, correspondance

Twijfelen

Douter

Leren studeren Van school naar universiteit

Inzicht

Vue (sur la matière)

Mentor (de)

Hier: Iemand die leerlingen of studenten helpt

Wie zich na de middelbare school aan de universiteit inschrijft, zal snel merken dat er waarschijnlijk meer verschillen dan overeenkomsten zijn tussen ‘op school zitten’ en studeren aan een universiteit. Het belangrijkste verschil is ongetwijfeld dat de universiteit een wetenschappelijke in stelling is en geen school. Wetenschap beoefenen vraagt een andere strategie dan leren. Op de universiteit zul je anders met de aangeboden leerstof omgaan dan op de middelbare school. Je moet er vooral inzicht proberen te verwerven in de materie door verbanden te leggen, vragen te stellen en open te staan voor de leerstof. De studiemethode is afhankelijk van het vak. De ene keer moet je iets globaal doorlezen, de andere keer moet je iets samenvatten. Creatief omgaan met de stof die in de colleges wordt aangeboden, is op een universiteit heel belangrijk.

Verbanden leggen

Mettre des liens entre

Mentor*

Afhankelijk

Dépendant

Dat hankt af

Cela dépend de

Samenvatten

Résumer

Om de overgang van de middelbare school naar een wetenschappelijke opleiding te vergemakkelijken zijn er voor eerstejaarsstudenten speciale mentorgroepen. Dit zijn groepen van zes tot acht studenten die wekelijks bijeenkomen onder leiding van een lid van de wetenschappelijke t of een ouderejaarsstudent.

Colleges lopen

Suivre les cours

Aanbieden

Offrir

Je draai vinden

Je prettig voelen in een bepaalde situatie

In deze bijeenkomsten wordt aandacht besteed aan eventuele problemen bij specifieke vakken, aan het studeren zelf, aan de studiekeuze enzovoort. De mentor helpt je zo goed mogelijk je draai te vinden

Overgang (de)

Passage, transition

Studieadviseur*

De route

De weg

Bijeenkomen

Se réunir

De ommezwaai

De verandering, tournant (vers une autre formation)

Onder leiding van

Sous la direction de

Waterleiding

Canalisation

Lid

membre

Staf

Equipe

Goede begeleiding is in het eerste jaar van essentieel belang. Bij de studieadviseur kun je terecht met vragen en problemen die met je studie te maken hebben. Ook eventuele problemen van persoonlijke aard, bij het kiezen van een studieroute of de ommezwaai naar een andere opleiding kun je met hem of haar bespreken De studieadviseur houdt in het eerste jaar zorgvuldig je vooruitgang bij. En als je om één of andere reden een achterstand hebt opgelopen kan de studieadviseur je helpen een studieplan te maken. Hij of zij kan je ook oproepen voor een persoonlijk gesprek wanneer blijkt dat je studievoortgang wat moeilijk verloopt.

Bijeenkomst

Réunion

Aandacht besteden

Consacrer de l’attention à qq chose

Draaien vinden

Savoir comment s’y prendre

Wetenschap Waarschijnlijk

Sans doute

Beoefenen

Exercer

Verwerven hier: krijgen

Acquérir

Leerstof materie

La matière (à étudier)

Instelling

* Mentoren en studieadviseurs bestaan niet aan Vlaamse universiteiten. Daar vind je wel monitoren die de eerstejaarsstudenten bij hun studie begeleiden. Er is ook een dienst voor studieadvies die je helpt als je problemen hebt. Die dienst is gratis maar je moet wel zelf om hulp gaan vragen.

Page 10

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008

Page 11

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008 Open te staan Etre ouvert Door verbanden En mettant Begeleiding Ergens terecht komen Vooruitgang (de) Achterstand oplopen Aarde (de) Aard (de) Zwaaien Zorgvuldig Moeilijk Verlopen Feitelijk

Accompagnement Arriver quelque part Progression Prendre du retard Terre Nature, caractère Faire signe (avec la main) Avec soin

Leren drinken Aan de Katholieke Universiteit van Nijmegen werd het drinkgedrag van studenten bestudeerd. Het blijkt dat veel studenten alcohol drinken om dat ze denken dat iedereen dat van hen verwacht. Ze zeggen niet snel nee tegen een drankje, ook al hebben ze geen zin meer in alcohol of zijn ze al dronken Studenten drinken vaak uit gewoonte en denken er niet bij na om iets anders dan alcohol te drinken. Men bestelt bier voor elkaar zonder eerst te vragen wat de anderen feitelijk willen. Studenten drinken gemiddeld 16 glazen per week terwijl hun leeftijdsgenoten gemiddeld 10 glazen per week drinken. Vooral leden van studentenverenigingen drinken relatief veel: gemiddeld 23 glazen per week. Interessant: mannelijke studenten drinken minder als er vrouwen bij zijn en vrouwelijke studenten drinken meer als er mannen bij zijn. Wat is het verschil tussen leerling en student? Leraar en docent?

Se dérouler En fait

Waar Wie studeert daar? Wie werkt daar? Je zegt Basisschool Leerling Onderwijzer, Onderwijzeres Meester, juffrouw (juf) Middelbare school Leerling Leraar, lerares Meneer, mevrouw

Page 12

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008

Page 13

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008 HULPWERKWOORDEN MET OF ZONDER TE?

Dragen (zich) Auxiliaire de mode Turnen Staan Voelen Te niksen Durven (te) Is vergeten Hopen Beloven Strip Besluiten, Beslissen

Se tenir (correct) pas de à

pas de te

Faire d la gym Etre là Sentir De ne rien faire Etre en train de Oser A oublié Espérer Promettre Bande dessinée Décider

1

frequente hulpwerkwoorden zonder “te”

moeten

Anton moet zich een beetje gedragen.

willen

Anton wil graag beroemd zijn.

mogen

Mag Vera zakken voor haar examen?

kunnen

Vera kan maar niet beslissen wat ze gaat doen.

zullen

Xavier zal vanavond de afwas doen.

blijven

Vera blijft nog wat studeren.

gaan

Vera gaat vandaag vroeg slapen.

komen

Komt Anton altijd op tijd turnen?

laten

Laat de afwas maar tot morgen staan.

zien

Vera ziet een boek van Mulisch liggen.

horen

Vera hoort Anton en Xavier ruzie maken.

voelen

Anton voelt Xavier naar hem kijken.

2

frequente hulpwerkwoorden met “te” + infinitief

zitten

Vera zit meestal uren te studeren,

liggen

terwijl Anton gewoon in de sofa ligt te lezen.

staan

Xavier staat in de keuken af te wassen.

hangen

De was hangt buiten te drogen. lopen Anton loopt in de stad te niksen.

durven

Vera durft Anton alles te vragen,

hoeven

maar als hij niet wil, hoeft hij niet te antwoorden.

beginnen

Vera begint zich klaar te maken.

proberen

Xavier probeert altijd alle problemen op te lossen.

vergeten

Vera is het belangrijkste vergeten te studeren.

hopen

Ze hoopt toch te slagen voor het examen.

beloven

Anton belooft Xavier hem met de afwas te helpen.

vragen

Xavier vraagt Anton stil te zijn.

besluiten

Vera besluit een strip te gaan lezen.

beslissen

Xavier beslist de afwas alleen te doen.

105 Page 14

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008 ENKELE ANDERE CONSTRUCTIES MET “TE” + INFINITIEF adjectief + om te + infinitief: Het is niet gemakkelijk om in deze eeuw te leven. Anton is oud genoeg om zelf te beslissen. om te + infinitief drukt een doel uit: De buurvrouw kwam langs om te praten. Anton verkoopt kunst om zelf bekend te worden. hebben + te + infinitief impliceert ‘moeten’ of ‘hoeven’: Xavier heeft iets belangrijks te zeggen. Anton heeft niet veel te doen. zijn + te + infinitief drukt een opinie, observatie, constatering uit: Bah! Dit vlees is niet te eten. Dat is niet te geloven! woordenlijst deel 4 les 2 de aandacht

het college

beoefenen

afhankelijk van

enzovoort

de aard

het inzicht

bestuderen

creatief

onder leiding van

de achterstand

het verband

bijeenkomen *o dronken

de adviseur

inschrijven *o(r) feitelijk

de begeleiding

samenvatten°

ongetwijfeld

de instelling de leerstof de materie de methode de overeenkomst de overgang de vooruitgang de wetenschap

13/08/2008

106 Page 15

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008 1. Maak goede combinaties door de woordstukjes te verbinden. Gebruik elk stukje maar één keer. 1. de achterstand 2. enzovoort 3. de leerstof 4. de overeenkomst 5. inschrijven 6. onder leiding van 7. de vooruitgang 2. Combineer. 1. de aandacht trekken

Verbanden leggen

Mettre des relations

2. wetenschap beoefenen 3. verbanden leggen 4. een tekst bestuderen 5. dronken worden 3. Wat past niet in het rijtje? Doorstreep het. 1. de aard - de materie - de natuur - het karakter 2. bijeenkomen - afspreken - samenkomen - samenvatten 3. afhankelijk - zelfstandig - alleen - apart 4. de evolutie - de overgang - de vooruitgang - de ingang

Geven raad

Donner des conseils

5. de adviseur - de advocaat - het college - de helper 4. Wat betekent ongeveer hetzelfde? 1. de adviseur

de raadgever

2. de begeleiding

de hulp

3. creatief

met veel fantasie

4. het inzicht

het begrip

5. ongetwijfeld

zeker

6. de methode

de manier van werken

7. beoefenen

zich bezighouden met iets (bijvoorbeeld sport of iets artistieks)

8. de instelling

de organisatie

9. Samenvatten

resumeren, korter maken

10. feitelijk

eigenlijk

Page 16

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008 13/08/2008 Wetenschap Science, Connaissance Inzicht Intelligence, conscience, idée Overgang (de) Transition Verstrooid Distrait Je moet hem niet kwalijk nemen Tu ne dois pas lui en vouloir Neem me niet kwalijk Ne m’en veuillez pas

107 5. Welke woorden zoeken we? De eerste en de laatste letter zijn gegeven. Het aantal puntjes is het aantal letters. Een universiteit is een school of instelling waar studenten les krijgen van professoren. Les geven en onderzoek doen, dat is hun beroep. wetenschap beoefenen, daar houden ze van. De vakken aan een universiteit zijn niet altijd even gemakkelijk en daarom krijgen eerstejaarsstudenten vaak extra begeleiding van een studieadviseur. Wie intelligent is, leert niet zomaar alles uit het hoofd. Een betere methode is om alles proberen te begrijpen, inzicht te krijgen in de leerstof. Dat doe je bijvoorbeeld door vragen te stellen of door verbanden te leggen tussen de verschillende gegevens. Moeilijke teksten kun je het best analyseren en eventueel samenvatten. 6. Hieronder staan telkens twee zinnen waarin hetzelfde woord moe vuld. De betekenis is elke keer wel verschillend, maar bij elke zin 1. de verandering van plaats De overgang van lagere naar middelbare school verloopt of positie kinderen even vlot. de tussenvorm

2. positieve verandering

verbetering

3. karakter natuur

Hoofdstuk (het) Afsluiten

Chapitre Conclure

Overeenkomst

Similitude

4. attentie concentratie

5. de gelijkenis het contract

College (het) Streng

Cours, collège Sévère

6. de les een middelbare school

niet bij alle

De homo erectus vormde de overgang tussen aap en mens.

Door de wetenschappelijke vooruitgang van de laatste jaren, gaan steeds meer mensen geloven in de evolutietheorie van Charles Darwin. Er zit vooruitgang in de toestand van mijn doodzieke neef.

Verkouden zijn is soms flink vervelend, maar erg is dat niet. Een verkoudheid is immers van voorbijgaande aard. Ach, je moet hem niet kwalijk nemen dat hij soms verstrooid is. Dat is nu eenmaal zijn aard.

Zou u uw werk met wat meer aandacht kunnen doen? Vera zat met weinig aandacht een hoofdstuk over Bloomfield te lezen.

Anton en Vera verschillen erg, er zijn weinig overeenkomst tussen hen. Omdat de concurrentie groot is, sluiten kleine computerfirma’s vaak overeenkomst af met elkaar.

Vera is tijdens het college van professor Vanonder in slaap gevallen. Mijn vader ging vroeger naar een streng katholiek college. Hij vond het er niet leuk, maar die school had wel een goede reputatie.

Page 17

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008 13/08/2008

108 7. Zoek het juiste woord. De eerste letter is gegeven.

Iets afkrijgen Dat krijgt we nooit af Heft (de)

Réussir à terminer Moitié

1. Vanavond gaan we naar een concert van het orkest ‘Il Novecento’ 1 onder leiding van Robert Groslot. 2. Doordat hij een week met vakantie n was geweest, dacht advocaat Peeters dat hij zijn werk nooit af zou krijgen. Maar nu heeft hij zijn achterstand met de helft gereduceerd: van de 180 zaken moet hij er nog 90 behandelen. 3. Anton praat wel veel over kunst, maar feitelijk kent hij er niks van. 4. De dokter heeft de resultaten van mijn bloedanalyse goed bestuderen, en hij heeft niets speciaals gevonden. 5. Een halfuurtje na het concert komen de muziekliefhebbers bijeen in café ‘Amadeus’. 6. Onmogelijk dat je een fles wijn kunt leegdrinken zonder dronken te zijn!

Ce qu’on va acheter comme voiture dépendra de ce qu’on gagnera Wat voor een auto we later zullen kopen, is afhankelijk van we zullen verdienen Ik heb mijn achterstand met de helft gereduceerd

Ontbreken Overtuigen

Manquer Convaincre

7. Vera zal ongetwijfeld slagen. Ze heeft toch hard gestudeerd? 8. Kunstenaars zijn graag op een creatieve manier met kunst bezig. 9. In deze dierenwinkel kun je huisdieren kopen: honden, katten, vissen, enzovoort. 10. Wat voor een auto we later gaan kopen, is afhankelijk aan hoeveel we zullen verdienen. te studeren 11. Het post-Bloomfieldiaanse structuralisme is een complexe materie. 12. U kunt zich pas vanaf 12 augustus inschrijven voor het nieuwe acaderniejaar. 8. In de volgende zinnen ontbreekt hier en daar een ‘te’. Zet een “te” waar er een ‘te’ moet staan. Xavier staat buiten met de buurvrouw te praten. 1. Vera wil graag een strip lezen.

Quelque chose + adjectif adjectif prend un S Niets speciaals Iets belanggrijks génitif

2. Ze zit meestal de hele dag alleen te studeren en daarom voelt ze zich een beetje eenzaam. 3. Ze wil proberen een vriendje te zoeken, maar dat zien Anton en Xavier waarschijnlijk niet zitten. 4. Anton hoopt Vera ervan te kunnen overtuigen dat haar examen niet zo belangrijk is. 5. Vera heeft beslist voor haar examen alles te doen wat ze kan.

Muziekliefhebbers (de) Amateur de musique Subordonnée commence toujours par le sujet Voorstellen Proposer Durven Oser (exeption avec te) Je propose qu’après les cours les amateurs d’art se retrouvent au café

6. Ze vindt dat Anton zich geen zorgen hoeft te maken. “Hij zou beter iets nuttigs doen”, denkt Vera. “Hij loopt toch de hele dag te niksen”. 7. Xavier vraagt Anton hem vanavond te helpen met de afwas en Anton belooft hem dat zullen doen. 8. Vera vindt het moeilijk om de theorie van Bloomfield uit te leggen. 9. Vera durft professor Vanonder geen vragen meer te stellen.

Ik stel voor dat de kunstliefhebbers na het college in café

13/05/2008

109 Page 18

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008 9. Vera is bij de studieadviseur geweest om een aantal studietips te vragen. Welke tips heeft ze gekregen? Zet de woorden tussen haakjes in de juiste volgorde en zet de werkwoorden in de juiste vorm. Soms moet je ‘te’ toevoegen. Denk erom: (je - op tijd - beginnen - moeten - studeren) Denk erom: je moet op tijd beginnen te studeren. 1. Vergeet niet elke dag naar de les te gaan. 2. Als veel te lezen heb, begin er dan op tijd aan. 3. Als je iets niet begrijpt, moet je de docent meer uitleg durven te vragen. 4. Vraag de studieadviseur je te helpen als dat nodig is.

Hoeven, gehoefd, gehoeven

Rusten Af en toe

devoir Reposer De temps en temps

5. Het is niet altijd gemakkelijk om gezond te eten, maar je moet het wel proberen. Neem de tijd om te eten. 6. Koop ook eens verse groenten of fruit. Elke dag dingen uit blik, bah, dat is niet te eten. 7. je hoeft niet elke dag tot ‘s avonds laat te studeren. Ga ook eens naar de film bijvoorbeeld. 8. Probeer af en toe even te rusten. Anders word je gek! 9. Discussieer met je collega-studenten over de inhoud van je cursussen om te zien of alles begrepen hebt. 10. probeer de leerstof geregeld te herhalen. Zo zul je hem beter onthouden. 10. Formuleer de zin op een andere manier. Gebruik een zinsconstructie met ‘hebben’ of ‘zijn’ + ‘te’ + infinitief. Xavier moet je iets vertellen. Xavier heeft iets te vertellen. 1. Vera moet veel studeren.

Vera heeft veel te studeren

2. Bah! Deze sterke koffie kan ik niet drinken.

Bah! Deze sterke koffie is niet te drinken.

3. Wat Anton vertelt, kunnen we niet geloven.

Wat Anton vertelt, is niet te geloven.

4. Ik hoef niks te doen vanavond.

Ik heb niks te doen vanavond.

5. Deze puzzel kan ik niet oplossen. Veel te moeilijk!

Deze puzzel is niet op te lossen. Veel te moeilijk.

Page 19

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008

Page 20

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008

Page 21

Cursus Nederland 30/04/2008 tot 04/06/2008

Page 22

Related Documents

Luan Van Tot Nghiep
November 2019 19
Van Koe Tot Klas
April 2020 8
Curs Us
June 2020 7
Anpe-300408
July 2020 11