Pol Wordt Ouder En Krijgt Problemen Met Zijn Gezondheid

  • June 2020
  • PDF

This document was uploaded by user and they confirmed that they have the permission to share it. If you are author or own the copyright of this book, please report to us by using this DMCA report form. Report DMCA


Overview

Download & View Pol Wordt Ouder En Krijgt Problemen Met Zijn Gezondheid as PDF for free.

More details

  • Words: 3,406
  • Pages: 9
Pol wordt ouder en Krijgt problemen met zijn gezondheid

November '09

Gemaakt door: Arina Zandijk Joyce Hesselberth Grietje Brands de Vries

Pol wordt ouder en krijgt problemen met zijn gezondheid. Inleiding Pol is een man van 68 jaar en heeft een lichte verstandelijke handicap. Pol woont al 44 jaar in een woonvoorziening voor mensen met een verstandelijke handicap, de Martineshoeve. Pol is het oudste kind uit een gezin van 8 kinderen. Pol was niet gewend zichzelf te verzorgen, omdat thuis zijn moeder die taak op zich nam. Het gevolg hiervan is nu nog altijd merkbaar: pol verzorgd zich niet goed, hij ziet bijv. niet dat hij een vieze broek aan heeft of dat hij nodig naar de kapper moet. Pol is christelijk opgevoed. Als groepsleider doe je Pol geen groter plezier dan samen een stukje uit de bijbel te lezen. Hier geniet hij van. De ouders van Pol zijn 30 jaar geleden vrij plotseling vlak na elkaar overleden. Pol krijgt sindsdien vooral bezoek van zijn oudste zus en soms van zijn broer. Pol is zelf in staat de normale ADL- handelingen uit te voeren, maar moet hierbij wel steeds gestimuleerd en gecontroleerd worden, anders valt hij terug in zijn oude gedrag en verzorgd zichzelf slecht. Pol beschikt over een redelijke woordenschat en kan zich goed verstaanbaar maken. Pol is graag aan het woord , hij houd van een praatje met andere en maakt zelden zelf een eind aan een gesprek. Sinds 3 jaar is Pol met pensioenen heeft hij overdag geen vaste bezigheden meer. Pol houd zichzelf vooral bezig met het rondlopen op het instellingsterrein. 1 x per maand krijgt Pol bezoek van zijn zus en zijn broer komt sporadisch, hij is aangesteld als curator van Pol. Iedere zondag gaat Pol naar de kerk in het dorp. Als hij niet naar de kerk kan gaan omdat het weer slecht is of omdat hij ziek is, is hij de hele verdere zondag uit zijn humeur. De laatste jaren is Pol duidelijk aan het ouder worden. Hij is wat slecht horend geworden, hierdoor praat hij met een harde stem en hij verstaat andere niet altijd. Sinds enige maanden zijn er veranderingen opgetreden in het functioneren van Pol. Pol verteld vaak het zelfde verhaal en raakt regelmatig de weg kwijt op het instellingsterrein. Ook word hij regelmatig ’s nachts wakker en gaat in zijn kast scharrelen of kleed zich aan in de veronderstelling dat het ochtend is. Ook is Pol ’s morgens als hij wakker word wel eens incontinent van urine. Op een ochtend als Famke, 1 van de begeleiders van Pol, hem ’s morgens wakker maakt, valt het haar op dat er iets met Pol aan de hand moet zijn. In de overdracht had ze gelezen dat Pol de nacht had geklaagd over hoofdpijn. Het valt haar op dat Pol een hoogrode kleur heeft, ook klaagt hij nog steeds over pijn in zijn hoofd. Door de hoog rode kleur vertrouwd Famke het niet en laat de arts kijken. De arts bevestigd haar vermoedens, Pol heeft een kaakontsteking. Hiervoor krijg hij een antibioticum.

Vragen en opdrachten 1.

Pol verzorgt zich niet goed. Leg met behulp van het begrip ‘aangeleerde hulpeloosheid’ uit hoe het komt dat Pol zichzelf niet goed verzorgt. De moeder van Pol heeft hem nooit geleerd hoe hij voor zichzelf moest zorgen. Zij heeft de zorg altijd volledig van hem overgenomen. Zij heeft waarschijnlijk gedacht dat hij daartoe niet in staat zou kunnen zijn, doordat hij een licht verstandelijke handicap heeft. Niets is minder waar, Pol had prima zijn persoonlijke verzorging zelf kunnen leren maar door zijn lichte verstandelijke handicap heeft hij nooit kunnen ingrijpen, hij wist niet beter. Hij heeft nooit de kans gekregen om dit te leren. Hoewel het overnemen van deze verzorging ongetwijfeld een daad van liefde moet zijn geweest door zijn moeder, was Pol hier later niet mee geholpen. Zijn moeder heeft hem geleerd passief te zijn in zijn eigen persoonlijke verzorging. Hierdoor moet hij nu steeds opnieuw gestimuleerd en gecontroleerd worden bij het zelfstandig uitvoeren van de ADL- handelingen.

2.

In de zorg voor mensen met een verstandelijke handicap kun je geconfronteerd worden met zogenaamde ethische vragen. a. Haal uit de praktijksituatie twee situaties waarbij sprake kan zijn van een ethische vraag voor groepsleiders. •



Pol is gelovig opgevoed door zijn ouders en dit is nu nog een belangrijk onderdeel in zijn leven. Ik lees dat je als begeleider Pol geen groter plezier kunt doen dan door middel van samen een stukje uit de Bijbel te lezen. Als begeleider zou je hier moeite mee kunnen hebben. Het kan zijn dat je een andere levensovertuiging hebt en om deze reden Pol niet uit de Bijbel kan voorlezen. Pol is die morgen niet fit, klaagt over hoofdpijn en gezien de rode kleur op zijn gezicht heeft hij koorts. Het feit dat Famke de arts belt om naar Pol te kijken terwijl Pol dit niet wil, kan ethische vragen bij Famke oproepen.

b. Kies een van beide ethische vragen. Bepaal je standpunt in deze ethische vraag. Maak daarbij gebruik van het stappenplan bij ethische vragen. Het gaat om de volgende stappen. STAP 1; beschrijving Wanneer Famke op een morgen bij Pol komt heeft hij een hoog rode kleur en hij klaagt hierbij over hoofdpijn. Wanneer Famke goed door vraagt komt het hoge woord eruit, Pol heeft kiespijn. STAP 2; verheldering Nu is dus het probleem dat Famke vindt dat er een art naar Pol moet komen kijken omdat zij vermoed dat het om kiespijn gaat en deze niet vanzelf weer overgaat. Nu is zij er misschien voor Pol net op tijd bij en kan er gelijk iets aan de pijn worden gedaan. Het gaat Famke dus echt om het welzijn van Pol. Pol hierin tegen is heel erg bang voor de tandarts en wil dus niet dat er iemand bij hem komt kijken in zijn mond. Dat was ook de reden dat hij in de eerste instantie niet zei dat de pijn in zijn mond zat maar in zijn hoofd. Hij is bang voor weer zo'n pijnlijke behandeling net als 15 jaar geleden.

STAP 3; beoordeling Wanneer we kijken naar Pol is dit een 68 jarige man met een verstandelijke handicap. Wanneer Pol geen verstandelijke handicap zou hebben, zou hij beter is staat zijn geweest om over zijn welzijn te oordelen. Om die reden heeft Pol ook een curator die hem hierin hoort te sturen. Nu heeft begeleidster Famke de situatie van Pol die morgen goed op genomen. Ze kent Pol langer, dus ze weet dat Pol nooit uit zichzelf naar een tandarts zou gaan en dit is echt nodig want Pol is hier ook erg ziek door. Daarom neemt zijn het heft in eigen handen en belt toch een arts, ondanks dat Pol dit niet wil. We lezen verder geen protest van Pol dus wij gaan er eigenlijk een beetje vanuit dat Pol nu ook wel enigszins inziet dat dit zo niet langer kan. STAP 4; beslissen en toetsen In onze ogen heeft Famke juist gehandeld, dit wordt ook nog eens bevestigt wanneer de arts constateert dat Pol een kaakontsteking heeft. Een kaakontsteking moet behandelt worden met een antibiotica anders gaat deze niet over. Wel vragen wij ons af of Famke niet eerst met de broer van Pol had moeten overleggen, gezien dat hij de curator van Pol is. c. Ga na wat de beroepscode voor verzorging zegt over beide ethische vragen. De tekst van de beroepscode is op internet te vinden. •

Over samen uit de Bijbel lezen zegt de beroepscode het volgende.

Je moet als verzorgende zoveel mogelijk rekening houden met de zorgbehoeften, waarden en normen, cultuur en levensbeschouwelijke opvattingen van de zorgvrager. Maar als verzorgende heb je ook het recht om op grond van gewetensbezwaren te weigeren om mee te werken aan bepaalde handelingen. -Dat betekent met name dat je je verdiept in de waarden en normen, cultuur en levensbeschouwing aan de zorgvragers waarmee ik in aanraking kom -Dat ik bij mijn zorgverlening rekening houd met de leefregels en gewoonten die voor de zorgvrager belangrijk zijn op grond van zijn culturele en levensbeschouwelijke identiteit -Dat ik mij bewust ben van een mogelijk verschil tussen mijn eigen aarden en normen en de waarden en normen van de zorgvrager -Dat ik (medewerking aan) handelingen kan weigeren als deze mij in ernstig conflict brengen met mijn levensovertuiging of persoonlijk waarden- en normenbesef -Dat ik bij mijn aanstelling mijn gewetensbezwaren kenbaar maak aan de instelling en/of de zorgvrager -Dat ik een verandering van mijn gewetensbezwaren tijdig kenbaar maak aan de instelling en/of de zorgvrager -Dat ik, werkend in een instelling, bij gewetensbezwaren mijn zorgtaak teruggeef aan mijn leidinggevende -Dat ik, als zelfstandig werkende, bij gewetensbezwaren ervoor zorg dat de zorg aan de zorgvrager gecontinueerd wordt -Dat ik wel de zorg verleen, die niet direct in relatie tot de handeling of ingreep staat waartegen ik gewetensbezwaren heb, tenzij die zorg door een collega wordt overgenomen.



Het volgende hebben wij in de beroepscode gevonden, over Famke die de arts belt terwijl Pol dit niet wil.

Als verzorgende vraag je de zorgvrager en/of zijn vertegenwoordiger om toestemming voordat je tot zorgverlening overga. Dat betekent met name -Dat ik de zorgvrager altijd uitleg wat ik ga doen en om toestemming vraag voor de handeling -Dat ik de weigering van een behandeling of zorgaanbod door een wilsbekwame zorgvrager respecteer -Dat ik de weigering van een behandeling of zorgaanbod voor de zorgvrager door een vertegenwoordiger respecteer, tenzij respecteren van die weigering in strijd is met de zorg die van mij als goed hulpverlener wordt verwacht. 3.

De broer van Pol is curator. a. Wat betekent dit in de situatie van Pol? Een curator is iemand die de persoonlijke en financiële belangen behartigt van iemand en alleen de rechter kan een persoon aanwijzen als curator. Dit betekend dus dat de broer van Pol is aangewezen door de rechter om de bepaalde dingen zoals de financiën voor Pol te regelen, omdat Pol hier zelf niet toe in staat is. Dit houd dus ook in dat Pol zelf hier geen zeggenschap in heeft, maar dit allemaal via zijn broer gaat. b. Moet je hier als verzorgende rekening mee houden in je omgang met Pol? Leg je antwoord uit. Wat de omgang met Pol betreft hoeft dat geen verschil te maken, wel moet je rekening houden met dingen die te maken hebben met het financiële plaatje, bijvoorbeeld als Pol nieuwe dingen nodig heeft en wat een grote uitgave zou kunnen betekenen. Deze dingen kan de verzorgende niet met Pol bespreken en zou hier toch zijn curator voor nodig hebben. c. Geef je mening over het feit dat de broer van Pol curator is van Pol. Het is de taak van de curator om belangrijke beslissingen te nemen voor de curatele. Het is naar mijn mening dus van belang dat deze op de hoogte is van wat er speelt in het leven van de curatele. Ik denk dat om deze reden het dus beter zou zijn als de zus van Pol deze taak van haar broer zou over nemen. Zij is degene die met regelmaat op bezoek komt bij Pol, zij kent de begeleiders en is ook nog eens goed op de hoogte van de ontwikkelingen van Pol. Haar broer komt daarin tegen sporadisch bij Pol op bezoek en heeft dus geen duidelijk beeld van zijn broer. Om deze reden denk ik dat deze broer geen goede beslissingen voor Pol kan nemen.

4.

Sinds enige maanden zijn er veranderingen opgetreden in het functioneren van Pol. a. Inventariseer alle veranderingen die genoemd worden onder het kopje, de ouderdomsproblemen van Pol. • • • • • • • •

Slechthorend Valt in herhaling in het vertellen van zijn verhaal. Gedesoriënteerd in plaats. Gedesoriënteerd in tijd. Meer begeleiding nodig bij de persoonlijke verzorging. Af en toe incontinent van urine. Vergeetachtigheid, Pol vergeet dat hij bepaalde handelingen net heeft gedaan. Zijn slaap- waak ritme is verstoort.

b. Geef bij elke verandering aan of het hier gaat om normale ouderdomsverschijnselen of niet. Gezien de leeftijd die Pol nu heeft, denken wij dat de volgende verschijnselen bij normale ouderdomsverschijnselen horen. • • • •

slechthorendheid het nodig hebben van meer begeleiding incontinent zijn en vergeetachtigheid (veel ouderen hebben hier last van, maar kan ook horen bij beginnende dementie)

c. Als je vindt dat er sprake is van niet normale ouderdomsverschijnselen, wat is de oorzaak dan volgens jou? Motiveer je antwoord. De overige punten die wij hadden genoemd bij vraag 4a, vinden wij voortekenen van alzheimer of een andere vorm van dementie. 5.

Famke vermoedde al dat bij Pol sprake was van een kaakontsteking. a. Op welke gegevens uit de praktijksituatie zal haar vermoeden zijn gebaseerd? Noem alle gegevens. Famke zal waarschijnlijk de voorgeschiedenis van Pol kennen, met daarbij zijn angst voor de tandarts en hoe die angst is ontstaan. Wanneer Famke die morgen de overdracht heeft gelezen is zij al op de hoogte dat Pol niet helemaal fit is. Als je dit als verzorgende leest ben je meestal extra alert als je bij deze zorgvrager de kamer binnenkomt. Famke ziet bij binnenkomst gelijk de rode kleur van Pol, doordat zij hem kent weet zij dat dit geen gewone kleur is voor Pol. Meestal bij een rode kleur is er sprake van koorts en is er dus ergens in het lichaam een ontsteking. Wanneer Famke Pol vraagt waar hij pijn heeft geeft hij aan dat de pijn in zijn hoofd zit. Famke merkt dat Pol er niet over wil praten en wanneer zij de verschillende plekken op haar hoofd heeft aangewezen weet Famke door het gedrag van Pol haast wel zeker dat de pijn in zijn mond zit. Famke trekt haar conclusie, het zal

waarschijnlijk om een ontsteking in de mond gaan gaan. b. Pol krijgt een antibioticum voorgeschreven. Noem belangrijke aandachtspunten voor de begeleiders voor de toediening van het antibioticum aan Pol. Het lijkt mij beter dat de begeleiding het toedienen van het antibioticum geheel overnemen van Pol. Dit vanwege de lichte verstandelijke handicap, het feit dat hij zichzelf niet goed verzorgt en hier het belang ook niet van in ziet. Hierbij moet er op de volgende punten gelet worden. • Kuur afmaken Het is heel belangrijk om een antibioticakuur altijd helemaal af te maken. Gebruik de medicijnen zorgvuldig tot ze op zijn, of zolang de arts ze heeft voorgeschreven. Ook als de klachten zijn verdwenen. Eerder stoppen geeft de achterblijvende ziekmakende bacteriën de kans zich weer te vermenigvuldigen. Bovendien zijn die achterblijvers vaak taaie rakkers en deze krijgen dan de kans om resistent te worden voor dat antibioticum. • Antibioticum innemen De arts heeft een antibioticum voorgeschreven die 3 keer per dag ingenomen moet worden. Het is belangrijk dat Pol het antibioticum goed verdeelt over de dag inneemt, zodat de hoeveelheid medicijn in het lichaam constant blijft. Bijvoorbeeld, om de 8 uur, dus om 07.00 -15.00 -23.00 uur. Op het etiket kan ook staan: innemen een half uur vóór, of twee uur na de maaltijd. Sommige antibiotica werken namelijk beter als je ze of op een volle of lege maag inneemt. De capsules die Pol voorgeschreven gekregen heeft, kan je het beste innemen met water terwijl hij staat of zit. Pol kan bij het doorslikken zijn hoofd een beetje naar voren houden en drinkt er dan een flink glas water achteraan. Zo gaat het medicijn snel door de slokdarm naar de maag, dat is belangrijk want er zijn namelijk antibiotica die de slokdarm kunnen beschadigen als ze blijven steken. • Dosis vergeten Als Pol vergeten is het antibioticum op tijd in te nemen, dan geldt de volgende regel. Doe het alsnog zo snel mogelijk. Maar als het bijna tijd is om de volgende dosis in te nemen, neem dan de vergeten dosis niet meer in. Neem de volgende dosis op het eerst volgende normale tijdstip. Maak wel de kuur af tot alle tabletten op zijn. 6.

Op een gegeven moment (onder het kopje de kaakontsteking van Pol) stelt Famke kalm maar beslist vast dat Pol kiespijn heeft. a. Leg uit dat het belangrijk is dat Famke in deze situatie kalm blijft. Een aantal jaren geleden heeft Pol een pijnlijke behandeling moeten ondergaan bij de tandarts. Hij is vanaf die tijd heel erg bang voor de tandarts en hierna is hij er ook nooit meer naar toe geweest. Zelfs nu hij erg veel pijn ervaart aan zijn kaak, wil hij dit niet zeggen omdat hij zo bang is dat hij naar een tandarts toe moet. Het is voor Famke dus heel belangrijk dat zij Pol in alle kalmte benadert. Wanneer Famke heel druk en bezorgt zou reageren op Pol heeft dit uitwerking op het gedrag van Pol. Het zou Pol nog veel banger kunnen maken en hij zou in paniek kunnen raken. Op die manier krijg je hem natuurlijk nooit meer naar een tandarts.

b. Leg uit dat het belangrijk is dat Famke in deze situatie vastberaden is. Het gaat om het welzijn van Pol, Famke en de andere begeleiders moeten natuurlijk wel weten wat er met hem aan de hand is. Als het aan Pol zelf zou liggen zou hij er niet naar laten kijken. Pol kan deze situatie niet goed inschatten, Famke kan dit beter. Zij is dus degene die de beslissing voor hem moet nemen. Wanneer de arts Pol heeft onderzocht blijkt dat Famke goed gehandeld heeft.

Zelfstandig leren 1. In de inleiding wordt gezegd dat Pol een lichte verstandelijke handicap heeft. Geef met motieven aan of deze bewering juist is. Pol heeft een curator toegewezen gekregen dit houd dus in dat Pol volledig handelingsonbekwaam is. Ook woont Pol al 44 jaar in een woonvoorziening voor mensen met een verstandelijke handicap. Bijna iedereen is wel bang voor de tandarts, maar de meesten van ons zien toch wel in dat het wel noodzakelijk is dat je 2 keer per jaar een tandarts bezoekt. In ieder geval wanneer je erge kiespijn hebt, wacht je niet te lang met heen gaan. Voor Pol is deze redenatie niet vanzelfsprekend en weigert dus heen te gaan. Iemand anders moet dit voor hem beslissen. Wij lezen ook dat Pol op bezoek gaat bij vaste paviljoens om een praatje te maken maar dat de onderwerpen zeer beperkt zijn, namelijk het weer, zijn zus en eten en drinken. Het gaat om een lichte verstandelijke handicap want we lezen dat Pol gewerkt heeft, en hij is instaat om de normale ADL-handelingen zelfstandig uit te voeren. Ook beschikt hij over een redelijke woordenschat en hij kan zich goed verstaanbaar maken. 2. Onder het kopje 'persoonsbeschrijving van pol' wordt beschreven hoe pol functioneert. Geef met een duidelijke theoretische onderbouwing een verklaring voor dit functioneren. Pol moet gestimuleerd en gecontroleerd worden bij de ADL handelingen uit zichzelf ziet hij bepaalde dingen niet. Dit is het gevolg van het feit dat Pol dit nooit heeft kunnen leren. Zijn moeder heeft hem jaren lang zijn persoonlijke verzorging uit handen genomen. Toen Pol op zichzelf ging wonen wist hij niet hoe hij dit doen moest, hij had gewoon het inzicht niet. Pol heeft een angst voor de tandarts, en is de afgelopen 15 jaar niet meer heen geweest. Dit is gekomen na een pijnlijke behandeling destijds bij de tandarts. Pol heeft zo’n angst opgebouwd dat hij niet meer naar de tandarts durft te gaan. Pol is bang dat hem weer pijn word aangedaan.

Pol schreeuwt om aandacht , wil zelf graag het woord hebben. Dit komt ook doordat hij weinig afleiding heeft. Pol werkt niet meer en op deze manier wil hij toch aandacht op zich vestigen. Pol gaat ieder zondag naar de kerk in het dorp, als hij door slecht weer bijvoorbeeld niet naar de kerk kan gaan is hij uit zijn humeur. Aan nieuw personeel vraagt hij ook altijd of ze naar de kerk gaan. Is dit niet het geval laat hij duidelijk zijn afkeur merken. Pol bid voor en na het eten en wanneer hij naar bed gaat. Al deze gewoontes heeft Pol vanuit zijn opvoeding mee gekregen, het is er met de pap lepel ingegoten, zoals dan vaak gezegd wordt. Aan deze gewoontes heeft Pol houvast en geeft zijn leven invulling. Vooral wanneer mensen zoals Pol een verstandelijke handicap hebben hebben ze die vastigheid nodig, terugkerende handelingen zijn vertrouwd. Meestal hoef je z e hier niet aan te herinneren. Pol heeft het geloof als waarheid mee gekregen van zijn ouders en om die reden toont hij zijn afkeuring naar andere mensen wanneer zij niet naar de kerk gaan.

Related Documents