De olifantenclub
Een olifant is natuurlijk een groot grijs beest met een slurf. Maar een olifant is ook een dier met een fenomenaal geheugen en een slim en verstandig dier. Zij kunnen creatieve oplossingen bedenken voor een probleem. Op een bananenplantage hangen de toezichters bellen rond de nekken van hun werkolifanten zodat ze die altijd kunnen terugvinden. Zo kunnen ze ook horen als de olifanten tussen de bananenbomen dwalen ’s nachts. Groot was hun verbazing toen ze ‘s morgens vaststelden dat de olifanten heel de nacht bananen hadden gesmuld. Bleek dat de dieren modder in de bel hadden gestopt, waardoor het bellengeluid verdween en zodat ze heel de nacht konden smikkelen.
Gezien de grootte van het dier is het niet vreemd vast te stellen dat de olifant het grootste stel hersenen heeft van alle zoogdieren. Dat olifanten een goed geheugen hebben, weet iedereen. Olifanten herinneren zich waar er goed eten te vinden was en waar er nog drinkplaatsen zijn, ook al zijn ze er in lange tijd niet geweest. Olifanten herinneren zich ook nog soortgenoten, ook al hebben ze die jarenlang niet gezien. Werkolifanten die ooit ergens samen zijn geweest en die nadien ergens anders geplaatst zijn, begroeten elkaar hartelijk als ze elkaar nog eens tegenkomen. Net zoals mensen doen, als ze oude schoolvrienden ontmoeten. En wat dan te denken van het olifantenkerkhof dat oude, verzwakte dieren weten terug te vinden om er rustig en alleen te sterven.
Onze Ark Woesten maakt deel uit van VKLO Vleteren VZW – Woestendorp 4 – 8640 Woesten
2
Je zoon of dochter kwam naar de olifantenclub… Misschien heeft je zoon of dochter het al verteld… zij/hij kwam naar de olifantenclub. In de olifantenclub zitten kinderen uit alle leerjaren van onze school. Zij worden aangemeld door de leerkracht van de klas. In de olifantenclub verzamelen we de kinderen die in klas soms op hun honger blijven zitten omdat de leerstof die aangeboden wordt niet altijd nieuw, verrassend is voor hen. Zij weten sommige dingen al uit zichzelf. In de olifantenclub verzamelen we ook de kinderen met een sterk geheugen. Dit zijn de kinderen die alle leerstof van een trimester in hun geheugen opgeslagen hebben en die bijna niet hoeven te studeren omdat ze alles zo al weten.
Waarom de olifantenclub nodig is… Als je echt goed bent in iets, dan moet je oefenen. In de sport weten we allemaal dat wie niet traint, wie niet in vorm is, ook niet zal presteren. Tom Boonen, Ronaldinho, Justine Henin, Kim Gevaert allemaal top in hun sport en toch moeten ze voortdurend trainen en blijven oefenen. De kinderen van de olifantenclub hebben een goed geheugen, zij hebben een creatieve geest die veel aankan. Om die geest verder te ontwikkelen moeten we die geest stimuleren, oefenen en trainen. Deze bezorgdheid is ontstaan doordat wij kinderen die op hun ene been door de lagere school dansen, problemen krijgen eenmaal ze door de poort van het middelbaar gestapt zijn. Ze hebben in de loop van hun lagere school nooit moeten doorbijten, moeten doorzetten. Daarom geven ze vaak op bij het minste probleem in het middelbaar. Ze hebben in de loop van hun lagere school ook nooit echt gestudeerd. In tegendeel tot hun klasvriendjes hebben ze geen 2
3
studiehouding gekweekt. Op het ogenblik dat hun geheugen niet meer voldoende is, moeten zij beginnen studeren, maar dat kunnen zij niet. Zo komen zij in de problemen. Bovendien is er een principe in het opvoeden en het onderwijzen… de zone van de naaste ontwikkeling. Dit komt er kort gezegd op neer dat je kinderen altijd iets meer moet aanleren dan ze op dat ogenblik aankunnen. Als je kind kan stappen, moet je het leren lopen… als je kind weet wat rood en geel is, moet je hem leren wat oranje is… als je kind “maan” kan lezen leer je hem “maand” lezen… Dit is de manier om het kind iets bij te leren. Onze Ark wil een zorgzame school zijn, een school die elk kind stimuleert om te evolueren op zijn eigen tempo en volgens zijn eigen kunnen. Daarom moeten we helpen met wie het moeilijk heeft, moeten we extra lessen geven, extra hulp bieden. Maar als we eerlijk zijn moeten we ook aan de andere kant gaan helpen, moeten we sommige kinderen meer en andere oefeningen geven, moeten we sommige kinderen uitdagen en moeten we hun aanspreken op hun zone van naaste ontwikkeling. Spreek ons dus niet over hoogbegaafden of kinderen met een leerachterstand… spreek ons over kinderen, elk met de eigen mogelijkheden, elk met de eigen kansen. Elk kind heeft zijn eigen talenten, die talenten moet je aanspreken en stimuleren. Elk kind heeft zijn zwakke plekjes, de zwakke kanten moet je kennen en je moet er aan werken. Of zoals in het gedicht van iemand van het vierde leerjaar ooit geschreven…
“niemand is alles, niemand is niets, iedereen is altijd iets”
3
4
Hoe werkt het concreet? We werken in groepen van de onderbouw (eerste, tweede en derde leerjaar) en bovenbouw (vierde, vijfde en zesde leerjaar). _ In de club worden we begeleid door meester Ludovik. _ We werken elke woensdagvoormiddag gedurende de eerste twee lesuren met de bovenbouw, na de speeltijd komt de onderbouw. Het kan zijn dat kinderen daardoor sommige taken uit de klas moeten inhalen. In de klas wordt op dit ogenblik vooral herhaling geprogrammeerd. _ Wat we doen? o We gaan veel zelf opzoeken, op computer, in een atlas, in een woordenboek, in een encyclopedie… o We krijgen niet altijd meteen hulp. Soms moeten we het zelf zoeken. o We doen activiteiten die onze creatieve geest aansteken. o We krijgen ook een aantal opdrachten mee. Je moet ze onthouden en uitvoeren. Kinderen worden verondersteld om ook na de club dingen te doen voor de club. Om de kinderen te stimuleren werken we met een verhaal en olifantjes die verdiend moeten worden.
Enkele afspraken
voor de
olifanten.
Wie komt, komt tot het einde van de periode. In overleg met je juf of meester, je ouders en meester Ludovik wordt besproken of je in de toekomst nog komt naar de olifantenclub of niet. Je bent niet verplicht om te komen, maar we zijn blij als je komt. Je komt elke keer met je materiaal mee. o Een balpen en je map van de olifantenclub o Materiaal dat je verzameld hebt omdat dit gevraagd werd. Wie materiaal niet mee heeft, kan niet terugkeren naar de klas en zo de klas storen. Naar de klas komen of terug naar de klas gaan, gebeurt rustig zonder al te veel lawaai. Wij storen de andere klassen niet. Ik keer onmiddellijk terug naar de klas zonder omwegen of zo. Ik kom naar de olifantenclub omdat ik wil meewerken. Wie niet wil meewerken, komt beter niet. Het programma van de club staat niet vast, wil je zelf onderwerpen toevoegen of bepreken in de club, dan kun je meester hierover aanspreken. Samen met meester kan je kijken wanneer en hoe dit onderwerp aan bod kan komen.
Een belangrijk deel van de olifantenclub is de website. Op die website kunnen de kinderen altijd de leerstof van de laatste bijeenkomst herbekijken, herkauwen… Geef je kind de kans om te kijken op www.onzeark.be doorklikken naar olifant bovenbouw of onderbouw en ga zelf ook nu en dan eens piepen en kijken. Of doe het samen, je kind zal je wel vertellen wat we gedaan hebben in de club.
4