Toenemende opbrengsten Thierry Debels 15/9/05 Verschenen in De Standaard De onderhandelingen tussen twee groepen over een gemeenschappelijke standaard voor de nieuwe generatie dvd’s zijn mislukt. Aan de ene zijde de Blu-ray technologie en aan de andere kant de HD DVD apparatuur. Net zoals bij de strijd tussen Betamax, Video 2000 en VHS moet de consument opnieuw zelf kiezen. Zonder op voorhand te weten welk systeem het zal halen. Brian Arthur bestudeert deze problematiek. Wat kan deze tegendraadse economist ons leren over dit probleem? Brian Arthur schrijft al meer dan 15 jaar over technologische ontwikkelingen. Hij heeft bovendien een groot probleem met de wijze waarop economie gedoceerd wordt. Een typisch kenmerk bijvoorbeeld, dat alle eerstejaarsstudenten economie moeten kennen, is dat van de wet van de afnemende meeropbrengsten. Een onderneming, typisch een fabriek, bereikt op een bepaald moment een niveau waarbij de beschikbare uitrusting volledig is ingezet. Op dat moment beginnen de kosten snel te stijgen. Arthur begrijpt dat dit concept nog voor een beperkt aantal ondernemingen van toepassing kan zijn. Typisch gaat het over bedrijven met bulkproductie. Voor ondernemingen in de technologiesector stelt hij daarentegen een volledig nieuw concept voor: toenemende 1
meeropbrengsten. Voor deze high tech ondernemingen gaat het principe van de afnemende meeropbrengsten immers niet meer op. Neem nu de markt voor operating systemen in het begin van de jaren 80. Op dat moment waren er 3 systemen, CP/M, DOS en Apple's Macintosh, in felle concurrentie met elkaar. Operating systemen vertonen toenemende meeropbrengsten: indien 1 systeem voorop raakt, trekt het meer software-ontwikkelaars en hardwareproducenten aan, die het operating systeem adopteren. Wat op zijn beurt weer helpt om nog verder uit te lopen. CP/M was als eerste op de markt en in 1979 al vrij aardig gevestigd. De Mac kwam iets later maar was, zoals geweten, uiterst gebruikersvriendelijk. DOS werd geboren toen Microsoft een akkoord sloot met IBM om een operating systeem te leveren in 1980. Volgens Arthur was het gedurende 2 jaar helemaal niet zeker welk systeem zou domineren. De IBM PC met DOS als operating systeem was een zootje. Maar de groeiende gebruikersbasis van deze PC verplichtte software ontwikkelaars als Lotus om toepassingen voor DOS te schrijven. Op die manier ontstond de positieve feedback naar IBM/DOS. Mensen konden de PC nu kopen omwille van de toepassingen die ervoor geschreven waren. De rest van het verhaal is uiteraard gekend. Belangrijk hierbij zijn de volgende typische kenmerken van de 'nieuwe economie'. Het was niet voorspelbaar op voorhand (dit is voor de deal tussen Microsoft en IBM) welk systeem de markt zou gaan domineren. Het 2
uiteindelijk dominant geworden systeem, te weten MSDOS, was niet het beste systeem. Eens een product of dienst een bepaalde voorsprong genomen heeft, of zoals Arthur stelt 'locked in' is, kan de onderneming die het op de markt brengt een reuzewinst maken. De vrij grote initiële kosten kunnen immers gespreid worden over een heleboel klanten. Volgens Arthur bestaat deze echte ‘nieuwe economie’ dus uit 5 kenmerken: 1. Een product dat een kleine voorsprong krijgt, kan en zal de markt uiteindelijk domineren 2. Het toeval kan een grote rol spelen bij de uiteindelijke uitkomst 3. Het is niet noodzakelijk het beste – technologisch gezien – systeem dat wint 4. De onderneming die het winnende product in huis heeft kan zeer grote winsten maken 5. Onvoorspelbaarheid van de uiteindelijke winnaar. Sommige experts beweren dat HD-DVD technologisch beter is dan Blu-Ray. Of omgekeerd. Dat argument is niet relevant. Het is niet omdat een product technologisch beter is dat het de overhand zal halen. Anderen gokken dan weer op HD-DVD omdat het goedkoper is een film op dvd uit te brengen met die technologie. Ook dat argument is hier niet echt van toepassing. Bovendien betreft het een marginaal verschil. Wat in de strijd tussen de formaten van de videocassette een doorslag gaf, was de porno-industrie. Het VHS formaat haalde het om die reden. Ook hier lijken pornofilms opnieuw een cruciale factor te worden. Zeker 3
als je weet dat er jaarlijks 11.000 nieuwe titels worden uitgegeven. Allemaal variaties op hetzelfde thema, dat wel. Wellicht liggen zeer binnenkort dus twee soorten DVDspelers in de winkel: spelers die werken met de Blu-ray technologie óf de HD DVD technologie. Optimisten hopen dat er DVD-spelers ontwikkeld zullen worden die beide technologieën ondersteunen. De geschiedenis toont aan dat dit onwaarschijnlijk is. De strijd zal beslecht worden door de consument. Op voorhand voorspellen welke technologie zal winnen is onmogelijk. Kiezen kan hier gelijkstaan aan verliezen.
Brian Arthur (1996), "Increasing Returns”, University of Michigan Press. ISBN 0-472-06496-7.
4