Reactie van een collega uit het vmbo Oktober 2007 Vorig schooljaar zijn wij gestart met twee pilots, één in de GT-afdeling, waar leerlingen enkele dagen een gedeelte van die dag 'zelfstandig' werken, d.w.z. dat een grote groep leerlingen aan bepaalde taken werkt. De docent Engels, die daarin meedraait, maakt veelvuldig gebruik van vmb. Voor mij is het een uitkomst. Ik was al een tijdje op zoek naar een manier om spreekvaardigheid te oefenen. Leerlingen in de afdeling waar ik werk, werken met een weektaak. Zij krijgen geen vakken meer op een bepaald uur (m.u.v. de praktijkvakken), maar kunnen zelf kiezen wanneer zij een vak doen. Spreekvaardigheid komt dan aardig in het gedrang. Ik gebruik geen boek, maar maak alle opdrachten zelf (nou ja, ik kopieer ook nog wel eens wat :-)). Leerlingen vinden het erg leuk. Het kunnen spreken van een taal is toch wel wat zij het belangrijkst vinden. Dat kan ook niet anders als je kijkt naar het niveau waarop zij bezig zijn. Luisteren is vaak ook geen probleem (als je kijkt naar een natuurlijke manier van taalverwerven, is dat ook niet zo raar), maar lezen en schrijven des te meer. Het is wel grappig om te zien hoe ze met vmb bezig zijn. Ik heb verschil in werkwijze met mijn collega besproken (uit de GT-afdeling). Mijn leerlingen (BB en KB) spreken in en plaatsten het bericht. Ze luisteren nog wel een keer, maar of het nu goed of fout is, maakt niet uit. Er is maar een enkeling die het nog een keer over doet. GT-ers doen er veel langer over. Die zijn veel meer bezig met goed en fout, veel meer onzekerheid. Dat speelt bij mij in het geheel niet. Als ze halverwege een foutje maken en vervolgens een krachtterm gebruiken, wordt het bericht gewoon geplaatst :-). Zo is het me bijvoorbeeld ook opgevallen dat de door mij geschreven opdrachten niet of nauwelijks gelezen worden. Er wordt wèl geluisterd naar het bericht dat ik ingesproken heb, terwijl ik dat eigenlijk alleen maar een beetje voor de 'leuk' heb gedaan. Ik spreek volgende opdrachten dus maar gewoon in. Omdat ik het zelf zo leuk vind, had ik de neiging elke week een spreekopdracht op de weektaak te zetten. Ik ben alleen bang dat het leuke er dan ook vanaf gaat, dus wissel ik nu maar af. Ik heb ook bedacht dat er meer mee moet gebeuren dan alleen maar inspreken. Een cijfer geven, wil ik niet. Ik ga nu maar een proberen om leerlingen elkaars werk te gaan laten beoordelen. Zo wordt het misschien ook wel iets interessanter om die opdrachten te lezen, als één van de criteria is, of er aan de opdracht voldaan is.