Marinus van der Lubbe versus Smirnoff-Soer Op 23 december 1933 meldt de Bataafse krant de Java-Bode dat in het verre Duitsland Marinus van der Lubbe ter dood veroordeeld is. In een klein artikeltje op de voorpagina, met een portretfotootje van Marinus ernaast, zegt het 'Algemeen Dagblad voor Nederlandsch-Indië': 'Uit een gewoonlijk betrouwbare bron wordt vernomen, dat Rijkskanselier Adolf Hitler, en de Pruisische premier generaal Hermann Göring, heden in kennis zijn gesteld met de uitspraak van het Hooggerechtshof te Leipzig inzake het proces tegen de brandstichters van den Rijksdag. Deze uitspraak komt hierop neer dat Marinus van der Lubbe is ter dood veroordeeld, terwijl de drie Bulgaren zijn vrijgesproken van de ten laste gelegde brandstichting, doch met vele andere communisten zullen worden vastgehouden in verband met de beschuldiging van hoogverraad.' Het grootste deel van de voorpagina van de Java Bode van die dag is gewijd aan het postvliegtuig 'De Pelikaan', dat net in de record-tijd van 100 uren de afstand Amsterdam-Batavia overbrugd had. Van het kranige koppel Smirnoff-Soer, respectievelijk commandant en tweede piloot, zijn foto's afgedrukt van voor het vertrek. Vooral de foto van Soer is indrukwekkend. Hij kijkt recht in de camera, draagt een enorme lederen vliegeniersjas, een ruige wollen shawl en zijn headset staat al op zijn hoofd. Geen avontuur te groot voor deze postvliegtuig-piloot. Marinus van der Lubbe was geen held. Van der Lubbe was enthousiast en storte zich met volle overgave in nieuwe avonturen, maar nooit bracht hij ze tot een gelukkig eind. Hij woonde vanaf 1927 in Leiden op kamers en streed er zijn eigen arbeidersstrijd. Maar hij werd door collega-kameraden tot kalmte gemaand. Hij vertrok naar Rusland om met eigen ogen de heilstaat te zien, maar komt niet verder dan Duitsland. Later vertrekt hij naar China maar hij strand op het Nederlandse consulaat in Boedapest waar hij geld krijgt voor de terugreis. Als hij verneemt dat de eerste Nederlander die het Kanaal overzwemt ƒ5000,- krijgt van weekblad 'Het Leven', vertrekt hij naar Calais. Maar eenmaal daar blijkt hij veel te laat en doet het tijdschrift niet meer mee. Met het in brand steken van de Rijksdag in 1933 wilde Van der Lubbe de Duitse arbeiders steunen en protesteren tegen de opkomende Nationaal Socialisten. Maar tijdens de processen bestempelden de Nazi's Van der Lubbe als communist en de communisten bestempelden hem als helper van de nazi's. De nazi's kregen hierdoor de gelegenheid zich van vele vijanden te ontdoen, en de communistische arbeidersstrijd werd in Duitsland definitief gesmoord. Voor Van der Lubbe zelf was met deze daad ook definitief het doek gevallen. Na zijn arrestatie bracht hij nog maanden door in cel en rechtszaal. Zwijgend, onder de indruk van de geweldige taferelen die zich om hem heen afspeelden en versufd door de drugs die hij kreeg toegediend. Op de binnenplaats van de gevangenis van Leipzig werd hij op 9 januari 1934, vier dagen voor zijn 25e verjaardag, onthoofd. Een held is al tijdens zijn leven held. Het is een staat van zijn, die direkt door anderen erkend wordt. Een held vliegt recht op zijn doel af en bereikt het binnen 100 uren. Van der Lubbe was geen held, droeg geen vliegeniersjas, heeft nooit iets bereikt. Zijn goede bedoelingen zijn mij echter dierbaarder dan de heldendaden van Pelikaanpiloten Smirnoff en Soer. Casper Gijzen in: De Leidse Adonis