Jan Van Friesland Contra Anton Van Hooff

  • November 2019
  • PDF

This document was uploaded by user and they confirmed that they have the permission to share it. If you are author or own the copyright of this book, please report to us by using this DMCA report form. Report DMCA


Overview

Download & View Jan Van Friesland Contra Anton Van Hooff as PDF for free.

More details

  • Words: 689
  • Pages: 3
Gepubliceerd op www.degelderlander.nl http://www.gelderlander.nl/archive/?service=archive&articleID=1373417 19-12-2002

VAN HOOFF MOET BOEKEN LEZEN EN NIET SCHELDEN Door Jan van Friesland

In zijn column van afgelopen zaterdag beschuldigt dr. Anton van Hooff ondergetekende, eindredacteur van Buitenhof, het interviewen discussieprogramma op Nederland 3, samen met redactieleden dr. Thomas von der Dunk, cultuurhistoricus, en prof. dr. Paul Cliteur, rechtsfilosoof, van misbruik van hun positie bij de televisie. Dit moet worden weersproken.

Van Hooff heeft zich door zijn recente uitlatingen over het boek 'Was Jezus Caesar? Over de Romeinse oorsprong van het Christendom' van de Italiaans-Duitse filosoof en taalkundige Francesco Carotta in een onmogelijke positie geplaatst en zoekt nu scheldend de nooduitgang om zijn afbladderende academische waardigheid te redden. Even de feiten op een rij. Na het oorspronkelijk Duitse boek te hebben gelezen, heb ik een aantal wetenschappers geattendeerd op het bestaan van deze baanbrekende studie, onder wie Anton van Hooff. Hij schoot aan de telefoon meteen in de lach. 'Een nieuwe Von Däniken!' riep hij uit. Ik stuurde hem een aantal printpagina's van Carotta's website, omdat ik vond dat dit boek juist wel serieus moest worden genomen. Inmiddels had redactielid Von der Dunk het boek wel gelezen en er een groot, positief getint, essay aan gewijd in Vrij Nederland van 6 april. Op 11 mei lees ik in De Gelderlander een column van Van Hooff waarin hij stelt: 'Natuurlijk koopt een verstandig mens dit boek niet...' Ik verkeerde op dat moment nog in de veronderstelling dat hij inmiddels het boek wel had gelezen en tot een negatieve conclusie was gekomen. De wetenschapper spreekt,

nietwaar? Daarna ontstaat in het Historisch Nieuwsblad een debat tussen Van Hooff en de auteur Carotta, die minutieus aantoont dat de Van Hooffpassage bij Tacitus, Annalen 15.44, uiterst dubieus is en voor zijn theorie niet relevant. In deze discussie wordt de heer Carotta door onze Nijmeegse classicus eerst afgeschilderd als een fantast, om hem in een volgend nummer tot charlatan te verheffen. Tot mijn grote verbazing heeft Van Hooff dan nog nimmer het boek in de hand gehad, laat staan gelezen. Want voor een Tumult-debat in Utrecht op 28 november, waar beide sprekers zijn uitgenodigd ter introductie van de Nederlandse vertaling, schrijft hij op 16 oktober dat hij het boek toegezonden wil krijgen om het te lezen, onder de toevoeging: 'Ik weet echt wel waarover ik praat. Alleen mogen charlatans geen geld aan mij verdienen.' Toen ik dit vernam, brak er iets bij mij! Vijf maanden lang heeft deze geleerde ongelezen het boek de afgrond in gepraat, lezers afgehouden er kennis van te nemen en de auteur verwensingen naar het hoofd geslingerd. Op genoemde debatavond weigerde Van Hooff zelfs de lezing van Carotta aan te horen en liep hij nota bene de zaal uit, om daarna terug te komen en de mensen bij herhaling op te roepen het boek niet te lezen. Een historische avond om bij te wonen, maar ook een blamage voor zijn tak van wetenschap. En nu zijn wij - Buitenhof is de boodschapper - aan de beurt om verdachtmakingen te mogen ontvangen. Is het machtsmisbruik als ik als leidinggevende mijn redactieleden vraag een boek te lezen om er, zelfstandig, een oordeel over te vormen? Sterker, is het machtsmisbruik als Cliteur een Buitenhof-column wijdt aan een in zijn ogen briljant boek? En is het dan, om Van Hooff zijn eigen redenering te volgen, geen machtsmisbruik als hij voor de OVT-radio, of in de krant, de vrijheid krijgt het boek voortdurend belachelijk te maken? De journalistiek heeft juist de taak te informeren over nieuwe ontwikkelingen en standpunten pro of contra in beeld te brengen. Ik vraag me dan ook in alle ernst en eerlijkheid af: past het niveauvan dr. van Hooff, met al zijn gescheld en zwartmakerij ad hominem, bij dat van een wetenschapper? Waarom bruuskeert hij de vermeerdering van nieuwe kennis en gewaagde wetenschappelijke inzichten? Je kunt nieuwe kennis willen tegenhouden, je kunt haar willen vernietigen, je kunt haar ook a priori een kans willen geven. De meest 'krankzinnige’ theorieën hebben de wetenschap vooruitgeholpen, tegen beter weten in. Anton van Hooff zou beter moeten weten, daar is hij voor aangesteld.

Jan van Friesland is eindredacteur van het tv-discussieprogramma Buitenhof.


Related Documents