Alpine skiing Alpine skien wordt gebruikt als sport maar ook als recreatie. Het wordt gedaan op lange latten genaamd ski’s Het is populairder geworden toen er steeds meer skiliften kwamen. Zo kom je moeiteloos op je bestemming. Het zorgt voor veel toerisme. Vooral in: Europa, Noord Amerika, China, Japan, Australie, Nieuw Zeeland en Zuid Korea. De kunt met skien is om gecontroleerd naar beneden te komen. Beginners remmen en sturen vaak alles in plfug, in Nederlands ook wel ploeg of pizzapunt genoemd. De betere skiers maken parralel bochten en remmen daar ook mee, het gaat sneller en het ziet er mooier uit. Parralel wil zeggen: de ski’s bij elkaar en sturen door gerwichtsverplaatsing. Op dit moment is carving erg in. De bedoeling is om je lichaam stil te houden gericht naar het dal. En verder de beweging vooral uit knien te halen. Als het goed uitgevoerd word ziet het er soepel uit. Zodra alles lekker gaat kun je het moeilijker maken door steilere pistes te zoeken of meer bultjes. Hier hoort of off piste ook bij. In Noord Amerika zijn pistes verdeelt in groen, deze zijn geprepareerd en niet steil. Daarna komt blauw. Deze zijn steiler en moeilijker. Soms ook met stukken die niet geprepareert zijn. Als laatst hebben ze zwart, deze zijn meer voor de experts. Hier vind je vaak ook meer bobbels en kuilen. In Europa zijn de pistes verdeeld in blauw, rood, zwart en soms ook geel.