Aan het eind van een Engelse les kunnen de kinderen in tweetallen of in groepjes zelfstandig werken aan de voorbereiding van de “special activities”. Aan het begin van een volgende les kunnen de kinderen de “special activities” uitvoeren. De “special activities” zijn toegespitst op onderstaande 4 thema’s: “Clothes” “Food” “Animals” “Home” Elk thema bevat 6 “special activity” kaarten. Op de kaarten staat stap voor stap aangegeven wat de kinderen moeten doen. Het “wie doet wat?” blad kunnen de kinderen gebruiken om taken te verdelen binnen de groep.
4 kinderen Presentator 1 van jullie is presentator van de mode show De presentator vertelt aan de klas welke kleding de modellen dragen en welke kleur de kleding heeft. Ook vertelt hij de naam van de verschillende modellen. Modellen 3 van jullie zijn modellen Een model loopt stoer, rustig of op een andere leuke manier door de klas. Een model laat de kleding zien die hij of zij draagt. Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 bepaal wie de presentator wordt en wie de modellen. 2 maak er een spetterende show van door goed te oefenen! 3 schrijf met mooie letters de naam van jullie show op en hang dit tijdens de show op het bord. 4 laat de geweldige modeshow zien aan de andere kinderen uit je klas! Materiaal Verkleed kleren Grote vellen wit papier Dikke stiften of verf. Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
3 kinderen Galgje Hangman is het engelse woord voor galgje. De bedoeling is dat jullie met de klas het spel galgje gaan spelen. Jullie mogen alleen engelse woorden gebruiken die namen van kledingstukken aangeven en of kleuren. (bijvoorbeeld blue jeans). Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 teken op een groot vel wit papier het alfabet en oefen de uitspraak van de letters. Hang dit blad voor in de klas tijdens het spel. 2 schrijf in het engels zoveel mogelijk namen van kleuren op en schrijf het aantal letters van de woorden erbij (bijvoorbeeld blue 4 letters) 3 schrijf in het engels zoveel mogelijk namen van kledingstukken op en schrijf het aantal letters van de woorden erbij (bijvoorbeeld jeans 5 letters) 4 spreek met elkaar af wie wat doet tijdens de presentatie, wie tekent de galg? wie geeft de kinderen een beurt? wie schrijft de genoemde letters op het bord? 5 maak met stiften op een groot vel papier een mooi bord met daarop de naam van jullie spel. 6 oefen met elkaar de presentatie van het spel. Materiaal Grote vellen wit papier. Stiften Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
2 kinderen Pictionary Jullie tekenen kledingstukken op het bord, de andere kinderen uit de klas moeten de engelse woorden van deze kledingstukken raden. Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 schrijf per kind 5 engelse namen van kledingstukken op en oefen met het tekenen van deze kledingstukken. 2 bespreek met elkaar hoe je het spel gaat presenteren aan de klas, wie tekent wanneer? Wie geeft de kinderen een beurt? Wat zijn de spelregels? 3 maak met stiften op een groot vel papier een mooi bord met daarop de naam van jullie spel. 4 oefen samen de presentatie van jullie spel. Materiaal Kladblaadjes Groot vel wit papier Stiften Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
2 kinderen poppenspel Gebruik de handpoppen om een grappig, leuk of spannend engels verhaal te maken. Gebruik hierbij zoveel mogelijk engelse namen van kledingstukken en kleuren. Kijk heel goed welke kleur en wat voor kleding de verschillende poppen dragen. (bijvoorbeeld a red t-shirt). Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 schrijf in het engels op wat voor kleding de verschillende poppen dragen. 2 schrijf in het engels op welke kleur kleding de verschillende poppen dragen. 3 verzin in het engels een kort verhaaltje bij de poppen (bijvoorbeeld “My name is Lucy, I’m wearing a blue t-shirt). 4 maak met stiften op een groot vel papier een mooi bord met daarop de naam van jullie poppenspel. 5 oefen samen het poppenspel materiaal verschillende poppen groot doek om over een tafel te hangen zodat je er achter kunt zitten stiften groot vel wit papier
4 kinderen kleding bingo De bedoeling is dat jullie kleding bingo gaan spelen met de klas. De klas wordt verdeeld in 5 groepjes. Elk groepje krijgt van jullie een eigen gemaakte bingokaart met daarop gekleurde kledingstukken. Vervolgens trekken jullie kaartjes uit de bingobak (bijvoorbeeld blue skirt). Het groepje dat als eerste de bingokaart vol heeft, is de winnaar. Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 schrijf zoveel mogelijk engelse namen van kledingstukken op (bijvoorbeeld skirt) 2 schrijf zoveel mogelijke engelse namen van kleuren op (bijvoorbeeld blue) 3 maak nu 5 bingokaarten, op elke kaart teken je 5 kledingstukken en deze kleur je vervolgens in met potlood. Zorg ervoor dat de kaarten niet hetzelfde zijn, gebruik dus verschillende kleuren en kledingstukken voor de bingokaarten. 4 schrijf nu op aparte velletjes wit papier alle kleuren en kledingstukken op die je gebruikt hebt op de bingokaarten. 5 stop alle papiertjes in een doos 6 maak met stiften op een groot vel papier een mooi bord met daarop de naam van jullie spel 7 deel de bingo kaarten uit en haal om de beurt een papiertje met daarop de kleur en naam van een kledingstuk uit de doos. 8 het groepje dat als eerste de kaart vol heeft wint de bingo! Materiaal Kleurpotloden, stiften, scharen, Wit papier, groot en klein Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
2 kinderen prentenboek Jullie gaan met z’n tweeën een prentenboek voorlezen aan de rest van de klas. Zorg ervoor dat je het verhaal boeiend, spannend of op een leuke manier voorleest aan de kinderen uit je klas. Lees kalm en rustig en laat de afbeeldingen uit het prentboek duidelijk zien. Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 zoek een leuk Engelstalig prentenboek uit, deze liggen in de klas. 2 spreek met elkaar af wie welk deel van het verhaal gaat voorlezen 3 lees elkaar voor en oefen de uitspraak 4 vraag de Engelstalige kinderen om stukken voor te lezen en te helpen bij de uitspraak 5 lees het prentenboek voor aan de kinderen uit je klas materiaal prentenboek
Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
2 kinderen verkoper 1 van jullie is verkoper van de fruitkraam en de ander van de groentekraam. Jullie delen reclamefolders uit aan kinderen in de klas. Deze kinderen komen om de beurt groente en fruit kopen bij jullie kraam. Zorg ervoor dat iedereen de juiste bestelling krijgt!
Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 teken groente en fruit op witte vellen papier 2 schrijf de Engelse namen er bij 3 Leer alle Engelse namen van groente en fruit uit je hoofd 4 maak met behulp van verf op een groot vel karton een naambord voor je kraam 5 Bouw de kramen op, leg al het plastic fruit in de fruitkraam en de plastic groente in de groentekraam 6 bepaal wie het fruit gaat verkopen en wie de groente 7 deel de reclamefolders uit in de klas 8 zorg dat iedereen krijgt waar hij of zij om vraagt, (geef dus geen wortel wanneer ze vragen om een appel) Heel veel succes met de verkoop! Materiaal - plastic of echt groente en fruit - verf en kwasten - 2 grote vellen wit karton - a4 papier en stiften/potloden Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
3 kinderen Galgje Hangman is het engelse woord voor galgje. De bedoeling is dat jullie met de klas het spel galgje gaan spelen. Jullie mogen alleen engelse woorden gebruiken die voedingsmiddelen aangeven. (bijvoorbeeld apple). Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 teken op een groot vel wit papier het alfabet en oefen de uitspraak van de letters. Hang dit blad voor in de klas tijdens het spel. 3 schrijf in het engels zoveel mogelijk namen van voedingsmiddelen op en schrijf het aantal letters van de woorden erbij (bijvoorbeeld apple 5 letters) 4 spreek met elkaar af wie wat doet tijdens de presentatie, wie tekent de galg? wie geeft de kinderen een beurt? wie schrijft de genoemde letters op het bord? 5 maak met stiften op een groot vel papier een mooi bord met daarop de naam van jullie spel. 6 oefen met elkaar de presentatie van het spel. Materiaal Grote vellen wit papier. Stiften Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
2 kinderen Pictionary Jullie tekenen voedingsmiddelen op het bord, de andere kinderen uit de klas moeten de engelse namen van deze voedingsmiddelen raden. Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 schrijf per kind 5 engelse namen van voedingsmiddelen op en oefen met het tekenen van deze voedingsmiddelen. 2 bespreek met elkaar hoe je het spel gaat presenteren aan de klas, wie tekent wanneer? Wie geeft de kinderen een beurt? Wat zijn de spelregels? 3 maak met stiften op een groot vel papier een mooi bord met daarop de naam van jullie spel. 4 oefen samen de presentatie van jullie spel. Materiaal Kladblaadjes Groot vel wit papier Stiften Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
4 kinderen Memory Jullie maken 5 verschillende memory spelen zodat de kinderen de spelen in 5 groepjes kunnen spelen in de klas. Het thema van jullie memoryspel is food, teken dus alleen voedingsmiddelen! Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 pak 100 witte vierkantjes van de papierstapel 2 teken op 50 vierkantjes zoveel mogelijk verschillende voedingsmiddelen 3 zoek de Engelstalige namen erbij (m.b.v. je woordenboek) en schrijf deze namen op de 50 andere witte vierkantjes 4 verdeel de kaarten, elk memoryspel moet uit 20 vierkantjes bestaan, 10 kaarten met tekeningen en 10 kaarten met de bijbehorende namen 5 leg de kaarten in elk groepje omgekeerd op tafel 6 laat elk groepje starten met jullie eigen gemaakte food memory!
-
Materiaal 100 kleine en gelijke vierkante stukjes wit papier (noteblock) - stiften/potloden/pennen - Nederlands-Engels woordenboek Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen
4 kinderen food bingo De bedoeling is dat jullie food bingo gaan spelen met de klas. De klas wordt verdeeld in 5 groepjes. Elk groepje krijgt van jullie een eigen gemaakte bingokaart met daarop voedingsmiddelen. Vervolgens trekken jullie kaartjes uit de bingobak (bijvoorbeeld apple). Het groepje dat als eerste de bingokaart vol heeft, is de winnaar. Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 schrijf zoveel mogelijk engelse namen van voedingsmiddelen op (bijvoorbeeld apple) 3 maak nu 5 bingokaarten, op elke kaart teken je 5 voedingsmiddelen en deze kleur je vervolgens in met potlood. Zorg ervoor dat de kaarten niet hetzelfde zijn, gebruik dus verschillende voedingsmiddelen voor de bingokaarten. 4 schrijf nu op aparte velletjes wit papier alle voedingsmiddelen op die je gebruikt hebt op de bingokaarten. 5 stop alle papiertjes in een doos 6 maak met stiften op een groot vel papier een mooi bord met daarop de naam van jullie spel 7 deel de bingo kaarten uit en haal om de beurt een papiertje met daarop de naam van een voedingsmiddel uit de doos. 8 het groepje dat als eerste de kaart vol heeft wint de bingo! Materiaal Kleurpotloden, stiften, scharen, Wit papier, groot en klein Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
2 kinderen prentenboek Jullie gaan met z’n tweeën een prentenboek voorlezen aan de rest van de klas. Zorg ervoor dat je het verhaal boeiend, spannend of op een leuke manier voorleest aan de kinderen uit je klas. Lees kalm en rustig en laat de afbeeldingen uit het prentboek duidelijk zien. Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 zoek een leuk Engelstalig prentenboek uit, deze liggen in de klas. 2 spreek met elkaar af wie welk deel van het verhaal gaat voorlezen 3 lees elkaar voor en oefen de uitspraak 4 vraag de Engelstalige kinderen om stukken voor te lezen en te helpen bij de uitspraak 5 lees het prentenboek voor aan de kinderen uit je klas materiaal prentenboek
Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
2 kinderen Omschrijf de dieren Jullie gaan omschrijvingen geven van dieren. Bijvoorbeeld: Is heel groot, vaak grijs van kleur, heel sterk, heeft een slurf. Het antwoord moet zijn Elefant. Jullie verdelen de klas in twee groepen, iedere keer wanneer iemand uit een groep zijn of haar vinger opsteekt en in het Engels de juiste naam noemt van het dier krijgt een punt. Nadat jullie alle beschrijvingen van dieren gegeven hebben tellen jullie de punten en maken het winnende team bekend. Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 Schrijf 20 Engelse namen van dieren op 2 Bedenk nu bij elk dier 5 kenmerken en schrijf deze op (dit mag in het Nederlands, maar in het Engels is natuurlijk nog beter!) 3 spreek af wie welke omschrijvingen geeft, beide 10 dieren omschrijven is een eerlijke verdeling 4 maak m.b.v. verf een mooi bord met daarop de naam van jullie spel 5 bepaal wie tijdens het spel de punten opschrijft succes! Materiaal - wit a4 papier - verf pen - grote vellen wit karton - Nederlands-Engels woordenboek Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
3 kinderen Galgje Hangman is het engelse woord voor galgje. De bedoeling is dat jullie met de klas het spel galgje gaan spelen. Jullie mogen alleen engelse woorden gebruiken die dieren aangeven. (bijvoorbeeld dog). Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 teken op een groot vel wit papier het alfabet en oefen de uitspraak van de letters. Hang dit blad voor in de klas tijdens het spel. 3 schrijf in het engels zoveel mogelijk namen van dieren op en schrijf het aantal letters van de woorden erbij (bijvoorbeeld dog 3 letters) 4 spreek met elkaar af wie wat doet tijdens de presentatie, wie tekent de galg? wie geeft de kinderen een beurt? wie schrijft de genoemde letters op het bord? 5 maak met stiften op een groot vel papier een mooi bord met daarop de naam van jullie spel. 6 oefen met elkaar de presentatie van het spel. Materiaal Grote vellen wit papier. Stiften Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
2 kinderen Pictionary Jullie tekenen voedingsmiddelen op het bord, de andere kinderen uit de klas moeten de engelse namen van deze dieren raden. Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 schrijf per kind 5 engelse namen van dieren op en oefen met het tekenen van deze dieren. 2 bespreek met elkaar hoe je het spel gaat presenteren aan de klas, wie tekent wanneer? Wie geeft de kinderen een beurt? Wat zijn de spelregels? 3 maak met stiften op een groot vel papier een mooi bord met daarop de naam van jullie spel. 4 oefen samen de presentatie van jullie spel. Materiaal Kladblaadjes Groot vel wit papier Stiften Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
2 kinderen spreekbeurt over je huisdier Vertel de kinderen in het Engels iets over jouw eigen huisdier. Hoe oud is het dier? Welk(e) dieren heb je thuis? Welke kleur? Is het een lief, grappig, mooi of gevaarlijk dier? Enz. enz. Neem ook foto’s en plaatjes mee van je huisdier(en) Stappenplan 1 schrijf op welk(e) huisdier(en) je thuis hebt 2 schrijf kenmerken op van deze dieren, de naam, kleur, leeftijd, groot of klein, lang of kort haar, wat eet het dier enz. 3 probeer de zinnen en woorden te vertalen naar het Engels 4 zoek plaatjes en foto’s over jouw huisdier(en) 5 maak met verf een groot bord met daarop de naam van je huisdier(en) en plak de foto’s erbij 6 vertel in het Engels aan de andere kinderen in de klas over je huisdier Materiaal - pen en papier - Nederlands-Engels woordenboek - Plaatjes en foto’s over dieren, internet - Verf, kwasten en een groot stuk gekleurd karton Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen
4 kinderen dieren uitbeelden Jullie gaan dieren uibeelden, je mag hierbij ook dierengeluiden maken. De andere kinderen raden welk dier jullie zijn, alleen wanneer zij de Engelse naam noemen krijgen ze een punt. De klas wordt verdeeld in twee teams, het team dat aan het eind de meeste punten heeft gehaald is het winnende team! Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 schrijf zoveel mogelijk Engelse namen van dieren op 2 oefen met het uitbeelden van de dieren 3 maak met verf een mooi bord dat past bij jullie spel 4 verdeel de klas in twee groepen 5 spreek af wie de punten opschrijft 6 start met het uitbeelden van de dieren Materiaal - pen en papier - Nederlands-Engels woordenboek - Verf, kwasten en groot wit karton - Krijt en schoolbord Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
2 kinderen prentenboek Jullie gaan met z’n tweeën een prentenboek voorlezen aan de rest van de klas. Zorg ervoor dat je het verhaal boeiend, spannend of op een leuke manier voorleest aan de kinderen uit je klas. Lees kalm en rustig en laat de afbeeldingen uit het prentboek duidelijk zien. Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 zoek een leuk Engelstalig prentenboek uit, deze liggen in de klas. 2 spreek met elkaar af wie welk deel van het verhaal gaat voorlezen 3 lees elkaar voor en oefen de uitspraak 4 vraag de Engelstalige kinderen om stukken voor te lezen en te helpen bij de uitspraak 5 lees het prentenboek voor aan de kinderen uit je klas materiaal prentenboek
Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
2 kinderen In welke kamer van het huis ben ik? Jullie gaan uitbeelden in welke kamer van het huis jullie zitten. De andere kinderen moeten de juiste kamer zien te raden. Bijvoorbeeld: jullie beelden tv kijken uit, dan is het antwoord livingroom (woonkamer). De klas wordt verdeeld in twee teams, het team dat de meeste kamers heeft geraden is het winnende team. Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 schrijf zoveel mogelijk kamers op die je in huis tegenkomt (bijvoorbeeld zolder, badkamer) 2 schrijf de Engelse namen van deze kamers op 3 Bedenk wat je zoal doet in deze kamers (bijvoorbeeld douchen-badkamer) 4 oefen met het uitbeelden hiervan 5 maak met verf een bord dat past bij jullie spel 6 verdeel de klas in twee groepen 7 start met het uitbeelden 8 laat kinderen uit de verschillende teams om de beurt raden 9 noteer de punten 10 maak het winnende team bekend!
-
Materiaal - wit a4 papier - verf pen - grote vellen wit karton Nederlands-Engels woordenboek
Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
3 kinderen Galgje Hangman is het engelse woord voor galgje. De bedoeling is dat jullie met de klas het spel galgje gaan spelen. Jullie mogen alleen engelse woorden gebruiken die meubelstukken en of onderdelen van een huis aangeven. (bijvoorbeeld chair, window). Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 teken op een groot vel wit papier het alfabet en oefen de uitspraak van de letters. Hang dit blad voor in de klas tijdens het spel. 3 schrijf in het engels zoveel mogelijk namen van dieren op en schrijf het aantal letters van de woorden erbij (bijvoorbeeld chair 5 letters) 4 spreek met elkaar af wie wat doet tijdens de presentatie, wie tekent de galg? wie geeft de kinderen een beurt? wie schrijft de genoemde letters op het bord? 5 maak met stiften op een groot vel papier een mooi bord met daarop de naam van jullie spel. 6 oefen met elkaar de presentatie van het spel. Materiaal Grote vellen wit papier. Stiften Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
2 kinderen Pictionary Jullie tekenen meubelstukken en andere dingen die je tegenkomt in huis op het bord, de andere kinderen uit de klas moeten de engelse namen van deze dingen raden. (bijvoorbeeld chair, sofa, bathroom, window, lamp) Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 schrijf per kind 5 namen op van meubelstukken en of andere dingen die je in huis tegenkomt en oefen met het tekenen van deze dingen. 2 bespreek met elkaar hoe je het spel gaat presenteren aan de klas, wie tekent wanneer? Wie geeft de kinderen een beurt? Wat zijn de spelregels? 3 maak met stiften op een groot vel papier een mooi bord met daarop de naam van jullie spel. 4 oefen samen de presentatie van jullie spel. Materiaal Kladblaadjes Groot vel wit papier Stiften Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
2 kinderen Ontwerp je eigen huis Jullie geven alle kinderen een wit vel papier, Vervolgens omschrijven jullie in het Engels hoe jullie huis er uit ziet. Bijvoorbeeld 2 doors, 8 windows. De andere kinderen gaan dit huis zo precies mogelijk tekenen. Aan het eind kijken jullie welk huis het beste lijkt op dat van jullie. Stappenplan 1 Schrijf in korte zinnen hoe jullie huis er uit komt te zien, bijvoorbeeld 2 deuren, 3 ramen, grote keuken enz. 2 Vertaal deze korte zinnetjes in het engels, bijvoorbeeld two doors, three windows, a big kitchen. 3 teken jullie huis precies volgens de omschrijving 4 deel witte vellen papier uit aan iedereen in de klas 5 verdeel de klas in twee teams 6 lees in het Engels zin voor zin de omschrijving van het huis voor 7 wacht na elke zin even tot dat iedereen het getekend heeft 8 Bekijk en bespreek een aantal tekeningen, lijkt het huis op dat van jullie?
-
Materiaal - Pen, potloden en papier - Nederlands-Engels woordenboek Verf, kwasten en een groot stuk gekleurd karton
Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen
2 kinderen prentenboek Jullie gaan met z’n tweeën een prentenboek voorlezen aan de rest van de klas. Zorg ervoor dat je het verhaal boeiend, spannend of op een leuke manier voorleest aan de kinderen uit je klas. Lees kalm en rustig en laat de afbeeldingen uit het prentboek duidelijk zien. Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 zoek een leuk Engelstalig prentenboek uit, deze liggen in de klas. 2 spreek met elkaar af wie welk deel van het verhaal gaat voorlezen 3 lees elkaar voor en oefen de uitspraak 4 vraag de Engelstalige kinderen om stukken voor te lezen en te helpen bij de uitspraak 5 lees het prentenboek voor aan de kinderen uit je klas materiaal prentenboek
Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
4 kinderen At home bingo De bedoeling is dat jullie bingo gaan spelen met de klas. De klas wordt verdeeld in 5 groepjes. Elk groepje krijgt van jullie een eigen gemaakte bingokaart met daarop dingen die je in huis tegenkomt. Vervolgens trekken jullie kaartjes uit de bingobak (bijvoorbeeld chair). Het groepje dat als eerste de bingokaart vol heeft, is de winnaar. Stappenplan Gebruik het “wie doet wat?” blad om de onderstaande taken te verdelen! 1 schrijf zoveel mogelijk Engelse namen op van dingen die je in huis tegenkomt (bijvoorbeeld chair, bath, bed, lamp, window) 3 maak nu 5 bingokaarten, op elke kaart teken je 5 dingen die je tegenkomt in huis, zorg ervoor dat de kaarten niet precies hetzelfde zijn 4 schrijf nu op aparte velletjes wit papier alle dingen die je getekend hebt op de bingokaarten. 5 stop alle papiertjes in een doos 6 maak met stiften op een groot vel papier een mooi bord met daarop de naam van jullie spel 7 deel de bingo kaarten uit en haal om de beurt een papiertje uit de doos. 8 het groepje dat als eerste de kaart vol heeft wint de bingo! Materiaal Kleurpotloden, stiften, scharen, Wit papier, groot en klein
Tip: vraag de Engelstalige kinderen om jullie te helpen!
Wie doet wat binnen de groep? Taak
Namen
Klaar? en wat gaat hij/zij dan doen?