DkZg^_hhZaLZg`i BZZg_Vg^\:Xdcdb^hX]J^ikdZg^c\hegd\gVbbV'%%-"'%&&
:BI _jc^'%%-
Overijssel Werkt! Meerjarig Economisch Uitvoeringsprogramma 2008 - 2011
EMT
juni 2008
Colofon
Datum
juni 2008 Auteur
Eenheid EMT Oplage
250 Fotografie/Illustraties
Provincie Overijssel Vormgeving
Provincie Overijssel Project/kenmerk
Inlichtingen bij
TMD Dabwe EMTW 038 499 7583 Adresgegevens Provincie Overijssel Luttenbergstraat 2 Postbus 10078 8000 GB Zwolle Telefoon 038 499 88 99 Fax 038 425 48 88 www.overijssel.nl
[email protected]
Inhoudsopgave Overijssel Werkt! De Overijsselse economie
2 4
1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7
Verbeteren vestigingsklimaat bedrijfsleven Doel Wat is tot nu toe bereikt? Deze periode Vitale coalities Samenspel met andere beleidsvelden Beleidsintensiveringen Uitvoeringsparagraaf
9 9 10 10 12 12 12 13
2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7
Economische Innovatie Doel Wat is tot nu toe bereikt? Deze periode Vitale coalities Samenspel met andere beleidsvelden Beleidsintensiveringen Uitvoeringsparagraaf
15 15 15 16 17 18 18 19
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7
Onderwijs & arbeidsmarkt Doel Wat is tot nu toe bereikt? Deze periode Vitale coalities Samenspel met andere beleidsvelden Beleidsintensiveringen Uitvoeringsparagraaf
23 23 23 24 26 26 26 27
4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7
Toerisme & recreatie Doel Wat is tot nu toe bereikt? Deze periode Vitale coalities Samenspel met andere beleidsvelden Beleidsintensiveringen Uitvoeringsparagraaf
31 31 31 32 33 33 34 35
5
Tot slot
37
Bijlage Belangrijke trends en ontwikkelingen Demografische ontwikkelingen Werkgelegenheid en beroepsbevolking Economische structuur en ondernemerschap
i i ii iii
Overijssel Werkt!
Overijssel Werkt! In het coalitieakkoord &Overijssel! stellen we ons als doel: het behouden en waar mogelijk uitbreiden van werkgelegenheid in Overijssel. Overijssel Werkt! laat zien hoe de provincie Overijssel deze doelstelling wil gaan realiseren. Natuurlijk is de staat van onze economie van veel meer factoren dan onze invloed afhankelijk. Overijssel Werkt! concentreert zich echter op de factoren die wèl door de provincie Overijssel te beïnvloeden zijn. De provincie Overijssel wil de Overijsselse economie duurzaam versterken en voert daarom een economisch stimuleringsbeleid. Overijssel Werkt! is het uitvoeringsprogramma van dat stimuleringsbeleid. Het laat een voortzetting van de ingeslagen weg zien, met waar nodig een aanscherping ervan. Een sterke en duurzame economie wordt gekenmerkt door ondernemingen die op een mondiale markt en in een (mondiale) kenniseconomie kunnen concurreren. Voor Overijssel betekent dit een verdergaande transitie van een traditionele industriële naar een economie die gebaseerd is op kennisintensieve bedrijvigheid (kennisintensieve maakindustrie). Het betekent ook inzetten op een beroepsbevolking die voldoende gekwalificeerd is om aan de steeds hogere eisen van de kenniseconomie te voldoen. De verwachte krapte op de arbeidsmarkt, nu al voelbaar in sectoren als techniek en zorg, benadrukt dat iedereen nodig is op de arbeidsmarkt. Dit biedt geweldige kansen voor groepen die minder mogelijkheden hadden op de arbeidsmarkt. In 2007 hebben wij ons economisch beleid van de afgelopen vier jaren geëvalueerd. Hieruit komt onomstotelijk naar voren dat de door ons ingezette lijn werkt. We constateren dat de Overijsselse economie zich beter ontwikkelt dan de landelijke economie. De Overijsselse werkeloosheid daalt en Oost Nederland scoort hoog op de Europese ranglijst van economisch aantrekkelijke regio’s, die is opgesteld door het tijdschrift Foreign Direct Investment. Enkele aansprekende resultaten: !
Eind 2007 waren er zeven masterplannen opgesteld voor de herstructurering van bedrijventerreinen. De provinciale impuls, een bijdrage van ca. 6 miljoen euro in 2007 die bovenop de gemeentelijke subsidies komt, draagt bij aan het opknappen van 928 hectare verouderd bedrijventerrein en het realiseren van circa 100 ha directe ruimtewinst.
!
De Europese Commissie heeft zich tot doel gesteld de Europese economie om te vormen tot de meest concurrerende kenniseconomie (Lissabon doelstellingen). Dit vraagt dat bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheid samenwerken aan een toekomstvaste versterking van de economie. Oost-Nederland levert hieraan een bijdrage door het Kennisbeleid Oost waarin programma’s rondom de drie universiteiten ontwikkeld worden. In Twente zijn dit Kennispark Twente en de Innovatieroute Twente. De Innovatieroute kent een investeringsagenda met ruim 20 projecten, die 10.000 tot 12.000 arbeidsplaatsen gaat opleveren. De provincie stelt hiervoor 50 miljoen euro beschikbaar.
!
Met de KITO-regeling (7 miljoen euro in drie jaar) is de kwaliteit van toeristische verblijfsaccommodaties verbeterd. De regeling heeft een groot multipliereffect gehad en veel investeringen (in totaal 40 miljoen euro) in de private sector uitgelokt. De regeling heeft positieve effecten gehad op de investeringsbeslissingen, bezoekersaantallen, winst en werkgelegenheid in de toeristische sector.
De ingezette duurzame versterking van de Overijsselse economie, die zichtbaar begint te worden in de hierboven genoemde resultaten, vraagt continuering van de inzet die deze beweging in gang heeft gezet. Dergelijke transities, die tot doel hebben markt- en weeffouten in maatschappelijke systemen te bestrijden, omvatten vaak meerdere bestuursperioden en vragen een lange termijn aanpak. Dit omdat bestaande grenzen, instituties en verhoudingen doorbroken moeten worden.
2
Overijssel Werkt!
Wij zetten versterkt in op de vier programmalijnen en doen dit met een engere focus om het ontstane momentum te benutten en onze impact te vergroten. Daarbij maken wij gebruik van belangrijke trends waaronder demografische (veranderende samenstelling beroepsbevolking) en sociaal-economische (krapte in de sectoren techniek en zorg, verhogen arbeidsparticipatie vrouwen, toenemend aantal zelfstandigen). De sterkere focus wordt met name zichtbaar in onze aanpak van de programmalijnen: ! met verbetering vestigingsklimaat bedrijfsleven zetten we versterkt in op herstructurering van verouderde terreinen. Door 20 miljoen euro beschikbaar te stellen, geven wij zelf een forse impuls aan de ambities. Daarnaast richten wij een herstructureringsmaatschappij op die zich, samen met marktpartijen op de zogenoemde “zware opgave” zal richten. ! bij economische innovatie kiezen we voor een programmatische aanpak die inzet op de kansrijke clusters in Overijssel. In Twente is dit uitgewerkt in de Innovatieroute; in de Stedendriehoek en IJssel-Vecht wordt via dezelfde programmatische aanpak gewerkt aan het opstellen van regionale innovatieagenda’s. ! bij onderwijs & arbeidsmarkt kiezen we heel bewust voor drie inhoudelijke lijnen: stimuleren ondernemerschap, investeren in menselijk kapitaal (waaronder groepen aan de onderkant van de arbeidsmarkt) en het verbeteren van de positie van kwetsbare groepen in het onderwijs. Nieuw is dat wij ons gedurende langere tijd aan bovenlokale/regionale initiatieven zullen verbinden, zoals bijvoorbeeld de realisatie van Poortwachterscentra en leven lang leren. ! bij toerisme & recreatie focussen wij ons op de kwalitatieve en duurzame ontwikkeling van de sector. Dit gaat via het versterken van de Overijsselse basiskwaliteiten en het stimuleren van innovatie, o.a. door partijen onderling meer samen te laten werken waardoor nieuwe productmarktcombinaties kunnen ontstaan. De promotie en marketing van onze vijf toeristische merken (beeldverhalen) krijgt extra aandacht. Bij de uitvoering van Overijssel Werkt! zoeken wij naar een optimale samenwerking met onze partners. We sluiten vitale coalities en dagen ze uit zich samen met ons in te zetten voor concrete resultaten. Want samenwerking en partnerschap zijn de kernfilosofie van het coalitieakkoord &Overijssel!: vertrouwen, verbinden en versnellen.
3
Overijssel Werkt!
De Overijsselse economie De wereldeconomie maakt een gunstige periode door, ondanks de haperingen in de Verenigde Staten. De exportgevoelige industrie en zakelijke dienstverlening in Overijssel profiteren hier bovengemiddeld van. Sterker nog: onze economische groei ligt zelfs iets boven het landelijke gemiddelde. Dit heeft gunstige gevolgen voor de groei van de werkgelegenheid en de welvaart. Het wordt ook zichtbaar in de ontwikkeling van het Bruto Regionaal Product en het gemiddelde inkomen van de Overijsselse bevolking. De Overijsselse werkgelegenheid ontwikkelt zich beter dan het landelijke gemiddelde en onze werkloosheid daalt. Over de periode 1996 – 2006 was de ontwikkeling van de werkgelegenheid positiever dan dat van Nederland (in Twente ca. 18%, in Noord- en Zuidwest Overijssel meer dan 20%).
Bron: Rabobank Cijfers & Trends, juni 2007 Ook de jaarlijkse groei van het aantal arbeidsplaatsen lag, met uitzondering van 2001 en 2004, boven die van Nederland. In een ranglijst uit 2006, gebaseerd op economische groei en kracht, scoorden de drie Overijsselse regio’s een plaats in de top 10 van Nederland 1 . De regio Oost Nederland scoort ook goed; het tijdschrift Foreign Direct Investment plaatst deze regio op de 9e plaats in de Top 25 van economisch meest interessante regio’s van Europa (direct na Noord-Brabant) 2 . De samenwerking tussen Gelderland en Overijssel om meer vernieuwende bedrijvigheid naar Oost-Nederland te halen heeft vorig jaar geleid tot 143 miljoen aan investeringen in 54 projecten. Bij de helft daarvan gaat het om nieuwe vestigingen van bedrijven die de komende jaren ca. 1900 arbeidsplaatsen op. Bij 25 van de 54 projecten zijn buitenlandse bedrijven betrokken, waaronder Chinese, Japanse, Engelse, Amerikaanse en Duitse. Driekwart van de projecten vallen in de branches gezondheid, technologie en voeding. Deze focusbenadering lijkt nu al vrucht te dragen. Toch zijn er ook structurele kwetsbaarheden. Want ondanks alle goede cijfers blijft de ontwikkeling van de welvaart in Oost Nederland wat achter bij de rest van het land: het gemiddeld besteedbaar inkomen per huishouden is in Overijssel namelijk iets lager dan het landelijk gemiddelde. Ook ons gemiddelde opleidingsniveau is lager dan de rest van Nederland, waarbij aangetekend moet worden dat er verschillen zijn tussen onze drie regio’s.
1 Zuidwest Overijssel: 5e; Twente: 6e; Noord-Overijssel: 10e (bron: Visie op Provinciale Dynamiek, Rabobank, juni 2007) 2 Tijdschrift Foreign Direct Investment, februari/maart 2008
4
Overijssel Werkt!
Tegelijkertijd biedt ons dit kansen. Kansen om het opleidingsniveau van onze beroepsbevolking te verhogen en om het innovatievermogen van het MKB verder te versterken.
Werkgelegenheid en kennis: sleutels voor welvaartsgroei…
In 2000 hebben de Europese leiders afgesproken om de economische groei en werkgelegenheid te stimuleren en de Europese kenniseconomie de meest concurrerende ter wereld te maken (Lissabonagenda). Kennis, innovatie en ondernemersschap zijn de sleutels tot welvaartsgroei. Zij nemen een centrale plaats in op de Lissabon-agenda. Het kabinet Balkenende IV heeft in haar beleidsprogramma “Samen werken, samen leven”, de Lissabon-agenda vertaald naar de Nederlandse situatie. De provincie Overijssel beoogt met haar economisch beleid de regionale economie te versterken, duurzaam te maken en de werkgelegenheid te bevorderen. De Triangle 3 is onze strategische uitwerking van de Lissabon-agenda. Pieken in de Delta 4 zorgt voor focus op onze economische kracht en biedt ons kansen. Op deze wijze wordt op regionaal niveau aansluiting gezocht bij de Lissabon-agenda. Met Nano4Vitality 5 werken we aan innovatie in de productie van voedings- en gezondheidsmiddelen. Naast de aanwezigheid van kennis, zijn goede vestigingsvoorwaarden en een aantrekkelijke woon- en leefomgeving belangrijke concurrentiefactoren.
Economische ontwikkelingsstrategie
De provincie Overijssel streeft naar een toekomstvaste groei van de welvaart, waarbij groei van de economie een verantwoord beslag op de beschikbare natuurlijke hulpbronnen inhoudt. Behoud en creatie van werkgelegenheid zijn daarbij de sleutelwoorden. Overijssel kent een industriële traditie; op deze traditie bouwen we voort door de kennisintensieve maakindustrie de ruimte te beiden zich te ontwikkelen. Vanzelfsprekend hebben we ook aandacht voor nanotechnologie, de IT, high tech systems en nieuwe materialen. We zetten niet in op de acquisitie van grote internationale ondernemingen, maar juist op het regionale midden- en kleinbedrijf. Voor deze groep bedrijven zijn een goed vestigingsklimaat, gevormd door aantrekkelijke woon- en werklocaties gekoppeld aan goede en snelle verbindingen naar de economische en culturele centra, noodzakelijk.
… langs vier programmalijnen
De groei van de werkgelegenheid is mede afhankelijk van factoren die buiten de directe beïnvloedingssfeer van de provincie liggen. Het betreft hier voornamelijk macro- en mesoeconomische factoren, zoals (de groei van) de wereldeconomie, de prijsontwikkeling van grondstoffen als olie en staal en de bedrijfstakstructuur. Al in 2003 kozen wij ervoor onze inzet te concentreren op factoren die door ons wél te beïnvloeden zijn. Deze lijn zetten wij nu door. Het gaat, op (boven)regionale schaal, dan om vestigingsfactoren als voldoende en passende vestigingslocaties, innovatievermogen van het bedrijfsleven, voldoende gekwalificeerd personeel, een aantrekkelijke woon- en leefomgeving en met name culturele voorzieningen. Deze keuze wordt zichtbaar in de vier programmalijnen van ons economisch beleid: ! verbeteren vestigingsklimaat bedrijfsleven ! economische innovatie ! onderwijs & arbeidsmarkt ! toerisme & recreatie Ondernemerschap is onlosmakelijk verbonden met de vier programmalijnen. Triangle: de Triangle is een gezamenlijke visie van overheid, ondernemers, kennisinstellingen en onderzoeksinstellingen op de innovatiekracht van Oost-Nederland. De Triangle heeft als doelstelling: in 2015 moet Oost-Nederland wereldwijd tot de top 5 behoren van innovatieve topregio's op het gebied van voeding, gezondheid en technologie. Zie ook: provincie.overijssel.nl/innovatie onderdeel “Kennisbeleid Oost”. 4 Pieken in de Delta is de economische agenda van Nederland. Deze agenda draagt bij aan de ambitie om van Nederland een concurrerende en dynamische economie te maken in een sterk en innovatief Europa. Zie ook: provincie.overijssel.nl/innovatie onderdeel “Pieken in de Delta”. 5 Nano4Vitality heeft tot doel de toepassing van nanotechnologie in de productie van voedings- en gezondheidsmiddelen te versnellen. Zie ook provincie.overijssel.nl/innovatie onderdeel “Nano4vitality”. 3
5
Overijssel Werkt!
Het onderstaande figuur geeft de samenhang tussen onze doelen en programmalijnen weer.
Werkgelegenheid
Verbeteren vestigingsklimaat bedrijfsleven
Ondernemerschap
Vitale coalities
Economische innovatie
Onderwijs & arbeidsmarkt
Overheden, bedrijfsleven en koepels, KvK, Oost NV bereikbaarheid
- innovatief vermogen van de maakindustrie en diensten - stimuleren kennisintensief ondernemerschap Ondernemers(koepels), onderzoeksen onderwijsinstellingen, overheden zorg/cultuur
- stimuleren ondernemerschap - voorkomen uitval Kennisinstellingen, overheden, bedrijfsleven, koepelorganisaties, Oost NV, CWI onderwijs
Ondernemers, koepelorganisaties, overheden, GOBT, RBT's, KvK landbouw/natuur
fysiek-ruimtelijke infrastructuur
samenstelling economie, bedrijfstakstructuur
samenstelling beroepsbevolking (kwantitatief en kwalitatief)
culturele en recreatieve voorzieningen
- voldoende en passende locaties voor ondernemers
Toerisme & recreatie
- stimuleren ondernemerschap - stimuleren innovatie
Figuur 1: Samenhang programmalijnen Overijssel Werkt!
Ondernemers in het MKB die kennis omzetten in producten en diensten zijn de motor van de economische ontwikkeling. Zij zijn van cruciaal belang omdat ca. 90% van de Overijsselse bedrijven MKB is. Startende ondernemers kunnen voor dynamiek zorgen. Daarnaast zijn ze belangrijk omdat zij bestaande ondernemers met hun creativiteit prikkelen en aanzetten tot innovatie. De provincie creëert zelf geen werkgelegenheid; hiervoor zijn ondernemers aan zet. Ondernemers hebben ondernemende en gemotiveerde werknemers nodig. We kunnen belemmeringen wegnemen en de goede voorwaarden creëren voor de groei van werkgelegenheid in de provincie. Ook kunnen wij als launching customer optreden. Dit doen wij via (regionale differentiatie in) het economische beleid, in samenspel met andere beleidsterreinen zoals verkeer en vervoer, zorg en cultuur, ruimtelijke ordening, wonen, milieu, natuur en landschap en plattelandsontwikkeling. De programmalijnen worden in vier aparte hoofdstukken uitgewerkt. Hierbij houden wij de volgende lijn aan: ! hoofd- en subdoelstellingen ! bereikte resultaten van het beleid in de jaren 2003 – 2007 ! beleid voor de periode 2008 – 2011 ! vitale coalities: relaties met belangrijke partners ! relatie met andere beleidsvelden ! beleidsintensiveringen (zoals afgesproken in het coalitieakkoord &Overijssel!) ! uitvoeringsparagraaf met acties en indicatoren (op programmalijnniveau)
6
Overijssel Werkt!
Indicatoren
Wij gaan deze periode door met monitoring op basis van een beperkt aantal indicatoren voort. Elke programmalijn kent één of meerdere indicatoren. Ze geven aan hoe succesvol de uitvoering van beleid binnen de programmalijn is. Deze indicatoren zijn zoveel mogelijk van hetzelfde abstractieniveau 6 . Dit draagt bij aan een evenwichtige monitoring van het beleid. De indicatoren zijn daarmee een centraal instrument in de verantwoording aan Provinciale Staten; zij geven het niveau aan waarop de verantwoording zal plaatsvinden. Samenhang programmalijnen: de economische barometer
De indicatoren zeggen iets over het succes van de afzonderlijke programmalijnen. De programmalijnen staan echter niet los van elkaar. Gezamenlijk dragen zij bij aan de versterking van de Overijsselse economie. Daarom zijn wij sterk geïnteresseerd in hoe de Overijsselse economie er voor staat. In een open economie die door (inter)nationale ontwikkelingen beïnvloed wordt, is beleidsflexibiliteit essentieel. De ontwikkelingen kunnen immers aanleiding zijn één of meerdere programmalijnen anders vorm te geven. Naast de indicatoren per programmalijn, presenteren wij daarom de economische barometer van Overijssel. De barometer moet aangeven of wij op het goede spoor zitten in onze poging de Overijsselse economie duurzaam te versterken. De economische barometer van Overijssel bestaat uit de volgende indicatoren: ! de ontwikkeling van de werkgelegenheid (indicator voor de economische ontwikkeling van Overijssel) ! de positie van Oost Nederland op het internationale scorebord (zegt iets over de aantrekkelijkheid van Oost Nederland voor bedrijven) ! aantal startende bedrijven (zegt iets over de mate van vertrouwen in de economie én over de aanwezigheid van voldoende faciliteiten voor startende bedrijven) ! het aantal beschikbare hectare bedrijfslocaties (is indicator voor de fysieke ruimte voor ondernemen) ! het aantal gemeenten dat gebruik maakt van het kwaliteitsscoresysteem voor bedrijventerreinen (is een indicator voor de kwaliteit en passendheid van de bedrijventerreinen) ! het opleidingsniveau van de beroepsbevolking (zegt iets over de participatiemogelijkheden van de beroepsbevolking en de mogelijkheden voor een hoger inkomen) NB: nul- en streefwaarden nog nader te bepalen.
Rol en toegevoegde waarde provincie
De rollen van de provincie zijn divers, en kunnen worden beschreven als: opdrachtgever, uitvoerder, financier, belangenbehartiger, regisseur, bemiddelaar, kadersteller, adviseur en toetser/handhaver. Om onze invloed zo optimaal mogelijk te benutten hanteren we de volgende centrale uitgangspunten bij de uitvoering van het economische beleid: ! we dragen het belang van ondernemerschap en werkgelegenheid breed uit: Overijssel als ondernemende provincie; ! we gaan versnippering tegen en bevorderen bundeling, afstemming en transparantie van activiteiten. We versterken het organiserend vermogen in de regio; ! we vertrouwen op de actiebereidheid en daadkracht van de betrokken partijen. We verbinden verschillende partijen en verschillende overheden met elkaar en vertalen dit naar actie. We fungeren als aanjager om ontwikkelingen te versnellen, maar laten initiatieven zodra het kan over aan andere partijen; ! we gaan vraaggericht te werk door binnen de doelstellingen van het beleid zoveel mogelijk aan te sluiten bij kansen en ideeën die leven in de markt; ! we organiseren doorzettingsmacht op belangrijke doelen.
6 De indicatoren (of een deel ervan) wordt o.a. gebruikt in de jaarrekening en in nieuwsbrieven. Als onverhoopt blijkt dat de indicator onvoldoende informatie oplevert, zullen we alsnog tot wijziging van de betreffende indicator overgaan.
7
Overijssel Werkt!
8
Overijssel Werkt!
1
Verbeteren vestigingsklimaat bedrijfsleven
1.1
Doel
De provincie Overijssel streeft naar een hoge kwaliteit van duurzaam ondernemen en een sterke economie. Vitale bedrijventerreinen zijn daarvoor een voorwaarde. Wij hechten grote waarde aan vitale bedrijventerreinen, die goed passen in het landschap en waarvan de grond optimaal gebruikt wordt. In het coalitieakkoord &Overijssel! zetten wij in op het bieden van ruimte voor lokale bedrijvigheid en de herstructurering van verouderde bedrijventerreinen. Daarom ontwikkelen wij in samenwerking met gemeenten en bedrijfsleven een innovatieve visie op bedrijventerreinenbeleid, waarin het herstructureren van verouderde bedrijventerreinen en de aanleg van kwalitatieve nieuwe terreinen – waar noodzakelijk en mogelijk – een plek krijgen. Deze innovatieve visie wordt uitgewerkt via het project Vitale Bedrijventerreinen, dat eind 2006 van start ging.
9
Overijssel Werkt!
1.2
Wat is tot nu toe bereikt?
De afgelopen bestuursperiode stimuleerden wij ruimte voor ondernemen. Dit deden wij in de breedste zin van het woord door het inzetten van de volgende instrumenten: ! Subsidie voor nieuwe arbeidsplaatsen in specifieke regio's voor nieuwe bedrijven en substantiële uitbreidingen van bedrijven ! Subsidie voor projecten gericht op o.a.: ! herstructurering van bedrijventerreinen ! maatschappelijk verantwoord ondernemen ! verduurzaming van bedrijventerreinen ! parkmanagement ! strategische planvorming regionale bedrijventerreinen In de vorige bestuursperiode constateerden wij dat het tempo van herstructurering van bedrijventerreinen te laag lag. Een goed vestigingsklimaat is belangrijk voor ondernemers; vitale bedrijventerreinen versterken de werkgelegenheid. Daarom hebben wij ingezet op intensivering van de herstructurering. Er is 5,5 miljoen provinciale subsidie beschikbaar gesteld om 928 hectare verouderd terrein op te knappen. Samen zijn deze herstructureringsprojecten goed voor meer dan 100 hectare directe ruimtewinst. In de eerste fase van het project Vitale Bedrijventerreinen zijn vijf voorbeeldprojecten op zeven bedrijventerreinen onder handen genomen: ! Enschede (Haven)/Kampen (Haatland) voor het aspect gemeentelijke herstructureringsmaatschappij ! Almelo (Dollegoor) voor het aspect procesmanagement ! Hardenberg (Bruchterweg)/Zwolle (Voorst) voor het aspect geluidszonering ! Ommen (De Strangen) voor het aspect duurzaamheid en kwaliteit ! Zwartewaterland (Hasselt) voor het aspect bedrijfsverplaatsing en procesmanagement Vier projecten kwamen, mede dankzij de provinciale impuls, bovendien in aanmerking voor een bijdrage uit de TOPPER-regeling van het ministerie van Economische Zaken. In totaal was er vanuit het ministerie 29 miljoen euro beschikbaar; Overijssel heeft hiervan circa 10 miljoen euro ontvangen. Het ministerie heeft zijn waardering uitgesproken voor de Overijsselse aanpak die een grote impuls heeft gegeven aan de aanpak van complexe herstructureringsopgaven. Drie van de zeven projecten zijn met een jaar verlengd om de voortgang die is geboekt een vervolg te kunnen geven. De andere twee aanjaagprojecten zijn succesvol afgerond.
1.3
Deze periode
Herstructurering van bedrijventerreinen is een complex proces waarin verschillende provinciale beleidsdoelen verenigd worden, waaronder duurzaamheid, zorgvuldig ruimtegebruik, ruimtelijke kwaliteit en werkgelegenheid (behoud c.q. uitbreiding). De aanpak die in 2007 is gekozen begint de eerste vruchten af te werpen en wordt daarom in 2008 gecontinueerd. Het project Vitale Bedrijventerreinen bestaat uit de volgende onderdelen: ! herstructureren bedrijventerreinen ! meerjarenprogramma Vitale bedrijvigheid ! herstructureringsmaatschappij Overijssel en aangepaste subsidieregeling ! toepassen kwaliteitsscoresysteem
10
Overijssel Werkt!
Herstructureren bedrijventerreinen
2008 staat in het teken van het versnellen van herstructureringsprojecten. Recente inzichten geven aan dat de totale herstructureringsopgave in Overijssel 1.200 – 1.300 ha netto bedraagt 7 . Hiervan is circa 150 hectare een zogenaamde “zware opgave”. De kosten hiervan worden geschat op € 300 - € 400 miljoen. Dit bedrag moet worden geïnvesteerd door gemeenten, bedrijven, private partijen en provincie, over een periode van ongeveer 10 jaar. In 2008 is 5,5 miljoen euro beschikbaar voor herstructureringsopgaven. Om grotere projecten vlot te trekken is het maximumbedrag voor de periode 2007-2008 van de huidige subsidieregeling per project verhoogd naar € 1 miljoen. Herstructurering en aanleg van nieuwe terreinen moeten in één bedrijventerreinvisie per gemeente worden meegenomen indien er financiële middelen van de provincie worden gevraagd en/of er sprake is van de wens tot aanleg van nieuwe terreinen. Deze visie kan onderdeel zijn van de gemeentelijke structuurvisie of in andere documenten tot uitdrukking komen.
Meerjarenprogramma Vitale Bedrijvigheid
2008 staat daarnaast in het teken van het opstellen van een Meerjarenprogramma Vitale Bedrijvigheid 2009 - 2015. Het Meerjarenprogramma is het kader waarbinnen alle herstructureringsactiviteiten van de provincie gaan plaatsvinden. Een aantal ontwikkelingen dat gevolgen heeft voor de vraag naar bedrijventerreinen op de langere termijn en de gewenste kwaliteit wordt in 2008 nog nader kwantitatief onderbouwd. Het programma levert ook input voor de Omgevingsvisie Overijssel.
Herstructureringsmaatschappij Overijssel en aangepaste subsidieregeling
Wij werken een voorstel uit voor de oprichting van de Herstructureringsmaatschappij Overijssel (HMO). De herstructureringsmaatschappij zal een herstructureringsfonds gaan beheren (startkapitaal voorzien van 7,5 miljoen euro) en kennis en capaciteit aan gemeenten leveren. Doel van de HMO is dat herstructureringsprojecten gestart worden die door private partijen zelfstandig niet ondernomen worden, dus waar sprake is van “marktfalen”. De HMO richt zich op bedrijventerreinen waar de economische functie (grotendeels) behouden blijft, dus voornamelijk revitaliseringen en herprofileringen. Het streven van de HMO is om te zorgen dat betrokken partijen in beweging komen waardoor op het bedrijventerrein een vliegwieleffect gaat optreden. De HMO wordt een professionele, op output gericht organisatie, die zich op het snijvlak van publiek en privaat handelen bevindt. Zij investeert in de private ruimte en zoekt altijd samenwerkingspartners bij projecten. De HMO is er daarnaast op gericht het grootste deel van de benodigde middelen uit de markt te halen. Hierdoor is de HMO in staat afspraken te maken met de markt over het gedeeltelijk terug laten vloeien van potentiële opbrengsten. Met deze opbrengsten kan de HMO dan weer nieuwe participaties aangaan. De huidige subsidieregeling wordt in een paralleltraject aangepast en meer toegesneden op overzichtelijke herstructureringsopgaven in de publieke ruimte. Cofinanciering blijft het uitgangspunt zodat elke euro provinciale subsidie (tenminste) verdubbeld wordt. Bij de toekenning van subsidie worden prestatieafspraken gemaakt en wordt kwaliteit een belangrijk onderdeel.
Toepassen kwaliteitsscoresysteem
Eind 2007 is een start gemaakt met een pilot voor de verbetering van de kwaliteit van bedrijventerreinen door het toepassen van een kwaliteitsscoresysteem voor bedrijventerreinen. Met dit systeem wordt de kwaliteit van bedrijventerreinen op objectieve wijze gemeten, en kunnen concrete voorstellen voor verbetering worden gedaan. Deze pilot is in vier gemeenten uitgevoerd en werd begeleid door een klankbordgroep met daarin vertegenwoordigers namens VNO-NCW, MBK, FNV, Natuur en Milieu Overijssel en de vier betrokken gemeenten. Het is de bedoeling in 2008 over te gaan tot de definitieve invoering van dit systeem in Overijssel. Het systeem is in het kader van Mooi Nederland door de minister van VROM als landelijke pilot aangemerkt.
7
Hiervan is circa 150 hectare een zogenaamde “zware opgave”.
11
Overijssel Werkt!
Evenwicht herstructurering en nieuwe bedrijventerreinen
In de eerste fase van het project is de problematiek rondom het gewenste evenwicht tussen herstructurering van verouderde bedrijventerreinen en de aanleg van nieuwe terreinen in de provincie Overijssel cijfermatig in kaart gebracht. Voor het Meerjarenprogramma Vitale Bedrijvigheid zullen een aantal die gevolgen hebben voor de vraag naar bedrijventerreinen op de langere termijn en de gewenste kwaliteit nog nader kwantitatief onderbouwd worden.
1.4
Vitale coalities
In het kader van de mogelijk op te richten Herstructureringsmaatschappij Overijssel (HMO) zal Oost NV gevraagd worden een voorstel te doen hoe deze organisatie aangehaakt kan worden aan Oost NV. Op deze wijze moeten er synergievoordelen behaald worden. De HMO zal niet direct onder Oost NV gebracht worden (als extra taak), maar altijd een zelfstandige entiteit blijven, waarbij de provincie voorlopig de enige aandeelhouder is. Binnen het project Vitale Bedrijventerreinen wordt samengewerkt met de Overijsselse regio’s en gemeenten. Met de gemeenten die participeerden in de aanjaagprojecten en de pilot met het Kwaliteitsscoresysteem is intensief bestuurlijk contact geweest. Met de gemeentelijke portefeuillehouders zijn alle onderdelen inhoudelijk besproken. Tevens is met alle gemeenten uitvoerig bilateraal contact geweest ten behoeve van het vaststellen van de kwantitatieve uitgangspunten waar het gaat om de herstructureringsopgave en de planning van nieuwe bedrijventerreinen. Daarnaast zijn organisaties als de Kamer van Koophandel Oost Nederland, SER Overijssel, NMO, VNO-NCW en diverse lokale ondernemersverenigingen nauw betrokken bij diverse projectonderdelen.
1.5 !
! ! ! !
Samenspel met andere beleidsvelden
Mobiliteit en Bereikbaarheid. Het is belangrijk dat er wordt gewerkt aan een goede bereikbaarheid van economische kernen, bedrijven en bedrijventerreinen, via openbaar vervoer en fiets en zeker ook via glasvezel en breedband. Landbouw en natuur. Door herstructurering van bedrijventerreinen wordt onnodig ruimtebeslag op natuur en landschap voor de aanleg van nieuwe bedrijventerreinen voorkomen. Onderwijs & arbeidsmarkt. Een goed vestigingsklimaat is belangrijk om bedrijven aan te trekken. Dit wordt mede bepaald door de aanwezigheid van voldoende gekwalificeerd personeel. Cultuur. Juist het culturele voorzieningenniveau draagt bij aan een aantrekkelijk vestigingsklimaat. Administratieve lasten. Het is voor ondernemers belangrijk dat (milieu)regelgeving zo weinig mogelijk belemmering vormt voor het ondernemen. Door toepassing van bijvoorbeeld de verruimde reikwijdte van de Wet Milieubeheer kan duurzaam ondernemen ook via het wettelijke spoor worden gestimuleerd.
1.6
Beleidsintensiveringen
De provincie trekt tot 2011 € 20 miljoen uit voor herstructurering. Hiervan zal in 2008 € 6,5 miljoen geïnvesteerd worden; waarvan € 6,0 miljoen in concrete uitvoeringsprojecten. Het zwaartepunt ligt in 2008 en 2009 om de ingezette beleidsintensivering krachtig te kunnen doorzetten. Projectonderdelen als het kwaliteitsscoresysteem en de herstructureringsmaatschappij zullen verder leiden tot extra investeringen vanaf 2009.
12
Overijssel Werkt!
1.7
Uitvoeringsparagraaf
Actielijn
Partners
Indicator
Actie
Resultaten
Stimuleren van herstructurering en verduurzaming bedrijventerreinen
!
Ondernemers(verenigingen)
!
Vier aanjaagprojecten zijn uitgevoerd
!
Gemeenten
Stimuleren herstructurering bedrijventerreinen en uitvoeren aanjaagprojecten
!
Kamer van Koophandel
Opstellen Uitvoeringsprogramma MJP Vitale bedrijvigheid
!
SER Overijssel
!
NMO
Voor 29 bedrijventerreinen waar nog geen plannen voor bestaan zijn afspraken gemaakt voor de herstructurering ervan
!
Oost NV
!
Provincie Gelderland
!
Ministerie van Economische Zaken
!
Ministerie van VROM
!
IPO
!
MKB/VNO-NCW
en
Bevorderen regionaal afgestemd aanbod van bedrijventerreinen
13
Overijssel Werkt!
Aantal geherstructureerde terreinen (in HA)
Oprichten Herstructureringsmaatschappij Overijssel op basis van het ondernemingsplan
De opgerichte Herstructureringsmaatschappij beheert een herstructureringsfonds en fungeert als kenniscentrum voor gemeenten
Invoeren kwaliteitsscoresysteem
Een succesvolle pilot en een werkbaar systeem
Aanpassen subsidieregeling
Uitvoerbare subsidieregeling die meer toegesneden is op overzichtelijke herstructureringsopgaven in de publieke ruimte
Middelen
€ 20 miljoen
14
Overijssel Werkt!
2
Economische Innovatie
2.1
Doel
Wij willen de Overijsselse economie duurzaam versterken. Voor een stabiele of groeiende welvaart is het nodig dat er voldoende banen zijn van goed niveau. Het gaat dan niet alleen om banen voor de hoger opgeleiden, maar juist ook om banen op MBO-niveau. Deze banen ontstaan bij de kennisintensieve maakindustrie die moet concurreren op een mondiale markt. Om daartoe in staat te zijn, moeten bedrijven vernieuwen, innoveren. Dit kunnen zij niet alleen, binnen de bedrijven ontbreekt veelal de specifieke kennis. Het is veelal niet mogelijk deze specifieke kennis zelf te ontwikkelen. Marktbenadering, samenwerking en organisatie vormen daarmee een permanente uitdaging voor bedrijven, waar het antwoord niet altijd zelfstandig kan worden gegeven. Overheden, onderzoeks- en onderwijsinstellingen en vooral ook het regionale bedrijfsleven moeten daarom de handen in één slaan. Wij zetten in op versterking van de economie door innovatief vermogen, creatief ondernemerschap en kennisintensieve maakindustrie samen te brengen. Dit doen we op Oost-Nederlandse schaal, samen met Gelderland, met als belangrijke pijlers Food Valley, Health Valley en het Innovatieplatform Twente. Daarmee dragen we bij aan het realiseren van de Lissabon-doelstellingen en sluiten we aan bij het Rijksbeleid (Pieken in de Delta). Met deze innovaties leveren we ook een bijdrage aan belangrijke maatschappelijke thema’s zoals het terugdringen van obesitas (bijvoorbeeld door de ontwikkeling van slagroom zonder vet m.b.v. nanotechnologie) en het verbeteren van de kwaliteit van de zorg (bijvoorbeeld door domotica).
2.2
Wat is tot nu toe bereikt?
De provincie heeft in de vorige collegeperiode (2003-2007) via de 4 O’s 8 een start gemaakt met het stimuleren van de gewenste samenwerking. Dit heeft onder meer geresulteerd in de oprichting van het Innovatieplatform Twente en het opstellen van de Innovatieroute Twente. In de Innovatieroute is vastgelegd op welke wijze de komende jaren gewerkt zal worden aan de ontwikkeling van de kennisintensieve bedrijvigheid. Bij het uitvoeren van de route werkt de provincie Overijssel nauw samen met het regionale bedrijfsleven, de regionale kennis- en onderwijsinstellingen en de regionale overheden. De afgelopen jaren heeft de provincie ruim 6 miljoen euro bijgedragen aan majeure projecten uit de clusters bouw, high tech materialen, voeding, gezondheid en veiligheid van de Innovatieroute. Met de provinciale bijdrage is een snelle start van de projecten mogelijk gemaakt. De Innovatieroute Twente vormt, in samenhang met Food Valley en Health Valley de basis voor het programma Pieken in de Delta Oost-Nederland (PIDON) en het Operationeel Programma OostNederland (EFRO). Bij het uitvoeren van de innovatieagenda’s wordt dan ook volop gebruik gemaakt van de Europese fondsen (EFRO en INTERREG), het programma Pieken in de Delta Oost-Nederland en de landelijke innovatieprogramma’s.
8
Ondernemers, onderzoeks- en onderwijsinstellingen, overheden
15
Overijssel Werkt!
Daarnaast voeren wij, samen met het ministerie van Economische Zaken en de provincie Gelderland, het programma Nano4Vitality 9 uit. In de regio’s Stedendriehoek en IJssel-Vecht is een start gemaakt met het opstellen van regionale economische agenda’s. Creativiteit en het vermogen om op een andere manier met producten en diensten om te gaan, is van belang voor economische innovatie, niet alleen binnen de zakelijke dienstverlening, maar vooral ook voor maatschappelijke dienstverlening en de maakindustrie. Kunst en cultuur vormen een steeds belangrijkere vestigingsfactor. Daar waar de creatieve industrie 10 en de culturele sector actief zijn, vindt economische groei plaats. Het bevorderen van uitwisseling en het leggen van verbindingen tussen de creatieve en maakindustrie en maatschappelijke dienstverlening is onderdeel van de regionale innovatieagenda’s. De kennis van de Universiteit Twente is de basis voor het ontwikkelen van nieuwe bedrijvigheid. In de afgelopen 20 jaar zijn meer dan 600 bedrijven gestart vanuit de UT. Deze starters vormen de basis voor de nieuwe economische structuur van Oost Nederland die op termijn uit kunnen groeien tot belangrijke economische spelers met een regionaal netwerk van toeleveranciers. Wij zijn partner van het Kennispark Twente dat startende ondernemingen begeleidt. Hierin is Kennispark succesvol; de high tech starters van de UT zijn goed vertegenwoordigd in de Deloitte Fast-50. Wij zijn ook partner in Kennispoort Zwolle. Kennispoort Zwolle organiseert kenniskringen voor het MKB in de regio IJssel-Vecht. De onderwerpen voor deze kenniskringen komen van ondernemers zelf. Centraal staan het uitwisselen van (ervarings)kennis en het genereren van ideeën. De onderwerpen gaan over de harde én zachte kant van het ondernemerschap. Een goede breedbandinfrastructuur is een belangrijke vestigingsfactor voor bedrijven. De afgelopen jaren zijn in het Actieprogramma Breedband circa 20 toepassingsprojecten met een totale omvang van 5 miljoen euro gestart in het onderwijsveld, bedrijventerreinen, openbare veiligheid, gemeentelijke dienstverlening en gezondheidszorg. De bijdrage van de provincie is bij deze projecten gericht op versterking van het (semi)publieke opdrachtgeverschap. In januari 2004 ging de Innovatie Stimuleringsregeling Overijssel van start. Deze regeling was zo succesvol dat er in april 2006 een vervolg kwam: de “Innovatie In Bedrijf” regeling. Ook deze regeling was succesvol. De totale impuls voor innovatie was in totaal ruim twaalf miljoen euro waarvan negen miljoen uit de provinciale middelen. De overige middelen bestonden uit Rijks- en Europese financiering. Met beide regelingen zijn in totaal ruim 1000 directe arbeidsplaatsen gecreëerd. Het aantal indirecte arbeidsplaatsen bedraagt naar schatting ongeveer 2500.
2.3
Deze periode
In deze periode wordt de inzet van de vorige collegeperiode voortgezet in het programma Economische innovatie. Onze inzet is te verdelen in een tweetal actielijnen: ! stimuleren innovatieve processen ! versterken regionale innovatie-infrastructuur
Nano4Vitality heeft tot doel de toepassing van nanotechnologie in de productie van voedings- en gezondheidsmiddelen te versnellen. Zie ook provincie.overijssel.nl/innovatie onderdeel “Nano4vitality”. 10 De creatieve sector omvat ondernemingen actief in architectuur, reclameontwerp en dienstverlening, technisch ontwerpdiensten en advisering, stedenbouw en dienstverlening voor kunstbeoefening. Ook omroeporganisaties, uitgeverijen van dagbladen, filmvertoners (bioscopen en filmhuizen), musea, ondersteunende activiteiten voor radio en tv, producenten voor podiumkunst, interieur- en modeontwerp en productie van radio- en tv-programma’s maken deel uit van de creatieve industrie. 9
16
Overijssel Werkt!
Stimuleren innovatieve processen
Door het stimuleren van samenwerking tussen de 4O’s (Ondernemers, Onderzoek- en Onderwijsinstellingen en de Overheid) wordt de innovatiekracht van het Overijsselse bedrijfsleven vergroot. Dit moet zich op de lange termijn vertalen in het behoud van werkgelegenheid en het creëren van nieuwe, betere banen. In het bijzonder richten wij ons op: ! het financieren en begeleiden van projecten uit de Innovatieroute Twente ! het financieren en begeleiden van projecten van Kennispark ! uitvoeren van het programma Nano4Vitality ! uitvoeren van het programma Breedband/diensteconomie. Overijssel kent een goede breedbandinfrastructuur. De ontwikkeling van dienstverlening blijft echter nog achter. De komende jaren richten wij ons op het verbeteren van de dienstenontwikkeling. ! financieren en begeleiden van projecten uit de Innovatieprogramma’s IJssel-Vecht en Stedendriehoek. Versterken regionale innovatie-infrastructuur
Binnen het programma is inzetten op individuele projecten onvoldoende. Voor een duurzame inbedding is het noodzakelijk dat de regio over de juiste innovatie-infrastructuur beschikt. Onder de innovatie-infrastructuur wordt het complex van instellingen en spelers verstaan die een rol spelen in de vernieuwing van de economie. Het gaat om onderwijsinstellingen als leveranciers van talent, om onderzoeksinstellingen als leveranciers van kennis, om bedrijven als vragers en leveranciers van talent en kennis, en om intermediaire organisaties die bemiddelen tussen vraag en aanbod. Daarnaast bestaat de innovatie-infrastructuur uit randvoorwaarden zoals het financieringssysteem voor ondernemerschap, de inrichting van de arbeidsmarkt en regelingen voor intellectueel eigendom. Wij richten ons o.a. op: ! realiseren van de Innovatieprogramma’s IJssel-Vecht en Stedendriehoek ! financieren en begeleiden Kennispoort Zwolle ! gebiedsontwikkeling Kennispark Twente ! financieren en begeleiden van de ontwikkeling van clusters uit de regionale innovatieagenda’s ! ondersteunen van projecten die innovatieve ondernemers als innovatieambassadeurs inzetten ! stimuleren van de ontwikkeling van een volwaardig instrumentarium voor de financiering en ondersteuning van startende high tech ondernemers ! acquisitie van nieuwe bedrijvigheid ! zelf en anderen laten deelnemen aan internationale samenwerking. Wij zoeken samenwerking met Nordrhein Westfalen en andere Europese regio’s en organiseren handelsmissies naar China.
2.4
Vitale coalities
De toenemende (buitenlandse) concurrentie zet bedrijven voor opgaven die de capaciteiten van individuele bedrijven te boven gaan. Economische innovatie ontstaat waar coalities van de vier O’s gevormd worden. Deze coalities worden op regionaal niveau gesmeed. In Twente is de samenwerking geformaliseerd in de Innovatieroute Twente. In de Stedendriehoek en in IJssel-Vecht is de basis voor de coalitie gelegd, maar wordt nog gezocht naar een vorm waarin de samenwerking kan worden geformaliseerd. Ook op het niveau van gebiedsontwikkeling is er sprake van solide coalities; in Kennispark Twente werkt de provincie nauw samen met de UT en de gemeente Enschede. Op het breedbanddossier wordt zeer nauw samengewerkt met de vijf grote gemeenten. In de steden is nu een basisinfrastructuur gerealiseerd voor breedband. In Kennispoort Zwolle werken gemeente Zwolle, Hogeschool Windesheim, de Kamer van Koophandel en de provincie samen. Resultaat is dat bedrijven en Windesheim elkaar steeds vaker en beter weten te vinden en gezamenlijk aan product- en marktvernieuwing werken. In de Stedendriehoek ontwikkelen we samen met de regio en de provincie Gelderland een innovatieagenda. Het belangrijkste thema daarbij is het stimuleren van clustervorming.
17
Overijssel Werkt!
Oost NV is op dit dossier een belangrijk instrument. Tot 2011 zijn afspraken gemaakt over de inzet op de beleidsspeerpunten van de betrokken overheden; de werkgebieden Food, Health en Technology. Oost NV ondersteunt de betrokken bedrijven bij de professionalisering van de clusters en ondersteunt de clusters bij de ontwikkeling van projecten. De acquisitie is vooral gericht op bedrijven uit de speerpuntsectoren. De participatiemaatschappij PPM Oost investeert voornamelijk in de speerpuntsectoren. Bedrijven die zich willen verzelfstandigen, opvolgingsvraagstukken hebben, die willen expanderen of innoveren, kunnen een beroep doen op de participatiemaatschappij Wadinko waar de provincie deels eigenaar van is.
2.5 ! ! ! ! ! ! ! !
Samenspel met andere beleidsvelden
Onderwijs & Arbeidsmarkt. Een veranderende economie vraagt om andere vaardigheden op de arbeidsmarkt. Bedrijfsleven, onderwijsinstellingen en ook de overheid moeten hier op inspelen. Cultuur. De creatieve sector is een van de belangrijke aanjagers van innovatieve projecten waarbij onze inzet is om verbindingen met het bedrijfsleven te maken in de diensteneconomie. Zorg. Zorg&Technologie is één van de clusters van de regionale innovatieprogramma’s en zorgt voor dienstenontwikkeling. Bouwen en Wonen. Het cluster Bouw is een belangrijke economische sector in Overijssel. Energie. Het energiepact biedt impulsen voor (clusters van) ondernemingen en kennisinstellingen om bedrijvigheid op dit thema te ontwikkelen. Landbouw. Binnen het programma Landbouw&Innovatie worden projecten ondersteund die de agrarische sector in staat stellen op lange termijn concurrerend te blijven produceren. Veiligheid. Veiligheid&Technologie is een van de clusters van het Innovatieplatform Twente. Europese programma’s. Innovatie is een prominent onderwerp in de Europese structuurfondsen. Een belangrijk deel van de beschikbare middelen is voor dit thema gereserveerd.
2.6
Beleidsintensiveringen
Ten opzichte van de vorige collegeperiode wordt intensiever ingezet op het stimuleren van innovatieve processen. De activiteiten zijn gebundeld in een programma: Economische Innovatie. In dit programma worden de activiteiten rondom innovatie in de kennisintensieve maakindustrie (o.a. Innovatieroute Twente waaronder nanotechnologie: 30 miljoen euro), Kennispark Twente (5 miljoen euro) en het Actieprogramma Breedband (6 miljoen euro) gebundeld. Deze thema’s worden gefinancierd met middelen uit de Dynamische Investeringsagenda. Met het programma wordt een extra impuls gegeven aan de provinciale inzet op deze thema’s, met als doel sneller tot de beoogde resultaten te komen.
18
Overijssel Werkt!
2.7
Uitvoeringsparagraaf
Actielijn
Partners
Indicator
Actie
Resultaten
Middelen 11
Stimuleren van innovatieve processen
!
Regionaal bedrijfsleven
!
Innovation Award Overijssel
10e uitreiking in 2008.
€ 0,1 miljoen
!
Regionale kennisinstellingen
Financieren en begeleiden van projecten uit Innovatieroute Twente
Projecten gesubsidieerd in de met de 4O’s benoemde clusters
€ 30 miljoen (DIA)
!
Gemeenten
Financieren en begeleiden van projecten Kennispark Twente
Versnellen kennisvalorisatie vanuit de Universiteit Twente
€ 5 miljoen (DIA)
Uitvoeren programma Nano4Vitality
Projecten gesubsidieerd waardoor de implementatie van nanotechnologie in voeding en gezondheid wordt versneld
€ 6 miljoen (inclusief bijdragen MinEz en provincie Gelderland)
Uitvoeren programma Breedband/ diensteneconomie
Projecten gesubsidieerd die de ontwikkeling van maatschappelijke dienstverlening versnellen
€ 6 miljoen (DIA)
Financieren en begeleiden van projecten uit Innovatieprogramma’s IJssel-Vecht en Stedendriehoek
Projecten gesubsidieerd in de met de 4O’s benoemde clusters
€ 0,8 miljoen
!
!
Regio Twente
!
Regio Stedendriehoek
!
Innovatieplatform Twente
!
Oost NV
!
Provincie Gelderland
!
Ministerie van Economische Zaken
!
IPO
Uitgaven door bedrijven aan R&D (gerelateerd aan het Bruto Regionaal Product) Aantal bedrijven en arbeidsplaatsen in de kennisintensieve maakindustrie (gerelateerd aan de gehele economie)
De middelen worden toegewezen aan de hoofdpost. Bijvoorbeeld de middelen uit de Dynamische Investeringsagenda (DIA) t.b.v. de kennisintensieve maakindustrie en innovatie. Een belangrijk deel van de middelen zal worden besteed aan de projecten uit de Twentse Innovatieroute. Vandaar dat de middelen daar worden genoemd. Een deel van de middelen zal echter ook worden besteed aan projecten uit Deventer en Zwolle, of aan de ondersteuning van de clusters. Er is vooraf echter geen goede verdeling te maken.
11
19
Overijssel Werkt!
Actielijn
Partners
Indicator
Actie
Resultaten
Middelen 11
Versterken van de regionale innovatieinfrastructuur
!
Ministerie van Economische Zaken
!
Aantal spin-off bedrijven van de universiteit
De regio’s adviseren bij het opstellen van regionale innovatieagenda’s
In de regio’s IJssel-Vecht en Stedendriehoek zijn regionale innovatieagenda’s beschikbaar. Bedrijven uit de regio’s worden in staat gesteld aan te sluiten bij de Valley’s.
€ 0,8 miljoen
!
Regionale kennisinstellingen
!
Financieren en Kennispoort Zwolle
van
Verbetering van de netwerkvorming in de regio IJssel-Vecht
!
Euregio
Aantal starters in de kennisintensieve maakindustrie (gerelateerd aan het totaal aantal starters)
Communicatie en lobby op OostNederlandse schaal (Kennisbeleid Oost)
!
Grensprovincies
De drie Valley’s in Oost-Nederland worden (inter)nationaal erkend als innovatieve hotspots. Er komen nieuwe middelen vrij voor het innovatiebeleid in Oost-Nederland
!
Wirtschaftsministerium NRW
Gebiedsontwikkeling Twente
Kennispark
Er komt bedrijfsruimte waarin spin-off bedrijvigheid van de UT zich kan vestigen. Op het Kennispark ontstaat een klimaat waarin ondernemerschap en innovatie beter gedijen.
!
Regionaal bedrijfsleven
Financieren en begeleiden van ontwikkeling clusters uit de regionale innovatieagenda’s
De in de agenda’s benoemde clusters hebben een professionele structuur
Ondersteunen van projecten die innovatieve ondernemers als ambassadeurs voor innovatie inzetten.
Ondernemers hebben collegaondernemers als aanspreekpunt voor het oplossen van de eerste problemen bij het aanpakken van innovatievraagstukken
Stimuleren van de ontwikkeling van een volwaardig instrumentarium voor de financiering en ondersteuning van startende high tech ondernemers
Er is passend risicokapitaal beschikbaar en er zijn ondersteuningsstructuren voor startende high tech ondernemers
Zelf en anderen deel laten nemen aan internationale samenwerking
Internationale kennis opgehaald en ingezet voor Overijssel
Acquisitie nieuwe bedrijvigheid
Meer bedrijfsvestigingen speerpuntsectoren Food, Technology
!
20
Regio’s en gemeenten
!
Oost NV/PPM Oost
!
Provincie Gelderland
Overijssel Werkt!
begeleiden
binnen Health
de en
€ 0,2 miljoen
Via de prestatiesubsidie Oost NV
21
Overijssel Werkt!
22
Overijssel Werkt!
3
Onderwijs & arbeidsmarkt
3.1
Doel Wij willen de Overijssels economie duurzaam versterken. Een sterke regionale economie vraagt voldoende en goed gekwalificeerde medewerkers, zowel op hbo- en wo-niveau als op mbo-niveau. Een goed functionerende (regionale) arbeidsmarkt is daarom van groot belang voor het realiseren van onze economische doelstellingen, zeker in een tijd waarin de arbeidsmarkt steeds meer tekenen van krapte vertoont. Iedereen is nodig, maar de eisen die we aan onze werknemers stellen, worden steeds hoger. Het is daarom belangrijk dat de leveranciers van kennis, de onderwijsinstituten, en het bedrijfsleven elkaar goed weten te vinden. De afstemming binnen de beroepskolom vmbo-mbohbo-wo moet goed zijn en ook de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt. Een grote opgave waar primair het onderwijs en het bedrijfsleven voor aan de lat staan. Het doel van ons onderwijs en arbeidsmarktbeleid is het verhogen van de arbeidsparticipatie in Overijssel met een gekwalificeerd aanbod voor alle niveaus van de arbeidsmarkt. Dit doel willen wij bereiken door: ! het verkleinen van de afstand tot de arbeidsmarkt voor kwetsbare groepen (met name zij die zich aan de onderkant van de arbeidsmarkt bevinden) ! het langer inzetbaar houden van werknemers op de arbeidsmarkt ! het versterken van ondernemerschap ! het verbeteren van het arbeidsmarktperspectief van (risico)jongeren ! het vergroten van de transparantie van de arbeidsmarkt
3.2
Wat is tot nu toe bereikt? De provincie kent geen formele positie op dit terrein of in wet- en regelgeving. Dit geeft ons de ruimte om verschillende rollen te kunnen spelen (verbinden, versnellen). De afgelopen jaren hebben wij, vanuit deze “vrije” rol, ingezet op het vergroten van het organiserend vermogen van de betrokken partijen in de regio’s (via de RPA’s). De regio’s zijn sterk ontwikkeld en partijen weten elkaar te vinden. Daarnaast hebben wij diverse initiatieven gesteund die, elk op hun eigen manier, bijgedragen hebben aan het verbeteren van de aansluiting tussen onderwijs & arbeidsmarkt en het beter functioneren van de arbeidsmarkt. In de strijd tegen jeugdwerkloosheid zijn in 2005 en 2006 2.670 leerbanen gecreëerd in samenwerking met het bedrijfsleven en opleidingen. Dat is ruim 1.000 boven de target in het MEUP 2003 – 2007. Het mentoringsproject om voortijdig schoolverlaten te voorkomen heeft er in 2006 toe geleid dat 120 risicoleerlingen aan mentoren van buiten het onderwijs gekoppeld zijn. Deze risicoleerlingen zijn daarmee behouden voor het onderwijs.
23
Overijssel Werkt!
Met cofinanciering van de provincie worden in Twente en Salland 45 banen voor allochtone vrouwen in de zorg gerealiseerd. In 2007 werd een ander project gefinancierd waardoor het totale aantal nieuwe banen voor allochtone vrouwen in de zorg op 75 banen uitkomt. Er zijn middelen beschikbaar gesteld om startende ondernemers in drie regio’s te ondersteunen. Hiermee zijn honderden ondernemers in drie regio’s ondersteund. Belangrijke projecten die gerealiseerd zijn, zijn het Europese ESF-project, Ratio in Progress, waarin samen met regionale partners in de drie arbeidsmarktregio's is gewerkt aan drie inhoudelijk relevante en blijvend actuele arbeidsmarktthema's. Hier is een vervolg op gekomen, in de vorm van projecten gericht op horizontaal loopbaanbeleid en het bevorderen van intersectorale mobiliteit.
3.3
Deze periode De afgelopen jaren zijn belangrijke stappen gezet waar wij de komende jaren verder op voortbouwen. Wat eerder (aan projecten) gezaaid is, moet nu tot volle wasdom gaan komen. De soepele werking van “vraag” en “aanbod” op de arbeidsmarkt blijft voor ons een belangrijk aandachtspunt. Nieuwe initiatieven ter verbetering van de werking van vraag en aanbod van de arbeidsmarkt kunnen rekenen op onze steun. Wij spelen daar een faciliterende rol in, bijvoorbeeld door bij te dragen aan de totstandkoming van Poortwachterscentra 12 . Daarnaast blijven wij de komende jaren partner in de Regionale Platforms Arbeidsmarkt en benutten wij bestaande maar ook nieuwe structuren en partijen bij de uitvoering van ons beleid. Wij investeren met de bedoeling andere (maatschappelijke) investeringen aan te trekken. Daarbij denken wij bijvoorbeeld aan het gezamenlijk opzetten van projecten waarmee we nationale en Europese middelen naar Overijssel kunnen halen. Zelf investeren we fors in een beperkt aantal onderwerpen. Onze inzet tot 2011 concentreert zich op vier thema’s: ! stimuleren ondernemerschap ! verbeteren positie kwetsbare groepen in het onderwijs ! investeren in menselijk kapitaal ! beschikbaar stellen arbeidsmarktdata
Stimuleren ondernemerschap
MKB ondernemers zijn de motor van de Overijsselse economie. Startende ondernemers, zorgen daarnaast voor uitbreiding van de werkgelegenheid. Ondernemerschap vraagt durf, risicoacceptatie en doorzettingsvermogen. Ondernemen is vooral een zaak van de ondernemer zelf. Wel kunnen wij bijdragen aan het wegnemen van obstakels voor (startende) ondernemers op mbo-, hbo- en woniveau. ! we zetten de coaching van (startende) ondernemers voort. ! best practices in het onderwijs om ondernemerschap onder studenten te stimuleren, verspreiden wij via onze website. ! we zetten in op het vergroten van de toegang tot risicokapitaal voor high tech starters (via het programma Economische Innovatie). Een actuele ontwikkeling is de bedrijfsopvolgingsproblematiek. Mede door de vergrijzing komen meer bedrijven te koop te staan en het is steeds lastiger om de continuïteit van bedrijven te waarborgen. Wij hebben hier een agenderende rol gespeeld en zetten deze actie voort, in samenspraak met de Kamer van Koophandel.
In Poortwachterscentra werken bedrijven en instellingen uit verschillende sectoren regionaal samen om mensen tijdig aan nieuw werk te helpen. Dit moet voorkomen dat werknemers die ziek zijn of werkloos worden, in een uitkering terechtkomen.
12
24
Overijssel Werkt!
Verbeteren positie kwetsbare groepen in het onderwijs
Uit cijfers blijkt dat allochtone leerlingen oververtegenwoordigd zijn op het vmbo en op niveau 1 & 2 van het mbo. Juist op deze niveaus vindt veel schooluitval plaats. Dit betekent dat er een groep leerlingen is die zonder startkwalificatie (mbo-2 of hoger) zich op de arbeidmarkt begeeft met weinig zicht op een duurzame arbeidsrelatie. Immers, als het conjunctureel slecht gaat, wordt deze groep, die vaak via uitzendbanen aan het werk is, als eerste ontslagen. Wij zetten in op mentoring en leren werken (bijvoorbeeld via Arbeidstraininingscentra) om schooluitval onder deze groepen te voorkomen.
Investeren in menselijk kapitaal 13
Werk biedt kansen voor maatschappelijke participatie. De steeds hoger wordende eisen maken het vooral de lager opgeleide werknemer moeilijk. De verwachte (en in sommige sectoren al gevoelde) krapte op de arbeidsmarkt maken duidelijk dat iedereen nodig is, ook ouderen en groepen die nu niet werken. Deze ontwikkelingen vragen duidelijke investeringen in menselijk kapitaal. ! we dragen bij aan de totstandkoming van technasia, om de instroom van jongeren en vrouwen in technische beroepen te vergroten. Recente gegevens tonen aan dat technasia er goed in slagen meer jongeren voor technische studies te interesseren. ! via de Poortwachterscentra willen we bereiken dat mensen langer aan het werk blijven. Ouderen, bijvoorbeeld, maar ook werknemers die ziek of werkloos zijn en uit dreigen te vallen. Om de komende krapte op de arbeidsmarkt het hoofd te bieden en omdat we ervan overtuigd zijn dat iedereen een waardevolle bijdragen kan leveren, koersen we ook op de inzet van nieuwe groepen die zich aan de onderkant van de arbeidsmarkt bevinden. Hiervoor zoeken wij aansluiting op de Poortwachterscentra. ! leeftijdsfasebewust personeelsbeleid zien wij als een antwoord op de komende uitstroom van deskundige oudere medewerkers. Op deze manier kunnen ouderen langer behouden worden voor de arbeidsmarkt en krijgen zij de kans hun kennis over te dragen op jongeren. ! met leven lang leren leveren wij onze bijdrage aan het verhogen van het opleidingsniveau van de beroepsbevolking. Onze focus ligt daarbij op het mbo-niveau. ! via ons eigen arbeidsmarktbeleid zetten we bij de werving van medewerkers actief in op het binnenhalen van onbenut potentieel. We dagen onze coalitiepartners uit om in gezamenlijkheid projecten te ontwikkelen die hier in voorzien en zullen uiteraard ook zelf een rol spelen. Projecten met een bovenlokale/regionale reikwijdte kunnen op onze steun rekenen.
Beschikbaar stellen arbeidsmarktdata
De (wettelijk) verantwoordelijken voor het O&A-beleid moeten op basis van juiste en actuele informatie beleid kunnen maken. Wij willen dit proces faciliteren door de bij ons bekend en aanwezige informatie breder beschikbaar te maken. De komende vier jaren zullen wij tevens gebruiken om het effect van het beschikbaar stellen van arbeidsmarktdata te onderzoeken. Daarnaast zullen wij onderzoeken of dit instrument ingebed kan worden in reguliere structuren.
13
Dit onderdeel wordt (deels) uitgewerkt in het programma Economische Innovatie.
25
Overijssel Werkt!
3.4
Vitale coalities In de provincie worden met overheden, ondernemers en onderwijsinstellingen coalities gevormd. Deze coalities worden op regionaal niveau vormgegeven. In Twente, Stedendriehoek en in IJsselVecht is de basis voor de coalitie via de RPA’s gelegd, Ook op het niveau van verschillende projecten is er sprake van stevige coalities. De provincie werkt nauw samen met de UT, hogescholen, ROC’s, VO-scholen, ondernemers, Oost NV en de Kamer van Koophandel. In project MKB-leerbanen hebben wij samengewerkt met het MKB, de Regionale Platforms Arbeidsmarkt en de ROC´s. Zo hebben we met het ROC platform en het mentoringproject Overijssel een intensieve samenwerking rondom zorgleerlingen met de verschillende ROC’s opgebouwd. Voor het realiseren van banen voor allochtone vrouwen in de zorg hebben wij samengewerkt met zeven gemeenten, scholen en de zorgwerkgevers. Voor de ondersteuning van startende ondernemers werken wij samen met de ondernemersverenigingen en alle Overijsselse gemeenten. De provincie is partner in de convenanten Leren Werken waar leerwerktrajecten georganiseerd worden voor werknemers.
3.5
Samenspel met andere beleidsvelden !
! ! ! !
3.6
Economische Innovatie. Een deel van de acties van onderwijs & arbeidsmarkt wordt uitgevoerd binnen het programma economische innovatie. Het gaat dan om investeren n menselijk kapitaal (leeftijdsbewust personeelsbeleid, leven lang leren), het stimuleren van kennisintensief ondernemerschap en het vergroten van de toegang tot risicokapitaal voor high tech startende ondernemers. Jeugdzorg. Jeugdzorg is nauw betrokken bij het opzetten van zorgstructuren in het onderwijs. Deze dragen ook bij aan het voorkomen van voortijdig schoolverlaten. Verbeteren vestigingsklimaat bedrijfsleven. Het aanwezig zijn van voldoende gekwalificeerd personeel draagt bij aan een goed vestigingsklimaat voor bedrijven. Toerisme & recreatie. Centraal aandachtspunt binnen R&T is het stimuleren van ondernemerschap. Europese programma’s. Europese fondsen kunnen een financieringsbron zijn voor regionale projecten.
Beleidsintensiveringen In het coalitieakkoord &Overijssel! is € 1.000.000 extra uitgetrokken voor het voorkomen van schooluitval. Via het initiatiefvoorstel armoedebestrijding is € 375.000 extra beschikbaar voor een goede aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt en het voorkomen van schooluitval. De bestrijding hiervan moet leiden tot betere perspectieven van met name jongeren op de arbeidsmarkt en daarmee voorkomen dat deze groep in een armoedesituatie terecht komt.
26
Overijssel Werkt!
3.7
Uitvoeringsparagraaf
Actielijn
Partners
Indicator
Actie
Resultaten
Stimuleren ondernemerschap
!
Regionale bedrijfsleven
!
Voortzetten coaching van (startende) ondernemers
Tenminste 150 ondernemers per jaar ontvangen coaching.
!
Regio’s en gemeenten
Digitaal “plein” oprichten met best practices op het gebied van ondernemerschap in het onderwijs
Digitaal plein opgericht met best practices en aangevuld door partners
Plan van aanpak voor de bedrijfsopvolgingsproblematiek opstellen
Afspraken met de Kamer van Koophandel over het ondervangen van dit probleem
Vergroten toegang tot risicokapitaal voor high tech starters
Er is een passend financieringsaanbod voor startende high tech ondernemers
Uitbreiden mentoringpilot over vmbo’s en mbo’s in Overijssel
Per 2011 nemen alle vmboen mbo-scholen in Overijssel deel aan het mentoringproject
Uitrollen arbeidstrainingscentra’s (ATC’s) over Overijssel
In 2011 zijn nog drie ATC’s in bedrijf
Versterken positie kwetsbare groepen in het onderwijs
!
Oost NV/PPM Oost
!
Regionale kennisinstellingen
!
Regionale bedrijfsleven
!
Regionale kennisinstellingen
!
!
aantal startende bedrijven gerelateerd aan totaal aantal bedrijven
ontwikkeling schooluitval
Middelen
€ 1.200.000
Dit onderdeel wordt uitgewerkt in het programma Economische Innovatie
€ 1.675.000
Gemeenten
1.000.000 euro uit de beleidsintensivering en 375.000 euro uit de motie armoedebestrijding (in te zetten volgens de criteria zoals gedefinieerd in de motie), rest reguliere middelen.
14
27
Overijssel Werkt!
14
Actielijn
Partners
Indicator
Actie
!
Regionale bedrijfsleven
!
!
faciliteren poortwachterscentra
!
Brancheorganisaties
!
stimuleren realisatie technasia 15
In 2011 zijn vijf technasia gerealiseerd in Overijssel 16
!
Regionale kennisinstellingen
!
versterken positie en participatie van kwetsbare groepen in de sectoren techniek en zorg waaronder:
Verbeterde positie en verhoogde participatie van kwetsbare groepen in de sectoren techniek en zorg
Investeren in menselijk kapitaal
Beschikbaar stellen arbeidsmarktdata
15 16
!
Regio’s en gemeenten
!
Nieuwe partners
!
Regio’s en gemeenten
!
Regionale kennisinstellingen
!
CWI
!
Participatiegraad van de beroepsbevolking
Arbeidsinformatie breed beschikbaar via internet
Overijssel Werkt!
realisatie
!
(allochtone) vrouwen
!
mensen met een beperking
bijdragen aan projecten voor leeftijdsbewust personeelsbeleid
!
bijdragen aan projecten voor leven lang leren
!
uitbreiden Arbeidsmarktprognoses Overijssel (APO)
APO nieuwsbrief aangevuld met onderwijsgegevens
!
verbeteren beschikbaarheid toegankelijkheid arbeidsmarktdata
Arbeidsmarktinformatie beschikbaar via provinciale website
en
Middelen
Drie poortwachterscentra gerealiseerd in 2011
!
Op technasia worden jongeren gestimuleerd te kiezen voor een technische studie. Op voorwaarde van het beschikbaar komen van cofinanciering
28
Resultaten
p.m.
€ 2.000.000
Dit onderdeel wordt uitgewerkt in het programma Economische Innovatie
€ 500.000
29
Overijssel Werkt!
30
Overijssel Werkt!
4
Toerisme & recreatie
4.1
Doel Toerisme en recreatie is met 32.000 arbeidsplaatsen een belangrijke economische factor. Hoofddoel van het toeristisch beleid is: “Een voor toeristen en recreanten onweerstaanbaar Overijssel met een gezonde sector en flinke groei van werkgelegenheid”. De landschappelijke, culturele en stedelijke kenmerken van Overijssel bieden de toerist volop kansen de provincie te beleven. Tot nu toe is ons toeristisch beleid gericht op versterken van de basiskwaliteiten als de infrastructuur, kwaliteit verblijfsaccommodaties en op ondersteuning van de promotie en marketing. Dit alles met als doel toename van de werkgelegenheid in de toeristische sector te bevorderen. In de strijd om de toerist aan onze provincie te binden stellen we innovatie en versterking van het organiserend vermogen in de toeristische sector centraal. Daarbij willen we de ontwikkeling tot een vitale en zich zelf vernieuwende sector stimuleren en ondersteunen.
4.2
Wat is tot nu toe bereikt? De afgelopen jaren is veel aandacht uitgegaan naar de realisatie van de ruimtelijke infrastructuur, de wandel- en fietspaden en -routes. In 2006 is tevens een begin gemaakt met de aanleg van 32 toeristische overstappunten (TOP’s). Op het gebied van varen is met ondersteuning van de provincie in de Kop van Overijssel de Ottervloot tot stand gekomen. De afgelopen jaren is ook veel aandacht uitgegaan naar de ontwikkeling van de toeristische organisatiestructuur in Overijssel. Er zijn nu vier regionale bureaus voor toerisme (RBT’s) in Overijssel. Het meest ingezette instrument bij de uitvoering van het beleid zijn subsidies. Van de belangrijkste daarvan, de KITO regeling, is veel gebruik gemaakt. Door middel van deze subsidieregeling (€7 miljoen in drie jaar) is de kwaliteit van veel verblijfsaccommodaties verbeterd. De subsidies zijn aan de deelnemende bedrijven verleend en de projecten worden nu uitgevoerd. De regeling heeft een groot multipliereffect gehad en veel investeringen in de private sector uitgelokt. In totaal gaat het om meer dan €40 miljoen aan investeringen, waarmee een belangrijke impuls is gegeven aan de kwaliteit van de toeristische (verblijfs-)accommodaties. De regeling heeft positieve effecten gehad op de investeringsbeslissingen, bezoekersaantallen, winst en werkgelegenheid in de sector. Om de duurzame ontwikkeling van de sector te stimuleren is de realisatie van drie milieuvoorbeeldbedrijven ondersteund. De afgelopen jaren is eveneens veel aandacht gegeven aan promotie van het plattelandstoerisme, industrieel erfgoed in Twente en de promotie en marketing door het Gelders Overijssels Bureau voor Toerisme (GOBT) en de Regionale Bureaus voor Toerisme.
31
Overijssel Werkt!
4.3
Deze periode De komende jaren richten wij ons op de volgende drie speerpunten: ! waarborgen en versterken basiskwaliteiten ! stimuleren kennis en innovatie ! effectieve promotie en marketing van vijf beeldverhalen
Waarborgen en versterken basiskwaliteiten
Het waarborgen en waar nodig versterken van de Overijsselse basiskwaliteiten voor toerisme: rust, natuur en platteland, cultuur(historie), ruimte, kwalitatief hoogwaardige accommodaties en routeinfrastructuur. Deze omgeving leidt ons tot unieke en onderscheidenlijke mogelijkheden op het vlak van de thema’s wellness, natuur en plattelandsbeleving, cultuurbeleving en proeven en ruiken. Hierbij zetten wij ons vooral in op: ! ruimte voor ondernemen in de toeristische sector ! aantrekkelijke routestructuren ! kwalitatieve en duurzame ontwikkeling van de sector
Stimuleren kennis en innovatie
Het stimuleren van innovatie door gebieds- en ondernemerskwaliteiten aan elkaar te verbinden, partijen onderling meer samen te laten werken en ook de kwaliteit van de individuele onderneming op een hoger plan brengen. Daarmee worden producten sterker en beter herkenbaar en ontstaat er een sterke basis voor de ontwikkeling van nieuwe product-marktcombinaties. Voor dit speerpunt kiezen wij de volgende aanpak: ! professioneel ondernemende bedrijven in een vitale sector. Een project gericht op Innovatie en versterking van het ondernemersschap en een opvolging voor de KITO-subsidieregeling ! toeristisch Inspiratieterras. Het Inspiratieterras is een toeristisch platform waar ondernemers, bestuurders en anderen kennis en ideeën op strategisch niveau uitwisselen. Het Toeristisch Inspiratieterras wordt twee keer per jaar gehouden.
Effectieve promotie en marketing van vijf beeldverhalen
In de vijf toeristische merken (Kop van Overijssel, Vechtdal Overijssel, Hanzesteden, Salland en Twente) komen de eerste twee speerpunten samen. Deze vijf “beeldverhalen’’ zijn de basis van ons toerisme en recreatiebeleid en moeten nog beter in de markt gezet worden. Dat betekent dat promotie en marketing voor deze vijf merken op onze steun kan rekenen. Randvoorwaardelijk aan het succesvol uitvoeren van de drie speerpunten is het sluiten van vitale coalities, in het bijzonder de kennisketen van Saxion (Hospitality Business School), het GOBT en de ondernemers. Het resultaat hiervan is professionalisering van onderzoek, een betere toegang tot data over consumentengedrag (onontbeerlijk voor de branding van het toeristische merk) en een versterkte kennisuitwisseling! Deze speerpunten staan echter niet op zichzelf. Op de onderlinge relatie zijn drie V’s van toepassing: ! Verbinden: Het leggen van verbindingen tussen de basiskwaliteiten en de gekozen thema’s, alsmede het creëren van verbindingen tussen ondernemers, resulterend in een sterke samenwerking. ! Vermarkten: Uit de (nieuwe) verbindingen volgen nieuwe product-marktcombinaties, arrangementen en producten. Het is belangrijk deze resultaten op een juiste en gerichte wijze te vermarkten naar de consument. ! Vieren: Het vieren van behaalde successen is belangrijk. Zo ook het vieren van onze sterke punten, zichtbaar in onze basiskwaliteiten. Het her- en erkennen van sterktes legt de basis voor verbinding en samenwerking en is een belangrijk facet bij de vermarkting van het toeristisch product. Schematisch is dit in het volgende figuur weergegeven.
32
Overijssel Werkt!
Basiskwaliteiten voor recreatie en toerisme… Rust en ruimte
Gevarieerd aanbod natuur en landschappen
Steden, monumenten en erfgoed
Fysieke infrastructuur & routes
Toeristische accommodaties
Ruimte voor ondernemen
verbinden…
Natuur en plattelandsbeleving
Wellness
Cultuurbeleving
Proeven & Ruiken
& vermarkten Behoefte consument (particuliere en zakelijke markt)
4.4
Vitale coalities Belangrijk bij de ontwikkeling van toerisme is de ontwikkeling van samenwerking in het veld. Hierbij gaat het om coalities tussen ondernemers onderling, maar ook om coalities tussen ondernemers en partijen buiten de sector. Bij het opzetten van deze samenwerking vragen de ondernemers om externe ondersteuning. Voor de uitvoering van haar beleid zal de provincie voor de fysieke ontwikkelingen samenwerken met de Overijsselse Regio’s. Het GOBT zal excellent partner voor de provincie moeten zijn op het gebied van kennis en innovatie. Kennisuitwisseling is naast onderzoek eveneens het item in de coalitie met Saxion Hogescholen. Promotie en marketing staan centraal in de samenwerking met de RBT’s.
4.5
Samenspel met andere beleidsvelden ! ! !
! ! !
Cultuur. Cultuur is een van de beleidsthema’s. De culturele sector biedt mogelijkheden om op innovatieve wijze ontwikkelingen te realiseren. Zorg. Samenwerking tussen zorg en toerisme op projectniveau verder uitbouwen. Natuur en landbouw. Integrale benadering voor uitwerking beleidsthema natuur- en plattelandsbeleving. Toerisme en natuur kunnen elkaar versterken in hun ontwikkeling. Toerisme biedt landbouw mogelijkheden voor verbreding. Bereikbaarheid. Uitvoering geven aan Raamplan Fietspaden. Ontwikkeling fietsplanner. Afstemming openbaar vervoer. Onderwijs en arbeidsmarkt. Verkennen van onderlinge raakvlakken op gebied van kennisuitwisseling, ondernemersschap en arbeidsperspectief jongeren. Europese Programma’s. Europese fondsen kunnen belangrijke financieringsbron zijn voor projecten.
33
Overijssel Werkt!
4.6
Beleidsintensiveringen In het coalitieakkoord &Overijssel! is € 2.000.000 uitgetrokken voor opvolging van de KITOregeling. Een zelfde bedrag is beschikbaar voor het intensiveren van promotie en marketing.
34
Overijssel Werkt!
4.7
Uitvoeringsparagraaf
Actielijn
Partners
Indicator
Actie
Resultaten
Waarborgen en versterken basiskwaliteiten
!
Ondernemers
!
Ruimte voor ondernemen in toeristische sector
!
Recron, Kon Horeca Ned, Hiswa
Ruimte bieden (en borgen) voor ontwikkeling van de sector door integrale beleidsvorming en ruimteverdeling en vereenvoudiging regelgeving
!
Samenwerkingsverbanden bedrijven
!
Landelijk Fietsplatform, Wandelplatform/ LAW, SRN
!
Regio’s IJssel-Vecht / Twente
!
Recreatiegemeenschap Salland
Ruimte voor kwaliteitsontwikkeling verblijfsaccommodaties
Aantrekkelijke routestructuren
Stimuleren aanleg, innovatie en kwaliteitsverbetering provinciale en regionale routestructuren. € 6.500.000 Stimuleren toepassing digitale technologie
!
GOBT
!
RBT’s
!
Gemeenten
!
Telematica Instituut
!
Stimuland
35
Aantal kilometers routestructuren
Overijssel Werkt!
Middelen
Actielijn
Partners
Indicator
Actie
Resultaten
Stimuleren kennis en innovatie
!
Ondernemers
!
Enthousiasmeren ondernemers voor kwaliteitsverbetering en samenwerking
!
Recron, Kon Horeca Ned, Hiswa
Stimuleren kennistransfer vanuit kennisinstellingen en door ondernemers onderling
!
Samenwerkings-verbanden
!
KvK, MKB
Professionalisering van de sector door het initiëren van informatiedagen, masterclasses, expertmeetings
Kennisoverdracht tussen ondernemers onderling en tussen ondernemers en kennisinstellingen
!
Gemeenten
!
Saxion Hogescholen
Subsidieregeling voor Innovatie op toeristische bedrijven en samenwerkingprojecten
Ontwikkeling van innovatieve projecten en verbetering ketenvorming.
Initiatieven gericht op 4 thema’s Wellness, Natuur- en Plattelandsbeleving, Cultuurbeleving en Proeven en Ruiken steunen door middel van deelname of subsidies.
Duidelijk herkenbaar onderscheidend profiel in de regio’s
Ontwikkeling promotie (o.a. ICT, internet) ondersteunen en stimuleren via subsidie
Vergroting van de naamsbekendheid toeristische merken
Stimuleren van de ontwikkeling van innovatieve product-markt-combinaties
Voortdurende vernieuwing van het toeristisch aanbod
Kennis en innovatie toeristisch product bevorderen
Ontwikkelen van nieuwe concepten en projecten
Effectieve promotie en marketing van vijf beeldverhalen
36
!
GOBT/RBT’s
!
Ondernemers
!
Samenwerkende bedrijven
Overijssel Werkt!
!
Investeringen in innovatie
Merkbekendheid
Middelen
€ 3.000.000
€ 2.000.000
Via de prestatiesubsidie aan het GOBT
5
Tot slot
De provincie Overijssel staat de komende jaren, samen met haar partners, voor grote uitdagingen: ! de samenstelling van de beroepsbevolking verandert door vergrijzing en ontgroening ! er is een dreigend tekort aan goed geschoolde medewerkers in de sectoren techniek en zorg ! de kenniseconomie stelt steeds hogere eisen aan medewerkers en vereist het verhogen van het opleidingsniveau van werkenden en werkzoekenden ! het behouden van jongeren en ouderen voor de regionale arbeidsmarkt ! het verhogen van de arbeidsparticipatie van jongeren, vrouwen en ouderen ! voorzien in voldoende en passende bedrijfsruimte ! innovatie in de kennisintensieve maakindustrie om de concurrentiekracht van het MKB te vergroten ! innovatie, professionalisering en promotie van de toeristische sector om in te spelen op de behoefte van ondernemers en werknemers die op zoek zijn naar een hoogstaand cultureel klimaat. Overijssel moet een aantrekkelijke vestigingsplaats blijven met een aangenaam leefklimaat. Voor bedrijven, voor werknemers en voor (hoogopgeleide) jongeren. Een plaats waar toekomstvaste groei van de welvaart gekoppeld wordt aan een goed vestigingsklimaat, gevormd door aantrekkelijke woon- en werklocaties, en goede en snelle verbindingen naar de economische en culturele centra. Het aangaan van deze uitdagingen vraagt afstemming van het regionale economische beleid. Samenwerking is daarbij een vereiste om onderlinge concurrentie te voorkomen. Het is goed om te zien dat lokale en regionale partijen elkaar hier steeds beter weten te vinden. Partners hebben vertrouwen in elkaar. Bij dit alles is flexibiliteit het sleutelwoord. Flexibiliteit om tijdig in te kunnen springen op ontwikkelingen in onze omgeving. Flexibiliteit om om te kunnen gaan met de beweging en dynamiek die eigen zijn aan de economie. Overijssel Werkt! geven we de kaders van ons economisch beleid aan en is een levend document. De afgelopen jaren hebben wij geïnvesteerd in het bouwen van vitale coalities. Wij hebben vertrouwen in elkaar, we verbinden en we versnellen. Met Overijssel Werkt! doen wij er de komende jaren nog een schepje bovenop.
37
Overijssel Werkt!
Bijlage
Belangrijke trends en
ontwikkelingen 17
Demografische ontwikkelingen !
In vergelijking met het buitenland zal de aanstaande krimp in Nederland bescheiden, zo niet te verwaarlozen zijn. De ruimtelijke gevolgen van deze demografische krimp zijn beperkt. Andere factoren, zoals de ontwikkeling van de welvaart, veranderingen in het (ruimtelijk) gedrag en het ruimtelijk ordeningsbeleid hebben een veel grotere invloed op de ontwikkeling van de ruimte. Zo demografische ontwikkelingen al van invloed zijn op ruimtelijke ontwikkelingen, zijn vooral de ontwikkeling van het aantal huishoudens en van de bevolkingssamenstelling relevant, bijvoorbeeld ten aanzien van de behoefte aan woningen.
!
De prognose geeft tussen 2008 en 2020 een groei van de bevolking in Overijssel van circa 40.000 inwoners. Hoewel de ontwikkeling van het aantal inwoners tussen 2000-2008 in Overijssel onder het niveau van de prognose ligt, zal Overijssel in 2040 en 2050 nog steeds meer inwoners dan in 2008. Volgens de prognose zal vanaf circa 2025 het aantal inwoners in Twente zich stabiliseren rond de 630.000. Voor West-Overijssel wordt een verdere toename van het inwoneraantal verwacht. In veel Overijsselse gemeenten wordt op termijn (2025) enige krimp verwacht (< 5%). In enkele gemeenten wordt een wat grotere krimp verwacht (5 à 10%). Demografische krimp kan wel degelijk samengaan met economische groei. Twee processen zijn mede bepalend voor de mate waarin demografisch krimpende regio’s te maken zullen krijgen met een negatieve economische ontwikkeling: de ontwikkeling van de arbeidsparticipatie en de ontwikkeling van de arbeidsproductiviteit. De ontwikkeling van de arbeidsparticipatie kan een daling van het arbeidsaanbod als gevolg van een krimp van de potentiële beroepsbevolking, gedeeltelijk of geheel tenietdoen. En wanneer de arbeidsparticipatie en arbeidsproductiviteit stijgen, kan er ook bij krimp eenvoudig sprake zijn van economische groei (bron: RPB).
!
Wellicht ingrijpender dan de afnemende bevolkingsgroei is de verandering in de samenstelling van de bevolking welke vooral tot uitdrukking komt in de toenemende vergrijzing: er worden steeds meer mensen “oud”. Dit is een fenomeen dat zich overigens elders in Europa nog omvangrijker manifesteert dan in Nederland.
!
Het aandeel 85-plussers zal sterk toenemen. Mensen worden dus steeds ouder. Ook in Overijssel treedt dus dubbele vergrijzing op: de combinatie van steeds meer mensen die oud worden en mensen die steeds ouder worden. Medische doorbraken kunnen dit proces verder versterken.
!
De komende jaren zal in Overijssel het aantal huishoudens toenemen, m.n. in West-Overijssel en minder in Twente. De groei van het aantal huishoudens overstijgt die van de bevolking. De groei zit vooral in het aantal eenpersoonshuishoudens. Tot 2025 wordt een toename van ongeveer 50.000 huishoudens verwacht.
Bronnen: Arbeidsmarkt naar opleiding en beroep tot 2012 (ROA Maastricht, november 2007), Twente Index (2007), De drempel over (RWI, oktober 2007), Bedrijvendynamiek 2006 (Kamer van Koophandel, oktober 2007), Startkans Twente (november 2007), Krimp en ruimte (RPB, 2006), Arbeidsmarkt Prognoses Overijssel (provincie Overijssel & E’til, 2008), Hoezo krimp?, (intern rapport van de werkgroep Omgevingsvisie Overijssel, 2008), Arbeidsmarktanalyse 2008 (RWI, april 2008)
17
i
Overijssel Werkt!
Werkgelegenheid en beroepsbevolking !
De afgelopen jaren heeft de werkgelegenheid in Overijssel zich beter ontwikkeld dan in Nederland. Ook de jaarlijkse groei van het aantal arbeidsplaatsen lag, met uitzondering van 2001 en 2004, boven die van Nederland. Ondanks de aantrekkende economie blijven er verschillen zichtbaar tussen de regio’s: IJssel-Vecht kent de hoogste economische groei, Twente blijft achter en de Stedendriehoek presteert gemiddeld. Deze verschillen worden zichtbaar in de stijging van de werkgelegenheid en afname van de werkloosheid.
!
Bij een aanhoudende economische groei neemt de krapte op de arbeidsmarkt toe. Op bijna alle opleidingsniveaus zijn de toekomstperspectieven gemiddeld genomen goed, vooral voor hbo- en wo-afgestudeerden. Vanaf ca. 2015 zorgen de vergrijzing en ontgroening voor een dalende beroepsbevolking en een grote uitstroom van (ervaren) werknemers. De grootste knelpunten worden verwacht in de technische en industrieberoepen, de logistiek, het onderwijs en de overheid. In Twente verwacht men bovendien knelpunten in de zorg.
!
De potentiële beroepsbevolking (het aantal mensen tussen de 16 en 65 jaar) neemt vanaf 2010 af in Twente en vanaf circa 2025 in West-Overijssel. Een grotere arbeidsparticipatie (m.n. vrouwen en ouderen) zou het aantal arbeidskrachten op peil kunnen houden.
!
De arbeidsparticipatie van vrouwen is in Nederland lager dan die van mannen, hoewel er de afgelopen decennia wel sprake is geweest van een inhaalslag. In Twente is de arbeidsparticipatie van vrouwen lager dan het landelijk gemiddelde. In IJssel-Vecht is deze arbeidsparticipatie gemiddeld, terwijl de arbeidsparticipatie van vrouwen in de regio Stedendriehoek hoger is dan het landelijk gemiddelde. De arbeidsparticipatie van allochtone vrouwen is in heel Nederland lager dan die van autochtone vrouwen. In Overijssel is dit niet anders. Er zijn geen noemenswaardige verschillen tussen de drie regio’s.
!
Laaggeschoolde arbeid neemt door technologische ontwikkelingen verder af. Hierdoor neemt ook het aantal banen voor laagopgeleiden af. Twente kent een hogere concentratie allochtonen dan IJssel-Vecht en de Stedendriehoek. Het betreft een groep met een zwakkere positie op de arbeidsmarkt door hun (gemiddeld) lager opleidingsniveau. Aangezien zij ook minder toegang hebben tot informele netwerken (lokale netwerken van ondernemers, brancheverenigingen e.d.), blijven zij, ondanks een aantrekkende economie, achter op de arbeidsmarkt.
!
De stijging van kennisintensief werken en de kennisintensieve industrie stellen bovendien steeds hogere eisen aan de (toekomstige) werknemers en vragen steeds hoger opgeleide medewerkers. Met name in Twente dreigt, vanwege het gemiddeld lagere opleidingsniveau, een grote mismatch tussen vraag en aanbod van arbeid.
!
Het competentieniveau van de (Nederlandse) beroepsbevolking moet omhoog. Upgrading kan het arbeidsaanbod namelijk conjunctuurbestendiger maken. Uit onderzoek van o.a. het RWI blijkt dat arbeidsaanbod met een technische beroepsopleiding op MBO niveau 4 of hoger is relatief weinig gevoelig voor een teruglopende conjunctuur. Dat opent in combinatie met het gegeven dat juist in de techniek de opleidingseisen een opwaartse trend kennen een aanknopingspunt voor beleid op sector- en bedrijfsniveau. Dat beleid kan gericht zijn op doorstroming van de lagere MBOniveaus naar MBO 4 en HBO. Dat maakt het arbeidsaanbod weerbaarder tegen conjuncturele achteruitgang, leidt tot behoud van werkenden voor hun sector, maakt bedrijven productiever en innovatiever en het beperkt aansluitingsproblemen nu en in de toekomst.
!
De nog steeds toenemende globalisering veroorzaakt een hevigere concurrentiestrijd om hoogopgeleid talent. In lijn met de nationale trend zullen ook talentvolle jongeren uit Overijssel (tijdelijk) migreren naar attractieve werkplekken in de rest van de wereld.
!
De huidige generatie werkenden zal waarschijnlijk langer moeten doorwerken, ook omdat veel mensen tot 45 jaar geen goed pensioen hebben opgebouwd.
ii
Overijssel Werkt!
Economische structuur en ondernemerschap !
De sectoren landbouw en nijverheid laten een afnemende werkgelegenheid zien. Dienstverlening, m.n. de overheid en de kwartaire dienstverlening, groei. Naast het feit dat de sectorstructuur verandert, verandert ook de aard van een sector (bijvoorbeeld de arbeidsproductiviteit). Daarmee vervaagt voor een deel het onderscheid tussen sectoren.
!
Bij een veranderende sectorstructuur zal naar verwachting de vraag naar bedrijfshuisvesting ook veranderen. Hoe dit precies zal gaan is grotendeels onbekend: meer thuis of vanuit huis (ook op het platteland). In multifunctionele bedrijfsgebouwen, in bedrijfsverzamelgebouwen en in flexibele huisvesting (minder eigendom). Bedrijventerreinen zullen voornamelijk voor zware, complexe of risicovolle productiebedrijven gebruikt worden. meer clustering van functies en intensivering van bepaalde activiteiten (industriële landbouw). De verouderde bedrijventerreinen zullen hergebruikt worden voor andere functies zoals wonen, recreatie, cultuur en nieuwe natuur.
!
De organisatie van arbeid wordt anders, namelijk meer deeltijd, meer kleinschalig ondernemerschap (meer zzp-ers, deeltijdbedrijven, ook op het platteland). Er wordt een toename verwacht van flexibele werktijden en flexibele werklocaties.
!
Steeds meer mensen beginnen een eigen bedrijf. Met de oprichting van 85.000 bedrijven (een stijging van 15,6% t.o.v. 2005) beleefde Nederland in 2006 een topjaar. Onderzoek toont aan dat de versobering van de sociale zekerheid het ondernemerschap als aantrekkelijk initiatief in beeld heeft gebracht voor het werknemersschap.
!
De overlevingskans van startende bedrijven in Nederland neemt toe. De kans op succes is de laatste jaren toegenomen door de betere economische situatie in Nederland. Ook bereiden startende ondernemers zich beter voor.
!
Startende ondernemers die vanuit een uitkeringssituatie een onderneming willen starten, lopen een groter risico om niet te overleven. Hier zijn een paar redenen voor aan te wijzen: ! een laag opleidingsniveau; ! een keuze voor (lagerbetaalde) dienstverlening met veel concurrentie. Vrouwen en allochtonen zijn in deze groep oververtegenwoordigd. ! het ontbreken van (informele) netwerken en ervaringen in de branche
!
Door de toenemende vergrijzing stoppen de komende jaren steeds meer ondernemers zonder dat er sprake is van opvolging of bedrijfsovername.
iii
Overijssel Werkt!