lnleiding Diverse malleI Materiaal Gereedschap Contourplaat Maken van eel Verloren mal © 1999 Parram6n Ediciones, S.A., Barcelona, Spanje World Rights Oorspronkelijke titel: Moldes
© 2000 voor de Nederlandse taal: TIrion uitgevers bv, Baam Vertaling: Marjan Faddegon-Doets Omslagontwerp: Stud io Jan de Boer, Amsterdam Zetwerk: Eigraphic + DTQP bv, Schiedam Eerste druk 2000 ISBN 90 213 29174 NUGI440 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk , fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemm ing van de uitgever. Dit boek is gepubliceerd door Uitgeverij Cantecleer Postbus 309 3740 AH Baam Cantecleer maakt dee! uit van TIrion uitgevers bv
Gargouille
MAT]
VI V bK~t MALLEN' Een mal is het negatief of de omtrek van wat de kunstenaar wi! maken. Mallen worden gemaakt van gips, een ideaal materiaal om objecten van keramische klei mee te reproduceren. Er zijn drie soorten mallen: verloren mallen, drukmallen en gietmallen.
Verloren mal Bij de verloren mal-methode wordt een enkel object gemaakt, gewoonlijk van gips. De mal bestaat uit een of meerdere delen, al naar gelang de complexiteit van het model. Meestal wordt er eerst een model gemaakt van klei, maar dat kan ook van een ander materiaal zijn. Als de mal klaar is wordt hij uitgehold met een mirette. Vervolgens wordt de binnenkant schoongemaakt en ingesmeerd met vloeibare zeep zodat het oppervlak waterdicht wordt. Nu kan de vorm gevuld worden met gips. Als het gips is uitgehard wordt de mal weggebroken. Pas wel op dat u het gietsel niet beschadigt! Het aldus verkregen object, schoongemaakt en ingesmeerd met vloeibare zeep, kan gebruikt worden als model voor het maken van een drukmal ofgietmal.
Drukmal Bij een drukmal wordt de klei aangebracht in plukjes, rolletjes, repen of plakken die met de vingers of een spons op hun plaats worden gedrukt. Zo neemt de kleimassa precies de vorm van de mal over.
Zorg ervoor dat de kleilaag overal even dik is. Drukmallen kunnen uit een of meerdere delen bestaan, al naar gelang het model. Bij een mal die uit twee of meer delen bestaat wordt elk deel gevuld met klei. De overtollige klei wordt weggesneden, waama de raakvlakken worden ingekrast met een snijnaald en ingesmeerd met slip (gemaakt van dezelfde klei). Vervolgens wordt de mal gesloten en worden de inwendige naden dichtgestreken. De mal mag pas worden geopend als het object enigszins hard is geworden. Na het openen van de mal worden de ontstane naden verwijderd. De uitwendige verbindingslijnen worden ingekrast en dichtgesmeerd met een rolletje van dezelfde klei. Nadat het object waar nodig is bijgewerkt, kan het verder drogen. In plaats van gips kunnen drukmallen ook gemaakt
worden van terracotta. De poreusheid van biscuitgebakken klei is vergelijkbaar met die van gips. Vroeger gebruikten pottenbakkers vaak terracotta schalen, borden en andere open vormen als mal; ze hoefden de klei hier aileen maar op te drukken om een hele reeks soortgelijke objecten te verkrijgen. Tegenwoordig worden terracotta mailen niet zo vee! meer gebruikt, aangezien een gipsmal veel praktischer is. Niettemin zijn ze heel handig voor pottenbakkers die met Egyptische paat werken, omdat de biscuitgebakken klei niet aangetast wordt door de alkalien in de paat. Een traditionele gipsen mal daarentegen is daar niet tegen bestand.
Gietmal Een gietmal wordt gevuld met vloeibare klei om een object te reproduceren. Over het algemeen bestaan giet-
Gips
mallen u it meerdere delen. Voor het vullen worden ze dichtgebonden met touw, zodat ze niet open springen door dedruk vande klei bin!lenin. De slip of gietklei vult het hele binnenste van de mal. Een dee! van het water in de gietklei trekt in het gips, waarna de klei die in aanraking komt met de wanden van de mal uithardt. Zo vormt zich een laagje vaste klei langs de wanden. Wanneer deze laag de gewenste dikte heeft wordt de rest van de gietklei uit de mal gegoten. Hiertoe wordt de mal ondersteboven gezet, zodat de gietklei eruit loopt. Na 15 tot 30 minuten wordt de mal weer in de oorspronkelijke positie gezet. Na een paar uur is het object hard genoeg om te worden beetgepakt en kan het uit de mal worden gehaald. Controleer eerst even hoe hard de klei is. Ais u enige weerstand ondervindt bij het openen van de mal dient u de klei nog wat verder te laten uitharden. Opent u de mal te vroeg dan
scheurt het object. Als het object eenmaal uit de mal is, haalt u de naden weg die de mal heeft achtergelaten. Dit kunt u doen wanneer het object leerhard is geworden, als het droog is en zelfs nog na het biscuitbakken. Een variant op de gietmal is de massieve gietmal, waarmee kleine objecten zoals handvatten en dergelijke worden gemaakt, maar ook grotere objecten zoals kommen, borden, bladen enzovoort. De mal wordt geheel gevutd met gietklei. De gietklei blijft in de mal tot het gips al het water in de klei geabsorbeerd heeft. Bij het vuilen van de mal zuigt het gips de klei naar de wanden toe, waardoor het peil van de gietklei zakt. De mal dient dan bijgevuld te worden, totdat u merkt dat de gietklei niet meer zakt. Een massieve gietmal dient voorzien te zijn van twee openingen: eentje voor het ingieten van de gietklei en eentje waar de lucht door kan ontsnappen.
. "
pt/
Het materiaal dat wordt voor het m: mallen is gietgips, gloeiing verkregen gewoon gips. Gipssteen of on gips bestaat uit ca faat (CaS04), een , tie van kalk met z\ (H 2S04), en kom lagen in de boven van secundaire als: tiaire grond. Hier , afzettingen verme klei en mergel. Het hoofdbestan gips is calciumsulfa (CaS04' 1/2H 20). vermalen wordt h een cilindervormil ende oven verhit t· Meer dan de helfl water in het gips hierbij en er blijft { biel, semi-gehydrat der over. CaS04' 2H 20 + bijl60°C = CaS04 Door de hoe vee ter die het tijdens ' ting verloren he( het gips nu een gro tievermogen eve vermogen om uit [I CaS04. 2 H 20 oj = CaS04' 2HzO Gips is er in ver: soorten. Pottenb: wordt verkregen gips te branden in e feer die verzadigd i terdamp. Dit lever C0mpact, hard er sterk absorberend Het wordt aangen water (1 kg gips ( water). Pottenb
MAl 'E KlAAL Gips
,eurt het object. Als het ect eenmaal uit de mal is, tit u de naden weg die de 1heeft achtergelaten. Dit It u doen wanneer het obc leerhard is geworden, als droog is en zelfs nog na biscuitbakken. ~en variant op de gietmal de massieve gietmal, lrmee kleine objecten Is handvatten en dergee worden gemaakt, maar grotere objecten zoals :J.men, borden, bladen :JVoort. De mal wordt gel gevuld met gietklei. De klei blijft in de mal tot gips al het water in de geabsorbeerd heeft. Bij vullen van de mal zuigt gips de klei naar de wantoe, waardoor het pei! de gietklei zakt. De mal It dan bijgevuld te wor, totdat u merkt dat de klei niet meer zakt. Een sieve gietmal dient rzien te zijn van twee 1ingen: eentje voor het eten van de gietklei en :je waar de lucht door ontsnappen.
#
Het materiaal dat gebruikt wordt voor het maken van mallen is gietgips, dat door gloeiing verkregen wordt uit gewoon gips. Gipssteen of ongebrande gips bestaat uit calciumsulfaat (CaS0 4), een comb inatie van kalk met zwavelzuur (H zS04), en komt voor in lagen in de bovenste delen van secunda ire alsmede tertiaire grond. Hier vormt het afzettingen vermengd met klei en merge!. Het hoofdbestanddeel van gips is calciumsulfaathydraat (CaS04' l/zHzO). Na het verma len wordt het gips in een cilindervormige, draaiende oven verhit tot 160°C. Meer dan de helft van het water in het gips verdampt hierbij en er blijft een onstabiel, semi-gehydrateerd poederover. CaS04' 2H zO + verhitting bij160°C = CaS04. I/zHzO. Door de hoeveelheid water die het tijdens de verhitting verloren heeft, krijgt het gips nu een groot absorptievermogen evenals het vermogen om uit te harden. CaS04. 2 HzO + 11/zH zO = CaS04' 2H zO Gips is er in verschillende soorten. Pottenbakkersgips wordt verkregen door het gips te branden in een atmosfeer die verzadigd is met waterdamp. Dit levert een heel C0mpact, hard en niet zo sterk absorberend gips op. Het wordt aangemaakt met water (1 kg gips op 400 cc water). Pottenbakkersgips
leent zich goed voor sterk gedetailleerde modellen waarvan later een mal wordt gemaakt, omdat het een heel gladde afwerking geeft. Voor de mal zelf wordt het niet gebruikt. Modelgips is het gips waarvan mallen worden gemaakt, met name vanwege de grote absorptie. Over het algemeen wordt het aangemaakt met water in een verhouding van 100 g gips op 80 cc water.
e) Ro n bet gLps vo ()czi
gen die in de emmer gevallen zijn. Voeg geen gips of water meer toe aan het mengse!.
g) Na het roeren giet u het gips in de rna!. Let op dat er geen luchtbellen of verontreinigingen in zitten. h) Giet het gips nooit rechtstreeks op het model, om te voorkomen dat er luchtbellen onder blijven zitten.
H et mengen van gips Bij het mengen van gips dient u heel zorgvuldig te werk te gaan. De volgende punten zijn belangrijk:
i) Giet het gips langzaam in de mal. A ls u een te grote hoeveelheid ineens uitgiet kunnen er luchtbellen ontstaan. Giet het gips in een van de hoeken, zodanig dat het vanzelf de vorm vult en het model bedekt, tot de gewenste hoogte bereikt is. Haal het gietsel pas uit de vorm wanneer het uitgehard en afgekoeld is.
a) Op de verpakking staat aangegeven wat de beste verhouding is tussen gips en water. Over het algemeen kunt u de volgende hoeveelheden aanhouden: • Voor heel compacte mallen: 62 g gips op 38 cc water. • Voor norma Ie mallen: 55 g gips op 45 cc water. • Voor poreuze mallen: 50 g gips op 50 cc water.
Afhankelijk van het soort gips dat u gebruikt duurt het tussen de 10 en 30 minuten voordat het mengsel van water en gips is uitgehard. Bij het uitharden geeft het gips warmte af. Ook zet het 1 a4% uit, zodat de massa zich perfect naar de vorm van het model voegt.
b) Gebruik altijd schone emmers en schoon water. c) Giet eerst het water in de emmer en voeg hier het gipspoeder aan toe. d) Strooi het gipspoeder met de hand op het water en let erop dat er geen klontjes ontstaan.
f) Ook al hebt u nog zo voorzichtig geroerd, toch bevat het gipsmengsel soms luchtbellen. Deze raakt u kwijt door op de wanden van de emmer te kloppen of de emmer heen en weer te schudden.
1. In het begin is het makkelijk om het gips af te wegen met behulp van een weegschaal en het water af te meten met een meetbuis. 2. Als u eenmaal wa t ervaring hebt kunt u de hoeveelheden ook heel goed schatten.
3. Voor het aanmaken giet u het water in een emmer. Strooi her gipspoeder er langzaam overheen, zodat het zich vermengt met het water terwijl het naar de bodem zakt. 4. Let erop dat het gips loodreeht naar beneden zakt tot er een klein eilandje ontstaat dat ongeveer 3 a4 em boven het water uitsteekt. Binnen 2 of 3 minuten lost het eilandje op. Laat de gipsmassa nog 3 minuten swan, trek een rubber handsehoen aan en begin dan te roeren. Roer altijd dezelfde kant op. Zorg dat er geen lueht in het mengsel komt, want dan ontstaan er luehtbellen.
I
rl
I
Drogen Een mal kan aileen \vor
Lassen van hE object
sorns plekjes onbedekt bij lut model. In dat gevaI moet he t desbe treffende gedeelte van de mal 'Worden overgedaan. Het verschijnen va[l k leine gaatj es aan de binnenkant van de mal wijst op slijtage. Dit komt voora l voor bij gietmaIlen, aangezien het natriumsilieaat en het natriurnearbonaat in de klei het g ips aamasten. Soms is het [log we! mogelijk om 20'[l mal te gebrui ken als drukm al. Bij h et maken van een
mal die uit meerdere delen bestaat moet u erop letten dat de wanden en de sleutels precies op elkaa r aanslui ten. Ais u ergens een foutje ziet gooit u dat dee! van de mal weg en maakt u een nieuw onderdeel. Zo voorkomt u dat u straks aile uit die mal afkomst ige objeeten moet bijwerken. Laat een mal die uit twee of meer delen bestaat drogen met aile delen in elkaar gepast, zo nodig met een touw eromheen want anders kunnen ze vervormen. Hoe groter de onderdelen van de mal, des te sterker ze de neiging hebben om te vervormen. Het is raadzaam de bu itenranden van de mal die geen deel uitmaken van de vorm af te sehuinen, zodat ze niet barsten of afsehilferen als u per ongelllk tegen de mal stoot.
5. Als u de mallen op een rooster zet kunnen ze gelijkmatig drogen. 6. U kunt de mallen oak op metalen steunen zenen, zodanig dat de lucht er onderdoor kan circuleren.
,pJ
.'
Om te voorkomer twee gipsopperv lak elkaar blijven kiev, ten ze waterdieht worden. Doe dit m, zeep opgelost in h (bij voorkeur koke teI. Gebruik 500 : zeep op een liter w; ze verhollding geef delijk dikke op los~ eventlleel verder kan worden met wa De zeepoplossin aangebraeht op d van de mal en he (als dat van gips daarmee in aanral men. In dit geval zowel de mal als h, voehtig. Strijk de zeep uit verfkwast of and. kwastje, al naar ge oppervlak dat u r smeren. Zorg ervoo hele oppervlak is H et zeepsehuim ( staat veegt 1I weg zelfde kwast, waarn gesmeerde opper glad en glanzend ui Bij pas geboets, leerharde modell klei of een andere sehe substantie h oppervlak niet me worden ingesmeen zien het gips hier blijft plakken. Als del eehter al droog h et wel wordel smeerd, zodat h et I ter onttrekt aan de Dit ZOll namelijk : mal als h et model besehadigen. Ais c uitgehard, dompelt It' mal in p.en p.mlT
Lossen van het object
{I die uit meerdere delen staat moet u erop letten t de wanden en de sleutels xies op elkaar aansluiten. S 1I ergens een foutje ziet ~)it u dat deel van de mal g en maakt u een nieuw derdeel. Zo voorkomt 1I : u straks aile uit die mal omstige objecten moet • werken. _aat een mal die uit twee meer delen bestaat Igen met aile delen in elIr gepast, zo nodig met I touw eromheen want lers kunnen ze vervor11. Hoe groter de onder~n van de mal, des te ker ze de neiging hebben te vervormen. let is raadzaam de bui[anden van de mal die 11 dee I uitmaken van de .n af te schuinen, zodat tiet barsten of afschilfeals 1I per ongeluk tegen lal stoot.
Is 1I de mailen op een roos~t kunnen ze gelijkmatig ~ n.
kunt de mailen ook op len steunen zetten, zodaat de lucht er onderdoor :irculeren.
Om te voorkomen dat de twee gipsoppervlakken aan elkaar blijven kleven, moeten ze waterdicht gemaakt worden. Doe dit met zachte zeep opgelost in heel heet (bij voorkeur kokend) water. Gebruik 500 g zachte zeep op een liter water. Deze verhouding ,geeft een redelijk dikke oplossing, die eventueel verder verdund kan worden met water. De zeepoplossing wordt aangebracht op de delen van de mal en het model (als dat van gips is) die daarmee in aanraking komen. In dit geval worden zowel de mal als het model vochtig. Strijk de zeep uit met een verfkwast of ander zacht kwastje, al naar gelang het oppervlak dat u moet insmeren. Zorg ervoor dat het hele oppervlak is bedekt. Het zeepschuim dat ontstaat veegt u weg met dezelfde kwast, waarna het ingesmeerde oppervlak er glad en glanzend uitziet. Bij pas geboetseerde of leerharde modellen van klei of een andere keramische substantie hoeft het oppervlak niet met zeep te worden ingesmeerd, aangezien het gips hier niet aan blijft plakken. Als het model echter al droog is, moet het weI worden ingesmeerd, zodat het geen water onttrekt aan de gipsmal. Dit zou namelijk zowel de mal als het model kunnen beschadigen. Als de klei is uitgehard, dompelt u de heIe mal in een em mer water
I:
tot de klei zacht is gewor
moet u het object eerst behandelen met een product dat de porien afdicht, zoals lak, opgelost in alcohol van 96 (u kunt ook methylalcohol nemen). Neem 125150 g lak op 1 liter alcohol. Breng hiervan 5 a 6 lagen aan en laat elke laag steeds drogen voor u de volgende opbrengt. Een oppervlak dat waterdicht is gemaakt met lak is heel glad en glanzend. Vervolgens smeert u het in met zeep, volgens de hierboven beschreven methode. 0
7. Breng water aan de kook. Doe de zachte zeep in een glazen of plastic pot en zet er een ijzeren staafje in. Giet er dan het water bij. Het staafje absorbeert een deel van de hitte en voorkomt zo dat de pot breekt, als hij van glas is, of zacht wordt, als het om plastic gaat. Roer het mengsel door tot u een gelei krijgt. Laat de massa voor gebruik afkoelen. 8. Weeg de lak af met behulp van een weegschaal (in dit geval is slechts 50 g nodig, gebruik daarom een precisieweegschaall. Meet de juiste hoeveelheid alcohol (333 ccl af in een meetbuis. Giet de alcohol en vervolgens de lak in een pot. Sluit de pot af en schud hem de eerstvolgende twee uur af en toe. Na twee uur is de lak opgelost. Gebruik het mengsel pas nadat u gecontroleerd hebt of aile lak inderdaad is opgelost. Maak de verfkwast na gebruik schoon met methylalcohol en daarna met water en zeep. Bewaar het mengsel in een afgesloten pot om te voorkomen dat de alcohol verdampt.
GEREEDSCHAP
Winkelhaak. Waterpas. Een winkelhaak is een metalen, houten of plastic werktuig bestaande uit twee latten, waarvan een met een cent imeterverdeling, die samen een hoek van 90° vormen. Een winkelhaak wordt gebruikt om te controleren of een object loodrecht op het werkvlak staat, en om te controleren of de wanden van de bekisting om de mal loodrecht op elkaar staan voordat u gaat gieten. Een waterpas wordt gebruikt om te controleren of een lijn of-vlak zuiver horizontaal is, teneinde het verschil tussen twee punten te bepalen. Bij het maken van een mal wordt de waterpas gebruikt om de hoogte van de bekisting te controleren en te kijken of de wand en zuiver verticaal staan. Rasp. Staalborstel. Kapzaag. Een rasp wordt gebruikt om het oppervlak van het gips glad te maken en ook om de
schuinen. Het blad is geribbeld en voorzien van gaatjes, zodat het niet verstopt raakt wanneer de rasp over het gips wordt gehaald. De losse gipsdeeltjes verdwijnen via de gaatjes. Een rasp kan ook gebruikt worden op vochtig gips, maar dan raken de gaatjes wel verstopt. Met een staalborstel kunt u de rasp weer schoon krijgen. De staalborstel wordt gebruikt om vochtig gips van de tanden van de rasp te halen. De rechthoekige kapzaag heeft fijne tanden en een metalen U-vormige versteviging langs de bovenrand. Zoals u ziet heb ik die verwijderd. Dit is de meest geschikte zaagom stukken gips
of dun strookje metaal dat in een bepaalde vorm is gebogen. Ronde mirettes worden gebruikt om de sleutelgaten te maken in een mal.
mes, een guts, een beitel of een speerpunt (glad of getand). Sommige zijn buigzaam, andere niet. Lomers en messen worden gebru ikt voor het gladstr ij ken van het oppervlak van een mal en voor het maken van scheidingswandjes in klei. Ze zijn gemaakt van dun staal en rechchoekig of halfrond van vorm.
met een drukmal. Mirettes zijn er in verschillende vormen en bestaan uit een houten handvat met aan de uiteinden een stuk metaaldraad van een mal te zagen, hoewel een handzaag ook voldoet. Metalen lomers. Boetseerspatels. Boetseerspatels worden voor allerlei doeleinden gebruikt. V~~r gips verdienen de metalen exemplaren de voorkeur. Ze bestaan allemaal uit een ijzeren of stalen steel met verschillend gevormde uiteinden. De spate I
Mirettes. Een wordt gebruikt voor het uithollen van objecten die geboetseerd zijn uit een massief blok klei, voor modellen die gemaakt zijn met een verloren mal, en voor de achterkant
Plank en met metalen hoekijzers voor de bekisting. Dit zijn stukken hout of spaanplaat, waarvan er altijd vier tegelijk worden gebruikt. Aan het ene uiteinde is er langs de bovenrand een metalen hoekijzer geschroefd. De afstand tussen de uitstekende poot en het uiteinde van de plank is precies gelijk aan de dikte van de plank, zodat de planken in elkaar passen. Voor kleine en middelgrote mallen is een bekisting onmisbaar. Breng altijd een rolletje klei aan over de onderrand van de planken en langs de verticale verbindingslijnen. Ais de planken breder zijn dan 20 cm moet u er bovendien ook een touwtje omheen binden om te voorkomen dat het gips de planken aan de onderkant uit elkaar duwt.
Klemmen. Deze bes een rechthoekige sta met aan het ene uitei vaste arm en aan he' uiteinde een verse! arm met schroefdraa mee worden de de een mal op hun pi houden. Klemmen misbaar als verstevif de bekisting bij eel hoekige of vierkante Canvas, houten latjl roller. Het canvas w bruikt voor het mal de plakken en rer voor de scheidings en de bekisting van ( De klei plakt name aan de stof. De houten latjes z verschillende dikt worden altijd per t bruikt en zijn on het uitrollen v en repen klei . diktemete
'Iamuurmes:sen. M is een bestaande
,\ <..nn,"rnnf'S
f dun strookje metaal dat in en bepaalde vorm is geboen. Ronde mirettes worden ebruikt om de sleutelgaten : maken in een mal. lanken met metalen )ekijzers v~~r de bekisng. Dit zijn stukken hout . spaanplaat, waarvan er tijd vier tegelijk worden bruikt. Aan het ene uit:Ide is er langs de bovennd een metalen hoekijze r schroefd. De afstand tus1 de uitstekende poot en t uiteinde van de plank is ecies gelijk aan de dikte n de plank, zadat de plann in elkaar passen. Voor :ine en middelgrote mall is een hekisting onmislr. Breng altijd een ro lleklei aan over de onder,d van de planken en gs de verticale verbingslijnen. Ais de planken der zijn dan 20 cm moet er hovendien ook een wtje omheen binden om voorkomen dat het gips planken aan de onder.t uit elkaar duwt.
Klemmen. Deze bestaan uit een rechthoek(ge stalen staaf met aan het ene uiteinde een vaste arm en aan het andere uiteinde een verschuifbare arm met schroefdraad. Hiermee worden de delen van een mal op hun plaats gehouden. Klemmen zijn onmisbaar als versteviging van de bekisting bij een rechthoekige of vierkante mal. Canvas, houten latjes, deegroller. Het canvas wordt gebruikt voor het maken van de plakken en. repen klei voor de scheidingswandjes en de bekisting van een mal. De klei plakt namelijk niet aan de stof. De houten latjes zijn er in verschillende diktes. Ze worden altijd per twee gebruikt en zijn onmisbaar voor het uitrollen van plakken en repen klei van een bepaalde dikte met een deegroller. Plamuurmessen. Mes. Een plamuurmes is een metalen werktuig bestaande uit een dun stalen of ijzeren blad in de vorm van een gelijkbenige driehoek, gevat in een houten of plastic handvat. Het wordt gebruikt voor het opbrengen en gladstrijken van gips, het afschuinen van
bevochtigen, zodat het materiaal niet te droog wordt. Ze zijn er in diverse uitvoeringen, maar bestaan in principe uit een plastic, hermetisch gesloten fles voor het water en een eenvoudige luchtverstuiver. Het water wordt opgezagen via een buis en komt naar buiten in een nevel van fijne druppeltjes .
tegen gipsstof tijdens het aanmaken van het gips. De professionele uitvoeringen zijn voorzien van een luchtfilter met actieve koolstof. Ze dekken neus en mond zodanig af dat alle ingeademde lucht door het filter komt. De eenvoudige wegwerpuitvoeringen zijn gemaakt van papier en bieden beperkte bescherming. Ze zijn niet geschikt als bescherming tegen giftige stoffen. randen en het snijden van repen klei. Het mes heeft een stalen lemmet dat eindigt in een punt en aan beide zijden is afgeschuind. Aangezien gips semi-hard wordt, leent een mes zich goed voor het wegsnijden van overtollig materiaal tijdens het uitharden, en voor het afschuinen van randen. Een kort mes met een sma I lemmet is het handigst. Handschoenen en stofmasl<er. Rubber handschoenen dienen ter bescherming van de handen bij het aanmaken van h et gips, zowel tijdem het uitstroo ien van het poeder ais bij het roeren. Het stclfmasker beschermt de lu(hrwegen
Beitels en Een beitel reep staal, doorsnede,
houten hamer. bestaat uit een rechthoekig in ca. 15 cm lang,
tussen de 5 en 40 mm breed en 5 mm dik. Het ene uiteinde is geslepen en afgeschuind ondereen hoek van 25-30'. Het andere uiteinde steekt in een houten of plastic handvat. Beitels worden gebruikt voor het openbreken van verloren mallen,
het afsteken van het oppervlak van mallen en het maken van sleutels. Een houten hamer heeft een cilindervormige kop en een steel van hardhout. De uiteinden van de kop zijn recht. De lengte van de hamer varieert van 30 tot 40 cm; de kop meet 15 a 20 cm en heeft een doorsnede van 12 cm. Met de hamer slaat u op het houten handvat van een beitel, zodat de beitel in het gips dringt en het gips kan worden weggekapt. Plantenspuit. Een plantenspuit wordt gebruikt om het oppervlak van klei en gips te
Weegschaal. Wordt gebruikt voor het afwegen van grondstoffen De weegschaal bestaat uit twee even zware schaaltjes die met elkaar in evenwicht zijn en op een metalen arm rusten. Op het "",ene schaaltje komt het af te wegen materiaal, op het andere de gewichten. Ais de schaaltjes horizantaal staan wijst de naald van de weegschaal recht omhoog. .Een precisieweegschaal wordt gebruikt voor het exact afwegen van kleine hoeveelheden, van honderdste grammen tot 50 g. Schep kleine hoeveelheden op met een {plamuur)mes en gebruik een pincet voor het oppakken van heel kleine gewichtjes.
Theefilter en schoteltje 4. Door de kegelvorm var twee delen re besraan. Me juiste hoogte gebraehr en ring afgediehr. Bij het seh een plak klei van 1 em dil ronde uitsteekvorm waar' van her sehorelrje. Her sc klei gezer, in een bekisr in van her sehore\rje heb ik verlengde van rwee van c als sehe idswand. Hiema I kisting die her eersre dee aangemaakr en in de rwe
THEESERVIES et maken van een theeservies vergt een gecompliceerd productieproces woorin diverse factoren een rol spelen, zoals het ontwerp, de vorm, de functie enzovoort. Zoals uit de stap-voor-staptoelichting blijkt zijn de vorm en de oppervlaktestructuur van de objecten belangrijke punten bij de vervoordiging van de mallen. Door de ingewikkelde vorm en de structuur van het oppervlak zijn er voor de rnallen namelijk meer onderdelen nodig dan bij andere, eenvoudiger objecten of objecten met een glad oppervlak. Als basis heb ik kegelvormen gebruikt, geboetseerd uit rnassieve klei en voorzien van een oppervlaktestructuur. Tijdens het uitharden van de objecten heb ik ze op de drooischijf gezet voor het oonbrengen van de details zoals de voet, de oonsluiting tussen de deksels en de openingen, en de openingen zelf.
H
Het was niee mogelijl< om de oren ende tuitmee te gieten. bij de mallen van de thee pot, het melkkanne tje en de theekopjes. Deze onderdelen heb ik gegoten met aparte mal[en Na het wegsnijden van de overtollige klei heb iI< ze met slifr op hun plaats bevestigd. De tuit en het handvat van de theepot zijn hoi gegoten; de andere onderdelen zijn gemaakt van massieve klei. AUe voorwerpen met oren, handvatten of een tuit moe ten langzoom drogen. Dek de desbetreffende elementen eventuee[ af met plastic zodat ze niet sneller drogen dan de rest, want dan zouden de verbindingen I
1. Hier ziet u de onderdelen die de buik van de theepot vormen. Het filter en het deksel zijn preeies pas gemaakt. Het h andvat en de tuit zijp van massieve klei. Het deksel is op de draaisehijf voorzien van een kege\vormige verdikking die precies in de opening van de por past. Herzelfde geldr voor her filrer, dar ik een kegelvorm heb gegeven door her uir een massief blok klei te draaien.
3. Het kopje, met oor en sehote ltj e. H et sehoreltje heb ik op de draaisehijf voorzien van een opstaande rand aan de onderkant. Aile objecren hebben een opperv lakre struetuur afkomstig van een dikke, gekreukelde lap srof die ik meteen na het boetseren in de nog zaehre klei heb gedrukt.
2. Dir zijn de rwee onderdelen van de suikerpot. Met behulp van de draaisehijf is de aansluiring tussen de rwee delen preeies pas gemaakt. Op de foro staat ook her melkkannerj e, mer een
Theefilter en schoteltje 4. Door de kegelvorm van het filter hoeft de mal uit niet meer dan twee delen te bestaan. Met vier repen klei heb ik de plankjes op de juiste hoogte gebraeht en vervolgens heb ik de naden van de bekisting afgedieht. Bij het sehoteltje was de eerste stap het uitrollen van een plak klei van 1 em dik. Hierin heb ik een gat gemaakt met een ronde uitsteekvorm waarvan de doorsnede 1 em groter is dan de voet van het sehoteltje. Het sehoteltje heb ik in het midden van een plak klei gezet, in een bekisting van stukken spaanplaat. De bovenkant van het sehoteltje heb ik met drie lijnen in drieen verdeeld. In het verlengde van twee van die lijnen heb ik een strook klei aangebracht als seheidswand. Hiema heb ik de drie repen aa~gebraeht voor de bekisting die het eerste,deel van de mal afsluit. Toen heb ik het gips aangemaakt en in de twee vormen gegoten.
opje, met oor en Ie. Het sehoteltje heb draaisehijf voorzien opstaande rand aan -kant. Alle objeeten :en oppervlakte r afkomstig van een ~ kreukelde lap stof die ·n na het boetseren in lehte klei heb gedrukt.
voor het filter is klaar. Bij het sehoteltje zijn al twee delen klaar. Laat het eerste deel uitharden voor u het tweede dee I volgiet. Haal de repen klei weg en breng een ervan aan in het verlengde van de derde lijn op het sehoteltje. Smeer het raakvlak tussen de twee maldelen in met zeep en giet de vorm vol. Op de foro ben ik bezig met het inzepen van het tweede deel van de mal: 6. Breng een strook klei aan langs de bovenrand van het sehoteltje. De doorsnede van de ring moet 1 em kleiner zijn dan de doorsnede van het schoteltje. Hoi de sleutelgaten uit, smeer het oppervlak in met zeep en maak de bekisting. Giet gips tussen de bekisting en de ring, die straks de bovenkant van de mal vormt. Keer de mal voor het filter om en zet er een cilinder van klei op; deze heeft dezelfde funetie als de ring op het schoteltje. Hoi de sleutelgaten uit, smeer het oppervlak in met zeep en dieht de bekisting af. Maak het gips aan en vul de vormen. De mal voor het filter is nu helemaal klaar; voor het sehoteltje is dit het vierde onderdeel. 7. De mal voor het sehoteltje. De onderkant is geopend, ingezeept, voorzien van een bekisting en gereed om te worden opgevuld met gips. Dit wordt het laatste dee I. 8. Als het gips is uitgehard verwijdert u de klei met behulp van een mirette. Verwijder ook de klei van het filter. 9 en 10. De twee volrooide, uit elkaar genomen mallen. De buitenranden zijn afgesehuind.
Oren en tuit 11. De oren en de tuit voor de diverse onderdelen van het servies heb ik geboetseerd uit massieve blokken klei. De extra klei aan het uiteinde is nodig om het element straks op het juiste formaat te kunnen afwerken. Bovendien fungeren de uiteinden als gietopening voor de klei en uitlaatopening voor de lucht. Bij deze mallen maak ik de bekisting van een andeFe kleur klei, precies op maat.
Melk.k.annetje 19. Leg het object op ( kleibedding, met een \ plastic ertussen. De on moet een rechte hoek met het werkvlak. Cor dit met behulp van eel winkelhaak. 20. De tuit van het mt kannetje bepaalt waar scheidslijnen komen i mal. Schuifhet plankj de bovenkant en begir het vormen van de sd wand. Aan de ene kan de wand tot aan het m van de tuit. De latjes z ervoor dat de scheids'.' horizontaal blijft. 21. Haal de latjes weg vervang ze door een st spaanplaat, dat een re hoek vormt met de kl< de sleutelgaten uit me ronde mirette. Sluit d bekisting en giet de v( vol met gips.
12. Vier mallen met bekisting, gereed om vol te gieten met gips. 13. Het eerste deel van de mal is klaar. 14. Keer de mallen om en maak er weer een bekisting omheen, net als de vorige keer. Hoi de sleutelgaten uit, zeep ze in en giet het gips in de vorm. De mallen zijn dan klaar. 15, 16 en 17. De verschillende mallen zijn gereed. De randen zijn afgeschuind. 18. Helaas is de mal voor het oor van het kopje gevallen en gebroken. Ik heb de breuk gelijmd met witte houtlijm, waama ik de stukken in een lijmklem heb gezet tot de lijm droog is. Zo heb ik de mal gerepareerd.
-
Melkkannetje 19. Leg het object op een kleibedding, met een vel plastic ertussen. De onderkant moet een rechte hoek vormen met het werkvlak. Controleer dit met behulp van een winkelhaak. 20. De tuit van het melkkannetje bepaalt waar de scheidslijnen komen in de mal. Schuifhet plankje tegen de bovenkant en begin met het vormen van de scheidswand. Aan de ene kant komt de wand tot aan het midden van de tuit. De latjes zargen ervoor dat de scheidswand horizantaal blijft. 21. Haal de latjes weg en vervang ze door eenstuk spaanplaat, dat een rechte hoek vormt met de klei. Hoi de sleutelgaten uit met een ronde mirette. Sluit de bekisting en giet de vorm vol met gips.
I
22. Het eerste deel van de mal is klaar, het tweede deel is voorzien van sleutelgaten en gereed voor het gieten. De bekisting is ges loten en wordt op zijn plaats gehouden door vier klemmen. Voordat u de mal sluit brengt u zeep aan op de gipsv lakken die in aanraking komen met het gips waarmee dit gedeelte wordt gevuld. 23. Twee delen van de mal zij n al klaar. Het derde deel is het makkelijkst, omdat u hier alleen het oppervlak hoeft in te zepen waama u de bekisting aanbrengt. Ik heb twee vierkantjes afgetekend op de klei om aan te geven waar het hand vat moet komen. Na het gieten kan ik het hand vat dan za op de goede plaats bevestigen. 24. Als deze drie onderdelen klaar zijn zet u de mal rechtop om de bovenkant te maken. Vorm eerst een cilinder van klei met een verlengstuk voor de tuit. Houd rondom het bovenste deel van het kannetje een marge aan van 5 mm. Hoi de sleutelgaten uit, smeer het oppervlak in met zeep, dicht de bekisting af en giet de vorm vol met gips. Wanneer dit vierde onderdeel is uitgehard, keen u de mal om zadat u de onderkant kunt maken. Hoi de sleutelgaten uit en breng een bekisting aan. Dit is het laatste onderdeel van de mal.
Theekopje 26. Leg het object op een kleibedding, met een vel plastic ertussen, en controleer met behulp van een winke!haak en een lomer of de uiteinden een rechte hoek vormen met het werkvlak. 27. Schuif een plankje tegen de bovenkant, als onderdeel van de bekisting. Brengde linkerscheidswand aan en daama de rechter. Bouw de wanden op met kleine plukjes klei en volg daarbij de vorm van het kopje.
Deksel voor de suike 34. Rol een plak klei 15 mm d ik en steek et uit het midden. De de moet iets groter zijn d middensruk van her d zodar het in model bli her in de kleivmm lep
28. Strijk de scheidswanden glad, hoi de sleutelgaten uit en sluit dit gedeelte af met een plankje dat u met een klem vastmaakt aan het eerste plankje. Op de foto ziet u de bekisting voordat de voorkant met een plankje is afgesloten. 29. Breng dit plankje op zijn plaats zadat de bekisting kan worden afgedicht en bevestig het met twee klemmen aan de andere plankjes. Giet het gips in de vorm tot de klei van de scheidswand is bedekt. .'
. '{;.~
"
30. Als het eerste dee! is uitgehard, legt u het op het werkv lak. Vorm de tweede scheidswand en maak ook hier sleutelgaten in. Smeer het gips in met zeep, evenals de stukken spaanplaat. Bouw de bekisting weer op en vul de vorm met gips voor het tweede dee I van de mal. 31. Voordat u het derde dee! giet haalt u de klei van de scheidswanden weg. Smeer het gips in met zeep. Sl~it de bekisting en giet het gips in de vorm. 32. De voet is het makkelijkst. Hier hoeft u aileen sleute!gaten aan te brengen, het oppervlak in te zepen en de bekisting te sluiten. Houd de plankjes op hun plaats met twee klemmen. 33. Maak het bovenste dee! op de manier zaals beschreven bij stap 24. Als dit dee! klaar is en aile randen zijn afgeschuind,
35. Leg het deksel op ondergrond van klei. van dezelfde klei een I 2 X 2 em en verdeel d drie stukken vom de s wanden van het deks. de sleutelgaten uit mt mirette. Maak van ph een bekisting en houl die met klei op hun plaats. Duw de scheidswanden met een plamuurmes tegel de zijranden van het deksel en gier het een vak vol met gips. 36. Haal een van de scheidswanden weg e' het gips in met zeep. I het plankje weer op zi en vul het tweede yak gips. Maak het derde , de mal op dezelfde m ~ 37. De drie delen van mal, ingesmeerd met: voorzien van sleutelg, Breng een bekisting a giet de vorm vol mer! voor de bovenkant va deksel.
I ttt.t.::>t.KV It.::>
Deksel voor de suikerpot 34. Rol een plak klei uit van 15 mm dik en steek een rondje uit het midden. De doorsnede moet iets groter zijn dan het middenstuk van het debel, zodat het in model blijft als u het in de kleivorm legt.
~t
eerste deel is uitgeu het Ol' het werkvlak. weede scheidswand ,ok hier sleutelgaten het gil's in met zeel', ~ stukken sl'aanplaat. )ekisting weer ol' en "In met gil's voor het ,el van de mal. lat u het derde deel u de klei van de mden weg. Smeer het ~t zeel'. Sluit de bekiset het gil's in de vorm. let is het makkelijkst. :t u aileen sleutelgaten ~ngen, het opperv lak n en de bekisting te loud de l'lankjes Ol' :s met twee klemmen. ( het bovenste deel Ol' r zoals beschreven bij \ls dit deel klaar is en
35. Leg het deksel op deze ondergrond van klei. Snijd van dezelfde klei een reep van 2 X 2 cm en verdeel die in drie stukken voor de scheidswand en van het debel. Hoi de sleutelgaten uit met een mirette. Maak van plankjes een bekisting en houd die met klei Ol' hun l'laats. Duw de scheidswanden met een l'lamuurmes tegen de zijranden van het debel en giet het eerste vak vol met gil's. 36. Haal een van de scheidswanden weg en smeer het gips in met zeep. Breng het plankje weer Ol' zijn plaats en vul het tweede vak op met gips. Maak het derde dee! van de mal op dezelfde manier. 37. De drie de!en van de mal, ingesmeerd met zeep en voorzien van sleutelgaten. Breng een bekisting aan en giet de vorm vol met gips voor de bovenkant van het
38. Keer de mal nu om en haal de ondergrond van klei weg. Zet op het middenstuk van het debe I een cilinder van klei met een doorsnede die 8 mm kleiner is dan het debel. Zeep het oppervlak in en vul de vorm met gips. De mal is nu klaar. 39. De verschillende onderdelen. Breng aile delen op hun l'laats en laat de mal zo drogen.
)1
Suikerpot 40. De mal van de suikerpot wordt op dezelfde manier gemaakt als die van her melkkannetje en het rheekopje. Leg her model in een kleibedding, afgedekr mer een vel plastic, en controleer of de boven- en onderkant een rechre hoek vormen met het werkvlak. Zer een plankje tegen de bovenkant en vorm de scheidswand. Strijk de klei glad met een plamuurmes; twee latjes fungeren daarbij als geleide. Maak het andere dee I van de scheidswand op dezelfde manier. Hoi de sleutelgaten uit, maak de bekisting en vul de vorm met gips.
41. Her eerste dee! van de mal is al klaar. Her rweede dee! is voorzien van een scheidswand en een bekisring. De twee plankjes worden op hun plaats gehouden door een klem. De voorkant kan zo worden afgesloten met een plankje. 42. De mal gezien vanaf Je andere kant. Twee delen zijn al klaar. Smeer deze Jelen in met zeep, breng de bekisring weer aan en giet de vorm vol met gips voor het laatste Jeel van de suikerpot. 43. Voor de onderkant holt u de sleutelgaten uit en smeert u her oppervlak van het gips in mer zeep. Breng een bekisring aan. Teken aan de binnenkant van de bekisting een lijn af op 3 cm vanaf de bodem; zo hoog moet dit deel van de mal worden. 44. Als het gips is uitgehard keert 1I de mal om. Zet een cilinJer van klei in de opening van de suikerpot. De klei moet overal precies aansluiren, zodat de opening voor het deksel bewaard blijft in de mal. Hoi de slellte!gaten uit, smeer het oppervlak in met zeep, breng een bekisting aan, maak het gips aan en giet het in de vonn tot de hoogte van de cilinder. De mal is nu klaar.
THEESERVIES /
ste dee! van de mal let tweede dee! is n een scheidswand sting. De twee ,rden up hun plaats ooreen klem. ,t kan zo worden net een plankje. gezien vanaf de t. Twee delen zijn
leer deze de!en in reng de hekisting I giet de vnrm vol or het Iaatste dee! erpot. onderkant holt u de uit en smeert u het Ian het gips in met : een bekisting aan. de hinnenkant van g een lijn af op 3 cm lLlem; zo hoog moet 1 de mal worden. !
.1
. gips is uitgehard nal om. Zet een cilini in de opening van ,to De klei moet overansluiten , zodat de 'or het deksel bewaard mal. Hoi de sleutelmeer het oppervlak " hreng een bekisting het gips aan en giet nnn Tnt r1f' hnnatp v~n
53
Deksel voor de theepot 46. Rol eerst een plak klei uit van 3 cm dik. Snijd er een vierkant van en haal de overtollige klei weg. Steek een rondje uit het midden en leg hier het dekse! op, met het middenstuk in het rondje. 47. Snijd een reep klei in drie stukken en leg die za op de kleiplaat dat er drie vakken ontstaan. Teken de uiteinden af met een winke!haak en snijd ze bij. 48. Maak de sleute!gaten in de vakken. Breng een bekisting aan en vul de vakken met gips, zander de bovenkant van het dekse! te bedekken. 49. Laat het gips uitharden en haal een van de scheidswandjes weg. Smeer het gips in met zeep. Breng de bekisting weer aan en vul het tweede yak met gips. Maak het derde dee! en de bovenkant op dezelfde manier, net als bij het dekse! van de suikerpot. 50. Zet op het middenstuk van het deksel een treehter van klei met een doorsnede die 8 mm kleiner is dan het deksel. Smeer het oppervlak in met zeep, dicht de bekisting af en giet de vorm vol met gips. De mal is nu klaar.
58. Als de hekisti plaats zit haalt u ( het opperv lak Val delen die de huik thee pot bedekker
Theepot 52. Deze mal kan in principe op dezelfde manier gemaakt worden als de andere kegelvormige onderdelen van het servies, maar ik laat hier een andere werkwijze zien, waarhij de mal in een verticale positie wordt gemaakt. Snijd uit een plak klei twee rondjes en schuin de randen zo af dat ze precies op de onder- en hovenkant van de pot passen. Rol een plak klei uit en snijd hier vier hrede repen van als scheidswanden. Vanwege de vorm van de theepot moet de mal namelijk uit vier delen bestaan. Op de foro ziet u hoe een van de scheidswanden, voorzien van sleutelgaten, op maat wordt gemaakt voor de buik van de theepot.
59. Maak met bel ronde mirette slel deze onderdelen. 60. Haal het schi de bovenkant var af en zet een cilin in de opening var De cilinder moet sluiten. Smeer he zeep, hreng een h, en giet de vonn vAls dit deel klaar mal am. Haal het de onderkant en J hele procedure (s zeep, gips) . De m:
53. Als de scheidswanden op hun plaats zitten kan ik de vorm in twee keer opvullen. Let op de kleine driehoekjes die de scheidswanden op hun plaats houden. Bouw nu de hekisting op. 54. Vul de eerste twee vakken met een laag gips. Zorg dat het oppervlak van het model en de scheidswanden bedekt is. Strijk het gips voordat het is uitgehard met een plamuurmes uit over de aansluiting tussen de scheidswanden en de bekisting, ter versteviging. Laat het gips uitharden en afkoelen, en vul de vakken verder op. 55. De twee opgevulde vakken na het openen van de hekisting. 56. Egaliseer de bovenkant van de mal met een rasp en snijd de randen bij langs een winkelhaak. 57. Smeer het oppervlak in met zeep en zet de bekisting weer in elkaar. Hier ziet u de mal v
61. De mal uit ell men, glad afgewe afgeschuinde ran, deel onder op de j rechthoekje dat a de tuit moet kom vierkantjes op he recht daarhoven, waar de uiteinder handvat moe ten 62. Aile mallen ( zijn voor het mak theeservies.
58. Als de bekisting op zijn plaats zit haalt u een rasp over het oppervlak van de vier delen die de buik van de theepot bedekken. 59. Maak met behulp van een ronde mirette sleutelgaten in deze onderdelen. 60. Haal het schijfje klei van de bovenkant van het model af en zet een ,c ilinder van klei in de opening van de theepot. De cilinder moet precies aansluiten. Smeer het gips in met zeep, breng een bekisting aan en giet de vorm vol met gips. Als dit deel klaar is keert u de mal a m. Haal het schijfje van de onderkant en herhaal de hele procedure (sleutelgaten, zeep, gips). De mal is nu klaar.
,J
erste twee vakken ~ gips. Zorg dar her an her model en emden hedekr is. ps voordar her is er een plamuur. de aanslu iring heidswanden en :, rer versreviging. s uirharden en I vu l de vakken
: opgevulde ler openen van ~.
~ r de
hovenkanr mer een rasp en den hij langs een
:let oppervlak in l zet de hekisting lar. Hier ziet u de
"",l
,,,:0'"
61. De mal uit elkaar genomen, glad afgewerkt en met afgeschuinde randen. Op het dee! onder op de foro ziet u een rechthoekje dat aangeeft waar de wit moet komen. De twee vierkantjes op het derde deel, recht daarboven, geven aan waar de uiteinden van het handvat moe ten komen. 62. Alle mallen die benodigd zijn voor het maken van een theeservies.
Vt. ,," VUlUc1 lUlICl
het onderste deel haalt sn ijdt u de 0 klei langs de rand boetseerspa tel.
"'.
63 . Voordat u de mallen volgiet ze t 1I voor elk een opvangbak klaar, waar 1I de mal 01' kunt zetten om uit te lekken. VlIl de eerste vier mallen. VlIl de gietklei steeds bij tot de wand de jlliste dikte heeft. Zet de mal dan ondersteboven 01' de opvangbak en giet de andere mallen vol.
64. H et uitlekken van de mallen. lntussen heb ik de mallen vnor de tuit en de hand va tten gev uld. De mallen voor de tuit en het hand vat van de theepo t giet ik vervo lgens leeg; die voor de andere hand vatten blij ven gevuld met klei. 65. De gegoten onderdelen. 66. Het kopje en het schoteltj e na h et openen van de mal.
. ~
.J
68, 69 en 70. He van h et oor aan h N ada t 1I lO We! h e he t oo r lIit de mal haa ld , snijdt u de klei weg met een spate!. Kras de pI. het handvat moe' bevestigd in met ' n aa ld en doe h etz de uiteinden van Zo h eeft de klei n S meer de vlakker en bevestig het 0' kopj e. O m zeker I het oo r goed vast h et raakvlak rom Leg een rolletj e k snede en drllk d it een plamllurmes. Doe hetze lfde me theepot en het m A ls u het handva theepot hebe bey maa kt u met een een ventil atiegaa onderkant. Het l~ immers h oI. Maa een opening in d, de th eepot, op de de tuit moet kom raakvlakken in eJ in met slip. Beve: en srrijk de naad een rolletje klei. voorkomen dat d lam 1I h em t ij den 01' een stll k spon: spons wordt S21m terwijl de klei dn hij 01' zijn plaats theepot.gereed is te bewerken . Ma gaa tj e in het dek. thee pot, om con, waterdam p te vo
-
67. Voordat u het voorwerp uit het onderste deel van de mal haalt snijdt 1I de overtollige klei langs de rand weg met een boetseerspateL
en llrvangbak klaar, l ui de eerste vier jlliste dikte heeft. , en giet de andere ik de mallen Vl10r de e wit en het hand oor de andere hand-
/an de maL
68,69 en 70. Het bevestigen van het oar aan het kopje. Nadat u zowel het kopje als het oor uit de mal hebt gehaald, snijdt u de overtollige klei weg met een boetseerspateL Kras de p)aats waar het handvat moet worden bevestigd in met een snijnaald en doe hetzelfde met de lIiteinden van het handvat. Zo heeft de klei meer houvast. Smeer de vlakken in met slip en bevestig het oar aan het kopje. Om zeker te zijn dat het oor goed vastzit snijdt u het raakvlak rondom in. Leg een rolletje klei in de snede en druk dit aan met een plamuurmes. Doe hetzelfde met de theepot en het melkkannetje. Als u het hand vat aan de theepot hebt bevestigd, maakt u met een snijnaald een ventilatiegaatje in de onderkant. Het handvat is immers hoL Maak vervolgens een opening in de buik van de theepot, op de plaats waar de tuit moet kamen, Kras de raakvlakken in en smeer ze in met slip, Bevestig de tuit en strijk de naad glad met een rolletje klei. Om te voorkomen dat de tuit inzakt laat u hem tijdens het drogen op een stllk spons rusten, De spans wordt samengedrukt terwijl de klei droogt, zodat hij op zijn plaats blijft tot de theepot.gereed is om verder te bewerken, Maak ook een gaatje in het deksel van de theepot, om condensatie van waterdamp te voorkomen.
71. Leg aile onderde len op een rooster am te drogen en dek ze af met een kartonnen doos. Or die manier drogen ze heellangzaam. HOlld voor her biscuitbakken van dit theeservies een temperatuur van lOOO·Caan. 72. Het rheeservies na het glazuren.
TheeSCTtlies. 1999, Tht=epot met deksel: diepte 15 em, hoogte 22 em, dnorsnede Il,S em. Filter: hoogte 7,5 em, doorsneJe 7,5 em. Melkkannetje: diepte 10 em, hoogre 11 em, doorsnede 7 em.
Suikerpot mer debel: hongte 11 em, doorsneJe 9 em,
Theekopje: diepte 6,5 em, hoogte 9 em,
doorsnede 7,5 em. Schoteltje: hoogte 2.7 em, doorsnede 11 em.