Abundat dulcibus vitiis
Hij is rijk aan vriendelijke tekortkomingen
Alea iacta est
De teerling is geworpen
Alius aliud dicit
Een ander zegt iets anders. (Ieder vogeltje zingt zoals het gebekt is).
Audi et alteram pastem
Hoor ook de tegenpartij
Auriculas asini quis non habet
Wie heeft er geen - zij het slechts ook kleine - ezelsoren?
Ave Caesar
Gegroet, Caesar
Bis vincit, qui se vincit in victoria
Tweemaal overwinnaar is hij, die bij een overwinning zichzelf overwint
Boni pastoris est, tondere pecus, non deglubere
Een goed herder scheert zijn schapen, doch vilt ze niet
Calcanda semel via leti
De weg des doods moet eenmaal betreden worden
Calcat jacentem vulgus
Het gepeupel vertrapt den gevallen man
Candore notabilis albo
Opmerkelijk door haar blanke onschuld
Canes latrantes non mordent
Blaffende honden bijten niet
Carpe diem
Pluk de dag
Cave canem
Hoed u voor de hond
Cetero censeo birrum (vinum) bibendum esse
en toch ben ik van mening dat er bier (wijn) gedronken moet worden
Ceterum censeo Carthaginem esse delendam
Overigens ben ik van mening dat Carthago verwoest moet worden
Chi pecora si fa, il lupo mangia
Wie zich tot schaap maakt, wordt door de wolf gegeten
Cogito ergo sum
Ik denk, dus ik besta
Concordia res parvae crescunt Corpus Christi
het lichaam van Christus
Credo quia absurdum
Ik geloof omdat het strijdig is met het verstand.
Cuius testiculos habes, habeas cardeo et cerebellum
diegene die je bij zijn ballen hebt, die heb je bij zijn hart en zijn ziel
De mortuis nil nisi bene
Over de doden niets dan goeds
Divide et impera
verdeel en heers
E pluribus unum
Uit velen één (Spreuk op de US$-cent)
Emas, non qoud opus est, sed quod necesse est
Koop, niet wat gij wel gebruiken kunt, maar wat gij niet missen kunt
Epistula non erubescit
Een brief bloost niet (Het papier is geduldig)
Errare humanum est
vergissen is menselijk
Ex falso sequitur quodlibet
Uit een onware uitspraak volgt wat je maar wil
Faber quisque fortunae suae
Ieder is de bewerker van zijn eigen geluk
Fallitur augurio spes bona saepe suo
Een goede verwachting wordt dikwijls teleurgesteld
Fas est ab hoste doceri
Het is goed ook van zijn vijanden te leren
Fatetur facinus is, qui judicium fugit
Die het gerecht ontvlucht, bekent zijn misdaad
Fervet opus
IJverig werk gaat voort
Fortes fortuna adjuvat
Het geluk helpt de dapperen
Fortuna vitrea est; tum cum splendet, frangitur
Het geluk is van glas; als het schittert, breekt het
Fronti nulla fides
Op het uiterlijk kan men niet vertrouwen. (Schijn bedriegt)
Gladiator in arena consilum capit
Een zwaardvechter vormt in het strijdperk zijn plan (Komt tijd, komt raad)
Hannibal ante portas
Hanibal voor de poort!
Hic finis fandi
Dat was het einde van het gesprek
Hodie mihi cras tibi
Heden ik, morgen gij
Homo homini lupus
De een zijn dood, de ander zijn brood
Homo sacra res homini
De mens is een heilige zaak voor zijn medemens
Homo Sapiens non urinat in ventum...
Een slimme vent pist niet in de wind...
Honos praemium virtutis
Eer is de loon der deugd
Hora ruit; hora est!
De tijd verstrijkt; het is tijd!
Horresco referens
Ik huiver als ik er aan denk
Ignis mutatres
Het vuur verandert de materie
Immanis precoris custos
Herder van een ontzaglijke kudde
Impossibilium nulla obligatio est
Tot het onmogelijke kan niemand worden verplicht
Inter utrumque tene
Houd het midden
Interdum lacrimae pondera vocis habent
Tranen hebben soms de kracht van woorden
Juvat inconcessa voluptas
Verboden genot is zoet
Luctor et emergo
Ik worstel en kom boven
Lupus est homo homini
De ene mens is een wolf voor de anderen
Malus bonum ubi se simulat, tum est pessimus
Nooit is een slechter mens slechter dan wanneer hij zich als een goed mens voordoet
Manere te volo donec venero
Blijf tot ik er ben
Manibus pedibusque
Met handen en voeten
Manu armata
Gewapender hand
Marce, Marce, scholam non amas, sed tamen in scholam ire debes
Markje, Markje, je houdt niet van school, maar toch moet je naar school gaan...
Mea vota
Mijn wens
Mehercle
Bij Hercules
Memento, homo, quia pulvis es et in pulverem revertis
Bedenkt, mens, dat ge stof zijt en tot stof zult wederkeren
Mens sana non potest vivere in corpore sicco
Een gezonde ziel kan niet leven in een droog licha
Miscemus utile dulci
Laten we het nuttige met het aangename verenigen
Momento mori
gedenk de stervenden
Moniti meliora sequamur
Laat ons gewaarschuwd wijzer handelen
Morituri te salutant
Zij die sterven gaan groeten u
Multa petentibus / desunt multa
Hun, die veel begeren, ontbreekt veel
Nec scire fas est omnia
Men kan niet alles weten
Nec semper feriet, quodcunque minabitur, arcus
Geen boog treft altijd datgene, waarop hij gericht wordt
Nihil novum sub sole Nitimur in vetitum semper cupimusque negata
Wij streven altijd naar het verbodene en begeren hetgeen ons ontzegd is
Nolens Volens
Lett: niet willend willend. (met tegenzin)
Nomen est omen
De naam is een voorteken
O fors, o fatum scelaratum atque impium
O goddeloos en misdadig lot! Oftewel: 'godverdomme'
O tempora, o mores
ach wee, wat een tijden, wat een zeden
Occasio mihi fertur
De gelegenheid werd me gegeven
Ora et labora
Bid en werk
Otium sine litteris mors est
Vrije tijd zonder literaire bezigheid is de dood
Pecunia non olet
Geld stinkt niet
Possunt, quia posse videntur
Zij kunnen het, omdat zij ervan overtuigd zijn dat ze het kunnen.
Qua patat orbis
Zo wijd de wereld strekt (wapenspreuk korps marini
Quamquam sub aquam maledicere temptant Qui non est hodie, cras minus aptus erit Die heden niet tot iets in staat is, zal het morgen nog minder zijn Qui se ipse laudat, cito derisorem invenit
Wie zichzelf prijst, wordt spoedig uitgelachen
Quid sit futurum cras, fuge quaerere
Vraag niet, wat het morgen zijn zal
Quidquid latine dictum sit, altum viditur Al wat in het Latijn gezegd wordt, wordt als verheven beschouwd Quieta non movere
Wat rustig is, niet storen. (Geen slapende honden wakker maken)
Quis custodiet ipsos / custodes
Wie zal de bewakers bewaken
Quod erat demonstrandum
datgene wat te bewijzen was
Quod licet Iovi non licet bovi
Wat Iuppiter mag, mag een rund nog niet
Rigor mortis
lijkstijfheid
Sapiente vince, rex, noli vincere ferro!
Een verstandig koning overwint niet met het zwaard
Semper avarus eget
Een vrek lijdt altijd gebrek
Sic transit gloria mundi
Zo vergaat des werelds roem
Spem pretio non emo
Ik geef geen geld voor hoop
Studeo linguae Latinae discendae
Ik leg me toe op het leren van Latijn
Sum quod eris
Ik ben wat jij zal zijn (grafschrift)
Tempus fugit
de tijd vliegt
Tu quoque, mei filii
ook gij, mijn zoon
Urbi et Orbi
Voor de stad en voor iedereen
Vana est sine viribus ira
Haat, zonder macht om er aan te voldoen, is ijdel
Veni etinam
tot hier ben ik gekomen
Veni, vidi, vici
Ik kwam, ik zag en ik overwon
Vivat, crescat, floreat
Leef, geloof, bloei