From top to bottom man (de ~ (m.), lieden/~nen, ~nen, ~nen) volwassen mens van het mannelijk geslacht => baas, gast, heer, heerschap, jongen, kerel, klant, manspersoon, mijnheer, pief, pik, vent vrouw (de ~ (v.), ~en) volwassen mens van het vrouwelijk geslacht => dame, doos, gleuf, gleufdier, juffrouw, mevrouw, vrouwmens, vrouwspersoon, wijf Bron: Van Dale Hedendaags Nederlands
De hedendaagse homoseksuele man-man relatie is jong, hip en fris. Vrij van alle stereotypen draagt men elkaars ondergoed, gebruikt elkanders deodorant en is men ook in ieder ander opzicht vrij van elk rollenpatroon. Op de vraag van de onwetende schapen (hetero’s) wie het ‘mannetje’ en wie het ‘vrouwtje’ in de relatie is, antwoorden deze hippe en moderne mensen dat de schoonheid van hun levenstijl er nu juist in ligt dat het vrouwelijke aspect overbodig is. Wanneer ik ons aller Dikke Van Dale erop nalees wordt mij duidelijk waarom dit vrouwelijk aspect liever gemeden wordt. Zo zal een ieder het wel met me eens zijn dat hij liever voor “heer” en “heerschap” zal worden uitgemaakt dan voor “doos” en “gleufdier”. Toch blijven er vragen in de lucht hangen. Is de verfijnde, goedgeklede en welriekende homofiel een “kerel”, omdat hij zijn nachtelijk gezelschap de rug niet toekeert? Kan diezelfde homofiel worden gereduceerd tot “gleuf”, omdat zijn voorkeur de andere kant opgaat? En aan welk nut wordt er voldaan wanneer men een dergelijke waarde geeft aan deze voorkeuren? Als het vrouwelijke aspect in een man-man relatie compleet overbodig is, waarom heeft elke kant van de rug een andere betiteling nodig? Helemaal verwarrend wordt het wanneer we ons af gaan vragen welke term dan het meest toepasselijk is voor de groep die zowel geeft als neemt. Dit zullen dan wel de geëmancipeerde bruinwerkers zijn. Welke redenen deze heerschappen ertoe bewegen zich te emanciperen, en wat het woordje “man” in “emancipatie” te zoeken heeft, zullen we maar even achterwege laten. Deze doelgroep lijkt in ieder geval nauwelijks aangetast door het stereotype, en de Van Dale kan dit fenomeen ook niet veel beter verklaren dan met de alom bekende complimentjes zoals geïnverteerde, holtor, reetkever, sodemieter en sodomiet. Daarmee houdt het echter niet op. Tenslotte draait een relatie niet uitsluitend om het al dan niet toekeren van politiek incorrecte ruggen. De vrouw dient te boenen, het nageslacht te verzorgen en het aanrecht te bedienen. De man dient hard te werken om het brood op de plank te krijgen en zichzelf aan de testikels te krabben terwijl hij met zijn flesje bier op bank naar de wedstrijd zit te kijken. Hoe werkt dit principe dan in de homoseksuele gemeenschap? Is het vrouwelijke aspect wel echt overbodig? Blijven de vloeren ongeschrobt, of juist de testikels ongekrabt? Wie verzorgt het geïmporteerde nageslacht, en hoe komt het brood op de plank? Vanuit deze redenering lijkt het niet eens zo’n gek idee om de homo’s te verbieden kinderen te adopteren. De homoseksuele gemeenschap kijkt als vanzelfsprekend op haar beurt naar het heteroseksuele samenzijn. Daar waar er geen verwarring heerst over waar het brood vandaan komt en hoe de vloeren schoon worden. Daar waar men elkander de rug niet toekeert, en waar de discussie over de insteekmogelijkheid overbodig is. Wanneer in deze gemeenschap het rollenpatroon van een man-vrouw relatie
afwijkt van de norm, en het de echtgenoot is die de vloeren schrobt en het eten bereidt, wordt dit liever stil gehouden. Ook dit kan weer als een logisch gevolg worden gezien van het stereotype. Zelfs deze geëvolueerde versie van de man; de ‘huisvader’, zal hoogstwaarschijnlijk liever niet worden aangezien voor “gleufdier”. Of is hij nu juist de reden waarom aanhangers van het stereotype de voorbind-dildo uitvonden? Uiteindelijk blijft al dat wat vrouwelijk is, of als zodanig wordt betiteld, nuttig en nodig in elke vorm van samenzijn. Zo kunnen wij geen van allen het feit de rug toe keren dat er voor ieder potje ook een dekseltje is. Past het niet in het stereotype denkbeeld, dan verzinnen we er een nieuwe naam voor. Past het dekseltje niet op het potje, dan draaien we ze om.