Vocabulaire
Ah, l’amour! La complicité
De (geheime) verstandhouding, de medeplichtigheid
Un complice
Een medeplichtige
La fidélité
De trouw
Un inconvénient
Een bezwaar, een nadeel, een ongemak
Le naturel
De natuurlijkheid
Une période d’essai
Een proefperiode
Le piment
Spaanse peper, fig.: gekruidheid
La possessivité
De bezitsdrang
L’imprévu (m.)
Het onverwachte, het onvoorziene, iets onverwachts
Compréhensif, -ive
Begripvol
Fidèle
Trouw
Inséparable
Onafscheidelijk
Compter sur qqn
Op iemand rekenen
Être emballé(e)
Hard van stapel lopen, enthousiast zijn
Plaindre qqn
Iemand beklagen
S’éloigner de qqn/qqch
Zich verwijderen, afstand nemen van iets of iemand
Se réconcilier
Zich verzoenen, het weer goed maken
Soupçonner qqn
Iemand verdenken
Traîner
(rond)slingeren
Vocabulaire
Ah, l’amour! Rarement
Zelden
Accorder sa confiance à qqn
Zijn vertrouwen schenken aan iemand
C’est parti pour la vie
Het is voor de rest van je leven
De nature
Van nature
Être faits l’un pour l’autre
Voor elkaar gemaakt zijn
Faire un faux pas
Een misstap doen
Mettre du piment dans la vie
Het leven kruiden, boeiend maken
Se changer les idées
Zijn zinnen verzetten
S’impliquer dans une relation
Zich engageren in een relatie