7e Paaszondag A (Jo 17,1-11a) In dit deel van het hogepriesterlijk gebed dat Jezus richt tot God, zijn Vader, treffen we een zin aan die als het ware de samenvatting is van heel het christelijk leven: Jezus zegt: "Dit is het eeuwig leven: dat zij U kennen, de éne ware God, en Hem die gij gezonden hebt...." De ene ware God kennen..... Maar dat lijkt toch onmogelijk! God is toch ondoorgrondelijk, een absoluut mysterie, de Schepper van al wat bestaat, het heelal, het oneindige, ruimte en tijd overstijgen, wie kan het begrijpen ? Deze God is voor ons niet te kennen, niet te doorgronden, niet te begrijpen. Dat "kennen" moeten we dus wel onder een andere hoek zien. Het is zeker niet een kennen met ons verstand maar een kennen zoals wij zeggen van 'iemand die kennis heeft met een geliefd persoon' m.a.w iemand die verliefd is. Het gaat dus om "kennis" met het hart, om de wijsheid van de liefde, wanneer het verstand in gebreke blijft. Zolang we God benaderen met alléén ons verstand, blijven we aan de buitenkant. God blijft dan een begrip, een idee. Alleen de wijsheid van de liefde maakt ons gevoelig voor het "andere dan ons zelf" en dat is in de richting van God. Los van de liefde is er geen kennis van God. Daarom zegt Johannes:"De mens zonder liefde kent God niet". Geloven heeft ook met liefde te maken. In het latijn is 'geloven' = 'credere' ( dit komt van 'cor-dare') zijn hart geven. Als we ons met ons hart in vertrouwen overgeven aan de levende persoonlijke God, dan leven we in zijn aanwezigheid en in de nabijheid van de 'Eeuwige' en hebben we 'eeuwig leven'. Deze éne ware God heeft zich laten kennen in zijn gezondene: Jezus van Nazareth. Die Jezus was de mens naar Gods hart: het enige ware, definitieve, menselijke beeld van God!
Dat is voor ons, christenen een grote uitdaging. We zien dat er nog veel andere godsdiensten zijn. En wij, christenen belijden dat Jezus Christus, en niemand anders van beslissend belang is voor het eeuwig leven van ieder mens! Het christelijk geloof belijdt dat in Jezus, God zich heeft geopenbaard en dat deze Jezus een universele betekenis heeft d.i. voor àlle mensen. Hoe moeten we dan staan tegenover die andere godsdiensten? Het is klaar dat we in onze ontmoeting met andersgelovigen respectvol en waarderend moeten zijn. Het laatste Vaticaans concilie zegt dat we niets mogen verwerpen wat in andere godsdiensten, wààr en heilig is. Zonder twijfel moeten we erkennen dat Gods geest ook aan het werk is in andere godsdiensten en dat andersgelovigen ook gered worden en heil vinden. In een open en eerlijke dialoog proberen we elkaar te verrijken en aan te vullen. Maar dit veronderstelt dat we de eigenheid van elkaar erkennen en die niet prijsgeven. - Er is een wezenlijk verschil tussen het boeddhisme (dat niet in een persoonlijke god gelooft) en de islam, het jodendom en wij christenen, (die wel een een persoonlijke God geloven). - Er is verschil tussen het gebed van een christen en de meditatie van een hindoe. - De opvatting van christenen, over de voorzienigheid en almacht van God, verschilt grondig met die van de moslims : er zijn grote verschillen i.v.m. eredienst en moraal. Er zullen altijd elementen zijn die niet met elkaar te verzoenen zijn, maar voor een goede dialoog zijn vooral de elementen van overeenkomst belangrijk.
De dialoog tussen godsdiensten vraagt altijd veel nederigheid om zich open te stellen voor wat anderen te bieden hebben. Maar de dialoog is ook een kans om getuigenis af te leggen van het eigen geloof. Het specifiek eigen van christenen is de belijdenis dat in JEZUS God zijn ware gezicht heeft getoond: God toont in Jezus Wie en Wat Hij is, nl. Liefde tot alle mensen zonder uitzondering. Het is aan ons, christenen, die boodschap door te geven. We moeten trachten die belangeloze liefde te beleven naar Jezus' voorbeeld, vooral naar de zwakken en de kleinsten toe. 7e Paaszondag A Christenen zouden moeten voorgaan in bescheidenheid en nederigheid. Jezus zelf wou de kleinste medemens zijn en dienaar van allen, de slaafse voetenwasser... Ons geloof in een uitgestoten, miskende en gekruisigde Redder is wellicht het grootste verschilpunt met andere godsdiensten. Voor ons christenen, betekent lijden en dood geen fiasco! Voor Jezus was lijden en kruisdood een teken van uiterste liefdetrouw aan God en aan de mensen. Jezus' verrijzenis is de bevestiging dat lijden en dood niet het einde betekenen, maar integendeel:onaantastbaar 'eeuwig leven' Als besluit moge duidelijk zijn dat we niet alle godsdiensten kunnen gelijkschakelen. In de dialoog hoeven we ons geloof niet te minimaliseren; we moeten het wel integreren in ander culturen, zo is er een congolees christendom, een zuidamerikaans, zowel als een vlaams christendom. Geen enkele godsdienst heeft het monopolie over God of het heil. Ook het christendom niet. Ieder godsdienst is een weg van God en naar God. En laten we het nooit vergeten: Alléén in de liefde komen we tot ware "kennis van God" en "eeuwig leven" . Amen. R.C.
(Jo 17,1-11a) Interreligieuze dialoog.