Relatieve Bijtfrequentie Verschillende Rassen Door L.r. Plumb

  • Uploaded by: Een Tegenpitje
  • 0
  • 0
  • December 2019
  • PDF

This document was uploaded by user and they confirmed that they have the permission to share it. If you are author or own the copyright of this book, please report to us by using this DMCA report form. Report DMCA


Overview

Download & View Relatieve Bijtfrequentie Verschillende Rassen Door L.r. Plumb as PDF for free.

More details

  • Words: 729
  • Pages: 2
L. Robert Plumb heeft de relatieve bijt-frequentie berekend van diverse hondenrassen waaronder pitbulls en Duitse Herders. In het Engels met Nederlandse vertaling. Bijt-frequentie De kans dat een hond van een bepaald ras zal doden of verminken is niet noodzakelijk verbonden met de bijt-frequentie. Bijvoorbeeld, nerveuze, kleine honden bijten misschien vaak maar zonder ooit veel schade te doen. Duitse Herders staan erom bekend dat ze een snelle, oppervlakkige, reactieve beet hebben, een leidende beet die een schaap, een andere hond, of soms een mens vertellen dat ze zich moeten gedragen, maar deze beten zijn niet bedoeld om te verwonden. Tellingen van honden die het meest bijten die de beet niet op hevigheid te beoordelen, hebben nerveuze, kleine honden en Duitse Herders bovenaan staan. Andere populaire rassen scoren over het algemeen ook hoog op deze lijsten van niet zulke serieuze beten omdat er gewoon zoveel van zijn. Over verloop van tijd echter, wanneer er steeds meer gevaarlijke rassen zijn en steeds minder los lopende kleine honden, dan gaan de tellingen van alle beten dezelfde richting op als de tellingen van dodelijke en verminkende beten. Bijvoorbeeld, bijt-statistieken van Minneapolis Animal Control uit 1993, van het departement van animal control in Palm Beach County, Florida, uit 1997, en van het departement van environmental services in Allentown, Pennsylvania (uit 2000), laten zien dat pitbulls verantwoordelijk waren voor maar 4% van alle beten van 1977 tot 1992, maar omhoog schoten naar 9% in 1996, en 21 % in 1999. Rottweiler-beten over dezelfde jaren gingen omhoog van 1% in 1992 naar 9 % in 1996 en 12% in 1999. De gepensioneerde professor van de Chico State Universiteit, L.Robert Plumb, heeft in januari 1999 een van de meest betrouwbare pogingen tot heden gedaan om alle beschikbare statistieken samen te voegen om te bepalen welk relatief risico er bestaat om ernstig te worden gebeten door een van de honden van de rassen die er het meest bij betrokken waren (bij serieuze beten). Hij drukte zijn bevindingen uit als geschat aantal honden per beet die behandeld moest worden in het ziekenhuis. Pitbull 16 Duitse Herder 156 Spaniël (alle types) 174 Dobermann 296 Terriërs (klein) 433 (dit betekend dat, bijvoorbeeld, voor elke pitbull-beet die in het ziekenhuis behandeld moet worden er 16 pitbulls in de maatschappij lopen, oftewel 1 op de 16 pitbulls zal een wond veroorzaken die in het ziekenhuis behandeld moet worden) Plumb heeft geen ratios berekend voor Rotterweilers en de poolhondenrassen.

Het originele artikel in het Engels:

http://www.animalpeoplenews.org/haydenLaw1100.html Bite frequency The likelihood that a particular breed of dog may kill or maim someone is not necessarily related to bite frequency. Nervous small dogs may bite often, for instance, without ever doing much harm. German shepherds are notorious for quick, shallow, reactive bites--the "guiding nip"--which tell a sheep, another dog, or sometimes a person to behave, but are not meant to injure. Tallies of which dogs bite the most, without distinguishing types of bite by severity, tend to rank German shepherds and nervous small dogs near the top of the list. Other popular breeds also tend to account for many not-so-serious bites simply because there are lots of those breeds around. Over time, however, as the more dangerous breeds proliferate and fewer smaller dogs are running at large, the all-bite tallies are moving in the same direction as the tallies of fatalities and maimings. For instance, bite counts released in 1993 by Minneapolis Animal Control, in 1997 by the animal control department in Palm Beach County, Florida, and earlier this year by the department of environmental services in Allentown, Pennsylvania, show that pit bulls accounted for only 4% of the bites recorded from 1977 to 1992, but leaped to 9% in 1996 and 21% in 1999. Rottweiler bites over the same years went from 1% through 1992, to 9% in 1996, and 12% in 1999. Retired Chico State University physics professor L. Robert Plumb in January 1999 made one of the most credible efforts to date to put all available statistics together to determine the relative risk of being severely bitten by dogs of some of the breeds most often involved. He expressed his findings in terms of estimated numbers of dogs per bite serious enough to result in hospital treatment: Pit bull 16 German Sheppard 156 Spaniels (all types) 174 Doberman 296 Terriers (klein) 433 Plumb did not calculate the ratios for Rottweilers and the northern breeds.

Related Documents

Plumb
November 2019 19
Lr
November 2019 34
Door
November 2019 34
Door
May 2020 27
Door
November 2019 41

More Documents from "Neil Hickson"