Protestant ik moest naar catechisatie ik wou niet deugen zei mijn vader de witte kerk zou mij wel mores leren het was een vergissing van mijn oude heer na een paar keer was ik niet meer in de leer ik kocht een hippe zwarte lakjas ik kocht een snelle zwarte brommer ik draaide zwarte langspeelplaten ik spelde het vrijzinnige Hitweek ik was een provinciale provo ik was een lokale protestant verhitte discussies over Gods bestaan lieten mij koud als een kippenbout in de diepvrieskluizen van Helmink Hij zou dood zijn of ontsnapt aan de dolende 'dolle mens' die hem overdag zoekt met een lantaarn in Nietschzes 'Vrolijke wetenschap' Hij was in geen velden of wegen van mijn verwijde bewustzijn te bekennen verdoofd door mijn luidsprekers verblind door mijn sigarettenrook kwam ik tot deze gewaagde these: als God bestaat dan speelt Hij elektrische gitaar in Engeland het bewijs was een graffiti in de metro van Londen daar stond geschreven: 'Clapton is God '