8
DE TIJD
ONDERNEMINGEN WOENSDAG 25 MAART 2009
ACHTER HET NIEUWS
IS TOEGANG TOT FACEBOOK OP WERKPLEK WEIGEREN GOED IDEE?
SOCIALE NETWERKEN Werkgevers en werknemers leren met vallen en opstaan omgaan met nieuw communicatiekanaal
Oei, de baas kijkt mee op Facebook ■ (tijd) - Vier op de tien bedrijven hebben zodanig een broertje dood aan werknemers die tijdens de werkuren naar sociale netwerken zoals Facebook surfen, dat ze de toegang daartoe gewoon blokkeren. Wat spoken die werknemers toch uit op die sociale netwerken? En dat allemaal ‘tijdens de werkuren’! Dat bedrijven sukkelen met het internetgebruik van hun werknemers is niet nieuw maar de opkomst van sociale netwerken à la Facebook maakt het er niet eenvoudiger op. Vier op de tien bedrijven besluiten de toegang tot zulke websites helemaal af te sluiten. ‘Kortzichtig,’ vindt An De Jonghe, zaakvoerster van Ulysses Consulting (hr-dienstverlener gespecialiseerd in ICT-profielen), ‘al was het maar omdat je een dergelijk verbod eenvoudig kunt omzeilen, bijvoorbeeld door via je gsm te surfen. Maar essentiëler is dat je een medium afsluit dat mensen als een normaal communicatiekanaal beschouwen. Gebruik dat dan ook zo. Dat wil niet zeggen dat je ongelimiteerd alles moet toestaan, maar je kan erg gemakkelijk opvolgen of mensen zinnige informatie en contacten uitwisselen via die kanalen. Loopt het de spuigaten uit, waarbij iemand het kanaal te veel gebruikt voor persoonlijke zaken en flauwiteiten, dan kan je individueel optreden.’ RESULTAATGERICHT ‘Ik begrijp de argumenten ten dele, maar toch lijkt het me geen goede oplossing de toegang af te sluiten. Bedrijven die dat doen, dreigen achterop te geraken’, meent ook Polle De Maagt, onderzoeker bij het trendbureau Trendwolves dat zich specialiseert in jongerencultuur. ‘Je kan wel richtlijnen opstellen voor veilig gebruik. Als je werknemers resultaatgericht aanstuurt, rijst ook veel minder het probleem dat je moet afmeten hoeveel minuten ze al eens met persoonlijke dingen bezig zijn. Als het werk maar goed gedaan is in de normale tijdspanne. We merken dat jongeren de scheiding tussen werk- en privétijd minder strikt maken: ze zien
”
Slechte reactie, vinden anderen dan weer. Maar wat moet je dan met medewerkers of sollicitanten die hun diepste zielenroerselen en zatste foto’s op zulke websites de wereld insturen?
Polle De Maagt, Trendwolves
Als je werknemers resultaatgericht aanstuurt, rijst er veel minder een probleem. Als het werk maar goed gedaan is in een normale tijdspanne. er geen graten in bijvoorbeeld mail over het werk in het weekend te beantwoorden. Maar evenmin om tijdens het werk even een persoonlijke mail af te handelen. Jongeren appreciëren het ook zeer sterk als volwassenen behandeld te worden, dus hen aanspreken op verantwoordelijk gedrag, kan goed werken.’ Ook Eric Van den Branden, hrdirecteur bij Deloitte, merkt dat op. ‘Die discussie lijkt erg op wat we zagen toen de gsm en het e-mailen opkwamen: gaan mensen dat niet misbruiken en constant voor persoonlijke zaken gebruiken? Maar telkens leerden we daar verstandig mee om te gaan. Natuurlijk moet je ingrijpen als het de spuigaten uitloopt, maar meestal volstaat een goed gesprek. Nu ja, ik veroordeel de bedrijven niet die het afsluiten, wij hebben het geluk met hoogopgeleiden te werken en hun beoordeling te kunnen baseren op hun resultaten.’ Er zijn voorbeelden van bedrijven, zoals het Amerikaanse Zap-
pos.com, die via Facebook en Twitter (waar korte berichten gepubliceerd worden) de groepssfeer en bedrijfscultuur pogen aan te wakkeren. Zeker als het personeelsbestand fors aangroeit, zoeken bedrijven technische hulpmiddelen om identificatie, motivatie en creativiteit mee te stimuleren. VRIJE TIJD Toch houden veel anderen het been stijf. ‘Sociale netwerken zijn een vrijetijdsgegeven, het is voor ons vanzelfsprekend dat die niet op de werkvloer thuishoren’, zegt Jan Margot, woordvoerder van Belgacom. Voor Belgacom staat Facebook in hetzelfde rijtje als sites met (gok)spelletjes of ‘adult content’. Alleen de personeelsdienst krijgt toegang, bijvoorbeeld om sollicitanten te kunnen screenen, en de persdienst mag opvolgen wat op netwerksites en fora circuleert over het bedrijf. ‘Typisch een argument van een niet-gebruiker die het niet (goed) kent’, maakt De Jonghe zich boos. ‘Het gaat wel degelijk om een kanaal waarlangs je zinnige informatie uitwisselt.’ Van den Branden onderschat ook de waarde als aanvullend rekruteringskanaal niet. ‘Wij werven jaarlijks zowat 300 jonge werknemers aan: die moet je bereiken langs de kanalen die zij gebruiken.’ Op Facebook zijn er per universiteit Deloitte-groepen, aangestuurd door jonge werknemers die net van de universiteit af zijn en die hun vrienden en kennissen een beeld geven van wat werken bij Deloitte inhoudt. Via die weg worden ook bijvoorbeeld campusevenementen aangekondigd. ‘Jong talent - en de ‘war for talent’ komt ongetwijfeld terug keert zich ook af van bedrijven die gecrispeerd reageren op nieuwe media’, meent Van den Branden. ‘Dan kan je er maar beter leren mee omgaan.’ Erika RACQUET
FOTO: NIMA FERDOWSI
Veel kenners zijn van oordeel dat het gebruik van Facebook de bedrijfscultuur ten goede komt.
PRIVACY Opletten met ‘foute foto’s’
ENE VRIEND IS ANDERE NIET ■
De mogelijkheden op Facebook om inhoud af te schermen zijn niet zo goed bekend. Een eerste basisregel: maak groepen. Bijvoorbeeld eentje met vrienden, een met collega’s en een met kennissen uit de werksfeer. Dan geef je via de privacyinstellingen aan welke groepen welke informatie krijgen of wie iets kan toevoegen. Zo kan je bepalen dat alleen jijzelf en geselecteerde vrienden foto’s zien die anderen posten en met jouw naam labelen. Een toelichting geeft de blog ‘10 Priva-
cy Settings every Facebook User Should Know’ op www.allfacebook.com/2009 /02/facebook-privacy/ ■ Wordt de groep vrienden te groot, scheidt dan een privé- en een publieke pagina. ■ Wie in naam van zijn bedrijf deelneemt op sociale media, kan wel eens in de knoei raken met zijn persoonlijke en werkgebruik. Aparte brouwsers en paswoorden gebruiken is dan een must. Meer daarover op www.louisgray.com/live/20 09/03/how-to-cleanly-separate-personal-and.html
ADVERTENTIE
” BREGUET TELT MEE
Voor een manufactuurproduct als een Breguethorloge is het kleinste detail van het grootste belang. Dat geldt niet alleen voor het product zelf, maar ook voor de contacten met onze klanten, die de ambassadeurs zijn van ons merk. Zij zorgen er immers voor dat toekomstige Breguet-kopers voldoende vertrouwen krijgen om zich een stukje ambachtskunst-aan-de-pols aan te schaffen. Daarom is het des te belangrijker de juiste mediakeuzes te maken. Met De Tijd wordt het onbereikbare mogelijk: we treden in dialoog met mensen die dag na dag kwaliteit verwachten en dus vertrouwen op journalisten die hun vak perfect beheersen.
”
Bernard Louf Director Montres Breguet Benelux & Nordic
Wilt u dat uw merk ook meetelt? Adverteer in De Tijd. Contacteer Trustmedia, de reclameregie van De Tijd en L’Echo: via
[email protected] of op 02/422 05 11
‘Wat je publiceert, heb je zelf in de hand’ ■ (tijd) - Als je toelaat dat werknemers Facebook gebruiken, hoe ga je dan om met privacykwesties? Want mensen tonen daar persoonlijke zaken en foto’s. Zijn jongeren daar niet te laks mee? ‘Vooreerst: het is een vooroordeel van niet-gebruikers dat het louter een jongerenmedium is. Dat is geen kwestie van generatieverschillen’, merkt An De Jonghe (Ulysses Consulting) op. ‘En in alle generaties heb je gebruikers die veel of weinig tonen van hun privéleven. Dat heb je volledig zelf in de hand. Het is ook geen probleem dat eigen is aan dit medium, ook voorheen moest je beseffen dat alles op het internet opspoorbaar is. En ook voor de komst van het internet was je niet 100 procent beschermd tegen roddels. Toen aan de koffiepot, nu online, ik zie geen wezenlijk verschil.’ Polle De Maagt van Trendwolves: ‘Sociale netwerken zijn nog maar relatief kort massaal in gebruik. Het is altijd even wennen met zijn allen aan een nieuw medium. Eerst begonnen gebruikers bewuster om te gaan met wie ze in hun vriendenlijst opnemen. Nu volgt de realiteitsslag over wat ze vrijgeven. We merken ook dat ze in tijden van recessie, nu het wat minder vanzelfsprekend wordt een job te vinden, bewuster worden van wat online staat.’ Chris Vleugels, die aan de VUBSMIT (Studies on Media, Information and Telecommunication) onderzoek deed naar het internetgebruik van tieners, merkte dat de oudsten onder hen al een pak bewuster omgingen met wat ze meedeelden. ‘De 17- à 18-jarigen begonnen zich ertegen af te zetten dat zomaar alles wordt gepost, ook zichtbaar voor mensen met wie ze niet zo nauw bevriend zijn.’ UILSKUIKENS Dat je met privacy-instellingen veel vat hebt op wie welke inhoud te zien krijgt, is echter niet zo goed bekend onder gebruikers. ‘Sommigen kennen alle mogelijkheden erg goed. Maar vaak is dat het soort mensen die er lak aan hebben dat iedereen kan meekijken. Sociale netwerken zijn hun lust en hun leven. ‘Ik ben hoe ik ben, en wat ik op Facebook doe, is daar een essentieel deel van, je hebt me zo maar te nemen’. Anderen zijn er minder bedreven in’, merkt De Maagt op. Toch geeft hij de raad goed na te denken met wat je op het net gooit. ‘Misschien
gaan op den duur grote delen van de maatschappij het normaal vinden minder strak te bewaken wat je blootgeeft. Of gaan ook werkgevers aanvaarden dat we onze weekendbezigheden tonen. Maar zo ver is het dus nog niet.’ Hoewel ze een fervente netwerkster is, heeft De Jonghe geen begrip voor mensen die al eens in een onbewaakt moment een ‘foute’ foto posten. ‘Absolute uilskuikens zijn het die alles zomaar posten of toelaten dat anderen dat over hen doen. Ik geef grif toe dat ik daar rekening mee houd als ik iemand aanwerf, en ik aanvaard daarover geen verwijten: ze hebben het zelf publiek gemaakt. Als je zo stom bent foto’s te posten die je beter niet aan de hele wereld had getoond, wie zegt dan dat je niet net zo nonchalant vertrouwelijke informatie gaat verspreiden als je hier werkt? Of als ik geen feestbeest hoef, dan werf ik je ook niet aan als dat uit je blog of twitterberichten blijkt. Is het een probleem dat zoiets nu sneller uitkomt? Dus voordien was het oké om bij een sollicitatie een verkeerd beeld van jezelf op te hangen? Neen, ik ben een voorstander van meer transparantie.’ LEIDINGGEVENDEN De verhalen zijn intussen legio van mensen die in het weekend spelletjes spelen met collega’s, al dan niet op hetzelfde hiërarchische niveau, of die hun baas opnemen als vriend. Moeten leidinggevenden daaraan weerstaan of zijn het dan saaie pieten die niet mee willen met hun tijd? ‘Dat hangt sterk af van de bedrijfscultuur’, zegt De Maagt. ‘Het kan voor een leidinggevende een manier zijn om zicht te krijgen op wat leeft onder de werknemers, maar hij moet er zich toch bewust van zijn dat het de verhoudingen kan verstoren.’ Er even bij stilstaan dus of je in levenden lijve op dezelfde vriendschappelijke manier met mekaar zou omgaan of dezelfde dingen in de groep zou gooien. Eric Van den Branden van Deloitte wil het niet overroepen: ‘Er zijn werknemers die er geen graten in zien dat je meeleest, anderen houden hun oversten erbuiten. Naar mijn gevoel heeft de jongere generatie in het algemeen minder moeite met het overbruggen van hiërarchische verschillen. Als leidinggevende heb ik er geen boodschap aan om op maandag bij iedereen te gaan kijken of luisteren wat ze over het weekend vertellen.’ ER